Logo Parlement Buxellois

Commissie voor de Gezondheid en Bijstand aan Personen, vergadering van 22 september 2022

14:35 § 103 → Video
Share

Présidence : M. Ibrahim Dönmez, président.

Voorzitterschap: de heer Ibrahim Dönmez, voorzitter.

Share
14:36 § 105 → Video
Share

Vraag om uitleg van mevrouw Els Rochette

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de inschakeling van klusjesmannen en uitleendiensten bij OCMW's om de energiefactuur te drukken.

Demande d'explications de Mme Els Rochette

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant le recours à des hommes à tout faire et à des services de prêt dans les CPAS afin de réduire la facture d'énergie.

Share
14:36 § 107 → Video
Share

Mevrouw Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- De energiefacturen zijn enorm gestegen en daardoor voor veel Brusselaars onbetaalbaar geworden. Om tegemoet te komen aan de groeiende groep Brusselaars die niet langer zijn energierekening kan betalen, verstrekt de Brusselse regering tien miljoen euro aan de OCMW’s. Daarnaast is er Renolution, de nieuwe strategie die de renovatie van gebouwen aantrekkelijker zal maken.

Voor elke doelgroep ontwikkelt de regering een begeleidingsdienst en aangepaste financiële steun. Dat is positief, maar een renovatie behelst vaak grote ingrepen die tijd vergen. Brusselaars zijn er voorlopig niet meteen mee geholpen, terwijl de hoge energiefacturen wel blijven komen.

Mensen in moeilijkheden hebben in de eerste plaats geld nodig om hun energiefacturen te betalen. Daarnaast is het nodig om die facturen snel te doen dalen door het energieverbruik te beperken. Verborgen energievreters, zoals verouderde armaturen, kapotte schakelaars enzovoort, zijn gemakkelijk te vervangen. Ik pleit voor snelle en eenvoudige ingrepen in woningen om de energiefactuur te drukken: het vervangen van oude armaturen, het wegnemen van sluipverbruik via schakelaars en het plaatsen van tochtstrips.

Verschillende OCMW's hebben al klusjesmannen en reparatiediensten aangesproken om hun klanten hiermee te helpen. Er bestaan ook andere initiatieven, zoals de Repair Cafés. Het aanbod is echter niet in elke gemeente even groot. Ook zijn veel van die diensten weinig bekend en toegankelijk. Verder is het de vraag of ze op het juiste moment worden ingeschakeld. Hoe eerder men ingrijpt, hoe beter. Eigenlijk zouden de OCMW’s hun klanten moeten helpen bij de controle van hun energieverbruik, en ingrijpen als het energieverbruik bij de ene cliënt veel hoger is dan bij een andere in een vergelijkbare situatie. Zo'n aanpak vergt echter proactieve communicatie met de klanten.

Mme Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Pour aider les Bruxellois à payer leurs factures d’énergie, le gouvernement a alloué 10 millions d’euros aux CPAS. Il a aussi lancé la stratégie Rénolution pour faciliter la rénovation du bâti, mais ce genre de travaux prend du temps. Or, c’est maintenant que la population éprouve des difficultés. Il est nécessaire de faire baisser la facture en réduisant sa consommation d’énergie, notamment en remplaçant les équipements obsolètes énergivores.

Plusieurs CPAS ont demandé à des hommes à tout faire et à des services de réparation d’aider leurs clients sur ce point. Il existe aussi d’autres initiatives, comme les « repair cafés », mais l’offre varie d’une commune à l’autre.

En réalité, les CPAS devraient aider leurs clients à contrôler leur consommation d’énergie et intervenir en cas de dérapage, mais cette approche requiert une communication proactive avec ceux-ci.

Share
14:38 § 109 → Video
Share

Soms kan een apparaat niet meer worden hersteld en is het aan vervanging toe. Verschillende OCMW’s organiseren daarom verkopen van tweedehandse elektrische apparaten zoals wasmachines, koelkasten, enzovoort. De verkoop of het uitlenen van zulke dure toestellen vraagt natuurlijk ook expertise en administratieve follow-up.

Bent u het ermee eens dat snelle ingrepen (klusjes, reparaties of elektrische toestellen vervangen) ook een gunstige invloed hebben op de energiefactuur en dat de OCMW’s hierin een rol hebben te spelen? Welke strategie volgt u? Weet u of OCMW's proactief te werk gaan bij het checken van het energieverbruik bij mensen en bij het aanbieden van reparatiehulp? Wat zijn de goede praktijken?

Houdt u een overzicht bij van wat de Brusselse OCMW's doen: welke voeren klussen en reparaties uit, welke bieden tweedehandse elektrische apparaten aan? Kunnen OCMW-cliënten ook dure apparaten leasen? Denkt u aan het stroomlijnen van deze OCMW-diensten of het eventuele bundelen van krachten? Zijn er partnerschappen met andere organisaties?

Par ailleurs, des CPAS organisent des ventes d’appareils électriques d’occasion.

Êtes-vous d’accord de considérer que ces petites interventions influencent positivement la facture d’énergie et que les CPAS ont un rôle à jouer à cet égard ? Des CPAS prennent-ils les devants en contrôlant la consommation d’énergie de certaines personnes et en leur proposant une aide ?

Les clients des CPAS peuvent-ils aussi prendre en crédit-bail des appareils onéreux ? Envisagez-vous d’harmoniser ces services des CPAS ou de nouer des partenariats ?

Share
14:40 § 111 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Nous nous trouvons dans un contexte extrêmement difficile pour les Bruxellois et les Bruxelloises. Je remercie ma collègue Mme Rochette d'avoir soulevé la problématique des factures d'énergie, car elle concerne, Monsieur le Membre du Collège réuni, vos compétences tant en action sociale qu'en matière d’énergie.

Vous avez émis des propositions très concrètes de rénovation du bâti - le fameux projet Rénolution, dont nous avons salué l'initiative. Toutefois, les Bruxellois ont besoin de solutions urgentes pour faire face au problème des factures d’énergie qui se pose dès à présent, puisque les températures baissent.

L'on sait que les CPAS offrent des solutions directes aux citoyens et citoyennes - le fonds gaz électricité, les plans d'apurement, les aides pour réduire la consommation d'énergie. Mais dans ce contexte précis, quels seraient les moyens dévolus - entre autres au travers du Fonds spécial de l'aide sociale - pour venir en soutien des CPAS ?

Enfin, que traduit selon vous ce recours aux hommes à tout faire ?

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- De Brusselaars hebben het momenteel extreem moeilijk en dat is in grote mate te wijten aan de energiefacturen.

Op langere termijn is het project Renolution, dat gericht is op renovatie van woningen, een heel goede zaak, maar er zijn oplossingen op kortere termijn nodig. De OCMW's bieden heel wat hulp, maar zij hebben op hun beurt ondersteuning nodig, bijvoorbeeld via het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn (BFMW). Welke middelen worden daarin geïnvesteerd?

Wat denkt u over de inzet van klusjesdiensten?

Share
14:42 § 113 → Video
Share

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- In deze moeilijke tijden moeten we innovatief denken en werken. Het is daarbij van essentieel belang dat we gebruikmaken van alle mogelijkheden die de OCMW's bieden.

Tijdens de plenaire vergadering van dinsdag 20 september 2022 zei u dat u het budget voor Renolution verhoogt. Dat is een goede zaak. Ook in tijden van crisis mogen we het langetermijnperspectief niet uit het oog verliezen.

De winter is in aantocht en het gewest moet zijn burgers daar doorheen helpen. Gewoon de rekening doorschuiven, biedt geen permanente oplossing. Daarom pleit de Open Vld ervoor om zo in te grijpen dat financiële ondersteuning volgende winter niet meer, of althans veel minder nodig zal zijn. Dat is wat goed bestuur inhoudt: de burger ondersteunen, zodat hij vervolgens zelf weer voort kan.

Daarvoor zijn structurele maatregelen op het gebied van energieverbruik nodig. Daartoe moeten we onze gebouwen aanpakken. De zwaar zieke gebouwen, die met een hoog energieverbruik dus, moeten worden gevaccineerd. Dat zal in meerdere stappen moeten gebeuren, één prik zal niet volstaan. Elke ingreep, zelfs de kleinste, zal ervoor zorgen dat het energieverbruik afneemt.

Mevrouw Rochette wees er al op dat ook de OCMW's een rol kunnen spelen bij het nagaan en het verbeteren van het energieverbruik. Elk OCMW heeft een energiedienst en een klusjesdienst. Momenteel klopt een nieuwe doelgroep bij de OCMW's aan, en dat is een goede zaak. Het OCMW kan immers op elk huis afgestemde maatregelen uitwerken. Het effect daarvan is veel groter dan dat van algemene informatie.

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- Je me réjouis que vous envisagiez la situation à long terme et que vous ayez décidé d'augmenter le budget de Rénolution.

L'hiver arrive. La Région doit aider ses citoyens à le traverser, et cela nécessite des mesures structurelles en matière de consommation d'énergie. Nous devons rénover nos bâtiments les plus énergivores, et cette rénovation doit se faire en plusieurs étapes.

Il est essentiel que nous tirions parti de toutes les possibilités offertes par les CPAS. Ceux-ci peuvent en effet jouer un rôle dans le suivi et l'amélioration de la consommation d'énergie et élaborer des mesures adaptées à chaque habitation.

Share
14:44 § 115 → Video
Share

Ik stel voor dat we dat nieuwe publiek als hefboom gebruiken om zo ook mensen te bereiken die zich niet rechtstreeks tot het OCMW wenden. Laten we hen goed informeren over de voordelen van Renolution en het Ecorenokrediet, laten we hen daarbij helpen.

Huurders kunnen vaak zelf maar weinig veranderen aan hun woning. De OCMW's hebben evenwel ervaring met het betrekken van de verhuurders om problemen op te lossen. Wanneer huurders de huur niet meer kunnen betalen, nemen ze contact op met de eigenaar. Door bij te dragen aan de energierekening van de Brusselaars zorgt de regering ook voor stabiliteit op de huurmarkt. Huurders krijgen de broodnodige ruimte om de huur te betalen.

Via de huurders die bij het OCMW aankloppen voor hun energiefactuur, kan het gewest de eigenaars bereiken en hen bewustmaken van de ingrepen die mogelijk zijn om de energieprestaties van de woning die ze verhuren te verbeteren, én van de subsidies die daarvoor klaarliggen.

Hoe wil u de OCMW's aansturen en aanmoedigen op dat vlak?

Welke accenten legt u? Worden de 20 miljoen euro waarover u tijdens het debat sprak, daarvoor ingezet? Hoe zult u dat precies doen?

Communiceren de OCMW's over Renolution en het Ecorenokrediet? Zult u vragen om maatwerk te leveren per woning? Worden de eigenaars verzocht om te renoveren? Worden ze ingelicht over de steunmechanismen die daarvoor bestaan? Hebt u daar een plan voor?

En contribuant à la facture d'énergie des Bruxellois, le gouvernement assure une certaine stabilité sur le marché locatif. En outre, par l'intermédiaire des locataires qui s'adressent au CPAS pour leurs factures d'énergie, la Région peut sensibiliser les propriétaires aux actions pouvant être entreprises afin d'améliorer la performance énergétique du bien qu'ils louent, ainsi qu'aux subventions disponibles à cet effet.

Comment comptez-vous guider et encourager les CPAS ? Les 20 millions d'euros que vous avez évoqués seront-ils utilisés à cette fin ?

Les CPAS fourniront-ils des informations sur Rénolution et le crédit Écoréno ? Les propriétaires seront-ils invités à rénover ? Sont-ils informés des mécanismes de soutien qui existent à cet égard ?

Share
14:46 § 117 → Video
Share

Tijdens de plenaire vergadering op dinsdag heb ik geen antwoord gekregen op mijn actualiteitsvraag over de OCMW-werking en daarom stel ik die nog een keer. In het verlengde van de vraag van mevrouw Rochette hoe de dienstverlening op het vlak van leasing, reparatie en tweedehandsverkopen georganiseerd zal worden, wil ik weten hoe u de extra steun zult koppelen aan het op elkaar afstemmen en objectiveren van de tegemoetkomingen van de negentien OCMW's.

Je n'ai pas reçu de réponse à ma dernière question d'actualité sur le fonctionnement des CPAS : comment comptez-vous lier le soutien supplémentaire à l'harmonisation et à l'objectivation des interventions des dix-neuf CPAS ?

Share
14:47 § 119 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- De vraag van mevrouw Rochette is heel interessant en haar suggestie om kleinschalig te beginnen is uitstekend. Het is een goede aanpak in deze bittere en voor heel veel mensen extreem moeilijke omstandigheden. Sommige mensen betalen op dit moment nog een vast tarief en worden nog niet geconfronteerd met extreem hoge energiefacturen, maar anderen vragen zich af hoe ze hun facturen zullen moeten betalen. Dat is vooral het geval bij mensen die onder aan de sociaaleconomische ladder staan omdat ze geen reserves hebben.

In Brussel zijn de overheidsmiddelen beperkt. De begroting kleurde al rood en nu komt deze crisis er nog bij. Je kunt je afvragen of het zinvol is dat de Brusselse overheid op brede schaal facturen gaat betalen, want ze heeft daarvoor geen middelen. Geld uitgeven zonder structurele veranderingen is niet de beste oplossing. We moeten vooral kijken naar mogelijkheden om het verbruik te verlagen.

Verschillende OCMW's in bepaalde gemeenten hebben nu al moeite om rond te komen. Door de coronacrisis zijn heel veel mensen bij hen komen aankloppen. De situatie verslechtert al jaren. Ik vraag me al sinds een paar maanden af hoe lang het OCMW in Anderlecht het nog zal volhouden. Nu komt dit er nog bovenop.

Verder rijst de vraag over de coördinatie en de solidariteit tussen de verschillende OCMW's. Sommige OCMW's kunnen niet meer doen omdat ze geen middelen of geen beschikbaar personeel meer hebben, terwijl andere in minder slechte papieren zitten. Kan de Federatie van Brusselse OCMW's niet instaan voor de coördinatie? De vraag is of het voorstel van mevrouw Rochette haalbaar is voor alle negentien OCMW's. Op die manier kan worden vermeden dat er alweer een onderscheid in dienstverlening en hulp ontstaat van gemeente tot gemeente.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Commencer à petite échelle est un très bon début pour les nombreuses personnes qui n'ont pas de réserves et se demandent comment elles parviendront à payer leurs factures.

En effet, les pouvoirs publics disposent de moyens limités à Bruxelles et cela aurait peu de sens de donner de l'argent sans examiner comment faire diminuer la consommation.

De nombreuses personnes se sont tournées vers les CPAS lors de la crise du coronavirus, et la situation empire depuis des années. Or les CPAS de certaines communes sont déjà en difficulté, faute de moyens ou de personnel. Dès lors, la proposition de Mme Rochette est-elle tenable pour les dix-neuf CPAS ?

Pour éviter une différence du service et de l'aide apportée par les différents CPAS, ne faudrait-il pas mettre en place une coordination des CPAS, par exemple réalisée par la Fédération des CPAS bruxellois, et une solidarité entre eux ?

Share
14:50 § 121 → Video
Share

OCMW's hebben niet alleen klanten, ze beheren vaak ook veel vastgoed. Zo verhuurt het OCMW van Brussel-Stad bijvoorbeeld handelspanden en woningen, al dan niet van sociale aard. Grijpen de OCMW's ook daar gericht in?

Les CPAS possèdent souvent de nombreux biens qu'ils louent à des fins sociales ou commerciales. Leur démarche est-elle ici aussi ciblée ?

Share
14:51 § 123 → Video
Share

M. David Leisterh (MR).- Cette demande d'explications, ô combien précieuse dans le contexte actuel, met en lumière le fait qu'il ne suffit pas d'octroyer des aides aux CPAS pour qu'ils puissent à leur tour aider les bénéficiaires. Il faut aussi suivre, autant que faire se peut, une logique de prévention.

Malheureusement, la crise que nous vivons risque de se répéter dans les prochaines années. Accorder une aide pour payer la facture énergétique est certes essentiel, mais c'est encore mieux de la combiner à la visite des appartements pour examiner dans quelle mesure des réparations sont possibles.

Des formations énergétiques peuvent également se révéler utiles. Faut-il allumer le chauffage en permanence ? Faut-il prendre un bain, ou une douche ? De telles informations peuvent être précieuses pour des familles nombreuses pas toujours sensibilisées à ces questions. Se contenter d'octroyer une aide sans procéder, en parallèle, à ces petits travaux ou consacrer des moments à la sensibilisation est une occasion manquée.

Bien sûr, cela demande des moyens et je sais que la Région bruxelloise en a déjà dégagé beaucoup pour les CPAS. Je le reconnais volontiers depuis les bancs de l'opposition. Toutefois, je me demande, comme M. Verstraeten, où vous allez trouver ces moyens, si tant est que vous poursuiviez dans cette démarche très utile.

Les CPAS sont débordés et doivent intervenir dans l'urgence au détriment de la prévention, pourtant précieuse en matière énergétique. Sans moyens supplémentaires, ils ne parviendront pas à faire suffisamment de prévention. Or, vu la situation budgétaire globale de la Région, je crains que ces moyens ne soient difficiles à trouver. Sans nous révéler tous les secrets du conclave budgétaire que vous allez bientôt entamer, avez-vous des pistes à annoncer pour rassurer les CPAS qui nous écoutent très certainement cet après-midi ?

De heer David Leisterh (MR).- Het volstaat niet om steun te verstrekken aan de OCMW's, zodat zij op hun beurt de nood van de Brusselaars kunnen lenigen. Er moet meer worden ingezet op preventie. Je kunt iemand helpen om zijn energiefactuur te betalen, maar tegelijk moet je nagaan of er in zijn woning geen nuttige ingrepen kunnen worden verricht om de energiefactuur te drukken. Je kunt mensen bewuster maken van hun energieverbruik en tips geven om te bezuinigen.

Ook voor die bijkomende taken hebben de OCMW's echter middelen nodig, terwijl het Brussels Gewest al financiële problemen heeft. Van waar moet dat geld dan komen? Kunt u de OCMW's geruststellen dat er geld zal worden gevonden tijdens het nakende begrotingsconclaaf?

Share
14:53 § 125 → Video
Share

Mme Farida Tahar (Ecolo).- Je remercie Mme Els Rochette d'avoir ouvert le débat sur cette thématique intéressante. Dans ce cadre, je vous demanderai tout de même à tous de faire attention aux mots que vous employez. Le terme « homme à tout faire » me fait un peu bondir, quand je pense à toutes ces femmes qui en font beaucoup et sont aussi très compétentes pour réaliser de petits travaux. Essayons donc d'employer plutôt le terme « personne à tout faire ».

Pour revenir sur le sujet, je trouve la proposition avancée intéressante, mais il reste à voir si elle peut être concrétisée et financée. Elle s'inscrit dans un contexte de crises successives, en particulier de crise énergétique. Je nous entends toutes et tous prendre la parole ici pour demander, à juste titre, de renforcer des moyens qui restent insuffisants. Or nous avons tous des représentants à d'autres niveaux de pouvoir, notamment à l'échelon fédéral. C'est là que nous devons continuer de marteler que l'humain et le social constituent, plus que jamais, une priorité. Je compte bien évidemment sur nos collègues du MR pour faire passer ce message et insister sur la priorité à accorder au refinancement de la sécurité sociale pour que nos CPAS disposent de plus de moyens.

La Région de Bruxelles-Capitale a dégagé environ 20 millions d'euros supplémentaires. Est-il envisageable d'augmenter ces enveloppes ? Les usagers du CPAS n'y recourent pas encore suffisamment parce qu'ils attendent les factures de fin d'année. C'est à ce moment-là que nous assisterons à une demande croissante d'aides du CPAS. Or les moyens disponibles seront insuffisants. Je sais que vous plaidez aussi pour une augmentation de ces enveloppes. Avez-vous davantage d'informations sur les aides supplémentaires que vous pourriez obtenir auprès de l'État fédéral ?

Mevrouw Farida Tahar (Ecolo).- De voorgestelde oplossing is interessant, maar hoe zal die concreet worden waargemaakt en gefinancierd? Daarvoor zullen we er bij de federale overheid op moeten blijven hameren dat ze in de eerste plaats haar aandacht richt op menselijke en sociale noden. Bijgevolg is een herfinanciering van de sociale zekerheid noodzakelijk, en daarvoor reken ik ook op de MR.

Het Brussels gewest heeft 20 miljoen euro extra uitgetrokken. Kan dat bedrag worden verhoogd? Wanneer de mensen op het eind van het jaar hun energiefacturen krijgen en naar het OCMW stappen, zal blijken dat die OCMW's met een tekort aan middelen kampen. Kunt u bij de federale overheid bijkomende middelen lospeuteren?

Share
14:55 § 127 → Video
Share

Mme Véronique Jamoulle (PS).- Je ne comprends pas pourquoi ma question orale concernant le soutien financier aux CPAS n'a pas été jointe à la demande d'explications de Mme Rochette dès lors qu'elle traite des difficultés que rencontrent les CPAS à la suite de la crise. Celle-ci touche non seulement un nombre croissant de personnes, mais engendre aussi des problèmes pour les CPAS eux-mêmes, confrontés à l'augmentation du coût du personnel et de l'énergie qu'ils consomment.

Il me semble plus sensé d'ajouter ces éléments à la demande d'explications plutôt que de poser ma question orale.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Je vous répondrai dans le cadre de cette demande d'explications.

Mme Véronique Jamoulle (PS).- Les études du groupe Belfius mettent en évidence les difficultés éprouvées par les autorités locales, en particulier les CPAS. Le gouvernement fédéral a certes un rôle à jouer. Il intervient déjà, mais ce n'est pas suffisant par rapport aux drames sociaux que connaît notre Région. Quel soutien notre Région apporte-t-elle donc aux CPAS ?

Ces mêmes études soulignent le fait que les entités publiques et les personnes physiques qui ont davantage investi dans la rénovation de leurs bâtiments subiront moins la crise énergétique, mais toutes les communes et tous les CPAS n'ont pas eu l'occasion de le faire. Or, les taux d'intérêt et les coûts des matériaux augmentent. Il devient donc de plus en plus difficile pour les CPAS, surtout dans les communes moins bien dotées, d'investir pour réduire leur facture énergétique.

Mevrouw Véronique Jamoulle (PS).- Waarom werd mijn mondelinge vraag over de financiële steun aan de OCMW's niet toegevoegd aan de vraag om uitleg van mevrouw Rochette?

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Ik zal ook uw vragen beantwoorden.

Mevrouw Véronique Jamoulle (PS).- Uit een studie van Belfius blijkt hoe moeilijk de lokale besturen, en in het bijzonder de OCMW's, het hebben. Hoe kunnen we de OCMW's ondersteunen? Welke rol kan de federale overheid daarin spelen?

Wie goed in renovatie geïnvesteerd heeft, zal de energiecrisis minder hard voelen. Dat geldt ook voor openbare instellingen, maar de met geldgebrek kampende gemeenten en OCMW's hebben vaak niet de kans gehad om dat te doen, waardoor hun energiefactuur nog oploopt.

Share
14:58 § 133 → Video
Share

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- De energieteams van de OCMW's zetten in op preventie, omdat die van essentieel belang is bij het verlagen van de energiefactuur. Ze bieden begunstigden de mogelijkheid om hun energieverbruik te evalueren en defecte apparaten en/of energieverslinders te identificeren.

De OCMW’s kunnen allerlei financiële tegemoetkomingen geven:

- voor de aankoop van energie-efficiëntere apparaten (spaarlampen, A+-apparaten, ...);

- voor de controle, het onderhoud of het energiezuinig maken van energietoestellen (onderhoud van ketels, ...);

- voor kleine of grote werken om het verbruik te verminderen.

Ze verlenen die steun onder bepaalde voorwaarden. Voor grote werken moet men de eigenaar van het gebouw zijn. De OCMW's publiceren ook pedagogische informatie over energie.

De initiële uitgavenbegroting van de GGC voorziet in 2022 in 20 miljoen euro bijkomende steun voor de negentien OCMW's. De helft van dat bedrag moet de OCMW's in staat stellen om de sociale noden ten gevolge van de stijgende energieprijzen te lenigen.

Ten minste 50% van het bedrag moet naar extra ondersteuning van behoeftige personen gaan en maximaal 50% naar de uitbreiding van de OCMW's teams om de stijgende behoeften het hoofd te bieden.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Les équipes des CPAS chargées de l'énergie mettent l'accent sur la prévention - essentielle pour réduire les factures - et permettent notamment aux bénéficiaires d'évaluer leur consommation d'énergie.

En outre, les CPAS proposent, à certaines conditions, diverses interventions financières pour l'achat d'appareils moins énergivores ou aux fins de travaux visant une réduction de la consommation d'énergie.

Le budget initial des dépenses de la Cocom comprend 20 millions d'euros de soutien supplémentaire aux CPAS en 2022, afin de leur permettre de répondre aux besoins sociaux causés par la hausse des prix de l'énergie.

Share
15:00 § 135 → Video
Share

(poursuivant en français)

Les 10 millions d'euros restants devraient être consacrés à la poursuite des projets entamés grâce aux moyens complémentaires libérés dans le cadre de la crise sanitaire, dont 30 millions d'euros alloués en 2020 et 2021. Les 22 millions d'euros restants ont été pérennisés en 2022.

Par ailleurs, lors de l’ajustement budgétaire de 2022 qui vous a été soumis au printemps, 10 millions d'euros complémentaires ont été provisionnés dans le budget régional pour renforcer l’action des CPAS en la matière.

Par rapport à ce qui est prévu dans le fonds social énergie , nous disposons donc d'une aide de 10 millions d'euros supplémentaires pour la poursuite d'un certain nombre d'actions liées au Covid-19 et post-Covid-19. Celles-ci comportaient déjà un volet de lutte contre le surendettement et chaque CPAS a mené des actions spécifiques en la matière, dont certaines sont poursuivies.

L’État fédéral a débloqué 57 millions d'euros pour renforcer le fonds énergie et la Région bruxelloise alloue pas moins de 30 millions d'euros de soutien supplémentaire aux CPAS, alors qu'elle n'est pas a priori compétente.

Bien que les CPAS dépendent de la tutelle fédérale pour le renforcement de leurs moyens, la Région bruxelloise apporte donc des moyens complémentaires au regard de la situation sociale régionale. Elle intervient de manière supplétive, même si c'est de manière massive.

Le renforcement du fonds gaz électricité par l’État fédéral à hauteur de 57 millions d'euros est certes une bonne chose, mais chaque niveau de pouvoir doit assumer sa tâche et ses responsabilités.

(verder in het Frans)

De resterende 10 miljoen euro dient om de projecten voort te zetten die tijdens de gezondheidscrisis werden opgestart. Daarbij ging het onder andere over overmatige schuldenlast.

Bij de begrotingsaanpassing van het voorjaar werd nog 10 miljoen extra vastgelegd voor steun aan de OCMW's.

De federale overheid heeft 57 miljoen euro uitgetrokken om het Gas- en Elektriciteitsfonds te versterken. Het Brussels gewest maakt niet minder dan 30 miljoen euro extra vrij voor de OCMW's, ook al is dat in de eerste plaats een federale bevoegdheid. Ieder bevoegdheidsniveau moet zijn taken en verantwoordelijkheden ter harte nemen.

Share
15:03 § 137 → Video
Share

Cela étant dit, nous sommes bien conscients du fait que procurer des moyens ne suffit pas à résoudre le problème. Nous nous sommes assurés qu'une partie des moyens supplémentaires seraient affectés au renfort du personnel, mais trouver des assistantes sociales et des assistants sociaux n'est malheureusement pas facile.

Nous travaillons sur ces questions avec les CPAS. Des groupes de travail ad hoc ont été créés. L'un s'est encore réuni à mon cabinet la semaine passée, en ma présence, avec la Fédération des CPAS bruxellois et l'ensemble des acteurs du secteur de l'énergie (fournisseurs, Bruxelles Gaz électricité, Sibelga, Bruxelles Environnement) pour trouver le moyen d'améliorer encore la situation, en matière de réglementation et de protection, face à l'augmentation des prix de l'énergie. Cette démarche devrait déboucher, le plus rapidement possible, sur une série de mesures.

Met bijkomende middelen alleen komen we er niet. Een deel van die middelen zal nodig zijn om het personeelsbestand van de OCMW's aan te vullen, maar het is niet eenvoudig om sociaal assistenten te vinden.

Werkgroepen buigen zich over deze kwesties. Zo was er vorige week op mijn kabinet nog een vergadering met de Federatie van Brusselse OCMW's, met de energiesector en Leefmilieu Brussel om mensen beter te beschermen tegen de hoge energieprijzen. Die werkgroep zal hopelijk snel maatregelen voorstellen.

Share
15:04 § 139 → Video
Share

(verder in het Nederlands)

Ik heb aan de Federatie van Brusselse OCMW's gevraagd om de bestaande praktijken in kaart te brengen. Bovendien weet ik dat de OCMW's verscheidene partnerschappen op dat vlak zijn aangegaan. Zo verzamelt, herstelt en verkoopt het OCMW van Brussel in het kader van zijn project Cyclup Electro in samenwerking met het duurzaam wijkcontract Marollen grote tweedehandse huishoudapparaten, zoals wasmachines, droogkasten, vaatwassers, elektrische kookplaten enzovoort. Het biedt daarnaast een dienst voor ophaling, herstelling en preventief onderhoud aan huis aan.

(poursuivant en néerlandais)

J'ai demandé à la Fédération des CPAS bruxellois de recenser les pratiques existantes. Ainsi, le CPAS de la Ville de Bruxelles - dans le cadre de son projet Cyclup Électro - propose notamment un service de collecte, de réparation et d'entretien préventif à domicile.

Share
15:05 § 141 → Video
Share

(poursuivant en français)

La cellule de l'énergie du CPAS d'Etterbeek organise des ateliers pour sensibiliser à l'utilisation rationnelle de l'eau et de l'énergie ; elle fournit aussi des conseils pour l'entretien des appareils. Le CPAS de Bruxelles a créé des outils pédagogiques. Le travail fourni par le CPAS de Saint-Gilles en la matière est historique. Il œuvre depuis longtemps pour aider les allocataires et les personnes dans le besoin à réduire leur consommation d'énergie, à pousser les propriétaires à investir dans l'amélioration de la performance énergétique de leurs bâtiments, à accompagner les locataires dans leurs démarches auprès des propriétaires, etc. Ce ne sont que quelques exemples. Les dix-neuf CPAS organisent des ateliers, des actions et prennent des mesures pour essayer d'aider leurs bénéficiaires à consommer moins d'énergie.

Toutefois, il est vrai que, d'un CPAS à l'autre, les actions ne sont pas les mêmes et que certains doivent se limiter aux actions de base. Un CPAS a décidé de pratiquement fermer ses services particuliers ou supplétifs pour recentrer le travail des assistants sociaux sur l'action sociale de base. Je ne juge pas, je constate.

Concernant l'information sur les primes, dans le cadre du projet Rénolution, nous travaillons surtout avec des organismes d'accompagnement en matière d'énergie, dont le réseau Habitat et les associations qui le composent. Comme vous avez pu le constater dans le budget, nous avons considérablement renforcé les moyens d'accompagnement, à la fois de homegrade.brussels et du réseau Habitat, puisqu'ils sont complémentaires et travaillent ensemble.

Le réseau Habitat regroupe une myriade d’associations réparties dans les quartiers, qui sont souvent membres des coordinations sociales organisées par les CPAS. Elles travaillent avec le tissu associatif local, parfois en lien avec les CPAS, pour autant qu'elles soient présentes dans la commune en question. Nous avons plutôt travaillé de cette manière, mais souvent des liens existent entre le réseau Habitat et les cellules de l'énergie des CPAS.

(verder in het Frans)

Alle OCMW's organiseren uiteenlopende acties. Die verschillen echter van OCMW tot OCMW. Sommige beperken zich tot de basisdienstverlening.

Wat de premies betreft werkt het gewest voor Renolution samen met organisaties die begeleiding bieden op het gebied van energieverbruik. Voorts kunt u in de begroting zien dat de middelen voor homegrade.brussels en Netwerk Wonen aanzienlijk verhoogd zijn. Netwerk Wonen vertegenwoordigt heel wat verenigingen, die op hun beurt met de OCMW's samenwerken.

Share
15:08 § 143 → Video
Share

Il est évidemment difficile de vous dire ce qu'il adviendra des vingt millions d'euros alloués au budget de 2022. Le budget de 2023 vous sera présenté dans quelques semaines, mais fait encore l'objet d'une discussion politique. En tant que ministre de l'Action sociale et de l’Énergie, je souhaite bien évidemment que les moyens soient pérennisés en faveur des CPAS, comme ce fut le cas en partie après la crise du Covid-19.

La situation budgétaire de l'ensemble des entités, y compris de la Région bruxelloise, est extrêmement tendue et complexe. Je ne sais pas plus que vous, M. Leisterh, où trouver les fonds. La question va bien au-delà de l'augmentation des prix de l'énergie, car elle touche tout le monde : les pouvoirs publics, la population - exceptés les ménages qui sont encore protégés par un contrat fixe -, les associations, le secteur non marchand, les entreprises, etc.

Une régulation forte du marché me paraît nécessaire. Nous devrons arriver d'une manière ou l'autre à plafonner ou bloquer les prix de l'énergie. Au vu de la gravité de la situation, les mailles du filet de rattrapage sont trop larges. Si les prix de l'énergie restent aussi élevés pendant des mois et que l'Europe ne prend pas de mesures, une intervention macroéconomique sera nécessaire.

De begroting voor 2023 wordt over enkele weken besproken. Uiteraard zie ik het liefst dat de middelen voor de OCMW's behouden blijven.

Alle regeringen worstelen echter met het begrotingsevenwicht. Ook ik weet niet waar ik nog meer middelen vandaan zou moeten halen. Bovendien wordt iedereen door de crisis getroffen: de overheden en de gezinnen, maar ook de verenigingen, de non-profitsector en de bedrijven.

Een strikte marktregulering lijkt noodzakelijk. De energieprijzen moeten begrensd worden. Als de prijzen maandenlang hoog blijven en Europa niets doet, wordt een macro-economische ingreep nodig.

Share
15:10 § 145 → Video
Share

Nous ne pourrons empêcher qu'une partie de la population tombe dans la précarité, que des faillites massives d'entreprises aient lieu ou que le secteur non marchand et associatif soit précarisé. Soyons clair, cela coûterait trop cher. C'est ingérable. Cela vaut tant pour la Région de Bruxelles-Capitale que pour la Région wallonne et la Région flamande.

Le gouvernement fédéral a heureusement pris des mesures. Je me réjouis que le tarif social ait été instauré dès le printemps passé. C'est un premier bouclier, qui a évité un certain nombre de problématiques. Aujourd'hui, des mesures complémentaires sont prises en faveur des classes moyennes ainsi que, partiellement, des entreprises. Si les prix ne diminuent pas, ces mesures seront cependant insuffisantes.

Il s'agit donc d'un enjeu pour nous tous, M. Leisterh, et nous devons le relever tous ensemble, tous niveaux de pouvoir confondus. Cette situation prend une ampleur telle que nous devons veiller à développer des solutions et trouver l'argent nécessaire à leur financement. Il s'agirait d'une surrégulation ou d'une « superrégulation » du marché, voire d'un blocage des prix, tout en continuant à assurer l'approvisionnement énergétique du pays.

Anders zal een deel van de bevolking onvermijdelijk in de armoede belanden en zullen bedrijven failliet gaan. Geen enkel gewest kan dit aan.

Gelukkig nam de federale regering bovenop het in het voorjaar ingevoerde sociale tarief nu ook maatregelen voor de middenklasse en de ondernemingen. Als de prijzen hoog blijven, zal dat echter niet volstaan.

Alle beleidsniveaus moeten deze crisis samen bestrijden. Desnoods moeten we overgaan tot een overregulering van de markt of een blokkering van de prijzen. Daarbij moeten we ervoor zorgen dat de energiebevoorrading verzekerd blijft.

Share
15:12 § 147 → Video
Share

Mevrouw Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Het is een goede zaak dat de regering tweemaal 10 miljoen euro heeft uitgetrokken en dat de werkgroep van start is gegaan. U antwoordde dat overigens op 7 juli 2022 al op een vraag van mij.

Heel veel OCMW's leveren grote inspanningen en er lopen verscheidene projecten en partnerschappen met organisaties in de wijken. Hebt u er een idee van of alle inwoners in het gewest daarmee bereikt worden? Hangt de reikwijdte van die projecten niet af van de draagkracht van het OCMW en van de beschikbare partners?

Het is ook goed dat de Federatie van Brusselse OCMW's dat in kaart brengt, maar er is volgens mij ook nood aan een gewestelijke strategie. Ik denk dat er momenteel heel veel energie verloren gaat door de grote versnippering. Daarom wil one.brussels-Vooruit een energiepact tegen energiearmoede indienen, met daarin zes acties.

Zo willen we quick win-teams naar de wijken brengen, die huisbezoeken afleggen. Zij kunnen ervoor zorgen dat de woning in een paar weken tijd energiezuiniger wordt gemaakt.

Een ander voorstel houdt in dat het gewest een digitaal energieloket uitbouwt, waar alle Brusselaars die vragen of problemen hebben, terechtkunnen voor hulp. Dat moet gepaard gaan met een bewustmakingscampagne.

Een derde actie betreft de aanstelling van een Brusselse energiecrisiscoördinator, net zoals we een gewestelijke coördinator hebben voor de covidcrisis en voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen. De energieproblematiek is immers zeer omvangrijk.

Mme Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Nous saluons l'octroi de deux fois 10 millions d'euros, ainsi que le lancement du groupe de travail.

Les projets et partenariats développés par les CPAS avec des organisations de quartiers touchent-ils l'ensemble des habitants ?

Le recensement des projets par la Fédération des CPAS bruxellois est une bonne chose, mais une stratégie régionale s'impose également. Mon groupe propose, pour ce faire, un pacte énergétique contre la pauvreté énergétique, qui comporte six actions.

L'une d'elles est l'envoi d'équipes « quick win » dans les quartiers pour effectuer des visites à domicile et améliorer en quelques semaines la performance énergétique des logements.

Une autre est la mise en place d'un guichet énergie unique numérique, en même temps qu'une campagne de sensibilisation. Nous proposons également la nomination d'un manager de crise énergétique.

Share
15:15 § 149 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Nous avons suivi l'action menée par le gouvernement pour répondre aux besoins urgents des citoyens, mais les CPAS ont besoin de moyens pour venir en aide à la population. Comme vous, nous plaidons pour une action structurelle, notamment à travers l'emploi.

Il faudra aussi accompagner et, peut-être, soutenir les CPAS pour qu'ils aient la capacité d'apporter de l'aide aux personnes dans le besoin. Nous savons qu'aux niveaux fédéral et régional, des moyens existent, mais ne sont pas utilisés, notamment dans le domaine énergétique. Nous devrons donc suivre ces institutions au plus près pour nous assurer qu'elles répondent aux besoins des personnes.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- De OCMW's hebben meer middelen nodig om de Brusselaars te ondersteunen. Net als u pleiten wij voor structurele maatregelen, in het bijzonder via tewerkstelling.

De OCMW's moeten begeleid en gesteund worden, zodat zij in staat zijn om hulp te bieden. De federale en gewestelijke overheden beschikken over voldoende hefbomen, onder meer op het vlak van energie, maar die worden niet gebruikt.

Share
15:16 § 151 → Video
Share

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- Bedankt dat u alle politiek bevoegden nog eens op hun verantwoordelijkheid wijst, iets wat u geregeld uitdrukkelijk doet.

Ik hoor een zekere gelatenheid over de OCMW's in uw antwoord. Volgens u zijn er OCMW's die ervoor kiezen om zich opnieuw te beperken tot de basisdienstverlening. Betekent dat dat u er niet voor kunt zorgen dat alle OCMW's die informatie verstrekken en dat u ze dus niet op één lijn krijgt? Het lijkt alsof u zich bij de verschillende keuzes van de OCMW's neerlegt.

Veel eigenaars weten niet dat er heel wat subsidies zijn om hun eigendommen energiezuiniger te maken. Kunt u daar via de OCMW-huurders van die woningen geen informatie over verstrekken?

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- Merci de rappeler régulièrement leurs responsabilités à ceux qui exercent une compétence politique.

Le fatalisme qui émane de votre réponse veut-il dire que vous ne pouvez pas obtenir de tous les CPAS qu'ils fournissent ces informations et que vous ne pouvez donc pas les mettre sur la même longueur d'onde ?

Les CPAS ne pourraient-ils, par l'entremise de leurs locataires, informer les propriétaires des subventions existantes pour améliorer la performance énergétique de leur bien ?

Share
15:18 § 153 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Het einde van deze toestand is nog niet in zicht en we hoeven nog niet op een daling van de prijzen te rekenen.

(Opmerkingen van mevrouw Zamouri)

We moeten ingrijpen. Alle beleidsniveaus moeten twee lijstjes opmaken: eentje met dingen die nodig zijn en eentje met dingen die leuk zouden zijn. Over dat tweede lijstje mogen ze de komende tijd een kruis maken. We moeten ons in eerste instantie toeleggen op het hoogstnoodzakelijke.

Naast de basisdienstverlening waartoe bepaalde OCMW's zich opnieuw beperken, moeten er acties komen om mensen door de crisis te loodsen. In die context zijn een aantal dingen die mevrouw Rochette voorstelt, eerder nodig dan leuk.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Nous ne devons pas encore compter sur une diminution des prix.

(Remarques de Mme Zamouri)

Pendant un certain temps, tous les niveaux de pouvoir seront contraints de ne réaliser que le strict nécessaire et de faire une croix sur le reste.

Outre le service de base auquel certains CPAS se limitent à nouveau, des actions doivent être menées pour guider les gens dans la crise. Dans ce contexte, plusieurs choses proposées par Mme Rochette sont nécessaires.

Share
15:19 § 157 → Video
Share

M. David Leisterh (MR).- Monsieur le Ministre, vous avez raison de rappeler que c'est essentiellement le niveau fédéral qui est compétent pour les CPAS.

(Remarques de Mme Chabbert)

À force de parler si souvent des CPAS dans notre commission, nous finissons par oublier que la majeure partie des fonds qu'ils gèrent provient du niveau fédéral. Lors de la crise du coronavirus, comme récemment encore, le gouvernement fédéral est intervenu massivement pour aider les CPAS. Je n'ai pas de souci à le dire. Il est toutefois important de rappeler qui détient les principaux leviers permettant d'aider les CPAS de près ou de loin, sans même comparer l'aide apportée par les uns et les autres.

En effet, en matière énergétique, aussi bien la Région que les CPAS - surtout les plus petits - font ce qu'ils peuvent avec ce qu'ils ont. Mais lorsqu'un parc de logements sociaux comporte une majorité de logements qui ressemblent à des passoires énergétiques, il est compliqué d'envoyer une personne dans chacun d'eux pour y réaliser des petits travaux ou donner quelques trucs et astuces. C'est impossible ! Nous ne disposons pas d'assez de temps.

Cela soulève dès lors un autre débat : ne faudrait-il pas donner la priorité à la rénovation des logements sociaux ? Je sais qu'il en faut davantage pour loger les nombreuses familles qui attendent, mais doit-on utiliser l'enveloppe actuelle pour construire des logements ou plutôt l'utiliser pour l'allocation loyer et les AIS, en augmentant la part réservée à la rénovation, dès maintenant et à moyen terme ? Nous connaissons en effet tous des sociétés de logement sociaux qui comptent beaucoup trop de biens qui n'ont plus été rénovés ou adaptés depuis très longtemps. Il y a donc une double peine pour les bénéficiaires qui retombe, de facto, sur les CPAS et indirectement sur le niveau fédéral.

Nous devons être attentifs à l'origine des problèmes. Je sais que ce n'est pas le lieu pour en discuter, mais cette question mérite aussi une réflexion globale.

De heer David Leisterh (MR).- Het is goed dat u eraan herinnert dat vooral de federale regering bevoegd is voor de OCMW's.

(Opmerkingen van mevrouw Chabbert)

We praten hier zo vaak over de OCMW's dat we weleens vergeten dat het gros van hun middelen van de federale overheid komt. Die laatste heeft dan ook de belangrijkste hefbomen in handen om ze te ondersteunen.

Zowel het gewest als de OCMW's doen wat energie betreft wat ze kunnen. Er zijn in Brussel echter zo veel energieverslindende sociale woningen dat ze onmogelijk allemaal op korte termijn kunnen worden aangepakt.

Dat roept de vraag op of het niet beter is om in te zetten op de renovatie van sociale woningen, in plaats van er bij te bouwen, ook al zijn die nieuwe woningen ook nodig. De huurders van verouderde sociale woningen stappen nu immers met hun torenhoge facturen naar de OCMW's en dus indirect naar de federale overheid.

Share
15:22 § 161 → Video
Share

Mme Farida Tahar (Ecolo).- Vu le débat qui va nous occuper très longuement dans les prochaines semaines et les prochains moins, nous reviendrons vers vous pour obtenir de plus amples précisions sur les aides et les enveloppes disponibles, que vous irez sans nul doute aussi chercher du côté fédéral.

Je note d'ores et déjà la pénurie d'assistants sociaux au sein des CPAS, qui m'interpelle beaucoup. C'est un vrai fléau. Il ne suffit pas d'avoir des moyens, encore faut-il engager du personnel pour assurer l'accompagnement.

Se pose la question du recrutement des assistants sociaux dans toute leur diversité. Chaque année, les écoles bruxelloises voient sortir de leurs promotions d'excellentes assistantes sociales. Or, certaines ne sont pas engagées dans les CPAS parce qu'elles portent le foulard. Dans le contexte actuel de crise énergétique et sociale, nous ne pouvons nous priver d'engager des personnes compétentes, simplement parce qu'elles portent quelque chose sur la tête. Ce qui nous intéresse, c'est ce qu'elles ont dans la tête. Bien qu'il s'agisse d'un autre débat, il est important d'avoir cet élément à l'esprit.

Mevrouw Farida Tahar (Ecolo).- Dat de OCMW's met een tekort aan medewerkers kampen, is problematisch. De OCMW's moeten inzetten op een diverser personeelsbeleid, want nu weigeren ze goede maatschappelijk assistenten in dienst te nemen omdat die bijvoorbeeld een hoofddoek dragen.

Share
15:24 § 163 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Mme Rochette, concernant la liste des projets, le site de Brulocalis contient de nombreuses informations. La Fédération des CPAS bruxellois recense également les différents projets développés. Vous pouvez donc trouver une série d'informations en ligne, mais si elles ne vous suffisent pas, je vous invite à me poser une question écrite. Nous tâcherons de vous transmettre un maximum de réponses.

Comme évoqué dans le cadre de la crise du coronavirus, je vous invite à vous méfier de la « pensée magique ». Je crois que c'est un leurre de croire qu'une Région est en mesure de développer un plan qui résoudrait la question énergétique. Nous mettons en œuvre une série d'actions et continuerons à le faire, mais nous nous heurtons à un grand nombre de difficultés, au regard de l'ampleur du problème.

Nous pourrions développer un travail par quartier et faire en sorte que des personnes en aident d'autres à réaliser le diagnostic de leur logement, par exemple. Des associations de terrain et CPAS travaillent d'ailleurs déjà sur ces questions. Dans le cadre de la crise sanitaire, nous avons mis en œuvre des mesures, en partenariat avec la Fédération des services sociaux et des acteurs de terrain qui agissent sur la problématique sociale et énergétique. Bien sûr, nous ne pouvons pas toucher tout le monde, car il faudrait disposer de moyens humains et budgétaires considérables pour toucher les 400.000 ménages bruxellois.

Par ailleurs, je vous confirme que les acteurs travaillant à la campagne de sensibilisation ont pris un peu de retard. La campagne va seulement démarrer, ce qui me frustre, alors qu'elle a démarré au niveau fédéral.

La mise sur pied d'un « commissariat énergie » - à l'instar du commissariat du gouvernement à la lutte contre le coronavirus - pourrait faire sens au niveau fédéral. Cela étant, nous devons prendre des mesures ou un certain nombre d'actions en partenariat. La réunion du Comité de concertation du 20 août était prématurée, car les dossiers traités n'étaient pas encore suffisamment mûrs. De son côté, le niveau fédéral a pris des mesures qui vont dans la bonne direction, mais, une fois encore, nous devons réfléchir à la manière de mieux coordonner les actions des différentes entités.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Mevrouw Rochette, op de websites van Brulocalis en van de Federatie van Brusselse OCMW's vindt u heel wat informatie over de projecten. Verdere vragen kunt u mij schriftelijk stellen.

Laat u echter vooral niet verleiden door het idee dat een gewest alleen in staat zou zijn om de energiecrisis op te lossen, want dat is niet het geval.

Het Brussels Gewest zou een wijkgerichte aanpak kunnen hanteren. Het is echter onmogelijk om iedereen te bereiken, daarvoor ontbreekt het ons aan personeel en middelen.

De bewustmakingscampagne heeft overigens wat vertraging opgelopen. Dat is frustrerend, aangezien die van de federale regering al loopt.

Een federaal energiecommissariaat kan nuttig zijn. Los daarvan moet de gewestregering in overleg met de andere regeringen maatregelen en acties uitwerken.

Share
15:27 § 165 → Video
Share

Vous me demandez si, en vertu de la tutelle exercée par la Cocom sur les CPAS, nous pourrions inciter ces derniers à effectuer plus de tâches que leurs missions de base, et vérifier qu'ils le font effectivement. Ce n'est pas évident, sauf pour les missions que nous subventionnons, comme les services de médiation de dettes. Nous pourrions dans ce cas menacer de suspendre cette subvention. Par contre, nous ne disposons d'aucun levier si le CPAS décide de mettre un terme à un certain type d'action financé par d'autres moyens.

Il est à noter que la décision de suspendre une action est généralement dictée par un manque de personnel plutôt que par une volonté politique. La priorité actuelle des CPAS n'est pas d'augmenter leur budget, même s'il y a une volonté de pérenniser les moyens, mais de parvenir à mobiliser du personnel en suffisance. Je ne manquerai pas d'aborder la question de la pérennisation d'un certain nombre de moyens complémentaires pour les CPAS lors du débat budgétaire.

S'agissant des rénovations, M. Leisterh, nous n'avons pas de problème de budget. Les moyens budgétaires inscrits au budget de Mme Ben Hamou pour la rénovation des SISP sont énormes. Le vrai problème qui se pose est la difficulté à les utiliser.

Il s'agit d'un problème historique, liée à un certain nombre d'obstacles et de difficultés à rénover. En effet, pour rénover en profondeur un immeuble abritant 100 habitants, il faut reloger ceux-ci, ou gérer le chantier tout en maintenant les habitants dans l'immeuble, ce qui pose un certain nombre de difficultés en matière de qualité de vie, entre autres, comme ce fut le cas à Anderlecht.

La volonté de Mme Ben Hamou est d'encourager les sociétés immobilières de service public à rénover davantage. Elle a d'ailleurs modifié la législation pour faciliter les choses, en créant notamment des plans quadriennaux. Il n'y a cependant pas de pensée magique. Le résultat espéré ne s'obtiendra pas en un claquement de doigts ou en consacrant plus de budget à la rénovation qu'à la construction.

Du reste, c'est aussi grâce au fait que l'on construit qu'il est possible de rénover, en réalisant des opérations tiroirs. Quand on construit, on peut organiser un glissement de locataires vers les nouveaux logements et rénover les anciens, puis mettre des nouveaux locataires dans les anciens logements.

Il convient donc de se méfier de la pensée magique en ce qui concerne la rénovation des logements sociaux. Le maximum est fait au niveau du gouvernement et de Mme Ben Hamou pour accélérer les choses, et il ne suffit pas de réorganiser la répartition des budgets pour solutionner le problème.

- L'incident est clos.

U vraagt of ik de OCMW's kan aansporen om meer te doen dan wat hun basistaken inhouden. Dat is echter alleen mogelijk voor opdrachten waarvoor het gewest subsidies toekent, zoals de schuldbemiddeling.

Vaak zetten OCMW's een actie stop bij gebrek aan personeel. De OCMW's streven niet naar hogere budgetten, wel naar voldoende personeel. Dat neemt niet weg dat ik bij de begrotingsbesprekingen zal pleiten voor het behoud van bepaalde aanvullende middelen voor de OCMW's.

Mijnheer Leisterh, er is voldoende geld voor renovaties, het is alleen moeilijk om het te besteden. Dat is een historisch probleem. Als bijvoorbeeld een gebouw met honderd inwoners aan renovatie toe is, moeten die bewoners allemaal ergens anders onderdak krijgen en dat levert vaak problemen op in verband met de levenskwaliteit.

Staatssecretaris Ben Hamou spoort de openbare vastgoedmaatschappijen aan om meer te renoveren. Ze heeft de wetgeving ook in die zin aangepast en vierjarenplannen in het leven geroepen. Ze kan echter ook niet toveren, en dergelijke maatregelen vergen tijd. Voorts helpt het bouwen van nieuwe woningen ook, want daar kunnen de bewoners van de te renoveren panden terecht.

- Het incident is gesloten.

Share
15:30 § 169 → Video
Share

Question orale de Mme Delphine Chabbert

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant le soutien psychosocial aux travailleurs des institutions bruxelloises.

Mondelinge vraag van mevrouw Delphine Chabbert

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, ledenvan het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de psychosociale ondersteuning van werknemers in de Brusselse instellingen.

Share
15:30 § 171 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Dans le cadre de notre contrôle parlementaire, il me semblait important d’être au fait de ce que réalise l' organisme d'intérêt public chargé des matières dont traite notre commission.

Sur le site d’Iriscare, un volet est consacré au soutien psychosocial des travailleurs des institutions financées par cet organisme. La crise sanitaire a en effet touché de nombreux travailleurs de ces institutions, leur exposition aux populations les plus en difficulté occasionnant stress, désorientation et angoisse.

Iriscare a donc instauré des aides et des outils afin de les accompagner par le biais d'un soutien psychosocial. L'organisme annonce également la mise à disposition de lignes d’écoute, l’accès à des services de santé mentale, ainsi qu’un projet pilote dédié au burn out. Dans ce cadre, l’Association bruxelloise pour le bien-être au travail (Abbet) met en place une ligne téléphonique d’écoute bilingue pour tous les professionnels des associations. Pour sa part, la Plateforme bruxelloise pour la santé mentale de la Cocom met à disposition une ligne de soutien et d’entraide en santé mentale.

Enfin, Worldwide Empathy for Meds met également à disposition une ligne téléphonique gratuite. Il ne s'agit pas d'une écoute professionnelle, mais plutôt d'une écoute empathique entre pair-aidants. Cette offre est multilingue, puisque les écoutants parlent dix-neuf langues.

La création de tels services est une très bonne nouvelle, car elle répond assurément à de réels besoins. Toutefois, elle appelle des questions.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Een deel van de website van Iriscare is gewijd aan de psychosociale ondersteuning van werknemers van de instellingen die het financiert.

Daarnaast heeft Iriscare aangekondigd dat er telefoonlijnen, geestelijke gezondheidsdiensten en een proefproject omtrent burn-out komen. De telefoonlijnen worden niet door professionals bemand, maar door ervaringsdeskundigen die in niet minder dan negentien talen een luisterend oor bieden.

Share
15:32 § 173 → Video
Share

Quel est le public visé par ce soutien psychosocial ? S'agit-il uniquement des institutions financées par Iriscare ? Dans l'affirmative, qu'en est-il pour les autres ?

Cette aide est-elle accessible directement sur le terrain, au sein même des institutions ? Jusqu’à quand ces services seront-ils accessibles ? Une durée a-t-elle été fixée ?

Pouvez-vous nous en dire un peu plus sur ce projet pilote très intéressant ? Quel est le budget alloué par la Cocom pour financer ces différents projets ?

Une campagne d'information a-t-elle été lancée pour informer les travailleurs de l'existence de tous les services mis à leur disposition ?

Une évaluation du dispositif est-elle prévue ? Dans l'affirmative, sur quels critères et par qui ?

Kunnen alleen werknemers van door Iriscare gefinancierde instellingen psychosociale ondersteuning inroepen? Kunnen ze in hun eigen instelling ondersteuning krijgen en hoelang is die beschikbaar?

Kunt u ons wat meer vertellen over het proefproject? Hoeveel geld heeft de GGC beschikbaar gesteld? Komt er een evaluatie?

Share
15:33 § 175 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Les objectifs poursuivis par ces initiatives de soutien psychosocial aux travailleurs des institutions bruxelloises étaient les suivants :

- référencer les numéros d'appel des plateformes d'écoute ;

- référencer l'offre psychosociale la plus accessible, c'est-à-dire gratuite ou peu onéreuse ;

- rappeler le rôle des services de prévention des risques psychosociaux (synthétiser leur rôle et leurs interventions pour augmenter leur accessibilité) ;

- partager des outils et des bonnes pratiques.

La ligne d’écoute de l'Abbet a été lancée le 29 avril 2020, mais n'a pas été reconduite en 2021 en raison du manque de recours à ce dispositif, et cela, malgré une campagne d'information spécifique relative au soutien psychosocial menée par Iriscare. Cette ligne d'écoute s'adressait aux professionnels des associations non marchandes bruxelloises, c’est-à-dire aux institutions agréées par Iriscare, par les services du Collège réuni et par la Cocof.

Néanmoins, l'Abbet apporte un soutien psychosocial aux institutions concernées, notamment à travers la production d'analyses de gestion des risques sur site et une aide à l'élaboration de plans de prévention auprès des structures qui en font la demande. L'Abbet a aussi mis en place un projet de recherche sur la prévention primaire du burn out avec le soutien du Conseil national du travail . Pour plus d'informations concernant ces actions, je vous invite à consulter le rapport d'activité de l'association, consultable sur son site abbet.be.

Par ailleurs, Fedris, l'agence fédérale des risques professionnels, a déployé un projet pilote dédié au burn out, mêlant des actions de prévention secondaire et tertiaire. Le projet est prolongé et les travailleurs qui remplissent les conditions de participation peuvent introduire une demande de suivi. Les conditions de participation à ce projet sont disponibles sur le site internet de l'agence.

Comme vous l'avez mentionné, le projet Worldwide Empathy for Meds met en rapport le personnel médical et de santé avec des écoutants professionnels, reconnaissant le besoin urgent de bien-être et de régénération pour les soignants.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Oorspronkelijk was het de bedoeling om hulptelefoondiensten en laagdrempelige psychosociale initiatieven op te lijsten, de rol van preventiediensten onder de aandacht te brengen en goede praktijken te delen.

De telefoonlijn van de Association bruxelloise pour le bien-être au travail (Abbet) ging op 29 april 2020 van start, maar werd wegens het lage gebruik niet voortgezet in 2021. Ze was er voor medewerkers van door Iriscare, het Verenigd College en de Cocof erkende diensten.

De Abbet blijft de betrokken instellingen psychosociale ondersteuning bieden in de vorm van risicomanagementanalyses en hulp bij de uitwerking van preventieplannen. Ze heeft ook een onderzoeksproject opgezet over primaire preventie van burn-out.

Het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s (Fedris) heeft een proefproject met secundaire en tertiaire preventieacties ontwikkeld.

Worldwide Empathy for Meds brengt gezondheidswerkers in contact met professionele medewerkers van hulplijnen.

Share
15:35 § 177 → Video
Share

Ce projet lancé par le docteur Luc Peetermans a été créé et coordonné par Blabla-Foundation en collaboration avec une équipe de soutien internationale.

S'agissant des subsides, Iriscare finance l'Abbet depuis 2019 pour son intervention dans les institutions dépendant de la Cocom, conformément aux missions précitées. L'asbl est également soutenue par la Cocof depuis sa création à la suite de l'accord du non-marchand de 2010 pour le même objet. Pour 2022, le montant total du subside octroyé par Iriscare à l'Abbet est de 414.500 euros.

Les lignes d’écoute de la Plateforme bruxelloise pour la santé mentale ne s’adressent pas aux soignants spécifiquement, mais à toute personne en demande d’écoute. La spécificité de ces dispositifs est qu’ils sont gérés par des pairs.

Het project van dokter Peetermans is een samenwerking tussen de BlaBla Foundation en een internationaal team.

De Abbet wordt sinds 2019 door Iriscare gesubsidieerd voor wat ze in GGC-instellingen doet. In 2022 ontvangt ze een bedrag van 414.500 euro. Ook de Cocof biedt steun op basis van het akkoord over de non-profitsector uit 2010.

Het Brussels Platform Geestelijke Gezondheid richt zich niet specifiek tot zorgwerkers, maar tot iedereen die nood heeft aan een luisterend oor.

Share
15:36 § 179 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Vos réponses étaient très précises mais j'aurais dû sans doute formuler autrement mes questions. Cela me donne des idées pour la suite.

Il s'agissait de savoir si ce dispositif répondait aux besoins de tous ces professionnels. J'y reviendrai.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Ik wilde vooral weten of de noden van alle professionele zorgwerkers worden gelenigd. Ik kom er nog op terug.

Share
15:37 § 181 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Je ne peux pas vous apporter ce complément d'information à ce stade.

- L'incident est clos.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Die informatie kan ik u nu niet geven.

- Het incident is gesloten.

Share
15:37 § 185 → Video
Share

Question orale de Mme Delphine Chabbert

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant l'enquête de Médor « Bruxelles malade  ».

Mondelinge vraag van mevrouw Delphine Chabbert

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende het onderzoek van Médor "Bruxelles malade".

Share
15:37 § 187 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- « Comment, pourquoi et jusqu'où Bruxelles abîme-t-elle sa population ? » Tel est l’objectif de la remarquable enquête publiée par le magazine Médor, dont je sais que vous êtes un lecteur assidu.

(Sourires de M. Maron)

Dans la foulée de cette enquête, Médor a également réalisé le site internet "Bruxelles Malade", sur la base d'une analyse fouillée de données permettant de décortiquer l’état de santé des habitants de notre Région.

Je tiens à souligner la très grande qualité de l’analyse des données proposée par Médor, mais aussi son accessibilité, sa pédagogie et son analyse politique. Par leur lisibilité, les différentes cartes en ligne démontrent que plusieurs quartiers subissent « une triple peine », à savoir de faibles revenus, une mauvaise santé et un environnement pollué.

L'enquête met en exergue où se situe la grande pauvreté et souligne ainsi la dimension territoriale des inégalités. Ce n'est pas une surprise, mais l'éclairage qu'apporte Médor fait froid dans le dos. L'enquête révèle également qui sont les personnes vivant des vulnérabilités, les inégalités et les injustices vécues, ainsi que les impacts sur la santé dans ces quartiers difficiles sur le plan socioéconomique. Enfin, Médor pointe les facteurs qui organisent et tracent les bases d’une possible politique sociale, territoriale et sanitaire.

Cette enquête et l’analyse des données mises en perspective sont une source d’inspiration, me semble-t-il, pour tous les membres de notre commission, pour vous et votre cabinet.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Als trouwe lezer van het tijdschrift Médor, hebt u ongetwijfeld ook het artikel gelezen waarin de gezondheid van de Brusselse bevolking onder de loep wordt genomen.

(Glimlachjes van collegelid Maron)

Médor had daarvoor grondig onderzoek verricht. Daaruit bleek dat de bewoners van bepaalde wijken driedubbel benadeeld zijn: ze hebben een laag inkomen, een slechte gezondheid en leven in een vervuilde omgeving.

Dat ongelijkheid een geografische dimensie heeft in het gewest, is al langer bekend, maar het diepgravende onderzoek van Médor drukt ons met de neus op de feiten. Het schetst een zeer volledig beeld van de toestand en de gevolgen en reikt beleidsoplossingen aan. We kunnen het onderzoek dan ook gebruiken als inspiratiebron.

Share
15:39 § 195 → Video
Share

Il est évident que la situation socioéconomique d’une population est, hélas, décisive dans la construction des inégalités en matière de santé. Les indicateurs tels que le revenu, l’origine, le logement, l’âge, l’origine culturelle et la pollution régnant dans le quartier ressortent sur toutes les cartes présentées sur le site « Bruxelles Malade ». Ces inégalités ont des conséquences directes sur la santé telle que définie par l’Organisation mondiale de la santé.

À Bruxelles, on constate que les quartiers aisés sont en meilleure santé et que les barrières pour accéder aux soins de santé sont sociales et culturelles, en plus d'être financières. C’est inadmissible ! Comme le soulignait en 2019 lObservatoire de la santé et du social de Bruxelles-Capitale   : « Les personnes ayant une position socioéconomique moins favorable accumulent de nombreuses fragilités tout en disposant de moins de moyens pour s’en protéger ou en limiter les conséquences néfastes. » Je rappelle qu'un tiers des Bruxellois se trouvent dans une situation de détresse économique.

Enfin, il ressort de cette enquête que les quartiers du centre et du nord-ouest de Bruxelles sont plus jeunes, plus diversifiés, plus pauvres, plus à l’étroit et donc plus fragiles que les quartiers aisés. Médor affirme également que les femmes, les personnes d’origine étrangère, les publics invisibilisés et les jeunes sont les plus vulnérables.

Quelle analyse faites-vous de cette enquête de Médor ? Pourriez-vous partager vos réflexions avec nous et préciser les mesures prises pour améliorer l’égalité en santé pour ces populations vulnérables, en particulier les femmes, les personnes d’origine étrangère et les jeunes ?

Une démarche particulière est-elle à l’étude pour rééquilibrer l’offre de soins et améliorer leur accessibilité dans les quartiers pauvres du nord-ouest de Bruxelles ? Ces quartiers feront-ils l’objet de projets ou soutiens spécifiques ?

Sociaal-economische ongelijkheid genereert gezondheidsongelijkheid. Bewoners van welgestelde wijken verkeren in betere gezondheid en de toegankelijkheid van de gezondheidszorg wordt beïnvloed door financiële, sociale en culturele factoren. Dat is onaanvaardbaar.

Uit het onderzoek van Médor kwam ook naar voren dat de wijken in het centrum en het noordwesten van het gewest een jongere, diversere, armere, krapper behuisde en bijgevolg kwetsbaardere bevolking hebben dan de rijkere buurten. Vrouwen, personen van buitenlandse afkomst, mensen die niet zichtbaar zijn en jongeren vormen de meest kwetsbare bevolkingsgroepen.

Hoe kijkt u tegen het onderzoek van Médor aan? Welke maatregelen hebt u genomen ter bevordering van de gezondheidsgelijkheid?

Worden er mogelijkheden onderzocht om het zorgaanbod in de armere buurten te verbeteren en toegankelijker te maken? Staan er specifieke projecten of steunmaatregelen voor die wijken in de steigers?

Share
15:41 § 197 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- S'agissant du contenu, l’étude publiée par Médor n’est pas une surprise, une grande partie de l’information s'appuyant sur les travaux de l'Observatoire de la santé et du social et de perspective.brussels : il s'agit des outils de pilotage, données auxquelles nous avons forcément accès et sommes sensibles.

Le Collège réuni de la Cocom a adopté le 7 juillet dernier le volet sociosanitaire du plan social-santé intégré. Celui-ci est constitué d'un référentiel et d'un plan opérationnel.

Dans ce dernier ont notamment été introduites des mesures spécifiques de lutte contre les inégalités liées au genre et aux discriminations - dont le racisme -, des mesures de développement de dispositifs adaptés aux réalités des familles monoparentales, et le développement de la fonction 0.5, qui consiste à aller à la rencontre des publics.

Il contient également des mesures visant des publics spécifiques, comme les personnes subissant une addiction, les primo-arrivants, les enfants et adolescents dans une situation de pauvreté. Ce plan vous sera présenté très prochainement.

Le 27 janvier dernier, le Collège réuni de la Cocom a par ailleurs adopté un arrêté relatif au soutien des pratiques multidisciplinaires et des jeunes médecins. Ce dispositif remplace le système de prime appelé Impulseo qui était réservé aux médecins généralistes.

L’objectif de cette réforme est de stimuler l’association des médecins généralistes avec différents professionnels de santé, en vue d'exercer ou de continuer à exercer une activité sur le territoire et de garantir ainsi des soins de première ligne globaux et accessibles à la population bruxelloise, y compris pour les personnes non assurées par une mutualité, avec une priorité accordée à certains quartiers où la couverture est la plus faible.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Het onderzoek van Médor is grotendeels gebaseerd op gegevens van Brusselse overheidsorganisaties en zijn ons dus bekend.

Op 7 juli 2022 keurde het Verenigd College een deel van het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan goed dat specifieke maatregelen bevat ter bestrijding van ongelijkheid op basis van gender en afkomst. Het bevat ook maatregelen om de 0,5-lijn te ontwikkelen, boven op een reeks maatregelen die gericht zijn op doelgroepen, zoals eenoudergezinnen, verslaafden en nieuwkomers.

In januari 2022 voerden we ook een hervorming door van de Impulseo-premies voor huisartsen. Met het nieuwe steunmechanisme willen we huisartsen aanmoedigen om zich te verenigen met andere gezondheidsberoepen zodat ze een globale en toegankelijke eerstelijnszorg kunnen bieden voor alle doelgroepen. Wijken met een beperkt zorgaanbod krijgen daarbij voorrang.

Share
15:43 § 199 → Video
Share

En 2020 ont démarré les neuf projets pilotes de contrat local social-santé (CLSS). La philosophie des CLSS s’inscrit dans le développement d’une meilleure articulation entre les services de première ligne, aussi bien sociaux que sanitaires, et vise un meilleur calibrage de leurs actions en fonction des besoins des habitants. Ils visent également à renforcer le pouvoir d’action des habitantes et des habitants. Ces contrats doivent toutefois encore faire l'objet d'une évaluation. Les réalités institutionnelles et de terrain sont très différentes dans chacun des neuf quartiers, bien qu'ils aient la caractéristique commune d'être « populaires » et d'accumuler un certain nombre de problématiques.

Au printemps 2022, le Collège réuni a approuvé une note « première ligne » pour un budget de 10 millions d’euros à l’horizon 2024 afin de soutenir une dizaine de projets visant à mieux organiser l’aide et les soins de première ligne. Parmi ces projets, j’en citerai trois en particulier qui répondent aux besoins de rééquilibrage de l’offre et d'accès aux soins pour les personnes qui en ont le plus besoin.

Premièrement, le Collège réuni va poursuivre le déploiement des CLSS en prévoyant huit CLSS supplémentaires. Ces quartiers seront sélectionnés sur la base des critères de vulnérabilité des habitants. Il va de soi que la zone dite du « croissant pauvre » sera couverte en priorité. Les résultats de l'étude indiquent en effet que les problèmes s'y concentrent.

Deuxièmement, le projet de relais d’action de quartier sera poursuivi au-delà de la pandémie de Covid-19. Ce projet renforce les logiques d’« outreaching » déjà présentes dans les services et vise à rapprocher du système les Bruxelloises et les Bruxellois qui en sont éloignés, en tentant de répondre au maximum à leurs besoins dans leur milieu de vie.

Il est enfin également prévu que le projet Bri-Co (Bureau de Recherches et d'Investigation sur le Commun) soit poursuivi. Celui-ci a pour but de mettre en avant des problèmes spécifiques identifiés par la population d’un quartier dans une démarche communautaire.

Daarnaast startte in 2020 een proefproject met lokale welzijns- en gezondheidscontracten in negen volksbuurten. Die hebben tot doel de eerstelijnsdiensten op het vlak van maatschappelijke bijstand en gezondheidszorg beter op elkaar en op de wijk af te stemmen.

In het voorjaar van 2022 besliste het Verenigd College om tegen 2024 10 miljoen euro uit te trekken voor een tiental projecten ter verbetering van de organisatie van de eerstelijnsdiensten.

Meerdere projecten zijn erop gericht om het zorgaanbod beter af te stemmen op degenen die er het meest behoefte aan hebben. Zo zullen er acht nieuwe lokale welzijns- en gezondheidscontracten bij komen in kwetsbare buurten en zal een outreachproefproject dat opgezet werd in het kader van de coronacrisis, worden voortgezet.

Share
15:46 § 201 → Video
Share

S'il s'agit a priori de problématiques liées au secteur du social et de la santé, d'autres types de problématiques connexes émergent parfois. L'objectif est donc d'agir sur ces problématiques, qu'elles soient liées à des pollutions, à la malpropreté ou au logement, qui agissent comme d'autres déterminants de la santé.

La décision politique que vous évoquez a bien été prise anticipativement. J'espère qu'elle ne sera pas remise en question lors des discussions budgétaires 2023-2024 et que ce renforcement décidé par le gouvernement sera défendu par chacun et réellement mis en œuvre.

In de eerste plaats betreffen die acties sociale bijstand en gezondheidszorg, maar vaak komen daarbij ook andere problemen naar voren, zoals vervuiling, slechte huisvesting enzovoort.

De politieke beslissing over die maatregelen werd genomen. Hopelijk worden die niet in vraag gesteld bij de begrotingsbesprekingen voor 2023 en 2024.

Share
15:47 § 203 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Je m'attendais à ce que votre réponse soit axée sur le plan social-santé intégré (PSSI). Je connais les projets que vous citez. La question sera de savoir comment tout s'imbrique, est évalué et s'articule dans le PSSI, en résumé comment tout participe à atteindre les objectifs de rééquilibrage de l'offre afin de répondre aux besoins des personnes les plus vulnérables.

J'entends aussi tout le travail réalisé par rapport aux médecins généralistes, dont le rôle est essentiel à Bruxelles. Suite, donc, au prochain épisode du PSSI.

- L'incident est clos.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Ik ben op de hoogte van de projecten die u opsomt. Nu valt nog te bezien hoe ze ingepast worden in het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan en hoe dat leidt tot een evenwichtiger zorgaanbod.

Ten slotte ben ik blij dat er ook aandacht is voor de huisartsen, want die spelen een cruciale rol in Brussel.

- Het incident is gesloten.

Share
15:48 § 209 → Video
Share

Question orale de Mme Nicole Nketo Bomele

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant l'augmentation des cas de Covid-19.

Mondelinge vraag van mevrouw Nicole Nketo Bomele

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de toename van het aantal gevallen van Covid-19.

Share
15:48 § 211 → Video
Share

Mme Nicole Nketo Bomele (DéFI).- Selon l’institut de santé publique Sciensano, les cas de Covid-19 sont en augmentation dans notre pays. L’Organisation mondiale de la santé estime qu’il y a encore beaucoup d’incertitudes quant à l’évolution du virus mais que lorsqu'un vaccin contre le variant omicron sera développé, il devra être administré en rappel à l’ensemble de la population.

Quel est le nombre de cas de Covid-19 en Région bruxelloise en ce mois de septembre ? Confirmez-vous l'augmentation des cas ? Que pensez-vous des chiffres publiés par Sciensano ?

Quel est le taux de vaccination avec une dose booster à Bruxelles ? Une relance de cette campagne de vaccination est-elle envisagée ?

Une réactivation des mesures pour lutter contre la transmission du virus, comme le port du masque dans les transports, est-elle envisagée par la Cocom ?

Une campagne de promotion des gestes barrières auprès de la population sera-t-elle relancée cet automne ?

Une concertation entre vos homologues fédéraux et régionaux est-elle organisée afin de coordonner les actions à prendre si la situation épidémiologique venait à s’aggraver ? C'est vraiment important. Qu'avez-vous préparé, le cas échéant ?

Mevrouw Nicole Nketo Bomele (DéFI).- Uit de cijfers van Sciensano blijkt dat de covidgevallen opnieuw toenemen in ons land.

Hoeveel covidgevallen zijn er in september in Brussel vastgesteld? Klopt het dat de cijfers stijgen?

Hoeveel Brusselaars kregen al een boosterprik? Komt er een nieuwe vaccinatiecampagne?

Zullen bepaalde beschermingsmaatregelen opnieuw worden ingevoerd, zoals mondmaskers op het openbaar vervoer?

Komt er een nieuwe bewustmakingscampagne over de beschermingsmaatregelen?

Vindt er overleg tussen de gewesten en de federale overheid plaats om de maatregelen te coördineren als de epidemiologische situatie verslechtert?

Share
15:50 § 215 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- En un an, l’eau a coulé sous les ponts : la situation évolue de mois en mois, dans un sens comme dans l'autre.

Sciensano continue de mettre les chiffres en ligne. Les données suivantes datent du 14 septembre dernier. Sans doute ces chiffres ont-ils un peu évolué. La valeur R était repassée au-dessus de 1, ce qui représentait une augmentation des contaminations ; l'incidence sur quatorze jours était de 140 nouveaux cas par jour ; l'on procédait à 1.000 tests par jour en Région bruxelloise ; le taux de positivité, en baisse à l'époque, était de 13,6 %. Cent-un patients étaient hospitalisés pour le Covid-19, dont dix en unités de soins intensifs - un chiffre en baisse, tout comme le nombre de décès.

En ce qui concerne la vaccination, la dose booster avait été administrée à 76,3 %​ des 65 ans et plus, et à 43,7 %​ des 18-64​ ans. La deuxième dose booster avait été prise par 5,4 %​ des 65 ans et plus, et par 1,1 %​ des 18-64​ ans.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Op 14 september was het reproductiegetal in Brussel hoger dan 1 en bedroeg de incidentie 140 nieuwe gevallen per dag. Er werden duizend tests per dag uitgevoerd, waarvan 13,6% met een positief resultaat. 101 covidpatiënten lagen in het ziekenhuis, van wie 10 op intensive care. Dat cijfer ging in dalende lijn, net als het aantal sterfgevallen.

De boosterprik was toegediend aan 76,3% van de 65-plussers en 43,7% van de 18- tot 64-jarigen, de tweede boosterdosis aan 5,4% van de 65-plussers en 1,1% van de 18- tot 64-jarigen.

Share
15:52 § 217 → Video
Share

La campagne de vaccination pour la deuxième dose booster venait alors de commencer. Elle a débuté le 12 septembre en ciblant surtout les plus de 65 ans. Cependant, toutes les personnes de plus de 50 ans ont reçu une invitation à se faire vacciner, de même que les personnes immunodéprimées et les personnes issues du secteur des soins. Ces publics cibles ont été déterminés en fonction de l'avis du Conseil supérieur de la santé.

À partir du 1er octobre, la campagne sera officiellement élargie aux 18 ans et plus. Cela dit, si une personne entre 18 et 50 ans se présente dans un centre de vaccination ou demande à son pharmacien ou à son médecin de recevoir sa deuxième dose booster, elle la recevra.

Compte tenu de la situation actuelle, il n'est pas prévu de renforcer les mesures. Cependant, une campagne de sensibilisation a bien été lancée dès le début de ce mois. Vous la voyez circuler sur les réseaux sociaux, dans les bus, aux stations de la STIB et à d'autres endroits.

Les points abordés sont :

- la protection offerte par le vaccin contre les formes graves de la maladie ;

- l'aération des espaces intérieurs ;

- le port d'un masque bucco-nasal dans les endroits fort fréquentés ou mal ventilés ;

- la protection des personnes vulnérables ;

- l'isolement et le dépistage dès l'apparition de symptômes liés au Covid-19 ;

- le fait de privilégier l'extérieur pour des activités de groupe.

De vaccinatiecampagne voor de tweede boosterdosis ging op 12 september van start en was aanvankelijk op de 65-plussers gericht. Op advies van de Hoge Gezondheidsraad werden echter ook alle mensen boven de 50 jaar, mensen met een verminderde immuniteit en mensen uit de zorgsector uitgenodigd. Vanaf 1 oktober wordt de campagne officieel uitgebreid tot de 18-plussers.

Gezien de huidige situatie zijn er geen plannen om de maatregelen aan te scherpen. Begin deze maand is wel een bewustmakingscampagne gestart over de bescherming die het vaccin biedt tegen ernstige symptomen, het belang om binnenruimten goed te ventileren en een mondmasker te dragen in drukke of slecht geventileerde ruimten, kwetsbare personen te beschermen, zich te isoleren en te laten testen bij de eerste symptomen en groepsactiviteiten bij voorkeur buiten te laten doorgaan.

Share
15:54 § 219 → Video
Share

La conférence interministérielle (CIM) de la Santé publique se réunit une fois par mois ; elle s'est réunie la semaine dernière. La Région bruxelloise, que je représente, en assure la présidence pour six mois.

Les instances désignées pour le suivi de la situation en temps réel continuent leur travail, à savoir le groupe d'évaluation des risques et le groupe de gestion des risques . Elles nous envoient un rapport et des recommandations une fois par semaine.

Bien entendu, lorsque la situation épidémiologique évolue, le dispositif de surveillance et de prise de décision se met en branle. L'Université de Hasselt prévoit un pic de contaminations entre la fin du mois d'octobre et le début du mois de novembre. Si la population à risque a reçu une deuxième dose booster, la hausse des contaminations ne devrait pas engendrer une saturation du système hospitalier.

Toutefois, les projections sont réalisées sur la base des variants qui circulent actuellement, mais ceux-ci continuent à évoluer. Si des variants plus contagieux ou plus agressifs devaient apparaître, ils pourraient changer la donne. La prudence reste donc de mise.

J'ajoute que la semaine qui a suivi le 12 septembre, 7.627 personnes se sont présentées à la vaccination pour le deuxième booster. Il est important que le public le plus fragile ait reçu ce deuxième rappel à l'approche de l'hiver. Nous devons donc poursuivre cette campagne.

De interministeriële conferentie Volksgezondheid komt eenmaal per maand samen en de Risk Assessment Group en de Risk Management Group blijven de situatie op de voet volgen. Ze sturen ons wekelijks een verslag en aanbevelingen.

Zodra de epidemiologische situatie verslechtert, wordt het monitoring- en besluitvormingssysteem geactiveerd. De Universiteit Hasselt verwacht een piek in de besmettingen tussen eind oktober en begin november. Als de risicopopulatie ondertussen een tweede boosterdosis heeft gekregen, zal de toename van het aantal infecties normaal gezien niet tot een verzadiging van het ziekenhuissysteem leiden, tenzij er ondertussen meer besmettelijke of agressieve varianten opduiken.

Share
15:57 § 221 → Video
Share

Mme Nicole Nketo Bomele (DéFI).- La campagne de sensibilisation est effectivement importante. Cependant, je pense aussi qu'en cette période de soi-disant répit, nous devons continuer à travailler avec les associations de terrain actives dans le domaine de la promotion de la santé pour aller vers les publics récalcitrants à la vaccination.

J'ai été en contact avec des acteurs de ce secteur, qui m'ont dit qu'ils avaient cherché à comprendre pourquoi certaines personnes ne souhaitaient pas se faire vacciner. Un travail important a été réalisé à cet égard, mais sans que l'on y ait donné suite, ce qui n'a pas manqué d'engendrer des frustrations. Ce secteur souhaiterait dépendre de la Cocom pour se sentir plus utile, car dépendant de la Cocof, il s'est senti un peu oublié.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Nous pourrons rediscuter de tout cela. Le plan social-santé intégré concernera des textes qui englobent l'ensemble des secteurs. À titre personnel, je pense que l'ensemble du secteur social-santé devrait dépendre de l'entité bicommunautaire. Il y aurait alors une politique plus claire et plus structurelle. Mais il s'agit là d'éventuelles évolutions institutionnelles ultérieures.

- L'incident est clos.

Mevrouw Nicole Nketo Bomele (DéFI).- Bewustmaking blijft belangrijk. Ook nu de cijfers stabiel zijn, moeten we blijven samenwerken met verenigingen die actief zijn op het vlak van gezondheidspromotie. Een aantal verenigingen die van de Cocof afhangen, hebben geprobeerd te begrijpen waarom sommigen zich niet laten vaccineren, maar er is geen gevolg aan dat werk gegeven. Omdat ze zich nuttig willen maken, zouden die verenigingen liever onder de bevoegdheid van de GGC vallen.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Het beleid zou een pak duidelijker en structureler worden als de hele welzijns- en gezondheidssector onder de GGC zou vallen, maar daarvoor zijn nieuwe institutionele onderhandelingen nodig.

- Het incident is gesloten.

Share
15:58 § 227 → Video
Share

Question orale de Mme Delphine Chabbert

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant l'information aux familles, la sensibilisation et la formation des professionnels à la monoparentalité, telles que prévues par les actions 3 et 5 du plan régional de soutien aux familles monoparentales.

Mondelinge vraag van mevrouw Delphine Chabbert

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de informatie aan gezinnen, de bewustmaking en de opleiding van professionals inzake alleenstaand ouderschap, zoals bepaald in de acties 3 en 5 van het gewestelijk plan ter ondersteuning van eenoudergezinnen.

Share
15:59 § 229 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Le 15 juillet 2021, le gouvernement a adopté son premier plan bruxellois de soutien aux familles monoparentales. Par ailleurs, le dernier rapport du Conseil bruxellois pour l’égalité entre les femmes et les hommes nous alerte d'une aggravation des difficultés quotidiennes vécues par les familles monoparentales, représentées à 86 % par des femmes seules avec enfants.

Ce plan ambitieux et unique prévoit 31 mesures concrètes articulées autour de l'information, l'accès au logement, la mise à l'emploi et la formation professionnelle, l'urbanisme et la mobilité.

Je souhaite vous interroger sur l'action 3 du chapitre 1 « Informer, former et sensibiliser », qui prévoit l’élaboration d’une boîte à outils à destination des communes, des CPAS et des acteurs de la première ligne. Elle a pour objectif de constituer deux groupes de travail, dont l'un devra se charger de la lutte contre le non-recours aux droits, une matière qui relève pleinement de vos compétences.

Cette boîte à outils destinée au personnel communal, au personnel des CPAS et à tous les acteurs de la première ligne permettra notamment d'élaborer la vision transversale indispensable au soutien des parents solos. Elle a également pour vocation d'améliorer la connaissance des professionnels de l’information sur des services tels que la garde d’enfants, les services juridiques et les créances alimentaires. Elle doit constituer un répertoire de bonnes pratiques et de mesures de soutien afin d'orienter au mieux les familles monoparentales qui ne font pas appel à leurs droits.

L’action 5 prévoit, quant à elle, la formation et la sensibilisation des communes et des CPAS sur le non-recours aux droits. L’objectif de cette action est de « permettre à chaque commune et CPAS qui le souhaite de disposer d’informations, d’outils pour identifier les publics qui n’ont pas recours à leurs droits, en ce inclus les familles monoparentales ».

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Op 15 juli 2021 keurde de regering haar eerste Plan ter ondersteuning van eenoudergezinnen goed. Het omvat 31 maatregelen in verband met informatie, huisvesting, tewerkstelling en beroepsopleiding, stedenbouw en mobiliteit.

Actie 3 van hoofdstuk 1 is de uitwerking van een toolbox voor gemeenten, OCMW's en eerstelijnswerkers. Twee werkgroepen worden opgericht, waarvan er een werk moet maken van de strijd tegen het niet-gebruik van rechten.

Met de toolbox kunnen bijstandsmedewerkers een allesomvattende visie op de ondersteuning van alleenstaande ouders ontwikkelen. Hij moet ook informatie bieden over allerlei diensten en een overzicht van goede praktijken en steunmaatregelen om eenoudergezinnen die geen gebruik maken van hun rechten zo goed mogelijk naar de juiste instanties te helpen.

Actie 5 voorziet in de opleiding en bewustmaking van gemeenten en OCMW's over het niet-gebruik van rechten.

Share
16:01 § 231 → Video
Share

Nous savons aussi que, pour ces familles monoparentales, les démarches administratives peuvent être compliquées, puisqu’elles sont amenées à les gérer seules tout en s'occupant d'un ou de plusieurs enfants, parfois jeunes, dont elles ne peuvent pas toujours organiser la garde. C'est pourquoi un deuxième objectif de l’action 5 est « d’éviter le ballottement d’un service à l’autre ». Il peut donc être atteint si les professionnels sont sensibilisés et formés à ces questions.

L’action 3 du plan prévoit la mise en place en 2022 d'un groupe de travail relatif à la lutte contre le non-recours aux droits. Ce groupe de travail a-t-il démarré et qui sont les acteurs qui le composent ?

Parmi les objectifs de cette action 3, il est prévu d’étendre à l’ensemble des CPAS la participation au groupe de travail sur le non-recours aux droits. Les acteurs des dix-neuf CPAS de la Région font-ils partie de ce groupe de travail et la Fédération des CPAS bruxellois a-t-elle été sollicitée ?

La boîte à outils est-elle finalisée ? Quel est son contenu ? Quand et comment sera-t-elle diffusée auprès du personnel visé, à savoir les travailleurs des communes, des CPAS et de la première ligne ?

Par quels moyens envisagez-vous de diffuser les mesures et les bonnes pratiques, et de sensibiliser l'ensemble des acteurs ? Un accompagnement à leur usage est-il prévu et, dans l'affirmative, de quelle nature ?

Pour l’action 5, le module de formation sur le non-recours aux droits existe-t-il et par qui a-t-il été conçu ?

Votre cabinet a-t-il pris contact avec Bruxelles Pouvoirs locaux afin de proposer aux communes la formation sur le non-recours aux droits ? Qu'en est-il pour la Fédération des CPAS bruxellois  ?

Voor alleenstaande ouders is het vaak moeilijk om administratieve stappen te zetten. Daarom luidt de tweede doelstelling van actie 5: vermijden dat mensen van dienst naar dienst worden verwezen.

Is de werkgroep die de strijd tegen het niet-gebruik van rechten moet aanbinden, al opgericht? Hoe is hij samengesteld? Zijn alle OCMW's en de Federatie van Brusselse OCMW's er vertegenwoordigd?

Wat zit er in de toolbox? Wanneer wordt hij verdeeld?

Hoe wilt u de maatregelen en goede praktijken bekendmaken bij de doelgroep?

Is er een opleiding over het niet-gebruik van rechten? Wie heeft die uitgewerkt? Heeft uw kabinet de gemeenten en de Federatie van Brusselse OCMW's voorgesteld om de opleiding te volgen?

Share
16:03 § 233 → Video
Share

Dans le plan, il est indiqué que l’objectif est de permettre à chaque commune et chaque CPAS de disposer d’informations, d’outils, etc. Si l’action est déjà en cours, quels sont les CPAS qui en ont bénéficié ?

Quels CPAS n’ont pas souhaité s’engager dans cette action et pour quelles raisons ? Il serait intéressant de connaître les motivations de ceux qui ne souhaitent pas disposer de tels outils à même de les aider.

Le délai de réalisation arrivant à échéance en 2022, combien de formations ont-elles déjà été données distinctement aux CPAS et aux communes ? Quel en est le calendrier ? Qu’est-il prévu pour inciter l'ensemble des pouvoirs locaux à y participer ?

Het is de bedoeling dat elke gemeente en elk OCMW over de nodige informatie en tools beschikt. Welke OCMW's hebben die al gekregen? Welke willen niet meewerken en waarom?

Hoeveel OCMW's en gemeenten hebben aan een opleiding deelgenomen? Hoe worden ze daartoe gestimuleerd?

Share
16:04 § 235 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- En ce qui concerne votre première question, l’action 3 du plan prévoit la mise sur pied de deux groupes de travail, l’un réunissant les communes, l’autre les CPAS.

Le groupe de travail réunissant les communes a notamment pour objectif de partager les bonnes pratiques d’appui aux familles monoparentales, dans le cadre de l'égalité des chances. Son pilotage est assuré par la cellule égalité des chances de Bruxelles Pouvoirs locaux . Ses travaux ont déjà débuté.

Le groupe de travail réunissant les CPAS et ayant pour objectif de partager les bonnes pratiques d’appui aux familles monoparentales entre les dix-neuf CPAS de la Région est en cours de formalisation. Il est organisé par la Fédération des CPAS, avec l'appui de mon cabinet. Ce groupe de travail doit démarrer en octobre.

Il est prévu que les deux groupes de travail se réunissent pour échanger leurs conclusions, sur la base desquelles sera élaborée une boîte à outils, dont la finalisation est prévue en 2023. L’accompagnement à l’usage de cette boîte à outils sera abordé au sein des deux groupes de travail.

En parallèle, dans le cadre du plan social-santé intégré , un groupe de travail sur l'accès aux droits a été mis en place en 2021. Il aborde la spécificité des familles monoparentales et la Fédération des CPAS y prend part.

En ce qui concerne votre question sur l’action 5, une formation sur le non-recours aux droits sera proposée par l’École régionale d’administration publique à destination des CPAS. Ce module est en phase de finalisation. Les formations débuteront en principe en mars 2023. Le fait que le personnel puisse être formé sur cette thématique spécifique constitue une avancée importante.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Er komen twee werkgroepen. In een eerste werkgroep zullen de gemeenten goede praktijken ten behoeve van eenoudergezinnen uitwisselen. De cel Gelijke Kansen van Brussel Plaatselijke Besturen stuurt de werkgroep aan.

In een tweede werkgroep zullen de OCMW's dergelijke praktijken uitwisselen. De werkgroep wordt momenteel door de Federatie van Brusselse OCMW's opgericht en gaat in oktober van start. Op basis van de conclusies van beide werkgroepen wordt tegen 2023 een toolbox uitgewerkt.

Daarnaast is in 2021 een werkgroep over de toegang tot rechten gestart, waar de kwestie van de eenoudergezinnen aan bod komt.

De Gewestelijke School voor Openbaar Bestuur organiseert een opleiding over het niet-gebruik van rechten ten behoeve van de OCMW's. Die gaat in maart 2023 van start.

Share
16:06 § 239 → Video
Share

Mme Delphine Chabbert (PS).- Le processus a démarré mais n'est pas encore abouti. S'il ne s'agit que d'un retard, ce n'est pas grave. Cependant, dès le moment où l'on reconnaît les familles monoparentales comme un public prioritaire, avec des besoins spécifiques, soit on crée des centres d'accueil spécifiques tels que celui de Forest, soit on adopte une approche transversale et on donne les moyens à la première ligne social-santé d'accueillir correctement ces familles.

Comme vous l'avez dit à maintes reprises, vous êtes plutôt favorable à la deuxième option. Il faut dès lors se donner les moyens d'avancer. C'est prévu dans le cadre du plan bruxellois de soutien aux familles monoparentales . Je me réjouis qu'un module de formation soit en phase de finalisation. Tout cela n'est évidemment pas que dans vos mains, mais vous êtes tout de même aux commandes. Il n'y a pas mille solutions.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- Als we eenoudergezinnen als een prioritaire doelgroep zien, moeten we specifieke opvang bieden, zoals in Vorst, ofwel een omvattende benadering uitwerken en de eerstelijnshulp voldoende middelen verstrekken.

U hebt al meermaals gezegd dat u voorstander bent van de tweede optie. Het verheugt me dat de opleidingsmodule bijna klaar is.

Share
16:08 § 241 → Video
Share

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Les familles monoparentales représentent une partie très importante du public de l'ensemble des services sociaux, même s'il y a aussi les personnes isolées sans enfant et les couples. Nous essayons de renforcer le travail, les outils, les moyens dévolus à ces services, en mettant en outre l'accent sur des publics et thématiques prioritaires. Outre la question des familles monoparentales se pose aussi celle de l'accès aux droits, où il reste énormément de travail. D'ailleurs, l'amélioration de cette problématique profiterait aux familles monoparentales qui ont moins de temps pour résoudre des problèmes d'ordre administratif.

Nous avons donc dans l'idée - et c'est aussi le but du plan social-santé intégré  - de renforcer le plus possible les outils de travail de l'ensemble des services, mais avec une attention particulière à certains publics, dont les familles monoparentales, qui représentent une part très importante du public et sont intrinsèquement fragiles sur le plan social. Nous souhaitons ainsi que tous les services soient le mieux outillés possible pour s'occuper de ces familles et nous serons attentifs à l'évolution de la situation, sous votre surveillance.

Mme Delphine Chabbert (PS).- Nous ne demandons qu'à voir les résultats, mais il faut se donner les moyens et force est de constater que peu de mesures ont abouti jusqu'ici. L'action devait arriver à son terme à la fin de l'année 2022. Six mois de retard peuvent être acceptables, mais il importe réellement que des mesures soient prises.

- L'incident est clos.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Eenoudergezinnen vormen een grote groep binnen het cliënteel van de sociale diensten. We proberen meer middelen in te zetten en prioritaire doelgroepen en thema's te bepalen. De problematiek van de eenoudergezinnen wordt versterkt door het niet-gebruik van rechten. Aan dat laatste moeten we dus iets doen.

Ons doel is om de sociale diensten meer werkinstrumenten te bieden, maar dan met bijzondere aandacht voor bepaalde doelgroepen zoals eenoudergezinnen.

Mevrouw Delphine Chabbert (PS).- U moet voldoende middelen vrijmaken en ervoor zorgen dat de maatregelen niet nog meer vertraging oplopen dan nu het geval is.

- Het incident is gesloten.

Share
16:10 § 247 → Video
Share

Mondelinge vraag van de heer Gilles Verstraeten

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de mantelzorg.

Question orale de M. Gilles Verstraeten

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant les aidants proches.

Share
16:10 § 249 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Mantelzorgers nemen een deel van de zorg op zich voor familieleden of vrienden die tijdelijk of permanent hulpbehoevend zijn, bijvoorbeeld door een fysieke of verstandelijke beperking of door een psychische aandoening. Iedereen is vroeg of laat wel eens mantelzorger. Brussel zou meer dan 211.000 mantelzorgers tellen. Een aanzienlijk deel van de bevolking besteedt dus een deel van zijn tijd aan mantelzorg.

Ik begrijp dat de wetgeving inzake hulp en bijstand aan erg zorgbehoevende personen in principe onder de bevoegdheid van de gemeenschappen valt. Om de extra kosten op te vangen, kan een mantelzorger of patiënt die aangesloten is bij de Vlaamse Sociale Bescherming, op een financiële tegemoetkoming rekenen. Het statuut van mantelzorger is dan weer een federale bevoegdheid en wordt door het ziekenfonds toegekend.

Toch kunnen we ook in Brussel initiatieven nemen om de talrijke mantelzorgers te ondersteunen. In 2021 kende Iriscare voor een totaalbedrag van 153.130 euro facultatieve subsidies toe aan drie organisaties: de vzw Mantelzorgers Brussel, de Franstalige vzw Jeunes aidants & proches en de vzw Huis voor Gezondheid. De GGC verstrekt ook subsidies aan het SAM-netwerk, een website met forum en helpdesk waar mantelzorgers terechtkunnen voor informatie en juridisch advies.

Ook de Brusselse gemeenten zouden hun duit in het zakje kunnen doen. In Vlaanderen krijgen mantelzorgers in heel wat gemeenten een premie. In Brussel kent bij mijn weten alleen Etterbeek sinds 2017 een jaarlijkse premie van 100 euro toe.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Notre Région compte plus de 211.000 aidants proches, un nombre impressionnant.

La législation en matière d'aide et d'assistance à des personnes en grande dépendance relève en principe de la compétence des Communautés et le statut d'aidant proche est une compétence fédérale.

Il n'empêche que Bruxelles pourrait prendre des initiatives dans ce domaine. En 2021, Iriscare a octroyé un montant total de 150.130 euros de subventions facultatives aux ASBL Aidants proches Bruxelles, Jeunes aidants & proches et Huis voor Gezondheid. La Cocom octroie également des subsides au réseau SAM.

De leur côté, les communes bruxelloises pourraient s'inspirer de nombreuses communes en Flandre qui offrent une prime aux aidants informels. En Région bruxelloise, seule la commune d'Etterbeek octroie une prime annuelle de 100 euros depuis 2017.

Share
16:12 § 251 → Video
Share

Welk mantelzorgbeleid voert de regering? Is er in het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan aandacht voor dit thema? Ik begrijp dat dat plan ons binnenkort zal worden gepresenteerd, maar kunt u misschien al melden of er een gewestelijke premie voor mantelzorgers komt?

Hoeveel mantelzorgers telt het gewest? Hoe is hun aantal sinds 2018 geëvolueerd? Hoeveel facultatieve subsidies trekt de regering dit jaar uit voor projecten die mantelzorg ondersteunen? Kunt u een overzicht van de begunstigde organisaties en de toegekende bedragen geven?

Welke andere Brusselse gemeenten kennen, naast Etterbeek, mantelzorgers een premie toe? Hoeveel bedraagt die premie?

(Mevrouw Farida Tahar, eerste ondervoorzitter, treedt als voorzitter op)

Quelle est la politique du gouvernement pour les aidants proches ? Ce thème est-il abordé dans le plan social-santé intégré  ?

Combien la Région compte-t-elle d'aidants proches ? Comment leur nombre a-t-il évolué depuis 2018 ? Combien de subventions facultatives le gouvernement octroie-t-il cette année à des projets de soutien aux aidants proches ? Quels sont les organisations bénéficiaires et les montants alloués ?

Hormis Etterbeek, quelles communes bruxelloises octroient-elles une prime aux aidants proches, et pour quel montant ?

(Mme Farida Tahar, première vice-présidente, prend place au fauteuil présidentiel)

Share
16:13 § 255 → Video
Share

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Het belang van de rol van mantelzorgers wordt in het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan onderstreept. Zij worden er omschreven als essentiële actoren om de structuur en de coördinatie van het aanbod van hulp- en zorgdiensten te verbeteren.

Een van de doelstellingen van het plan bestaat erin de ontwikkeling van de functie van mantelzorger te ondersteunen. Dat kan via steun aan de informele zorg, ‘partner-patiënten’, 'peer-supporters' en mantelzorgers, en door hen te betrekken bij de coördinatieprocessen.

Daarom is het belangrijk dat we nadenken over de rol van mantelzorgers, hun statuut en de manier waarop hun activiteiten worden afgestemd op het professionele aanbod. Op dit moment verstrekt het gewest geen premie aan mantelzorgers.

U hebt het over Etterbeek, maar daarnaast kent ook Sint-Pieters-Woluwe sinds 2021 een jaarlijkse premie van 100 euro toe aan elke erkende mantelzorger.

Momenteel is het niet mogelijk om na te gaan hoeveel mantelzorgers het Brussels Gewest precies telt.

Verscheidene initiatieven, die vaak door ouders of naasten zijn gestart, bieden nu ook respijtzorg aan gezinnen van kinderen en jongeren met een handicap. Zij bieden diverse diensten aan, gaande van gerichte thuishulp tot residentiële opvang. Villa Indigo doet dat bijvoorbeeld voor ernstig zieke kinderen.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Le plan social-santé intégré a notamment pour objectif de soutenir les soins informels, les patients partenaires, les pairs aidants et les aidants proches, en les associant aux processus de coordination.

Il est donc important de réfléchir au rôle des aidants proches, à leur statut et à la manière de coordonner leurs activités avec l'offre professionnelle.

Actuellement, il n'y a pas de prime régionale prévue pour les aidants proches.

Outre la commune d'Etterbeek, celle de Woluwe-Saint-Pierre octroie depuis 2021 une prime annuelle de 100 euros à chaque aidant proche reconnu.

Il nous est impossible à ce stade de dénombrer ceux-ci sur l’ensemble de la Région bruxelloise.

Plusieurs initiatives, comme la Villa Indigo, offrent également des soins de répit aux familles d'enfants et adolescents en situation de handicap.

Share
16:15 § 257 → Video
Share

Verder werkt Iriscare aan een project om de respijtzorg in Brussel uit te breiden. De behoeften zijn groot, vooral voor kinderen met een handicap.

Met het oog daarop heeft de dienst Strategische Dienstverlening van Iriscare contact opgenomen met mevrouw Dubois. Zij is doctoraatsstudente aan de UCLouvain en heeft twee projecten voorgesteld: een ondersteunende workshopmodule voor zorgouders en het platform Répit solidaire.

Het doel van dat platform bestaat erin om informatie voor gezinnen van een ziek of gehandicapt kind te centraliseren, een luisterend oor te bieden en mensen naar de juiste vorm van steun toe te leiden.

De zes rubrieken van de website zijn:

- informatie over respijtzorg;

- hulp in uw buurt;

- een luisterend oor;

- pedagogisch advies en uitwisselingen;

- getuigenissen en suggesties;

- activiteiten voor uw kind(eren);

- antwoorden op uw vragen.

Het platform bevat praktisch advies om activiteiten met kinderen te organiseren, alsook een lijst met links naar andere solidariteitsplatformen en respijtzorgstructuren.

Er zijn nog andere online initiatieven, met name op Facebook, die Iriscare momenteel aan een evaluatie onderwerpt.

Iriscare verstrekte in 2022:

- een subsidie van 128.130 euro aan het mobiele team van jonge mantelzorgers voor de oprichting van het Equipe Mobile Prévention Soutien Aidance (EMPSA);

- 45.000 euro aan de vzw Mantelzorgers Brussel voor een bewustmakingsproject dat gericht is op de informatie, ondersteuning en begeleiding van mantelzorgers, alsook op de bewustmaking en opleiding van professionals uit de gezondheidssector, thuiszorg, eerstehulpdiensten en Brusselse beleidsinstanties;

Iriscare travaille à la mise en place d'un projet visant à élargir l'offre en la matière et a contacté dans ce but Mme Dubois, doctorante à l'UCLouvain, qui a présenté deux projets sur ce thème : un module d'ateliers pour parents aidants et la plateforme Répit solidaire.

L'objectif de cette plateforme est de centraliser l'information à destination des familles d'un enfant malade ou en situation de handicap, et de créer un lieu d'écoute et d'orientation vers les bonnes formes de soutien.

En 2022, Iriscare a octroyé les subsides suivants :

- 128.130 euros à l'équipe mobile des jeunes aidants proches pour la mise en place d'une équipe mobile de prévention et de soutien de l'aidance ;

- 45.000 euros à l'asbl Aidants proches Bruxelles pour un projet de sensibilisation, de soutien et de formation à destination des aidants proches, des professionnels du secteur de la santé, de l'aide à domicile et des urgences, et des instances politiques bruxelloises ;

Share
16:18 § 259 → Video
Share

- een bedrag van 53.000 euro aan het Biloba Huis in het kader van het project CitiSen. De subsidie zal gebruikt worden voor de indienstneming van een ergotherapeut.

- 53.000 euros à la Maison Biloba dans le cadre du projet CitiSen.

Share
16:18 § 261 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Ik kijk vol verwachting uit naar het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan. Uw focus op respijtzorg en de ondersteuning van de mantelzorgers zelf is alvast positief. Die vormen immers een grote blinde vlek bij de professionele zorgwerkers, die zich logischerwijs in eerste instantie om het lot van de patiënt zelf bekommeren.

Ik ben blij te horen dat er een aanzienlijk bedrag, namelijk 128.000 euro, gaat naar een project voor jonge mantelzorgers. De Brusselse bevolking is erg jong in vergelijking met die van de andere gewesten. Als men over mantelzorg hoort spreken, denkt men vaak aan ouders die voor hun kind zorgen, maar het omgekeerde bestaat ook: er zijn veel jonge mensen die instaan voor hun zieke ouder. In sommige gevallen gaat het zelfs om minderjarigen, die daardoor in de problemen komen op het vlak van hun studies en de ontplooiing van hun kansen en toekomst. Zij kunnen elke vorm van steun goed gebruiken.

Ik ben benieuwd welke plaats u die problematiek zult geven in het raam van het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan.

- Het incident is gesloten.

(De heer Ibrahim Dönmez, voorzitter, treedt opnieuw als voorzitter op)

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- J'attends avec impatience le plan social-santé intégré (PSSI) . L'accent mis sur les soins de répit et le soutien aux aidants informels est en tout cas positif.

Je me réjouis d'apprendre qu'un projet destiné aux jeunes aidants proches, très nombreux en Région bruxelloise, bénéficie d'une aide significative.

Je suis curieux de savoir quelle place vous réserverez à cette problématique au sein du PSSI.

- L'incident est clos.

(M. Ibrahim Dönmez, président, reprend place au fauteuil présidentiel)

Share
16:20 § 265 → Video
Share

Vraag om uitleg van de heer Gilles Verstraeten

aan mevrouw Elke Van den Brandt en aan de heer Alain Maron, leden van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid,

betreffende de apenpokken.

Demande d'explications de M. Gilles Verstraeten

à Mme Elke Van den Brandt et à M. Alain Maron, membres du Collège réuni chargés de l'Action sociale et de la Santé,

concernant la variole du singe.

Share
16:20 § 267 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Het apenpokkenvirus is sinds mei in Europa en daarbuiten aan een opmars bezig. Ondertussen lijkt het erop dat het met de verspreiding van het virus in Europa al bij al nog zal meevallen, maar dat die elders in de wereld problematischer wordt.

Toch mogen we het fenomeen niet onderschatten. Op 20 september 2022 telde België 757 bevestigde gevallen, waarvan 274 - of 36% - in Brussel. Dat zijn respectievelijk 31 en 16 gevallen meer dan op 6 september 2022, nu twee weken geleden. Het virus is in het gewest dus opvallend sterk aanwezig.

Na 5 tot 21 dagen na de besmetting treden de eerste symptomen op. Die zijn niet te onderschatten: nagenoeg alle patiënten vertonen huidletsels. Daarnaast heeft ook 58% last van symptomen als koorts, algemene malaise en gezwollen lymfeklieren.

Er werden ondertussen 39 personen in het ziekenhuis opgenomen. Daarvan hadden er 28 een behandeling nodig en 3 anderen konden thuis niet in isolatie gaan. Van de overige 8 is de reden voor hun opname niet bekend. Helaas is er één persoon met onderliggende gezondheidsproblemen overleden.

Het aantal besmettingen met de apenpokken lijkt de laatste weken te stagneren. Hopelijk blijft dat zo. Het risico voor de algemene bevolking blijft beperkt. Er komen echter wekelijks nog nieuwe besmettingen bij, dus waakzaamheid is geboden.

In tegenstelling tot wat velen denken, zijn apenpokken geen seksueel overdraagbare aandoening (soa). Dat betekent dat zelfs wie zich correct beschermt tegen soa's door condooms en dergelijke te gebruiken, nog steeds apenpokken kan krijgen en overdragen. Het is bekend dat het virus via intiem huidcontact wordt overgedragen, maar er is nog geen sluitend bewijs dat de overdracht uitsluitend op die manier gebeurt. Ze zou misschien ook via de lucht kunnen plaatsvinden.

Het virus komt momenteel vaker, maar niet uitsluitend, voor bij mannen die seks hebben met mannen. Het mag uiteraard niet verbazen dat binnen een relatief kleine gemeenschap, waarbinnen meer wisselende intieme contacten voorkomen dan gemiddeld, een dergelijk virus lelijker huishoudt dan in andere bevolkingsgroepen.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- La variole du singe se propage en Europe et ailleurs depuis mai dernier. Si la propagation du virus en Europe ne semble pas problématique, nous ne pouvons cependant sous-estimer le phénomène. La maladie est en effet fort présente en Région bruxelloise.

Les premiers symptômes apparaissent entre 5 et 21 jours après la contamination. Quelque 39 personnes ont été hospitalisées à Bruxelles et l'une d'entre elles, qui avait des problèmes de santé sous-jacents, est malheureusement décédée.

Ces dernières semaines, le nombre de contaminations paraît stagner. Il est à noter que, contrairement à ce que croient beaucoup de personnes, la variole du singe n'est pas une maladie sexuellement transmissible.

Toutefois, le virus est davantage présent dans la communauté relativement restreinte des hommes ayant des rapports homosexuels. Une partie de l'opinion publique considère dès lors la variole du singe comme une maladie propre aux homosexuels.

Share
16:22 § 269 → Video
Share

Apenpokken zijn dan wel geen soa en iedereen kan de ziekte krijgen, maar in de homogemeenschap was de voorbije zomer de parallel met de hiv-crisis snel gemaakt. Een deel van de publieke opinie beschouwt apenpokken als een homoziekte en verbindt daar morele afwijzing aan. Velen in de gemeenschap kregen het gevoel dat de bestrijding van het virus net daarom geen prioriteit was voor de overheid. Ze voelden zich in de steek gelaten.

Er zijn op dit moment geen specifieke behandelingen voor apenpokken. Vroeger beschermde het vaccin tegen pokken de burger automatisch tegen de verspreiding van apenpokken. Nu dient men dat vaccin niet meer standaard toe, waardoor het virus opnieuw kan circuleren. Er is een nieuw vaccin ontwikkeld, maar dat wordt pas na de zomer geleverd.

Gezien het toenemend aantal gevallen, wordt de vraag naar preventieve vaccinatie steeds groter. Begin augustus bleek dat er door getreuzel bij de federale overheid een tekort aan vaccins was. De voorraad bedroeg slechts 3.040 vaccins en pas in oktober of november worden 30.000 extra doses verwacht. Daardoor moet België zich in vergelijking met buurlanden aan veel strengere vaccinatiecriteria houden. België geeft voorlopig ook slechts één prik, tot het meer doses ontvangt.

Andere landen geven na een maand een tweede prik. Honderden Belgen, op 6 augustus alleen al 450, voelden zich daarom genoodzaakt om naar Rijsel af te reizen, waar ze een gratis vaccin tegen de apenpokken konden krijgen. In Frankrijk zijn de voorwaarden minder streng en er zijn simpelweg ook meer vaccins beschikbaar. Ter vergelijking: wij wachten nog op 30.000 vaccins voor het hele land, terwijl de stad Rijsel afgelopen zomer 30.000 dosissen voor de stad alleen had!

De afwachtende houding en het gebrek aan gevoel van urgentie van de federale overheid zijn onverdedigbaar, terwijl een buurland als Frankrijk er wel in slaagt vaccins in te slaan en op de koop toe de generositeit heeft het vaccin ook aan Belgen aan te bieden. De verantwoordelijken van de stad Rijsel hebben dat ook met zoveel woorden gezegd.

De ce fait, de nombreux membres de la communauté homosexuelle ont le sentiment qu'elle provoque un rejet moral et que la lutte contre le virus n'est pas une priorité pour les autorités.

Pour freiner la circulation du virus, la demande de vaccination préventive va croissante. Notre pays ne dispose toutefois actuellement que d'un peu plus de 3.000 vaccins. Quelque 30.000 doses supplémentaires sont attendues en octobre et novembre, soit autant que pour la seule ville de Lille, en France. Il n'est donc pas étonnant que des Belges s'y rendent pour se faire vacciner gratuitement.

L'attitude attentiste et l'absence de sens de l'urgence des autorités fédérales sont inadmissibles.

Share
16:25 § 271 → Video
Share

In afwachting van de volgende lading doses moeten we volop inzetten op bewustmaking, in de homogemeenschap en bij uitbreiding de hele bevolking, al vrees ik dat het daarvoor al een beetje laat is. Wie een gezondheidsrisico loopt, moet zo snel mogelijk een vaccin krijgen, hier of in een buurland.

In Antwerpen start vandaag een proefproject waar 1.120 mensen zich preventief kunnen laten vaccineren. Het gaat om mannen die seks hebben met mannen en het voorbije jaar minimaal één soa hebben gehad. Dat is, voor zover we weten, momenteel de grootste risicogroep.

Het is de bedoeling om de doelgroep te bereiken die niet bekend is bij de hiv-referentiecentra, ter voorbereiding van de grote lading vaccins die in oktober of november wordt geleverd.

Hoeveel vaccins hebben de Brusselse gezondheidscentra al toegediend? Hoeveel zijn er nog beschikbaar? Hoe groot is de vraag? Op welke manier wordt er gewerkt aan gerichte bewustmaking? Wat is het plan van aanpak en welke budgettaire middelen worden er ingezet?

Namen de GGC of de gemeenten initiatieven om mensen met een gezondheidsrisico aan een vaccin in het buitenland te helpen? Wordt daarover nagedacht?

Had u contact met federaal minister van Volksgezondheid Vandenbroucke om, gezien het hoge aantal gevallen in Brussel, te wijzen op de noodzaak van een snellere verwerving van vaccins? Bent u van plan om zelf iets te ondernemen?

Plant Brussel, net als Antwerpen, een proefproject waar mensen zich preventief kunnen laten vaccineren? Zo ja, wanneer gaat dat van start?

Dans l'attente de la livraison des prochaines doses, nous devons miser sur la sensibilisation au sein de la communauté homosexuelle, et par extension de l'ensemble de la population.

Un projet pilote de vaccination préventive de 1.200 personnes débute aujourd'hui à Anvers auprès du principal groupe à risque. Combien de vaccins les centres de santé bruxellois ont-ils déjà administrés ? Combien de vaccins sont-ils encore disponibles ? Quelle est la demande ? Comment se déroule la sensibilisation ciblée ? Quelle est votre approche et quels sont vos moyens budgétaires ?

La Cocom ou les communes ont-elles aidé des gens à se faire vacciner à l'étranger ? Êtes-vous en contact avec le ministre fédéral de la Santé publique ? Envisagez-vous de mener un projet pilote similaire à celui mené à Anvers ?

Share
16:26 § 273 → Video
Share

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- Ook ik maak mij zorgen over het apenpokkenvirus, maar vooral over het gebrek aan overheidsinitiatief. Tijdens de coronacrisis hebben we niet gewacht tot het virus voet aan de grond kreeg, maar zijn we onmiddellijk snel en doortastend opgetreden.

We hebben in de pers vernomen dat de GGC op maandag 22 augustus een infolijn heeft geopend. Hoeveel mensen hebben daar al gebruik van gemaakt?

De maatregelen blijven eerder reactief. Neemt de regering ook proactieve bewustmakingsmaatregelen? Welke initiatieven neemt u om de meest kwetsbare groep te informeren en te wapenen tegen besmetting? Hoe zorgt u ervoor dat de campagne niet stigmatiserend werkt? Dat was immers het geval deze zomer, wat een heel spijtige zaak was.

We zien een enorme bereidheid bij de doelgroep om zichzelf en hun omgeving te beschermen. Zoals collega Verstraeten al zei, heeft een grote groep zich al laten vaccineren in Rijsel. Ik heb heel veel bewondering voor de pragmatische houding van de homogemeenschap.

Om een maximaal resultaat uit die bereidwillige attitude te kunnen halen, moeten er snel vaccins beschikbaar zijn. Wanneer zal dat het geval zijn? Zal er worden gebruikgemaakt van de nieuwe vaccintechniek, waarbij maar een vijfde van het vaccin nodig is? Kunnen de voorwaarden daardoor worden versoepeld?

Vanochtend hoorde ik op Radio 1 dat er in Vlaanderen een vaccin mag worden gehaald als de persoon het voorbije jaar minstens één soa heeft gehad. Ik vind het echter niet normaal dat mensen die wel voorzichtig zijn en veilige seksuele contacten hebben, op die manier worden gestraft. Het vaccin moet toegankelijk zijn voor iedereen die er een wenst.

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- Je m'inquiète du manque d'initiative des autorités.

Combien de personnes ont déjà appelé la ligne d'information de la Cocom ?

Des mesures de sensibilisation proactives sont-elles mises en place à destination des personnes les plus vulnérables ? Comment évitez-vous que la campagne ne soit stigmatisante ?

Quand les vaccins seront-ils disponibles à Bruxelles ? Seront-ils administrés selon la nouvelle technique ne nécessitant qu'un cinquième de la dose, permettant ainsi d'assouplir les conditions ?

En Flandre, toute personne ayant eu au moins une maladie sexuellement transmissible au cours de l'année écoulée peut se faire vacciner. Or, le vaccin doit être accessible à tous. Il n'est pas normal que les personnes prudentes soient désavantagées.

Share
16:29 § 275 → Video
Share

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- We moeten een onderscheid maken tussen drie categorieën personen die voor vaccinatie tegen de apenpokken in aanmerking komen. We bevinden ons in een context waarin het aantal doses beperkt is en de overdracht van de ziekte zich grotendeels beperkt tot mannen die seks hebben met mannen. Tot nu toe gebeurde 92% van de besmettingen in het gewest in die omstandigheden.

Op 15 september 2022 waren er in het Brussels Gewest 760 vaccins tegen apenpokken toegediend, gespreid over drie categorieën:

- 441 preventieve vaccins;

- 215 vaccins na bewezen virale blootstelling;

- 104 vaccins voor mannelijke of transgender sekswerkers.

Dat maakt dat er nog 607 doses beschikbaar zijn voor het gewest. Ondertussen wachten we op de 30.000 doses voor België. De levering daarvan is voor eind oktober gepland.

Het goede nieuws is dat de Hoge Gezondheidsraad het Europese voorstel heeft goedgekeurd om het vaccin intradermaal toe te dienen in plaats van subcutaan. Daardoor verdubbelt het aantal personen dat in aanmerking komt voor vaccinatie omdat ze aan het virus zijn blootgesteld.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Dans un contexte où les doses sont limitées et où la maladie touche principalement des hommes ayant des rapports homosexuels, il faut distinguer trois catégories de personnes susceptibles d'être vaccinées contre la variole du singe.

À la mi-septembre, 760 vaccins avaient été administrés à Bruxelles : 441 vaccins préventifs, 215 vaccins après une exposition virale avérée et 104 vaccins pour les travailleurs du sexe masculins ou transgenres.

Il reste donc 607 doses disponibles pour la Région et nous attendons les 30.000 doses pour la Belgique, dont la livraison est prévue pour fin octobre.

En outre, la décision du Conseil supérieur de la santé d’approuver l’administration du vaccin par voie intradermique double le nombre de personnes pouvant être vaccinées à la suite d’une exposition au virus.

Share
16:31 § 277 → Video
Share

Uiteenlopende factoren maken het moeilijk om de omvang van de vraag in te schatten. Zo worden aanvragen die niet voldoen aan de huidige vaccinatiecriteria niet meegeteld en zijn de personen die niet voldoen aan de huidige toegangscriteria voor vaccinatie, niet echt gekend. Ook komen er weinig oproepen binnen via de speciale lijn die het gewest in verband met het apenpokkenvirus heeft geopend.

Dankzij de inschrijvingen in de vaccinatiecentra voor de komende weken weten we wel hoe groot de onmiddellijke vraag naar preventieve vaccinatie is: op 15 september waren er honderdvijftig aanvragen.

Het aantal vaccinaties na blootstelling nam de laatste weken sterk af. Dat houdt rechtstreeks verband met de aanhoudende daling van het aantal nieuwe besmettingen de voorbije vijf weken. Op het hoogtepunt van de registraties in juli waren er veertig nieuwe besmettingen per week. Dat aantal is gedaald tot minder dan tien.

Sinds juni wordt de eerstelijnszorg regelmatig geïnformeerd over de verschillende aspecten van de apenpokken, zoals de symptomen, de testprocedure, de criteria om in aanmerking te komen voor een vaccin en de toegankelijkheid van de vaccins. Voor de doelgroep die het grootste risico loopt, zijn sinds het begin van de zomer uiteenlopende boodschappen verspreid, zowel digitaal als op papier. Flyers in zes talen worden verspreid door verenigingen zoals Alias, Aide Info Sida en ExAequo, binnen hun gemeenschap en via de organisatoren van evenementen waar risicogroepen samenkomen.

Au 15 septembre, 150 personnes étaient inscrites dans les centres de vaccination pour recevoir une vaccination préventive dans les prochaines semaines.

Le nombre de vaccinations post-exposition a fortement diminué ces dernières semaines, le nombre de nouvelles infections étant tombé à moins de 10 par semaine, contre 40 en juillet.

Depuis le mois de juin, les prestataires de soins de première ligne sont régulièrement informés des symptômes de la variole du singe, de la procédure de dépistage, des critères de vaccination et de l'accessibilité des vaccins, etc. Pour le groupe cible le plus exposé, divers messages ont été diffusés depuis le début de l'été, notamment via des dépliants multilingues.

Share
16:34 § 279 → Video
Share

De huisartsen, de Irisziekenhuizen, de gemeenten en de verenigingen krijgen affiches voor in wachtkamers. Die worden ook verspreid op evenementen waar mensen geen afstand bewaren: homosauna’s, homofeesten en -festivals, maar ook festivals voor het grote publiek. Artsen kunnen folders in het Nederlands en het Frans afdrukken en met hun patiënten bespreken. Ze worden eveneens verspreid bij de huisartsen en de ziekenhuiskoepel.

De vaccinatiecriteria worden uitgebreid zodra de 30.000 doses eind oktober aankomen. Het gewest krijgt daar waarschijnlijk 30% van.

Al die strategieën worden interfederaal ontwikkeld tijdens tweewekelijkse vergaderingen met de FOD Volksgezondheid, waar de strategische en operationele aspecten worden besproken en gecoördineerd volgens de standpunten van de Risk Assessment Groep en de Risk Management Group. Wij zijn uiteraard actief betrokken bij die besprekingen.

Les médecins généralistes, les hôpitaux IRIS, les communes et les associations reçoivent des affiches, qui sont également distribuées dans les endroits à forte promiscuité, en plus de dépliants.

Les critères de vaccination seront élargis à l'arrivée des 30.000 doses, dont 30 % sont destinées à la Région. Toutes ces stratégies sont développées au niveau interfédéral lors de réunions bimensuelles avec le SPF Santé publique, auxquelles nous participons activement.

Share
16:36 § 281 → Video
Share

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Mevrouw Zamouri, het feit dat iemand het afgelopen jaar een soa heeft opgelopen, is natuurlijk maar een criterium om te meten wie meer risico loopt. Zelfs mensen die erg voorzichtig zijn, kunnen een soa oplopen. Het risico beperkt zich niet tot mensen die geen prep of condoom gebruiken. Wees voorzichtig met zulke beweringen, al was uw opmerking goed bedoeld.

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- Ik vind het heel vreemd dat mensen die een soa hebben opgelopen, voorrang krijgen. Dat is trouwens ook stigmatiserend.

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Als er te weinig vaccins zijn, moeten we keuzes maken. Ik ben blij om te horen dat het Verenigd College het probleem volgt en hoop dat de dalende trend zich voortzet.

De grote afwezige afgelopen zomer was de federale minister van Volksgezondheid. Het was beschamend dat er geen vaccins beschikbaar waren toen er paniek ontstond en dat heel wat vrienden en kennissen naar Frankrijk trokken om zich te laten vaccineren. Ze vroegen of ik mee wou gaan, maar ik vond het mijn plicht om te wachten tot ik hier een vaccin kan krijgen. Ik wacht dus nog, en zal me hier laten vaccineren zodra dat kan. Het had gewoon allemaal wat sneller gemogen.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Même les personnes très prudentes peuvent contracter une maladie sexuellement transmissible. Cette condition permet simplement de mesurer le risque.

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- Donner la priorité aux personnes ayant eu une maladie sexuellement transmissible me paraît stigmatisant.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Lorsque le nombre de vaccins est limité, il faut faire des choix.

Le grand absent cet été était le ministre fédéral de la Santé. Nombre d'amis paniqués se sont rendus en France pour obtenir un vaccin. Personnellement, j'attendrai jusqu'à ce qu'il soit disponible en Belgique, mais cela aurait pu aller plus vite.

Share
16:38 § 287 → Video
Share

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- Kwamen er veel reacties via de telefonische infolijn?

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Tien per dag.

De heer Gilles Verstraeten (N-VA).- Misschien werd die lijn te weinig gepromoot en is ze daardoor te weinig gekend. Het is echter een goede zaak dat ze bestaat.

Mevrouw Khadija Zamouri (Open Vld).- Op de website in verband met de vaccinatie stond een telefoonnummer vermeld.

De heer Alain Maron, lid van het Verenigd College.- Aanvankelijk kwamen er 145 oproepen per dag binnen, maar de laatste twee weken waren het er nog maar 10 per dag.

- Het incident is gesloten.

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- La ligne d'information a-t-elle reçu beaucoup d'appels ?

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Une dizaine par jour.

M. Gilles Verstraeten (N-VA).- Peut-être manque-t-elle de publicité.

Mme Khadija Zamouri (Open Vld).- Le numéro figure sur le site web sur la vaccination.

M. Alain Maron, membre du Collège réuni.- Nous sommes passés de 145 appels quotidiens au début à 10 au cours des quinze derniers jours.

- L'incident est clos.

Share