Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de aanwezigheid van de oppositie in de Raad van Bestuur van Iriscare

Indiener(s)
Viviane Teitelbaum
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 44)

 
Datum ontvangst: 27/01/2020 Datum publicatie: 17/03/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 12/03/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
29/01/2020 Mondelinge vraag omgevormd tot schriftelijke vraag Uitgebreid Bureau van de Verenigde vergadering
03/02/2020 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van de Verenigde vergadering
 
Vraag    Het College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie heeft al sedert de vorige zittingsperiode beloofd de raden van bestuur van de gewestelijke instellingen van openbaar nut open te stellen voor de oppositie.
Dat werd geëist door de MR-fractie, maar ook door de leden van de Ecolo-fractie toen zij aan onze kant zitting hadden op de oppositiebanken, en is absoluut noodzakelijk als het Gewest tot meer transparantie wil komen.
Terwijl de andere machtsniveaus dit democratisch evenwicht tussen de verschillende politieke krachten garanderen, is het Brussels Gewest de enige entiteit die vandaag de dag dit fundamentele beginsel van goed bestuur in de wind slaat.
Ondanks herhaalde verklaringen van sommige leden van de regering, vraagt onze fractie zich af, bijna 6 maanden na de installatie ervan en nadat sommige RvB nog steeds zonder leden van de oppositie werden vernieuwd, welke acties de regering heeft ondernomen om de democratische vertegenwoordiging van de oppositie eindelijk effectief te maken in de verschillende openbare structuren, zoals overal elders het geval is.
Graag een antwoord op volgende vragen:
1. Wordt de oppositie nu vertegenwoordigd in de raad van bestuur en/of eventueel de andere bestuursorganen van Iriscare?
2. Zo niet, welke stappen werden gezet om deze situatie te verhelpen? Zijn aanpassingen van de wetgeving nodig? Zo ja, welke zijn dat dan?
3. Kan u ons de lijst met de huidige leden van de raad van bestuur en/of andere bestuursorganen van Iriscare bezorgen?
4. Aan welke criteria of kwaliteiten moeten de bestuurders voldoen om hun functie te vervullen? Zijn de bestuurders ook onderworpen aan een handvest voor goed bestuur, zoals steeds vaker het geval is in de raden van bestuur van overheidsorganen?
5. Op welke datum wordt de vernieuwing van de raad van bestuur en/of eventueel andere bestuursorganen gepland? Welke plaats en welke rol ziet u daarbij voor de oppositie?
 
 
Antwoord    In de ordonnantie van 23 maart 2017 houdende de oprichting van de bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan personen en Gezinsbijslag (Iriscare) is de samenstelling van de beheersorganen van de Dienst vastgelegd, op basis van het beheermodel dat voordien bestond in de federale instellingen (RIZIV en FAMIFED) die deze materie beheerden.

Naast de technische commissies en een multidisciplinair college heeft Iriscare drie bestuursorganen: het Algemeen Beheerscomité, de Beheerraad voor Gezondheid en Bijstand aan Personen en de Beheerraad voor Gezinsbijslag.

In artikel 10, § 1, van de voormelde ordonnantie is de samenstelling van het Algemeen Beheerscomité vastgelegd, namelijk:
- vijf vaste en vijf plaatsvervangende vertegenwoordigers van de representatieve werkgevers- en zelfstandigenorganisaties op interprofessioneel niveau;
- vijf vaste en vijf plaatsvervangende vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties op interprofessioneel niveau;
- vijf vaste en vijf plaatsvervangende vertegenwoordigers van de verzekeringsinstellingen, waaronder de landsbonden van ziekenfondsen;
- vijf vaste en vijf plaatsvervangende vertegenwoordigers van de zorgverstrekkers, onder wie minstens een vertegenwoordiger van de OCMW's die niet over een mandaat in een raad voor maatschappelijk welzijn beschikt, en minstens een vertegenwoordiger van de beheerders van zorginstellingen;
- vijf vertegenwoordigers van het Verenigd College bij de vastlegging van de opdrachtenbegroting en van de rekeningen voor de opdrachten van de Dienst;
- drie vaste en drie plaatsvervangende vertegenwoordigers van de gezinsorganisaties;
- drie vaste en drie plaatsvervangende vertegenwoordigers van de kinderbijslagfondsen.

In artikel 21 en artikel 28 van dezelfde ordonnantie is de samenstelling van de andere twee beheersorganen vastgelegd, met dezelfde vertegenwoordigingsfilosofie als die voor het Algemeen Beheerscomité.

Wat de technische commissies betreft, verenigen deze een gelijk aantal mandaten ingevuld door de verzekeringsinstellingen en representatieve organisaties van zorgberoepen of inrichtingen, diensten of instellingen. Het Verenigd College duidt de betrokken verenigingen en organisaties aan (artikel 23 van de ordonnantie).

Het multidisciplinair college, van zijn kant, bestaat uit beroepsbeoefenaars uit de gezondheidszorg die zijn aangewezen door de verzekeringsorganen of personeelsleden van Iriscare (artikel 27 van de ordonnantie).

Er zijn dus geen vertegenwoordigers van politieke partijen, of ze nu wel of niet lid zijn van de regering.

In de bijlage vindt u de huidige samenstelling van de drie beheersorganen van Iriscare.

De voorwaarden inzake taalevenwicht en man/vrouw-evenwicht moeten worden nageleefd voor de benoeming van de leden van de drie beheersorganen. Het is aan de organisaties die zij vertegenwoordigen om voor elk in te vullen mandaat een dubbele lijst voor te stellen, zonder andere specifieke voorwaarden.

Deze materie is geregeld in artikel 9 van de voornoemde ordonnantie.

In de tweede paragraaf is bepaald dat elk van deze organen bestaat uit twee taalgroepen: twee derden van de vaste leden moeten behoren tot dezelfde taalgroep als de leden van grootste taalgroep in de Verenigde Vergadering, het overblijvende derde moet behoren tot dezelfde taalgroep als de leden van de kleinste taalgroep van diezelfde Vergadering.

Elk orgaan moet voor hoogstens twee derde uit vaste leden van hetzelfde geslacht bestaan.

In artikel 9, § 4, is bovendien bepaald dat het Verenigd College de vaste en plaatsvervangende leden van elk orgaan aanstelt, in gelijk aantal, op dubbele lijsten voorgedragen door de belanghebbende organisaties. Die lijsten mogen voor hoogstens twee derde uit personen van hetzelfde geslacht bestaan.

Wat de voorzitter en de ondervoorzitter van elk orgaan betreft, is in § 3 van hetzelfde artikel bepaald dat zij tot een verschillende taalgroep moeten behoren en, bovendien, moeten zij:

1. gedomicilieerd zijn of een activiteit kunnen verantwoorden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
2. onafhankelijk zijn van de organisaties die in het Algemeen Beheerscomité vertegenwoordigd zijn;
3. hiërarchisch niet onder de Regering of een College van een van de gemeenschapscommissies vallen.

Tot slot zijn in artikel 9, § 5, de gevallen bepaald waarin het Verenigd College kan beslissen om een lid af te zetten (na de betrokkene in diens verweermiddelen op tegenspraak te hebben gehoord), namelijk indien het lid ingaat tegen de volgende verbodsbepalingen:

1° aanwezig zijn op de beraadslaging en de stemming over aangelegenheden waarbij hij rechtstreeks, hetzij persoonlijk, hetzij als consultant zowel vóór als na zijn aanstelling belang heeft of waarbij bloed- of aanverwanten persoonlijk en rechtstreeks belang hebben;
2° rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan enige overheidsopdracht die met de Dienst werd gesloten;
3° tegen de Dienst optreden als advocaat, consultant of notaris. In diezelfde hoedanigheid mag hij evenmin pleiten, adviezen verstrekken of instaan voor de opvolging van betwistingen in het belang van de Dienst.

Elk lid moet bovendien uit eigen beweging het Algemeen Beheerscomité op de hoogte stellen van de mogelijke rechtstreekse of onrechtstreekse belangenconflicten die op hem betrekking hebben.

Met toepassing van artikel 9, § 6, van de voornoemde ordonnantie, duurt het mandaat van de voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van elk orgaan vijf jaar. Het is hernieuwbaar. De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de drie beheersorganen zijn benoemd bij het besluit van het Verenigd College van 3 mei 2018, dat op 14 mei 2018 in werking is getreden. Deze mandaten zullen dus moeten worden hernieuwd op 14 mei 2023.
De huidige regels inzake vertegenwoordiging zullen van toepassing zijn.