Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de aangekondigde sluiting van het Sister’s House

Indiener(s)
Véronique Jamoulle
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 129)

 
Datum ontvangst: 25/05/2020 Datum publicatie: 16/06/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 11/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
26/05/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De hele kwestie van de huisvesting voor migranten is onrustbarend. Nu heeft het burgerplatform dat zich inzet voor de vluchtelingen op 11 februari 2020 een communiqué gepubliceerd waarin het een oproep lanceert naar burgers en naar de privésector om dringend een gebouw te vinden voor het onthaal van vrouwelijke migranten die nu in het Sister’s House1 verblijven.

Maar nu blijkt dus dat op 29 februari dit opvangcentrum zijn deuren zal moeten sluiten als gevolg van een aflopende overeenkomst met de gemeente Elsene, die eigenaar is van het pand. Op dat moment zullen zeventig tot honderd vrouwen dus op straat komen te staan: geen dak meer boven hun hoofd en geen hulp meer die aangepast is aan hun noden.

- Heeft het burgerplatform ondertussen een oplossing gevonden voor deze onrustwekkende toestand?

- In de beleidsverklaring staat dat de regering “als concreet antwoord op de specifieke situatie van vrouwelijke migranten, hetzij alleenstaand, hetzij vergezeld van minderjarigen, op zeer korte termijn een opvangruimte ter beschikking zal stellen, zodat dit publiek, met zijn kinderen, kan ontkomen aan de problemen die hen omringen.”

- Bent u, samen met de verschillende Brusselse gemeenten, op zoek naar zo een opvangplaats, dat wil zeggen naar leegstaande gebouwen die kunnen worden aangewend om er deze uiterst kwetsbare, geïsoleerde en bange vrouwen onderdak te bieden? Velen van hen zijn zelf minderjarig, sommigen zijn zwanger, wat allemaal bijzondere zorgen vergt.

- In het akkoord dat de meerderheid heeft afgesloten, staat dat er een definitief centrum voor de opvang en heroriëntatie van transmigranten moet komen. Houdt men daarbij ook rekening met een ruimte voor de specifieke groep die ik hierboven beschreven heb?

- Hebt u contact opgenomen met de gemeente Elsene over de overeenkomst die ze had afgesloten met de vzw Sister’s House?

- Op 13 februari hebt u ons in commissie verteld dat er bij de aanpak van de dakloosheid absolute voorrang zou gaan naar de meest kwetsbaren, dat wil dus zeggen alleenstaande vrouwen en gezinnen, aan wie – uw eigen woorden - nooit onderdak zou mogen geweigerd. Hoe maakt u die belofte hard in het licht van een dreigende sluiting van Sister’s House?


1 Sinds november wordt de opvang van vrouwelijke migranten met een transitstatuut georganiseerd in het opvanghuis Sister’s House. Dit initiatief wordt gerund door een burgerplatform voor hulp aan vluchtelingen, in samenwerking met partnerorganisaties die hun krachten bundelen binnen één humanitaire hub op de Brusselse Havenlaan: Dokters van de Wereld, Artsen zonder Grenzen, SOS Jeunes, het Rode Kruis.
 
 
Antwoord    Met betrekking tot de prioriteit die, gezien hun kwetsbaarheid, aan de opvang van dakloze vrouwen en gezinnen gegeven wordt, bevestig ik dat dit inderdaad het geval is.

Ik kan u ook bevestigen dat er in het kader van de COVID-19-crisis een specifiek mechanisme met 100 plaatsen voor vrouwen is opgezet.

Bovendien maken vrouwen en gezinnen deel uit van het publiek dat, naast in de bestaande opvangcapaciteit (met name opvangtehuizen), wordt opgevangen via de hotelcapaciteit die in de afgelopen weken is gecreëerd. Deze groep komt ook in aanmerking voor de plaatsen die zijn gereserveerd voor daklozen bij wie COVID-19 is vastgesteld.

Voor de rest van uw vragen verwijs ik u naar het antwoord nr. 169 van de minister-president, Rudi Vervoort.