Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de afwijkende evolutie van het verloop van de besmettingen met het sars-CoV-2-virus in Brussel.

Indiener(s)
Dominiek Lootens-Stael
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 166)

 
Datum ontvangst: 10/07/2020 Datum publicatie: 19/08/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 17/09/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/07/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In De Standaard van 9 juli verscheen een overzicht van de evolutie in de coronabesmettingen over het ganse land en de deelgebieden.

Een opvallende vaststelling was dat Brussel, met drie keer minder inwoners dan Wallonië precies evenveel besmettingen laat optekenen. Vlaanderen heeft begin juli , per capita, de helft meer besmettingen dan Wallonië.

Opmerkelijk daarbij is dat de veel hogere Brusselse besmettingsgraad een recent fenomeen is. Er vielen in het hoofdstedelijk gewest wel relatief meer doden, maar tot en met de maand mei werden in Brussel niet meer besmettingen vastgesteld, integendeel.

Sinds de versoepelingen daalt het aantal nieuwe besmettingen in het hoofdstedelijk gewest minder hard dan in Vlaanderen en Wallonië.

Dat zijn toch een aantal opmerkelijke vaststellingen waarover ik toch graag wat meer zou willen vernemen van het college.

Kunnen de collegeleden een overzicht geven van het aantal testen die tijdens de maanden april; mei en juni uitgevoerd werden in Brussel en daartegenover het aantal positieve gevallen, ingedeeld volgens leeftijdscategorie en geslacht?

Kunnen de collegeleden een overzicht geven van het aantal ziekenhuisopnames, opname in de afdeling intensieve zorgen en sterfgevallen covid-19 in Brussel, ingedeeld volgens leeftijd en geslacht voor de maanden maart; april, mei, juni?

Welke evaluatie werd hierover gemaakt? Werd deze evaluatie gemaakt op regeringsvlak en worden hieraan besluiten gekoppeld op het vlak van preventiemaatregelen naar het verleden toe maar ook naar de toekomst?

Wat zijn de besluiten die het college uit de cijfers over het verloop van het aantal besmettingen en het aantal ziektes en overlijdens trekt?

Vindt het college dat in Brussel strengere of andere maatregelen moeten worden genomen dan in de rest van het land?
 
 
Antwoord    1.
Het aantal testen dat per maand in het Brussels Gewest wordt uitgevoerd, is tussen maart en juli geëvolueerd als volgt:

Maand Aantal testen
3 5050
4 31433
5 36172
6 29662
7 32157
De rapporten van Sciensano geven informatie in de vorm van grafieken. In de bijlage bij het epidemiologisch bulletin van 7 augustus 2020 zijn de volgende gegevens opgenomen:

2.
Onderstaande figuur toont het aantal opnames per dag in het Brussels Gewest van 13 maart tot 6 augustus.

De tabel in bijlage 1 geeft het aantal bevestigde en verdachte gehospitaliseerde personen in het Brussels Gewest en het aantal personen op intensieve zorg tussen 13 maart en 29 mei.



Onderstaande figuur toont het aantal opnames op intensieve zorg in het Brussels Gewest van 15 maart tot 6 augustus:



Onderstaande figuur toont het aantal sterfgevallen per dag in het Brussels Gewest tussen 13 maart en 6 augustus:



Onderstaande figuur geeft de verdeling naar leeftijd en geslacht van de overleden personen in het Brussels Gewest:



Al deze gegevens zijn hier beschikbaar:

https://covid-19.sciensano.be/sites/default/files/Covid19/COVID-19_Daily%20report_Annex_NL.pdf

3.
Binnen de Diensten van het Verenigd College, en met name de Gezondheidsinspectiedienst, wordt een overzicht van ‘lessons learned’ voortdurend bijgewerkt. Het heeft aanleiding gegeven tot voorstellen voor de reorganisatie en versterking van de dienst, met name met het oog op een tweede golf van de epidemie.

Bovendien heeft elke administratie met betrekking tot gezondheid en bijstand aan personen evaluatie-elementen verzameld, die als leidraad hebben gediend voor de voorbereiding op de tweede golf en met name de uitwerking van sectorplannen.

Wat de sector van de rusthuizen en de rust- en verzorgingstehuizen betreft, is het crisisbeheer geëvalueerd door de twee administraties van de GGC en het kabinet van minister Maron. Deze evaluatie heeft geleid tot de opstelling van de omzendbrief ‘Instructies voor de door de GGC erkende en gesubsidieerde rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen met betrekking tot de preventie van/reactie op een eventuele tweede golf van COVID-19’. In dit document wordt eerst de steun vermeld die de GGC (Diensten van het Verenigd College en Iriscare) aan de instellingen verleent om hen te helpen bij het beheer van een eventuele heropflakkering van het aantal COVID-19-gevallen. Vervolgens worden instructies gegeven voor de preventie en het beheer van een nieuwe crisis (oprichting van een cel voor crisisbeheer binnen de instelling, algemene hygiënemaatregelen, isolatie- en cohortemaatregelen in geval van (een vermoeden van) een epidemie, samenstelling van een voorraad materiaal, samenwerking met een ziekenhuis, samenwerking met een laboratorium, opstelling van een opleidingsprogramma voor het personeel, afsluiting van een leveringscontract voor zuurstofconcentratoren). Tot slot komen de strategie voor het testen en de contactopvolging van de bewoners en de acties die in elke epidemiefase in de instelling moeten worden ondernomen, aan bod. In de omzendbrief wordt de instellingen ook gevraagd een actieplan voor crisisbeheer uit te werken. Deze omzendbrief is beschikbaar op de website van Iriscare.
Voor de andere sectoren van de GGC wordt momenteel hetzelfde type document uitgewerkt.
4.
Het huidige dispositief, dat sinds mei 2020 in voege is, wordt minstens tot eind oktober voortgezet. De verschillende kortetermijnacties tot begin september, nodig om de situatie zo goed mogelijk onder controle te houden, zijn gedefinieerd en worden geleidelijk aan geïmplementeerd.
Alle acties en initiatieven die voor COVID-19 worden opgebouwd, moeten worden gekaderd in een langetermijnperspectief, met name de uitbouw van een meer performant beleid en diensten inzake gezondheidspreventie en –beheer binnen de Brusselse regio, gefocust op gezondheidsrisico. Dit wordt opgezet volgens een schaalbaar model, met een stevige basis binnen het gezondheidsinspectieteam in de schoot van de Diensten van het Verenigd College, met actieve en snel activeerbare partnerships die kunnen worden ingezet waar en op de momenten dat het nodig is.
De huidige COVID-19-crisis schept met andere woorden de opportuniteit om een goede preventieve en curatieve gezondheidszorg in Brussel uit te bouwen.

Hierbij wordt gewerkt in functie van vier risicofases:
- niv 0: stand-byfase: beheer per geval;
- niv 1: activatiefase: ad-hocclusters;
- niv 2: interventiefase: diverse belangrijke en geconcentreerde clusters;
- niv 3: crisisfase, sector(en) in gevaar;

Waarbij:
- Het interne team in de fases 0 en 1 voornamelijk focust op preventie en sensibilisering; in fase 2 en 3 voornamelijk op crisisbeheer;
- De externe partnerships geleidelijk aan meer geactiveerd worden vanaf fase 1.
Wat het beschermingsmateriaal betreft, is binnen Iriscare voor de Brusselse instellingen (GGC en FGC) met ingang van 1 juli 2020 een strategische voorraad beschermingsmateriaal aangelegd. Deze voorraad is bedoeld om drie maanden te dekken en omvat een rotatiesysteem. Het ongebruikte materiaal met een vervaldatum zal jaarlijks worden doorverkocht aan de ROB’s-RVT’s en ziekenhuizen.
5.
Vanwege de hoge dichtheid, met name in bepaalde wijken, moet het Brussels Gewest de strategieën ter bestrijding van het virus aanpassen aan de realiteit op het terrein. Daarom maakt een lokale aanpak op basis van een permanente dialoog met de gemeenten het mogelijk om maatregelen op zowel gewestelijk als lokaal niveau te nemen.

In de meeste grote metropolen, met name in Europa, is een intensievere verspreiding van het virus in stedelijke gebieden waargenomen. De strategie kan dus verschillen tussen meer landelijke gebieden en een grote stad die verbonden is met de wereld en dichtbevolkt is zoals het Brussels Gewest.