Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende een stand van zaken over de contact tracing.

Indiener(s)
Gilles Verstraeten
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 269)

 
Datum ontvangst: 12/11/2020 Datum publicatie: 10/12/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 09/12/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/11/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    We ontvangen nog steeds signalen dat de contact tracing in Brussel niet naar behoren werkt. We weten dat de opsporing van de contacten van coronapatiënten begin oktober in Brussel duizenden telefoons achterliep. Op 5 oktober werden slechts 53 procent van de oproepen uitgevoerd. In Vlaanderen was dat 85 procent. Elisabeth Wallays, huisarts en coronacoördinator bij de Nederlandstalige Brusselse Huisartsenkring (BHAK) verklaarde dat slechts ongeveer de helft van haar positief geteste patiënten een telefoontje krijgt. Volgens haar waren we in Brussel “de controle kwijtgeraakt”. De GGC bevestigde op 7 oktober dat er problemen waren ‘door de plotse stijging van positieve gevallen in combinatie met een paar technische problemen’. Het aantal “call agenten” werd daarom verhoogd naar 200. Dat is bijna een verdriedubbeling in vergelijking met midden september. Toen waren er slechts een 75-tal contactonderzoekers en werd de overgrote meerderheid van de mensen opgebeld binnen de 48 uur.

De contact tracing is in Brussel reeds operationeel sinds 11 mei. Voor zover ik begrijp gebruiken Brussel en Vlaanderen (en Wallonië) hetzelfde softwareplatform. Het is vreemd dat de problemen van de contact tracing in Brussel mede te wijten zijn aan IT-problemen terwijl Vlaanderen daar weinig last van blijkt te hebben. De verklaring ligt dus voornamelijk elders, namelijk in het feit dat de Brusselse (en Waalse) regering niet snel genoeg het aantal contactonderzoekers heeft uitgebreid. Dat is ook de vaststelling van Karine Moykens, de voorzitter van de interfederale werkgroep testing & tracing. Ze heeft er reeds meermaals op gewezen dat je niet zomaar mensen kunt oproepen als je die nodig hebt.

Het is duidelijk dat de forse toename van het aantal besmettingen in de voorbije weken het Brusselse opsporingsonderzoek in snelheid heeft gepakt. Mensen die in contact komen met een besmet persoon worden daarom niet meer gebeld, maar krijgen een sms met een code voor een test, zoals bij mensen die uit een rood gebied terugkeren. Maar is dit niet hetzelfde verhaal als in het dossier van de uitbreiding van de testcapaciteit? Ook hier heeft de regering niet geanticipeerd en veel te laat gereageerd. Intussen bellen huisartsen zelf contacten op van positief geteste patiënten omdat ze niet zeker zijn dat de contact tracers dit zullen doen. Sommige huisartsen werken hiervoor samen met vrijwilligers. Dat is toch hallucinant?

Intussen leeft het gevoel dat de Brusselse regering blind vaart in de strijd tegen het coronavirus. We wachten al maanden op gedetailleerde data over welke van de 118 Brusselse wijken het zwaarst getroffen zijn. Opmerkelijk, want zulke data zijn in Vlaanderen al twee maanden beschikbaar. Volgens Inge Neven van de GGC wordt de beschikbare info over de clusters in Brussel nu toegevoegd aan de Vlaamse Zorgatlas, waarin de Vlaamse burgemeesters sinds eind augustus gedetailleerde info kunnen opzoeken. Die oefening zou voor eind oktober rond zijn. In Brussel zijn voorlopig dus enkel gegevens op het niveau van de 19 gemeenten beschikbaar en lukt het niet om in te zoomen. Dat maakt het complex om haarden bloot te leggen en aan contactopsporing te doen om een verdere escalatie van het virus te vermijden.

Daarom had ik graag volgende vragen gesteld:

- Kunt u een stand van zaken geven van de werking van de contact tracing in Brussel?

- Wanneer is de gedetailleerde data beschikbaar over de verspreiding van coronavirus in de 118 Brusselse wijken?
 
 
Antwoord    Vraag 1

Hoewel we een tweede golf verwachtten, hebben de snelheid en de omvang ervan alle gefedereerde entiteiten verrast, waarbij ze allemaal herhaaldelijk onderbemand waren begin/midden oktober.

De toename van het gemiddeld aantal positieve gevallen per dag is vanaf september sterk versneld (gemiddelde over 7 dagen, bron Sciensano):
- Begin mei: 30
- 01/09: 122
- 05/10: 502
- 30/10: 2292 (3471 nieuwe gevallen op 30/10)

De DVC hebben een actieve voorbeeldfunctie vervuld in de zoektocht naar pragmatische oplossingen voor deze noodsituatie, zoals het versturen van sms-berichten (in plaats van een oproep) naar de door de indexgevallen opgegeven contacten.

Deze oplossing werd gevalideerd door het Interfederaal Comité en voor alle gefedereerde entiteiten geïmplementeerd door SMALS en Sciensano.

Zij werd verschillende keren gebruikt door alle gefedereerde entiteiten in de dagen die volgden op de implementatie ervan.

Brussel en de andere Gewesten hebben SMALS ook om andere aanpassingen van het centrale systeem gevraagd om de oproepen beter te kunnen behandelen en de belangrijkste gevallen te kunnen prioriteren.

Sinds de implementatie door SMALS van versie "2.0" van het Genesys-systeem, hebben alle gefedereerde entiteiten te kampen met aanzienlijke problemen op het gebied van de kwaliteit van de gegevens, processen en prestatie-indicatoren.

Zo heeft het systeem bijvoorbeeld meerdere keren dezelfde workorders opnieuw verzonden naar het systeem of was het systeem verschillende keren en tijdens meerdere uren volledig bevroren waardoor de callcenter- of werkveldmedewerkers de betrokken personen niet konden contacteren.

Deze situatie is vooral problematisch wanneer callcenters en werkveldteams te maken krijgen met extreme volumes, zoals sinds begin oktober het geval is geweest.

De pers richtte zich op het aantal onbeantwoorde oproepen op 05/10.

Deze indicator is echter niet relevant omdat hij slechts een deel van het proces op een bepaald moment van de dag in het callcenter rapporteert.

Een verwerkingspercentage van 53% betekent niet dat 47% van de personen niet werd gecontacteerd via het systeem.

Het volgende geldt immers:
- Het callcenter heeft 48 uur de tijd om een workorder te verwerken waardoor de tickets die niet op de eerste dag werden verwerkt (als gevolg van een personeelsprobleem, personen die de oproepen niet beantwoorden of het laden van workorders aan het eind van de dag) de volgende dag opnieuw aan de callcentermedewerkers worden aangeboden.
- Als het callcenter niet in staat is om binnen 48 uur contact op te nemen met een persoon, wordt het workorder doorgegeven aan de werkveldmedewerkers die nog eens 24 uur de tijd hebben om met hem/haar contact op te nemen.

Er dient te worden opgemerkt dat de staffing per inwoner in het callcenter te Brussel de uitgebreidste is van alle Gewesten:


Vlaanderen

Brussel

Wallonië

Bevolking (k)

6.624

1.211

3.642

Staffing week van 05/10

#call center agents level 1 (VTE)

708

143

203

# agents per 100k inwoners

11

12

6

Staffing week van 12/10

#call center agents level 1 (VTE)

732

168

266

# agents per 100k inwoners

11

14

7

Staffing week van 19/10

#call center agents level 1 (VTE)

991

189

322

# agents per 100k inwoners

15

16

9

Staffing prognose week van 2/11

#call center agents level 1 (VTE)

1438

300

421

# agents per 100k inwoners

22

25

12



De incidentie is echter veel sneller geëvolueerd in Brussel (en Wallonië) dan in Vlaanderen.

De staffing van het callcenter werd meermaals uitgebreid om het hoofd te bieden aan de toename van de te verwerken volumes.

De staffing bereikte 300 VTE’s in de eerste lijn gedurende de eerste week van november.

We blijven de evolutie van de besmetting op de voet volgen om onze personeelsbezetting en processen aan te passen aan de te verwerken volumes.

In ons contract met GAP InterMUT hebben we een zekere flexibiliteit voor wat de staffing betreft.

Net zoals de andere gefedereerde entiteiten, hebben de DVC beslist om een SMS te sturen naar de door de indexgevallen opgegeven contacten die een gsm-nummer hebben (de anderen worden nog steeds op hun vaste lijn opgebeld) en om de verwerking van herinneringsoproepen aan de contacten die nog geen test hebben laten uitvoeren, on hold te zetten.

Deze voorlopige maatregelen hebben tot doel ervoor te zorgen dat het merendeel van de indexgevallen en collectiviteiten kan worden gecontacteerd om het tracing-proces op gang te brengen en de verspreiding van het virus te beperken.

Deze acties, evenals de snelle uitbreiding van het aantal callcenter- en werkveldmedewerkers, hebben hun vruchten afgeworpen:
- 100% van de indexgevallen wordt behandeld door de callcenter- of werkveldmedewerkers. 96% wordt daadwerkelijk bereikt.
- 100% van de collectiviteiten wordt behandeld door de callcenter- of werkveldmedewerkers. Meer dan 85% wordt daadwerkelijk bereikt door deze teams. Aangezien sommige collectiviteiten niet in het weekend kunnen worden bereikt (bv. scholen) en hun "bereikbaarheid" relatief ontoereikend is, wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw communicatiekanaal met SMALS en de andere gefedereerde entiteiten.
- Alle contacten die door de indexgevallen worden opgegeven, worden gecontacteerd per sms (als ze een mobiele telefoon hebben) of telefoon.


Vraag 2

Sinds 5 augustus wordt de informatie uit verschillende bronnen manueel samengevat en naar de burgermeester verstuurd.

De verspreiding van coronavirus werd met “Google Maps”-extracten wekelijks doorgegeven zonder verdeling per statistische sectoren.

Op 15 oktober en 27 oktober, werd de verspreiding per statistische sectoren naar de 19 gemeenten verstuurd.

De zorgatlas kan sinds 10 november door de Brusselse burgemeesters worden geraadpleegd.

Deze gegevens per statistische sector zullen vooral nuttig zijn wanneer de verspreiding van het virus zal afnemen. Voorlopig moet aandacht worden besteed aan de hele gemeente gezien de omvang van de epidemie en de zeer brede verspreiding van het virus.