Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de psychologische en psychiatrische ondersteuning voor post-coronapatiënten.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 292)

 
Datum ontvangst: 20/11/2020 Datum publicatie: 01/02/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 29/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
07/12/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Het coronavirus slaat niet enkel op fysiek vlak diepe wonden, ook op neurologisch en psychologisch vlak heeft het reeds voor heel wat kopzorgen en problemen gezorgd. Het virus tast namelijk niet enkel (voornamelijk) de longen aan, ook neurologisch is er vaak schade na een besmetting, zo blijkt uit verschillende wetenschappelijke studies.

In augustus 2020 bleek bijvoorbeeld uit een Italiaans onderzoek bij 402 (volwassen) coronapatiënten nog onder meer dat bij 28% van de gevallen in de maanden na hun infectie tekenen van een post-traumatisch stresssyndroom (PTSS) optrad, in 31% van de gevallen vertoonden de patiënten tekenen van een depressie, 42% ervaarde sterke angstgevoelens en 40% kreeg te maken met slaaploosheid. Ook andere (buitenlandse) onderzoeken bevestigden die problemen, waarbij in sommige gevallen zelfs sprake was van hallucinaties, waanideeën en psychoses. Algemeen genomen viel daarbij op dat ook de stressniveaus en depressieve of zelfs zelfmoordgedachten zowat overal significant stegen. Verschillende verslavingsproblematieken (drank, drugs) kennen in dit kader eveneens een stijging.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest lijkt eveneens niet te ontsnappen aan deze problematiek. Psychiater Gérald Deschietere van de Cliniques Universitaires Saint-Luc, ook verantwoordelijk voor de crisisunit van het ziekenhuis, trok in juli reeds aan de alarmbel en stelde toen dat de Brusselse psychiatrische instellingen verzadigd zijn. Volgens hem ligt het aantal patiënten dat psychiatrische ondersteuning nodig heeft nog vele malen hoger dan na de aanslagen in Parijs en Brussel en zijn er dringend meer middelen nodig om deze problematiek te kunnen aanpakken.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Beschikt u over cijfers die de psychologische en neurologische impact van het coronavirus op (voormalige) patiënten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kunnen duiden? Hebt u zicht op de specifieke mentale problemen waarmee post-coronapatiënten waarmee zij kampen? Kan u dit nader toelichten?

- Op welke manier pleegt u structureel overleg met de Brusselse zorginstellingen, ziekenhuizen en andere betrokken organisaties of actoren omtrent de geestelijke gezondheidszorg voor post-coronapatiënten? Welke vaststellingen of bezorgdheden vloeiden hier reeds uit voort?

- Welk overleg bestaat er omtrent deze problematiek met de overige Gemeenschappen en met het federale niveau? Hoe verhoudt de omvang van deze problematiek in ons Gewest zich tot de situatie in de andere deelstaten en op nationaal niveau? Zijn er daaromtrent significante onderlinge verschillen merkbaar?

- Welk beleid voert u om deze problematiek aan te pakken? Welke concrete acties en middelen worden er voorzien om de nodige psychologische en psychiatrische ondersteuning voor post-coronapatiënten te kunnen aanbieden?

- Op welke manier heeft u reeds gevolg gegeven aan de noodkreet van de Brusselse psychiatrische instellingen omtrent de verzadiging van hun opvangcapaciteiten? Op welke manier heeft u besloten deze verzadiging te zullen wegwerken? Welke monitoring voorziet u daaromtrent om ervoor te kunnen zorgen dat het aanbod de vraag zal kunnen volgen?
 
 
Antwoord    V1

Opgemerkt moet worden dat de studies zich tot nu toe hebben gericht op de gevolgen van de covid-19-crisis voor de geestelijke gezondheid van de bevolking (gewone burgers of zorgpersoneel), en niet op de psychische/neurologische gevolgen van de ziekte en de gevolgen ervan.

Toch willen we de interessante publicatie van perspective.brussels vermelden, uitgevoerd in samenwerking met het Brussels Hoofdstedelijk Observatorium voor Gezondheid en Sociale Zaken (voor de rubriek "Gezondheid-Sociaal"), van de studie "Diagnose - Sociaal-economische, territoriale en ecologische herverdeling na de covid-19-crisis in het Brussels Gewest" (d.d. 3 juli 2020). Punt 5 van het derde deel over "gezondheid en sociale zaken" (blz. 62-67) is gewijd aan de geestelijke gezondheid en bevat enige overeenstemmende en aanvullende informatie op de in deze parlementaire vraag opgenomen informatie.

Daarnaast werden door het Brussels Overlegplatform Geestelijke Gezondheid twee bevragingen gedaan:
­ Een bevraging onder gebruikers van diensten geestelijke gezondheid tijdens en na afloop van de eerste lockdown: deze bevraging richtte zich op de gevoelens over de lockdown en de moeilijkheden die zij in deze periode ondervonden.
­ Een bevraging onder professionals in de verslavings- en geestelijke gezondheidszorg naar de impact van de eerste coronagolf op hun praktijken en hun geestelijke gezondheid. Deze opiniepeilingen hadden een tweeledig doel: enerzijds de evolutie te bestuderen van de praktijken van het zorgpersoneel dat instaat voor een populatie van volwassenen met geestelijke gezondheids- en/of verslavingsproblemen en, anderzijds, de effecten op het zorgpersoneel op het vlak van geestelijke gezondheid in kaart te brengen, tijdens en na de eerste lockdownperiode (13 maart - 28 mei 2020), op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

(https://pfcsm-opgg.be/upload/actualites/newsletter%20dec%202020/PERSBERICHT%20bevragingen%20door%20het%20Brussels%20Platform%20voor%20Geestelijke%20Gezondheidszorg.pdf)

Deze resultaten geven geen beeld van de specifieke mentale problemen van post-coronapatiënten in het bijzonder.


V2

Binnen de Technische Commissie Revalidatie en Geestelijke Gezondheidszorg is er systematisch overleg rond thema's betreffende deze sectoren. De specifieke kwestie van de psychologische/neurologische gevolgen van post-covid patiënten werd niet aan de orde gesteld.


V3

Sinds november 2020 zijn er om de twee weken interkabinettenvergaderingen. Alle gemeenschappen en gewesten die bevoegd zijn inzake geestelijke gezondheid komen dan samen. Dit is een federaal initiatief en de punten die er aan bod komen, hebben hoofdzakelijk betrekking op maatregelen ter versterking van de psychologische ondersteuning. Wij hebben ons nog niet gebogen over de neurologische gevolgen van voormalige COVID-19- patiënten. Wij zijn ons verder terdege bewust van het probleem en stellen vast dat de verschillende bestuursniveaus hetzelfde standpunt delen. Er zijn, althans in dit stadium, geen plannen om een specifiek programma over dit onderwerp te ontwikkelen.


V4

In haar herontwikkelings- en relanceplan post-COVID-19 besliste de regering de bestaande PZT-projecten (Psychiatrische zorg in de thuissituatie) uit te breiden of nieuwe PZT-projecten te ontwikkelen. Hiervoor werd voor de laatste 6 maanden van 2020 een budget van 335.000 euro en voor het volledige jaar 2021 een bedrag van 670.000 euro begroot en een projectoproep werd gelanceerd.

6 organisaties dienden een project in en de dossiers werden beoordeeld op basis van hun relevantie ten opzichte van de volgende vier pijlers:
1. Een inter- of extrasectorale samenwerking ontwikkelen met een CGG (GGC, FGC of Agentschap Zorg en Gezondheid) en zo mogelijk ook met andere voorzieningen of sectoren, om:
­ verder te bouwen op de bestaande kennis en vaardigheden;
­ zich open te stellen voor verschillende doelgroepen, waaronder ambulante;
­ toe te laten dat de ontwikkeling van de PZT zich niet beperkt tot het IBW, als die dienst aan een IBW verbonden is;
­ outreachend werken promoten.
2. Een dubbele doelgroep bereiken:
­ patiënten die zich moeilijk kunnen verplaatsen of die afhaken tijdens hun zorgparcours. Bijzondere aandacht voor kwetsbare begunstigden (wat betreft verplaatsingsmogelijkheden en het psychosociale aspect) is gewenst;
­ ondersteuning aan de werknemers in de sociale sector, de gezondheidssector en de sector van personen met een handicap en de doelgroepen van die sectoren.
3. In multidisciplinaire teams werken:
Elk team verbonden aan een PZT kan worden versterkt of ontwikkeld volgens de vereiste van multidisciplinariteit.
4. Aansluiten op de huidige opdrachten van de PZT, met bijzondere aandacht voor mobiliteit en outreachend werken ten opzichte van de patiënten en de zorgverleners die door de PZT worden ondersteund: Ter herinnering: de drie opdrachten van de PZT beschreven in de projectoproep uitgeschreven door de FOD Volksgezondheid in 2002, zijn:
­ Sensibilisering, coaching en supervisie van de eerstelijnsdiensten,
­ Begeleiding van begunstigden in hun thuissituatie (outreachend werken);
­ Coördinatie van het zorgnetwerk.

Van de 6 ingediende projecten werden er 5 weerhouden, het zesde project werd niet weerhouden omdat het buiten de scope van de projectoproep viel. Voor deze 5 projecten samen worden in totaal 9,7 VTE gefinancierd.

Gezien er een budgettaire marge beschikbaar is stelde mijn kabinet voor een PZT-project op te starten specifiek gericht op ouderen, om onder meer ook de psychologische ondersteuning in rusthuizen, woonzorgcentra, dagcentra en in de thuissituatie te kunnen garanderen, alsook om thuiszorgpersoneel te ondersteunen. Hiervoor werd in december 2020 een project ingediend, maar dit werd nog niet gevalideerd en toegekend.

Daarnaast zijn er twee andere projectoproepen van de GGC waarvan de doelstellingen op vlak van gezondheid vooral gericht zijn op de versterking van de mobiliteit in de zorg, outreaching, openbare ziekenhuizen en een laagdrempelige toegang tot geestelijke gezondheidszorg. Deze drijfveren hebben als gemeenschappelijk doel de meest kwetsbare groepen die worden getroffen door deze gezondheidscrisis te helpen. De regering wenst aldus in het bijzonder de professionals uit de hulp- en zorgsector, doelgroepen die tegelijkertijd het hoofd moeten bieden aan meerdere maatschappelijke en gezondheidsproblematieken, de jongeren en de bewoners van de woonzorgcentra en de RVT’s te begeleiden en een luisterend oor te bieden en globaal alle Brusselaars, en in het bijzonder de sociaaleconomisch meest kwetsbaren, toegang te geven tot de geestelijke gezondheidszorg door bijkomende middelen toe te kennen (meer dan 2 miljoen in de GGC). De selectie van de projecten en de subsidiebesluiten zijn in december 2020 door het college gesluisd.


V5

Naar onze kennis zijn de wachtlijsten van de Initiatieven beschut wonen, de psychiatrische verzorgingstehuizen en de psychosociale revalidatiecentra voor volwassenen niet verhoogd naar aanleiding van de Covid-crisis.

Een groot deel van het aanbod in geestelijke gezondheidszorg is ten laste van andere administraties en bevoegdheidsniveaus, die elk hun eigen acties en maatregelen uitgewerkt hebben in het kader van het ontwikkelings- en herstelplan van de Brusselse regering (bvb. de versterking van mobiele teams en diensten voor geestelijke gezondheid, de oprichting van therapeutische clubs/ontmoetingsplekken, enz.) Onder deze maatregelen heeft Iriscare de versterking van de PZT-projecten op zich genomen (zie details hierboven).