Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de aanwending van de uitzonderlijke subsidie aan de 19 Brusselse OCMW's om het hoofd te bieden aan de welzijn- en gezondheidsgevolgen verbonden aan de COVID-19 crisis, meer bepaald de aanwending voor voorschotten of uitbetalingen van achterstallige huurgelden.

Indiener(s)
Khadija Zamouri
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 372)

 
Datum ontvangst: 05/02/2021 Datum publicatie: 12/05/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 11/05/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/03/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De afgelopen maanden heeft de Brusselse regering een moratorium ingesteld op uithuiszetting van huurders, dit om Brusselaars die een huurwoning bewonen en die tijdens de COVID-periode in financiële problemen kwamen, te beschermen. Dit moratorium werd meermaals verlengd. Dit moratorium beschermt de huurder, maar niet de eigenaar, die vaak ook inkomstenverlies heeft door COVID en in financiële problemen terechtkomt.

De regering heeft dit terecht met het PUL, het Urgentieplan voor de huisvesting, ingezien. In punt 28 is er sprake van een evaluatie van de uithuiszetting en een evaluatie van de noodzaak tot oprichting van een fonds dat achterstallige huurgelden opneemt. Dit doet denken aan het systeem dat ook Vlaanderen instelt.

Het verenigd college kende in mei aan de 19 OCMW een extra subsidie toe (in totaal meer de 30 miljoen euro) om de gevolgen van de COVID-crisis het hoofd te bieden. Deze middelen moeten uiteraard verantwoord worden bij de GGC. Deze middelen mogen ook aangewend worden voor het uitbetalen van achterstallige huur aan eigenaars na analyse van het sociaal dossier van een huurder in financiële problemen. Deze hulp, zoals alle hulp van de OCMW’s is niet enkel bedoeld voor Brusselaars die een integratie inkomen genieten, maar voor alle inwoners, ook werkenden, gepensioneerden, mensen op tijdelijke werkloosheid, zelfstandigen, … Heel wat OCMW’s hebben tijdens het afgelopen jaar in het bijzonder benadrukt dat ze ter beschikking stonden van al deze groepen, van iedereen.

Graag zou ik per gemeente willen weten hoeveel van deze toegekende middelen er werden aangewend voor het uitbetalen van achterstallige huurgelden?

Kunt u ook achterhalen hoeveel aanvragen er geweest zijn voor uitbetaling van achterstallige huur bij OCMW’s? En hoeveel percent daarvan positief beantwoord werden en hoeveel geweigerd?
 
 
Antwoord    Het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijk Gemeenschapscommissie tot toekenning van een uitzonderlijke subsidie aan de 19 Brusselse OCMW's in het kader van de strijd tegen de welzijns- en gezondheidsgevolgen verbonden aan het coronavirus, kent een totaalbedrag van 30 miljoen euro toe aan de 19 Brusselse OCMW's.

Deze subsidie dekt de periode van 1 maart 2020 tot en met 31 december 2021.

In de inleiding wordt verwezen naar de verantwoording welke door de OCMW's dient overgemaakt te worden aan de administratie in het kader van de aanwending van de subsidie. Gelet op het feit dat de subsidieperiode loopt tot en met 31 december 2021 en het verantwoordingsdossier bijgevolg ten laatste op 31 maart 2022 ingediend dient te worden, beschikt de administratie op dit moment niet over de gevraagde gegevens.

Daarenboven lijkt het niet opportuun nu een rondvraag te doen bij de 19 Brusselse OCMW's om eventueel tussentijdse cijfers te bekomen aangezien dit geen totaalbeeld of zelfs een vertekend beeld zou weergeven.