Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de onbezette bedden in rusthuizen in het Brussels Gewest en de desbetreffende overheidssteun die tijdens de COVID-19-pandemie werd verleend

Indiener(s)
Françoise De Smedt
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 431)

 
Datum ontvangst: 05/05/2021 Datum publicatie: 19/07/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 08/07/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
31/05/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De pandemie van het coronavirus heeft de Brusselse rusthuizen zwaar getroffen, waar honderden bewoners zijn gestorven nadat ze de ziekte hadden opgelopen. Veel instellingen worden nu geconfronteerd met een probleem van onbezette bedden, wat hun financiering aantast. Er zijn ontslagen aangekondigd in deze sector.

Het lijkt ons van cruciaal belang een nauwkeurig overzicht van de situatie te hebben.

- Heeft de GGC een duidelijk beeld van deze situatie? Wat zullen de financiële gevolgen zijn van de stopzetting van de compenserende steun?
- Wat is het huidige aantal onbezette bedden in elk Brussels RH/RVT, zowel openbaar, particulier commercieel als associatief? Wat was dit aantal voordat de pandemie begon?

Tijdens de commissie gezondheid van 1 april 2021 heeft minister Maron een deel van de financiële steun die het Gewest in 2020 en 2021 aan de rusthuizen heeft toegekend om de verliezen in verband met de pandemie op te vangen, nader toegelicht. Die omvatte met name een forfaitair bedrag van € 250/bezet bed en € 60/onbezet bed. De minister preciseerde ook dat het bedrag van de steun afhankelijk was van het behoud van de werkgelegenheid. Hij voegde eraan toe dat de overheidsfinanciering voor de homes bevroren zou worden op basis van het voorgaande jaar (immunisatie) op 75% voor het eerste kwartaal van 2021 en 25% voor het tweede, en preciseerde daarbij dat deze steun alleen zou worden toegekend aan de instellingen die in 2020 en 2021 geen dividend aan hun aandeelhouders hebben uitgekeerd.

Voor meer informatie stelde de minister voor om schriftelijke vragen te sturen.

- Welke rusthuizen hebben in 2020 en 2021 COVID-steun ontvangen (de steun van € 250 en € 60 per bed)? Voor welke bedragen?
- Hoeveel en welke rusthuizen werd de steun (immunisatie) geweigerd op grond van de voorwaarden die de heer Maron in de commissie gezondheid heeft uiteengezet (in geval van dividenden)?
- Wat is, gezien de recente aankondigingen van ontslagen in verscheidene rusthuizen, het gevolg geweest voor de toekenning van de steun die afhankelijk is van het behoud van werkgelegenheid? Concreet, hoe worden de verminderingen van de steun berekend in het geval dat een rusthuis personeel ontslaat?
 
 
Antwoord    Het eerste tabblad van de bijlage toont de bezettingsgraden in het vierde kwartaal van 2019 en in het eerste kwartaal van 2021 per rusthuis. Deze bezettingsgraden werden berekend op basis van de verklaringen op eer van de voorzieningen in het kader van hun aanvragen voor de compensaties van verliezen ten gevolge van de Coronacrisis. De voorzieningen met een bezettingsgraad van 0% in het eerste kwartaal van 2021 hebben geen aanvraag ingediend voor dat kwartaal.

Het tweede tabblad van de bijlage toont de bedragen van de subsidies van 250 euro per bezet bed en van 60 euro per verloren gefactureerde dag in het tweede trimester van 2020, die in het kader van COVID uitbetaald werden aan de voorzieningen in 2020. Daarbij moet opgemerkt worden dat de voorwaarde voor het behoud van personeel voor 13 voorzieningen pas in september 2021 gecontroleerd kan worden. De bedragen voor deze voorzieningen kunnen bijgevolg (gedeeltelijk) teruggevorderd worden.

Eén van de voorwaarden voor het verkrijgen van de subsidies voor de immunisatie van het eerste en tweede trimester van 2021 is dat er geen dividenden of tantièmes uitgekeerd werden in 2019 en 2020.

Het derde tabblad van de bijlage toont de rusthuizen die een dividend in 2019 uitgekeerd hadden en daardoor geen subsidie voor de immunisatie van het eerste trimester van 2021 ontvingen. In augustus 2021 zal nagegaan worden welke rusthuizen een dividend in 2020 uitgekeerd hebben. Voor deze rusthuizen zal de subsidie voor het eerste trimester van 2021 teruggevorderd worden.

De subsidie voor de immunisatie van het tweede trimester van 2021 zal in oktober betaald worden, nadat de controle op de uitgekeerde dividenden in beide jaren afgerond werd.

De tegemoetkoming van 60 euro werd proactief uitbetaald, onder de voorwaarde dat het personeel behouden werd. Iriscare berekende het percentage behoud van personeel door het aantal VTE in de DmfA-aangifte tijdens de Coronaperiode (T3 2020) te delen door het aantal VTE in de DmfA-aangifte na de Coronaperiode (T4 2019). Indien bij deze controle a posteriori bleek dat de tewerkstellingsgraad afgenomen was, vorderde Iriscare de tegemoetkoming terug:
- de tewerkstellingsgraad ≥ 98 %: de subsidie werd behouden,
- de tewerkstellingsgraad < 90%: de subsidie werd integraal teruggevorderd in 2021 na controle,
- de tewerkstellingsgraad is ≥ 90% EN < 98%: de subsidie werd proportioneel verlaagd met het dubbel van het verschil tussen 98% en het percentage behouden personeel.

De terugvorderingen werden ingehouden op de compensatie voor het verlies aan gefactureerde dagen in T4 2020, die in maart 2021 uitbetaald werden. Indien die subsidie van T4 2020 onvoldoende was, moest het resterende bedrag terugbetaald worden.

13 voorzieningen hadden hun DmfA-aangifte niet correct of niet tijdig gedaan, waardoor de controle nog niet kon uitgevoerd worden. Deze voorzieningen zullen in september 2021 gecontroleerd worden en indien nodig zal (een deel van) de subsidie van 60 euro teruggevorderd worden.

Daarnaast werd het behoud van personeel ook als voorwaarde gesteld voor de subsidie ter compensatie van het verlies aan gefactureerde dagen in het eerste en tweede trimester van 2021 (immunisatie). Iriscare ontvangt de DmfA-gegevens van deze trimesters in september. Indien bij deze controle a posteriori zou blijken dat de tewerkstellingsgraad afgenomen is, zal Iriscare de tegemoetkoming terugvorderen:
- de tewerkstellingsgraad ≥ 95 %: de subsidie werd behouden,
- de tewerkstellingsgraad < 85 %: de subsidie werd integraal teruggevorderd in 2021 na controle,
de tewerkstellingsgraad is ≥ 85 % EN < 95 %: de subsidie werd proportioneel verlaagd met het dubbel van het verschil tussen 98% en het percentage behouden personeel.