Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de mogelijke studie omtrent de zelfmoordproblematiek in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 462)

 
Datum ontvangst: 01/07/2021 Datum publicatie: 16/09/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 16/09/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/07/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Enige tijd terug mocht ik u reeds ondervragen omtrent de zelfmoordcijfers in het Brussels Gewest en het preventiebeleid ter zake (cf. schriftelijke vraag nr. 187).

U gaf toen aan dat het aantal zelfmoorden geteld wordt op federaal niveau, en dat het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn de Brusselse cijfers met enige vertraging kan rapporteren (op het moment van antwoord waren zelfs de cijfers van 2019 nog onvolledig). Daarnaast bevestigde u ook dat er nog geen onderzoek werd gevoerd naar de omvang van deze problematiek in het Brussels Gewest, al werd wel erkend dat de determinanten van zelfmoord verergerd werden sinds het begin van de gezondheidscrisis.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Kan u een stand van zaken geven wat betreft de rapportering van deze problematiek door het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn? Welke evolutie kan u duiden in het aantal zelfmoorden en zelfmoordpogingen voor de recentste jaren waarvan men over (definitief) cijfermateriaal beschikt?

  • Hebt u reeds beslist om een onderzoek te bestellen omtrent de omvang van deze problematiek in het Brussels Gewest en de impact die de coronacrisis hierop heeft? Zo ja, kan u toelichten wie dit onderzoek voert, welke middelen hiervoor voorzien worden en wanneer dit onderzoek opgeleverd moet worden? Zo neen, kan u toelichten waarom deze belangrijke problematiek niet nader onderzocht wordt?

  • Kan u een overzicht geven van het beleid inzake zelfmoordpreventie dat de GGC sinds het begin van de huidige gezondheidscrisis gevoerd heeft? Werden hieromtrent specifieke acties of projectoproepen opgezet? Zo ja, kan u deze nader toelichten (inhoud, timing, voorziene middelen etc.)?

 
 
Antwoord    1. Enkele aandachtspunten
Alvorens de vraag zelf te beantwoorden, is het belangrijk om enkele verduidelijkingen te geven over bepaalde elementen van de vraag:

1. In de inleiding wordt het volgende vermeld: “U gaf toen aan dat het aantal zelfmoorden geteld wordt op federaal niveau, en dat het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn de Brusselse cijfers met enige vertraging kan rapporteren (op het moment van antwoord waren zelfs de cijfers van 2019 nog onvolledig).”
Verduidelijkingen
: Het lijkt me dat we eerder hadden gezegd dat het (totale) aantal overlijdens (alle oorzaken samen) (snel) beschikbaar is op de website van Statbel (op basis van gegevens uit het Rijksregister), maar dat het niet mogelijk is om in real time te beschikken over de verschillende doodsoorzaken die ermee verband houden (inclusief overlijdens door zelfdoding).
Die oorzaken worden normaal gesproken verkregen uit de overlijdensakten
, met vertragingen van ongeveer twee jaar, als gevolg van de vaak tijdrovende codeer-, verificatie- en correctieprocedure, en die akten worden beheerd door het Observatorium.
Maar we moeten ongeveer twee tot drie jaar wachten om de informatie over, onder andere, het
sterftecijfer door zelfdoding te hebben, want als het overlijden verdacht is (twijfel tussen zelfdoding, ongeval en moord), wordt de overlijdensakte niet afgesloten en moet worden gewacht op de resultaten van het onderzoek van het parket, dat maanden kan duren. Om deze redenen zijn de gegevens voor 2019 en 2020 dus nog niet beschikbaar. Ze zullen misschien pas eind dit jaar 2021 beschikbaar zijn.
Opgemerkt moet worden dat het aantal dossiers over mogelijke overlijdens door zelfdoding die door het parket zijn geregistreerd, snel kan worden verkregen. Het wordt soms ook in de media gepubliceerd door de pers van het parket, maar we moeten voorzichtig zijn met de manier waarop het wordt geïnterpreteerd, omdat het niet de ware realiteit van het verschijnsel weergeeft:
Niet alle gevallen van niet-verdachte zelfdoding worden door het parket behandeld, en Brusselaars die zelfmoord plegen in andere gewesten worden daar niet meegeteld.

2. In het vervolg van de inleiding wordt het volgende vermeld: “Daarnaast bevestigde u ook dat er nog geen onderzoek werd gevoerd naar de omvang van deze problematiek in het Brussels Gewest, al werd wel erkend dat de determinanten van zelfmoord verergerd zijn sinds het begin van de gezondheidscrisis.”
Verduidelijkingen: Dit is niet correct, aangezien Sciensano (op nationaal niveau) een reeks gezondheidsenquêtes (COVID-HIS) heeft uitgevoerd met betrekking tot de impact van COVID-19 op de gezondheid in het algemeen, en in het bijzonder op de geestelijke gezondheid in de vierde en zesde enquête (sommige resultaten worden in dit document gepresenteerd).

3. De impact van COVID-19 heeft het systeem voor het verzamelen van de overlijdensgegevens bemoeilijkt. De moeilijkheden om over volledige gegevens voor 2019 en 2020 te beschikken, houden ook verband met de COVID-19-pandemie en de inperking, met de overlijdensakten voor deze twee jaren die trager binnenkomen en het hogere aantal overlijdens dan in de andere jaren (vooral 2020). Dit heeft de afronding van het proces van verzamelen, coderen en beschikbaar stellen van de gegevens bemoeilijkt.


2. Antwoordelementen

2.1. Evolutie van het aantal (voltooide) zelfdodingen en pogingen tot zelfdoding
2.1.1. Aantal voltooide zelfdodingen (vóór de covidperiode)
In 2018 (het meest recente jaar waarvoor de overlijdens door zelfdoding beschikbaar zijn) werden 119 overlijdens door zelfdoding geregistreerd onder Brusselaars (met inbegrip van Brusselaars die in Vlaanderen en Wallonië overleden); 77 waren mannen, 42 waren vrouwen.
We stellen dus een dalende trend vast voor de afgelopen twintig jaar (202 overlijdens in 1998; 159 in 2005; 140 in 2010, 139 in 2017 en 119 in 2018).

111111111111111111111

Wat het
sterftecijfer door zelfdoding onder de Brusselaars betreft, is de trend dezelfde als voor de brutocijfers, zowel voor mannen als voor vrouwen, met een voortdurende daling van de voor leeftijd gestandaardiseerde sterftecijfers gedurende de laatste twintig jaar.
Sinds 1998 is het totale zelfdodingscijfer onder Brusselaars (mannen en vrouwen samen) gehalveerd, van 22,5 in 1998 tot 11,2 overlijdens door zelfdoding per 100.000 inwoners in 2018.

Deze cijfers zijn twee keer zo hoog voor mannen als voor vrouwen, en deze verhouding is de afgelopen twintig jaar stabiel gebleven. In 2018 bedroeg het 15,2 per 100.000 voor mannen en 7,6 per 100.000 voor vrouwen.

2222222222222222222222222

2.1.2. Sterfte door zelfdoding tijdens de covidperiode
Zoals hierboven vermeld, zijn de sterftecijfers door zelfdoding tijdens de covidperiode nog niet beschikbaar, althans niet die uit de statistische overlijdensrapporten, die de enige bron van volledige, betrouwbare en exhaustieve gegevens zijn.
Bij gebrek daaraan, en om toch een schatting te hebben, hebben we geprobeerd contact op te nemen met het parket van Brussel, om het maandelijkse aantal dossiers te hebben dat in 2019-2020 werd ontvangen en waarin een overlijden (vermoedelijke zelfdoding) werd gemeld.
Er is inderdaad een stijging van het aantal ontvangen dossiers in 2020 (126 dossiers tegenover 108 in 2019), wat de woordvoerster van het parket van Brussel ertoe bracht om aan de pers te verklaren dat er een stijging van 20% was tussen 2019 en 2020 (artikel in
dhnet van 22 januari 2021 en in Le Soir van 1 maart 2021).
Deze gegevens zijn echter nog niet gevalideerd en geconsolideerd via de overlijdensakten, en ze geven evenmin alle gevallen van zelfdoding onder Brusselaars weer. Deze gegevens geven dus geen volledig beeld van het algemene zelfmoordcijfer van de Brusselaars.

1.1.1. Zelfmoordgedachten en pogingen tot zelfdoding (vóór de covidperiode)
Volgens de Nationale Gezondheidsenquête 2018:
· 14,3% van de Brusselse deelnemers van 15 jaar en ouder heeft ten minste één keer in zijn leven
ernstig aan zelfdoding gedacht, en 4,3% heeft dat in de afgelopen 12 maanden gedaan.
· 4,2% van de Brusselaars van 15 jaar en ouder heeft ten minste één keer in zijn leven
een poging tot zelfdoding ondernomen, en 0,3% heeft dat in de 12 maanden voorafgaand aan de enquête gedaan.
Deze cijfers liggen zeer dicht bij die voor België in het algemeen (4,4% en 0,2% van de Belgen van 15 jaar en ouder die een poging tot zelfdoding hebben ondernomen).

1.1.2. Zelfmoordgedachten en pogingen tot zelfdoding (tijdens de covidperiode)
Volgens Sciensano zijn naast angst en depressie ook zelfmoordgedachten en -gedragingen te vrezen in de context van de gezondheidscrisis en de daaruit voortvloeiende beperkingen.
Een sterke beperking van sociale contacten, isolatie als gevolg van quarantaine, verlies van geliefden, vrees om zijn baan te verliezen, grote financiële verliezen lijden, geen perspectief zien in de nabije toekomst, enz. zijn allemaal situaties die, gecombineerd of bovenop reeds bestaande kwetsbaarheden, kunnen leiden tot zelfdoding.
Tijdens deze periode van de covidgezondheidscrisis heeft Sciensano dus zes enquêtes uitgevoerd, waaronder een evaluatie van de geestelijke gezondheid van de Belgen, en een onderdeel over zelfmoordgedragingen (zelfmoordgedachten en pogingen tot zelfdoding).


Tijdens de zesde COVID-19-Gezondheidsenquête van Sciensano (maart-april 2021):
Zelfmoordgedachten:
· 32,1% van de Brusselse respondenten van 18 jaar en ouder verklaarde tijdens zijn leven
ernstig te hebben overwogen zelfmoord te plegen.
· 10,5% verklaarde dat in het afgelopen jaar (april 2020 tot maart 2021) te hebben overwogen, een percentage dat evenwel lager ligt dan het nationale gemiddelde (12,5%) en dat van de andere gewesten (11% in Vlaanderen en 15% in Wallonië).

Pogingen tot zelfdoding:
· 5% van de Brusselse respondenten van 18 jaar en ouder verklaarde ten minste één keer in zijn leven een poging tot zelfdoding te hebben ondernomen, een percentage dat lager ligt dan op nationaal niveau (7%) en in de andere gewesten (6% in Vlaanderen en 10% in Wallonië).
· 0,8% probeerde het in het afgelopen jaar (april 2020 tot maart 2021), een percentage dat iets hoger ligt dan op nationaal niveau (0,6%) en in Vlaanderen (0,3%), maar lager dan in Wallonië (0,9%).


In vergelijking met de
Nationale Enquête van 2018 (zie hierboven) zien we dat de cijfers soms meer dan verdubbeld zijn in deze covidperiode.

Gezien deze resultaten zouden we geneigd zijn te concluderen dat de zelfmoordneigingen bij de Brusselse bevolking zijn toegenomen. Het is echter moeilijk om de cijfers van de Gezondheidsenquête van 2018 en de gegevens van de covidenquêtes te vergelijken wat zelfmoordgedachten en pogingen tot zelfdoding betreft, vanwege methodologische verschillen tussen de enquêtes en de tijdsreferentie voor de prevalenties, maar we kunnen niet voorbijgaan aan de bijzonder hoge cijfers die in deze zesde enquête zijn verkregen, die betrekking hebben op de periode van de gezondheidscrisis en de inperking.

1.2. Onderzoek naar de omvang van het probleem (eventueel) in opdracht van het Brussels Gewest
Het Brussels Gewest heeft geen opdracht gegeven voor een onderzoek naar de omvang van het zelfmoordprobleem, noch naar de impact van de coronacrisis, aangezien de door Sciensano uitgevoerde enquêtes voldoende worden geacht om een goed beeld van de situatie te geven.

1.3. Overzicht van het zelfmoordpreventiebeleid sinds het begin van de huidige gezondheidscrisis, specifieke acties of projectoproepen
De zelfmoordpreventie-activiteiten in het Brussels Gewest worden uitgevoerd door het Centre de Prévention du Suicide (CPS), een vzw die erkend en gesubsidieerd wordt door de FGC en waarvan sommige posten gesubsidieerd worden door ACTIRIS.
Op het gebied van activiteiten organiseert het CPS momenteel opleidingen over zelfmoordpreventie, naast het noodoproepnummer en de ondersteuning voor personen in nood, de ondersteuning voor schoolactoren, de ondersteuning voor gezondheidswerkers en de ondersteuning voor professionele omgevingen (interventie op de werkplek). Het is in 2021 erkend (en dus versterkt) voor de opdracht ‘opleiding’.
Het CPS meldt in zijn activiteitenverslag van 2020 een voortdurende toename van de aanvragen sinds het begin van de gezondheidscrisis.
In zijn balans 2020 vermeldt het CPS onder meer:
· een stijging met 50,9% van het aantal raadplegingen voor de suïcidale crisis in vergelijking met 2019;
· een ongekende context die tot nieuwe patiënten heeft geleid. Onder die patiënten is de leeftijdsgroep van 14 tot 30 jaar sterk vertegenwoordigd in 2020, terwijl dat voorheen niet het geval was;
· een stijging met 30,7% van het aantal raadplegingen voor rouwondersteuning na zelfdoding in vergelijking met 2019.