Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de budgettaire problemen van de OCMW’s ten gevolge van de coronacrisis

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 533)

 
Datum ontvangst: 23/12/2021 Datum publicatie: 14/02/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 10/02/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/01/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van de Verenigde vergadering
10/02/2022 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag   

Dat de coronacrisis ook een enorme financiële impact heeft op de werking van de OCMW’s in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is al langer geweten. Het aantal hulpvragen neemt nog steeds toe, waardoor het ook voor de OCMW’s zelf alsmaar moeilijker wordt om alles te kunnen bekostigen en men zich genoodzaakt zich extra budgetten te gaan zoeken.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Beschikt u over een overzicht van de financiële situatie van alle OCMW’s van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Welk aandeel van hen heeft te kampen met verlies en in welke mate is dit problematisch voor hun functioneren?

  • Kan u een lijst overmaken van de extra dotaties die door de OCMW’s aan hun respectievelijke gemeentelijke overheden gevraagd werden? Welk aandeel nemen deze bijkomende dotaties in van de totale begroting van de desbetreffende OCMW’s?

  • Op welke manier hebben de verschillende OCMW’s deze problematiek reeds aangekaart bij de GGC en welk overleg heeft daaromtrent plaatsgevonden?

  • Welke acties onderneemt de GGC om de getroffen OCMW’s bij te staan in tijden van financiële nood? Op welke manier en volgens welke verdeelsleutel worden de bijkomende middelen verdeeld over de verschillende OCMW’s? Zal de ‘coronasteun’ van de GGC aan de OCMW’s structureel verankerd worden?


 

 

 
 
Antwoord    Reeds kort na de aanvang van de gezondheidscrisis in 2020 werden zowel door de federale overheid (POD Maatschappelijke Integratie) als door de GGC covidmaatregelen genomen onder de vorm van subsidies en toelagen ten voordele van de OCMW’s, onder meer voor de voedselhulp, een covidtoelage, verhoging van het terugbetalingspercentage van het leefloon, toekenning van een tijdelijke premie, toelage voor psychologische ondersteuning, verhoging GPMI-toelage van 10% naar 20%, toelage ter ondersteuning van jongeren en studenten in een kwetsbare situatie ten gevolge van de COVID-19-crisis, een uitzonderlijke subsidie van 30 miljoen vanwege de GGC ten voordele van de OCMW’s, enz.
Tal van deze maatregelen zijn inmiddels afgelopen (eind 2021) met uitzondering van de covidtoelage, de toekenning van een tijdelijke premie (25 euro), de toelage psychologische ondersteuning en de toelage ter ondersteuning van jongeren en studenten in een kwetsbare situatie ten gevolge van de COVID-19-crisis. Deze laatste maakten op datum van 22 december 2021 (cfr. https://www.mi- is.be/nl/tools-ocmw/overzicht-van-de-corona-maatregelen ) het voorwerp uit van een ontwerp van verlenging tot 31 maart 2022. De voormelde maatregelen hebben er deels voor gezorgd dat het aandeel van de gemeentedotatie ten aanzien van de totale begroting geen extreme schommelingen heeft gekend.

Het is namelijk zo dat artikel 106, §§1 en 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 bepaalt dat wanneer het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn niet over voldoende middelen beschikt om de uitgaven te dekken die voortkomen uit de vervulling van zijn opdracht, het verschil wordt gedragen door de gemeente. Dit verschil wordt geraamd in de begroting van het centrum en voorzien op het unieke ontvangstartikel 0020/48600/01 “Bijpassing van de gemeente”. De voorzieningen betreffende de exploitatie- en investeringsdiensten worden in acht genomen om dit verschil te berekenen.

In antwoord op uw vraag vindt u in bijlage een overzicht van de gemeentelijke dotaties per OCMW en hun aandeel in percentage ten aanzien van het totaal van de exploitatieontvangsten en -uitgaven en dit voor de rekeningen 2019, 2020 en de initiële begrotingen 2021. Daar nog niet alle begrotingen 2022 aan mijn administratie werden overgemaakt (tot op heden 7), werden de gegevens niet opgenomen in het overzicht.

Om uw specifieke vraag over de GGC-financiering voor de Brusselse OCMW’s te beantwoorden, volgen hier enkele elementen:

1. Bijzonder Fonds Maatschappelijk Welzijn
Het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn (BFMW) bestaat uit een jaarlijkse gewestelijke dotatie aan de GGC bedoeld om de OCMW’s te helpen bij het vervullen van hun opdracht om de Brusselse burgers bij te staan. Dit fonds wordt verdeeld volgens de regels voorzien in de ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 27 juli 2017 tot vaststelling van de regels voor de verdeling van de algemene dotatie aan de gemeenten en OCMW’s van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vanaf het jaar 2017. De verdeelsleutel voor deze dotatie is de verdeelsleutel voor de algemene dotatie aan de gemeenten, die om de drie jaar door Brussel Plaatselijke Besturen wordt berekend.

In 2021 ging het om een bedrag van 35.723.016,17 euro. In 2022 zal dit, op basis van de berekeningen, 33.461.000 euro zijn. De dotatie ligt in 2022 lager dan in 2021 als gevolg van een negatief saldo van de algemene dotatie aan de gemeenten.

2. 30 miljoen in het kader van de covidcrisis
In 2020 werd een uitzonderlijke subsidie van 30 miljoen euro toegekend aan de 19 Brusselse OCMW's. Die subsidie had tot doel de OCMW's in staat te stellen het hoofd te bieden aan de verschillende gevolgen van de COVID-19-crisis.
Het totaalbedrag van de subsidie werd in twee delen verdeeld:


- 18 miljoen euro (eerste deel (3/5): schijf A);
Deze middelen dienden een algemene bestemming te krijgen op de bijkomende lopende uitgaven veroorzaakt door de COVID-19-crisis, voor zover deze niet gedekt werden door andere financieringen en diende als volgt besteed te worden:

Verdeling van de middelen die elk OCMW toekomen van schijf A
1. 30%: bijkomende hulp aan personen die de inkomensgrens voor het leefloon niet of met 1 tot 25% overschrijden
2. 70%: minstens 15% voor het welzijn van de werknemers en persoonlijke beschermingsmiddelen
3. 10%: personeelskosten
4. 45%: COVID-uitgaven


- 12 miljoen euro (tweede deel (2/5): schijf B).
Dit deel kon pas worden toegekend na aanvaarding van de projecten door de leden van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheids- en Welzijnsbeleid. De projecten dienden de volgende thematieken te bevatten:


Verdeling van de middelen die elk OCMW toekomen van schijf B (bijlage 2)
1. Minstens 35%: projecten die sociale onderbescherming en het gebrek aan toegang tot rechten bestrijden
2. Hoogstens 65%: COVID-19-projecten met de volgende thema's:
a. Voedselhulp (voedselcheques en sociale kruideniers)
b. Sociale energie- en waterverbruikbegeleiding
c. Schuldbemiddeling
d. Ondersteuning bij woonst (preventie en begeleiding)
e. Sociale coördinaties
f. Gezondheid (in verband met de lokale welzijns- en gezondheidscontracten) en geestelijke gezondheid
g. Specifieke hulp aan eenoudergezinnen of kinder- en jeugdarmoede bestrijden
h. Digitale kloof


Elk van de twee schijven werden op hun beurt verdeeld overeenkomstig de verdeelsleutel van het BFMW. De toegekende bedragen konden aangewend worden voor uitgaven gemaakt tussen 1 maart 2020 en 31 december 2021. De verantwoordingsdossiers dienen uiterlijk op 31 maart 2022 ingediend te worden.

3. 20 miljoen euro in 2022
In 2022 wordt 20 miljoen euro voorzien voor de verdere ondersteuning van de OCMW's. 10 miljoen euro dient aangewend te worden in het kader van de stijging van de sociale behoeften als gevolg van de stijging van de energieprijzen.
De overige 10 miljoen euro zal dienen voor de verderzetting van de projecten, opgestart dankzij de subsidie van 30 miljoen euro toegekend in 2020.
Beide schijven worden opnieuw verdeeld overeenkomstig de verdeelsleutel van het BFMW.

4. 900.000 euro ten aanzien van de schuldbemiddelingsdiensten van de OCMW's
Voor de ondersteuning van de schuldbemiddelingsdiensten van de 19 OCMW's wordt jaarlijks 900.000 euro voorzien.
Deze werden tot en met 2021 verdeeld overeenkomstig de verdeelsleutel van het BFMW.

5. Sociale coördinaties
Tot en met 2021 werd jaarlijks 800.000 euro vrijgemaakt in het kader van de financiering van de sociale coördinaties. Vanaf 2022 wordt dit verhoogd tot 1.165.000 euro. Dit moet ervoor zorgen dat minstens 1 VTE per sociale coördinatie gefinancierd wordt.