Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de toeslag kinderbijslag

Indiener(s)
Françoise Schepmans
aan
Sven Gatz en Bernard Clerfayt, leden van het Verenigd College, bevoegd voor de Gezinsbijslagen, Begroting, Openbaar Ambt en Externe betrekkingen (Vragen nr 78)

 
Datum ontvangst: 02/09/2022 Datum publicatie: 08/11/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 20/10/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
21/09/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

Artikel 9 van de ordonnantie van 25 april 2019 tot regeling van de toekenning van gezinsbijslag voorziet in een sociale toeslag afhankelijk van de inkomensvoorwaarden, met inbegrip van het kadastraal inkomen, en afhankelijk van de gezinssituatie.

In de huidige sociale crisis zijn deze toeslages zeer belangrijk voor kansarme huishoudens.

  1. Kunt u aangeven hoeveel gezinnen volgens de verschillende categorieën van deze toeslagen profiteren?

    1. Eenoudergezinnen met een jaarlijks belastbaar inkomen van minder dan 35.296,58 euro (geïndexeerd bedrag)?

    2. Niet eenoudergezinnen met een jaarlijks belastbaar inkomen van minder dan 35.296,58 euro ?

    3. Gezinnen met een inkomen tussen 35.296,58 en 51.236,98 euro?

  2. Wat is de evolutie van het aantal gezinnen (per categorie) en de totale begroting sinds de invoering van de nieuwe wetgeving in het Brussels Gewest?

  3. Hoe zit het met het door het Verenigd College vast te stellen plafond voor het kadastraal inkomen en welke gevolgen heeft dit voor het aantal begunstigden van de sociale toeslag?

 

 
 
Antwoord   

1.

a)

Volgens de momenteel beschikbare gegevens genieten 26.268 eenoudergezinnen de sociale toeslag zoals bedoeld in artikel 9, §1, van de ordonnantie van 25 april 2019 (jaarinkomens lager dan 31.000 euro, niet-geïndexeerd bedrag).

b)

Volgens de momenteel beschikbare gegevens genieten 24.052 niet-eenoudergezinnen de sociale toeslag zoals bedoeld in artikel 9, §1, van de ordonnantie van 25 april 2019 (jaarinkomens lager dan 31.000 euro, niet-geïndexeerd bedrag).

c)

Volgens de momenteel beschikbare gegevens genieten 5.731 gezinnen de sociale toeslag zoals bedoeld in artikel 9, §1, van de ordonnantie van 25 april 2019 (jaarinkomens tussen 31.000 euro en minder dan 45.000 euro, niet-geïndexeerde bedragen).

2.

Aangezien de vraag enkel verwijst naar artikel 9 (sociale uitkering in het kader van de nieuwe barema’s), hebben de gegeven cijfers (zie bijgevoegde tabel) alleen betrekking op de nieuwe barema’s. Volledigheidshalve wijzen wij er niettemin op dat de gezinnen die onder het toepassingsgebied van de overgangsmaatregelen vallen, eveneens aanspraak kunnen maken op een sociale toeslag volgens de barema’s van het federale stelsel (op voorwaarde dat zij deze uitkering in 12/2019 hebben ontvangen en een jaarinkomen hebben dat onder het laagste maximum ligt).

We moeten er ook op wijzen dat de bovenvermelde cijfers betrekking hebben op de huishoudens die op voorlopige basis een sociale toeslag hebben ontvangen. De definitieve beoordeling van het recht op een sociale toeslag op basis van de belastinggegevens is nog niet afgerond voor het jaar 2020 en zal voor het jaar 2022 pas in 2024 worden verwezenlijkt. Daarom zijn zowel het genoemde aantal gezinnen als het budget niet definitief.

3.

Momenteel wordt een uitvoeringsbesluit opgesteld waarin wordt bepaald hoe het kadastraal inkomen in aanmerking moet worden genomen bij de beoordeling van het recht op sociale toeslagen. Ter info: dit mechanisme is bedoeld voor de huishoudens die echt kwetsbaar zijn.

 

De onderzochte piste bestaat erin een bedrag van “kadastrale inkomens” vast te stellen om het recht op de sociale toeslagen te bepalen. Daarom zouden alle kadastrale inkomens in aanmerking worden genomen, maar er zou een maximumbedrag worden vastgesteld waarboven het gezin geen recht meer zou hebben op sociale toeslagen.

 

Het effect op het aantal begunstigden zal afhangen van het goedgekeurde limietbedrag.

 

Bijlage SV 78 VVGGC

 

 

 

Eerste trimester 2020

(referentiemaand: februari 2020)

Tweede trimester 2022

(referentiemaand: april 2022)

 

Aantal gezinnen

Maandbudget

Aantal gezinnen

Maandbudget

Eenoudergezinnen met jaarinkomens onder het laagste maximum

22.489

€ 3.835.260,00

26.268

€ 5.052.303,53

Niet-eenoudergezinnen met jaarinkomens onder het laagste maximum

21.312

€ 4.427.870,00

24.052

€ 5.997.858,89

Gezinnen met jaarinkomens tussen de twee maxima

3.778

€ 443.972,00

5.731

€ 882.486,69

Totaal

47.579

€ 8.707.102,00

56.051

€ 11.932.649,11