Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de taties in de sociale woningen

Indiener(s)
Bertin Mampaka Mankamba
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 6)

 
Datum ontvangst: 10/09/2019 Datum publicatie: 25/10/2019
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: SO19 Datum antwoord: 25/10/2019
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
17/09/2019 Interpellatie omgevormd tot schriftelijke vraag. Uitgebreid Bureau van het Parlement
19/09/2019 Ontvankelijk p.m.
25/10/2019 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    De gewestelijke huisvestingscode bepaalt voorwaarden voor toegang tot huisvesting die door de OVM's wordt beheerd, maar ook voorwaarden met betrekking tot de mutaties. Een van deze voorwaarden is dat een huurder die een sociale woning bewoont wiens gezinssamenstelling verandert als gevolg van de toename of de afname van het aantal bewoners van dit gezin, het recht heeft om een mutatie aan te vragen binnen dezelfde OVM, voor een woning die aangepast is op grond van de geldende Huisvestingscode.

We weten allemaal dat de wachtlijst voor sociale huisvesting in Brussel helaas lang is. Er wordt echter minder gesproken over de wachtlijst om een woning te vinden die is aangepast aan de gezinssamenstelling.

Zoals u weet, zijn de meest benadeelde gezinnen in ons Brussels Hoofdstedelijk Gewest de gezinnen die niet onder de definitie van aangepaste woningen vallen die wij zelf hebben opgesteld. Veel van deze gezinnen, over het algemeen kroostrijke gezinnen, hebben het moeilijk om een woning te krijgen, gezien het tekort aan dergelijke woningen. Wij vernamen dat de situatie hetzelfde is voor sommige gezinnen die al in sociale woningen wonen en dat deze gezinnen enorme moeilijkheden ondervinden om gebruik te kunnen maken van de bepalingen inzake mutaties.

Graag een antwoord op volgende vragen.

1) Kan u ons een overzicht geven sinds de fusie van de OVM’s inzake de situatie van alle lopende mutatie-aanvragen in al onze OVM's?
2) Kan u ons de gemiddelde wachttijd voor deze mutaties meedelen?
3) Hoeveel tijd heeft de langste van deze mutaties gevergd?
4) Hoeveel vrijwillige mutaties en hoeveel gedwongen mutaties werden in het afgelopen jaar tot nu toe uitgevoerd?
5) Wat is het huidige totale percentage te grote sociale woningen? Wat is het huidige totale percentage te kleine sociale woningen? Wat is het algemene percentage woningen die niet aangepast zijn aan de samenstelling van de gezinnen?
6) Kunt u ons tot slot meedelen wat het aantal ongezonde sociale woningen is, d.w.z. die welke niet voldoen aan de veiligheids- en gezondheidsnormen van de Huisvestingscode?
 
 
Antwoord    In de bijlage vindt u een tabel met de statistieken betreffende de mutaties binnen de OVM’s.

In de bijlage vindt u een tabel met de statistieken betreffende de mutaties binnen de OVM’s.

Ter antwoord op uw vraag: de cijfers die u zijn verstrekt, hebben betrekking op een situatieweergave op 31/12/2018 en een vergelijking van deze situatie met die van 30/06/2019. Toekenningen en mutaties vinden niet op een bepaald moment plaats.

Uit de gegevens in de tabel blijkt dat de mutaties in 2018 meer dan 25% van de totale toekenningen vertegenwoordigen, toekenningen waarvoor kandidaat-huurders op de wachtlijst dus niet in aanmerking komen. Meer dan 31% van de toekenningen in de eerste helft van 2019 waren mutaties.

Met betrekking tot uw tweede vraag: de gemiddelde wachttijd voor een mutatie bedraagt ongeveer:

- 3,5 jaar voor een appartement met 1 slaapkamer;


- 3,5 jaar voor een appartement met twee slaapkamers;

- 4,8 jaar voor een appartement met 3 slaapkamers;

- 6 jaar voor een appartement met vier slaapkamers;

- 7 jaar voor een appartement met 5 slaapkamers;

Het oudste mutatieverzoek werd in 2002 ingediend. Het gaat om een aanvraag voor een appartement met 6 slaapkamers.

Als we kijken naar het aantal bovenmatige en ondermatige woningen bij de OVM’s, was de globale bezettingsgraad van de woningen op 31/12/2018 als volgt:

- 57,4% van de bewoonde woningen in de sector zijn aangepast aan de gezinssamenstelling;

- 17,4% van de bewoonde woningen zijn ondermatig (te klein);

- 19,4% van de bewoonde woningen is onderbezet (1 overtollige kamer);


- 5,67% van de bewoonde woningen zijn overmatig (2 extra kamers).





















Ten slotte werden in de hele sector 15 woningen door de DGHI als onhygiënisch verklaard (sinds september 2018). In al deze gevallen werden de huurders geherhuisvest.