Schriftelijke vraag betreffende de administratieve hinderpalen voor de doelstellingen van de strategie "Good Food"
- Indiener(s)
- Ariane de Lobkowicz
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 28)
| Datum ontvangst: 08/10/2019 | Datum publicatie: 29/10/2019 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 19/20 | Datum antwoord: 29/10/2019 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 14/10/2019 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | De voorganger van de minister heeft het initiatief genomen voor de strategie "Good Food", die tot doel heeft om tegen 2035 30% van de groenten en fruit die in het Brussels Gewest, op het grondgebied van het Gewest of in de onmiddellijke omgeving ervan worden geconsumeerd, te produceren. De regeringsverklaring heeft deze doelstelling bevestigd. Om dit te bereiken zal het noodzakelijk zijn om onze grondreserves te gebruiken, waaronder, voor grote gebieden, de "Natura 2000"-zones. Voor het gebruik van deze gebieden is echter meestal een milieuvergunning nodig, bijvoorbeeld om kamgrasland om te vormen tot een wortel- of aardbeienplantage. En om een dergelijke vergunning te verkrijgen, moet er eerst een effectenstudie worden uitgevoerd. En daar knelt het schoentje. Een dergelijke studie kost op zijn minst ongeveer 5.000 euro + btw, veel meer dan de prijs van de plantages zelf, waardoor het onmogelijk is om het project uit te voeren. Ik weet zeker dat de minister zich bewust is van dit probleem. Welke oplossingen overwegen zijn administratie of hijzelf? |
| Antwoord | Betreffende de administratieve belemmeringen voor het bereiken van de doelstellingen van de "Good Food"-strategie In Natura 2000-gebieden is een passende beoordeling verplicht voor elk project of plan dat gevolgen kan hebben voor de instandhoudingsdoelstellingen. Dit is een van de belangrijkste maatregelen van de “Habitat”-richtlijn om het behoud en de bescherming van de Europese biodiversiteit te waarborgen, een prioritaire doelstelling van de Brusselse Regering. Wat de Natura 2000-interferentie en stedelijke landbouwprojecten ("Good Food"-strategie) betreft, is het in wezen de juiste beoordeling die zal worden gebruikt om de verenigbaarheid van de twee doelstellingen te onderzoeken. De tussenkomst van een geaccrediteerde deskundige is belangrijk om deze analyse te objectiveren. Het landbouwproject kan echter ook zo worden gekalibreerd dat er geen passende evaluatie nodig is, wat een eerste stap in de richting van een oplossing lijkt te zijn. In feite bevindt 0,3% van de landbouwgebieden in het GBP zich in de Natura 2000-gebieden (0,6 ha van de ongeveer 227 ha). De potentiële concurrentie tussen deze twee functies moet daarom worden beoordeeld in het licht van dit gegeven. Natuurlijk kunnen andere gebieden in Natura 2000 en niet-agrarische gebieden in het GBP ook worden gebruikt voor stadslandbouwprojecten. De ondersteuning van de "professionele" landbouw wordt beheerd door de Brusselse Economie en Werkgelegenheid, ook een partner in de "Good Food"-strategie. Deze hulp ondersteunt de ontwikkeling van duurzame stadslandbouwprojecten, ook in de installatiefase. Dit soort verzoeken is dus niet uitgesloten, maar zal worden geanalyseerd aan de hand van de prioriteiten, en dus onder andere op basis van de grootste garantie voor succes en binnen de begrotingslimieten. De financiering van effectbeoordelingen kan ook worden opgenomen in de pretoetredingssteun, als aan de voorwaarden is voldaan. |