Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de strijd tegen de digitale kloof en de digitale ongelijkheden binnen uw bevoegdheidsgebied

Indiener(s)
Emin Özkara
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 30)

 
Datum ontvangst: 23/10/2019 Datum publicatie: 29/11/2019
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 29/11/2019
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
29/10/2019 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De digitale kloof treft meer dan één op de tien Brusselaars en is onder meer geconcentreerd op de minst welgestelde bevolkingsgroepen, die dus het grootste risico lopen om geen toegang te hebben tot digitale toepassingen. Verhoudingsgewijs zijn er meer mensen met lagere inkomens en lagere opleidingsniveaus, ouderen, werkzoekenden en inactieve personen die nooit het internet gebruiken.

Tijdens de vorige zittingsperiode hebben Brusselse ministers/staatssecretarissen en collegeleden van de GGC in het kader van hun bevoegdheden, via projectoproepen of via hun antwoorden op interpellaties en parlementaire vragen, actief deelgenomen aan die strijd tegen de digitale uitsluiting, die alle aspecten van het leven van de Brusselaars raakt. Werkgelegenheid, opleiding, huisvesting, onderwijs, mobiliteit, financiën, toerisme, sport, gezondheid, openbaar ambt, ..., de digitalisering, het gebruik en de toepassingen ervan zijn overal aanwezig, zowel in eenvoudige dagelijkse handelingen als bij overheden en overheidsdiensten. Een beleid ter bestrijding van digitale ongelijkheden mag zich dan ook niet beperken tot één van die gebieden, maar moet op verschillende politieke terreinen worden gevoerd en moet worden georganiseerd tussen de verschillende beleidsniveaus (gewestelijk en gemeentelijk).

Enkele jaren geleden ontbrak het ons nog aan indicatoren om de digitale kloof in het Brussels Gewest te evalueren. Daarom heeft de UCL in 2017 een studie uitgevoerd over “de analyse van de digitale kloof op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest” om die digitale kloof, die ons zo mooie en gediversifieerde stadsgewest treft, beter te objectiveren en te analyseren. De resultaten van die studie hebben het onder meer mogelijk gemaakt om een beter zicht te krijgen op de impact van de digitale kloof op de Brusselse gemeenten en om voor elke gemeente een globale score voor “digitale kwetsbaarheid” te bepalen. Zo wordt de score voor digitale kwetsbaarheid (zeer hoog, hoog, gemiddeld, laag, zeer laag) een indicator die het mogelijk maakt om de toestand van de digitale kloof voor elke Brusselse gemeente en sommige van haar wijken te kwantificeren. Hier zijn de scores voor elke gemeente. Hoe meer de score naar 5 gaat, hoe groter de digitale kwetsbaarheid:

Gemeente Score voor digitale kwetsbaarheid
Molenbeek 4,3 Hoge kwetsbaarheid
Sint-Joost-Ten-Node 4,1 Hoge kwetsbaarheid
Anderlecht 3,9 Gemiddelde kwetsbaarheid
Evere 3,8 Gemiddelde kwetsbaarheid
Schaarbeek 3,7 Gemiddelde kwetsbaarheid
Brussel 3,6 Gemiddelde kwetsbaarheid
Koekelberg 3,3 Gemiddelde kwetsbaarheid
Ganshoren 3,2 Gemiddelde kwetsbaarheid
Sint-Agatha-Berchem 2,9 Lage kwetsbaarheid
Jette 2,9 Lage kwetsbaarheid
Sint-Gillis 2,9 Lage kwetsbaarheid
Vorst 2,8 Lage kwetsbaarheid
Etterbeek 2,7 Lage kwetsbaarheid
Watermaal-Bosvoorde 2,5 Lage kwetsbaarheid
Sint-Lambrechts-Woluwe 2,5 Lage kwetsbaarheid
Oudergem 2,3 Lage kwetsbaarheid
Ukkel 2,3 Lage kwetsbaarheid
Elsene 2,1 Lage kwetsbaarheid
Sint-Pieters-Woluwe 1,9 Zeer lage kwetsbaarheid

Nog steeds volgens de studie, vereist de strijd tegen de digitale kloof het invoeren van een plan dat gebaseerd is op een geïntegreerde, d.w.z. transversale en gecoördineerde aanpak, intensieve samenwerking tussen de verschillende bevoegdheidsgebieden en beleidsniveaus (gewestelijke en plaatselijke besturen), een gemeenschappelijke visie en gezamenlijk geformuleerde doelstellingen, maar waarin elke entiteit vrijelijk haar eigen reflecties en concrete maatregelen kan uitrollen afhankelijk van haar bevoegdheden.

In december 2018 heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering een actieplan voor digitale inclusie goedgekeurd.

Graag wil ik van u als minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering (BHR), belast met Werkgelegenheid en Beroepsopleiding, Digitalisering, Lokale Besturen en Dierenwelzijn, het volgende weten:

- Welke denkoefeningen zijn er, met het oog op de score voor digitale kwetsbaarheid van elk van de Brusselse gemeenten, binnen uw kabinet in gang gezet om de digitale kloof te bestrijden en de digitale inclusie te bevorderen binnen uw bevoegdheidsgebied? Welke prioriteiten werden vastgesteld en meegedeeld aan de coördinator voor digitale inclusie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

ROGER KALENGA-MPALA (BISA), ARIANE WAUTELET (Innoviris), «Brusselaars in het digitale tijdperk: toegang tot en gebruik van ICT», FOCUS Nr. 30, BISA, juni 2019,
http://bisa.brussels/bestanden/publicaties/focus-van-het-bisa/focus_30_juni_2019, blz. 6, geraadpleegd op 14 september 2019.

CAROLE BONNETIER, PERINE BROTCORNE, PATRICIA VENDRAMIN, DANA SCHURMANS, «ANALYSE VAN DE DIGITALE KLOOF OP HET GRONDGEBIED VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST. RAPPORT VOOR HET CIBG», UCL, november 2017,
https://cibg.brussels/nl/nieuws/publicaties/studie/analyse-van-de-digitale-kloof-op-het-grondgebied-van-het-brussels-hoofdstedelijk-gewest, blz. 132, geraadpleegd op 14 september 2019.

Idem, geraadpleegd op 14 september 2019.

Idem, blz. 37-104, geraadpleegd op 14 september 2019.
 
 
Antwoord    Bij mijn aantreden als minister, heb ik kennis genomen van de nota “digitale inclusie” goedgekeurd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering in december 2018 dewelke ik trouwens ten volle ondersteun.

In 2019 werden verschillende acties gevoerd :

- Benoeming van een digitale inclusiecoördinator binnen het CIRB;
- oprichting en animatie van een werkgroep "digitale inclusie";
- Invoering van een label “NOR erkend door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest" en een charter;
- Ontwikkeling van een communicatieplan “groot publiek” om meer zichtbaarheid te geven aan erkende NORen initiatieven voor digitale inclusie in het Brussels Gewest;
- Organisatie van opleidingen voor digitale openbare diensten voor multimedia-animatoren van Digital Public Spaces om hen de nodige hulpmiddelen te geven om hun NORbezoekers te helpen;
- Het uitvoeren van een onderzoek naar het profiel van EPN-bezoekers dat wordt uitgevoerd in de maand november. De resultaten zullen bekend worden in de maand december.
- Vaststelling van een barometer van numerieke ongelijkheden door Perspective.brussels.
- Oprichting van een website, via het CABAN-netwerk, met een overzicht van de Numerieke Openbare Ruimten en de andere spelers op het gebied van digitale inclusie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.








Ik heb mijn teams ook gevraagd om te werken aan de opmaak van een meerjarig actieplan voor digitale inclusie 2020-2024. Dit plan is momenteel in ontwikkeling en zal ik begin 2020 aan de regering voorstellen.

Dit actieplan is toegespitst op onderstaande pijlers :

-
Identificatie van doelgroepen en uitvoering van specifieke acties: de mensen die het meest getroffen worden door de digitale kloof, hebben passende begeleiding nodig. Niet uitputtend gaat het met name om senioren, werkzoekenden, daklozen, mensen met een handicap of geïsoleerde vrouwen.
-
Structurering van het netwerk: dit omvat de versterking van de coördinatie en de werkgroep digitale inclusie, maar ook een betere coördinatie van de actoren in het veld.
-
Begeleiding bij de digitalisering van de online-diensten van de overheidsdiensten: dit is enerzijds gericht op de sensibilisering van de overheidsdiensten en andere gewestelijke organisaties voor de digitale kloof. Anderzijds is deze begeleiding ook bedoeld voor de vulgarisatie van de online diensten zodat iedereen ze kan gebruiken.


Dit plan zal worden uitgevoerd met als doel de mutualisering en coördinatie van gewestelijke transversale initiatieven, maar ook de samenwerking met de verenigings- en de privésector.