Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de beschikbare grond van de OVM's

Indiener(s)
Vincent De Wolf
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 37)

 
Datum ontvangst: 12/11/2019 Datum publicatie: 18/12/2019
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 18/12/2019
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/11/2019 Ontvankelijk p.m.
18/12/2019 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Krachtens artikel 12 van de beheersovereenkomst tussen de BGHM en de OVM’s zijn deze laatste verplicht informatie door te geven betreffende hun beschikbare grond. In geval van wijziging van de omvang van deze grond moeten de OVM’s de BGHM daarvan op de hoogte brengen.

Graag wens ik een antwoord op volgende vragen ter zake.

- Welke grond is beschikbaar voor elk van de OVM’s volgens de informatie aan de BGHM?

- Kan u de aard van elk van de vermelde onroerende goederen specificeren: bebouwd of niet bebouwd, huisvesting of kantoor, oppervlakte, enz.?

- Hebben de OVM’s sinds de ondertekening van de beheersovereenkomst hun beschikbare grond vergroot of verkleind? Zo ja, om welke verrichtingen gaat het dan?

- Kan u aangeven welke OVM’s de beslissing hebben genomen om een project te starten voor de bouw van nieuwe woningen op een grond waarover zij beschikten?
 
 
Antwoord    Met betrekking tot de beschikbare grond van elk van de OVM's en de aard van elk van de woningen op hun grond, vindt u in bijlage een tabel die dateert van december 2019 met daarin de beschikbare grond voor elke OVM, de locatie van het terrein, de oppervlakte van het terrein, de bebouwbare oppervlakte van het terrein, de bestemming, de naam van het project bij de BGHM, de woningcapaciteit en de status van het project.

Wat de toename of afname van de voor OVM's beschikbare grond betreft, dient er effectief op te worden gewezen dat sommige OVM's sinds de ondertekening van het beheerscontract hun woningenbestand hebben uitgebreid via vijf soorten operaties:

1. De aankoop van privéterreinen door middel van het opzetten van een publiek-private samenwerking waarbij een particuliere ontwikkelaar een privéterrein inbrengt dat zal worden ontwikkeld tot publieke woningen en zal worden gefinancierd in het kader van de GHP- en Alliantie Wonen-subsidiëring;
2. De aankoop van privéterreinen via de projectoproepen Alliantie Wonen ‘Aankopen’ die worden geregeld door de Aankoopbesluiten van de Regering van 2016 en 2018;
3. De aankoop van privéterreinen waarvoor reeds een stedenbouwkundige vergunning is verleend in het kader van de Aankoopbesluiten van de Regering van 2016 en 2018;
4. De aankoop van zogenaamde “sleutel-op-de-deur”-privéterreinen waarvoor reeds een stedenbouwkundige vergunning werd verkregen en die reeds in aanbouw zijn;
5. De vervreemding van onroerende goederen van OVM’s (in het kader van artikel 74 van de huisvestingscode betreffende de vervreemding van de rechten en de onroerende goederen van OVM’s) waarvan de verliescompensatie bestaat uit de productie van publieke woningen op voormalige openbare of privéterreinen (door ruil of aankoop).

Ten slotte hebben alle OVM's, met betrekking tot projecten inzake de bouw van nieuwe woningen op een beschikbare grond, zich aangesloten bij het GHP of de Alliantie Wonen, of zelfs bij beide programma's tegelijk. Deze informatie wordt hernomen in de bijgevoegde tabel.