Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de Maatschappij voor Stedelijke Aanleg (MSA), urban.brussels en perspective.brussels.

Indiener(s)
Françoise Schepmans
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 64)

 
Datum ontvangst: 02/12/2019 Datum publicatie: 17/01/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 17/01/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
05/12/2019 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Urban.brussels wil de territoriale ontwikkeling van het Gewest op een duurzame manier ondersteunen door de uitvoering van het gewestelijk beleid inzake stedenbouw, roerend en onroerend cultureel erfgoed en het beheer van operationele programma's voor stadsvernieuwing. De hoofdzetel is gevestigd op de Kunstberg, 10-13 in 1000 Brussel.

De Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) is verantwoordelijk voor de uitvoering van grote stedenbouwkundige projecten in Brussel en de bouw van gewestelijke openbare voorzieningen. De hoofdzetel is gevestigd in de Brederodestraat, 9, 1000 Brussel.

Perspective.brussels is het gewestelijk expertisecentrum en initiatiefnemer van de territoriale ontwikkelingsstrategie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De hoofdzetel is gevestigd in de Naamsestraat 59, 1000 Brussel.

Deze drie organisaties hebben elk hun eigen specifieke kenmerken, maar werken in hetzelfde vakgebied.

In een gecompliceerde budgettaire context lijkt het absurd dat elk van hen een eigen gebouw heeft. Bovendien lijkt het me om redenen van efficiëntie gepast om ze in hetzelfde gebouw te groeperen om de communicatie tussen hen te verbeteren, om vaardigheden te ontwikkelen en transversale kennis te kunnen delen.

Hier zijn mijn vragen:

- Wat zijn de redenen waarom deze organisaties zich in verschillende gebouwen hebben gevestigd?
- Wat zijn de bezettingskosten van elk van deze drie organisaties?
- Zou het meer in het algemeen niet nodig zijn om de wildgroei van de instellingen van openbaar nut (ION) opnieuw kritisch te bekijken om het overheidsoptreden te rationaliseren door het efficiënter, goedkoper en leesbaarder te maken en duidelijker voor de Brusselse burgers?
 
 
Antwoord    In de gewestelijke beleidsverklaring van de vorige legislatuur werden met het oog op de ontwikkeling van nieuwe wijken, de invoering van stadsvernieuwingscontracten en stadsbeleidsprogramma’s en de gevolgen van de zesde staatshervorming voor het roerend en onroerend erfgoed keuzes gemaakt die ertoe noopten het door de administratie te verrichten werk zowel kwantitatief als kwalitatief bij te sturen.


In dat verband was het voor de Regering dan ook essentieel om de formaliteiten voor het verkrijgen van een vergunning of toelating af te stemmen op de gewestelijke streefdoelen en de te doorlopen termijn te versnellen.


Zoals u weet, maakte de vorige Regering vanaf 2014 naast de herstructurering van de administratie werk van de noodzakelijke hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening (BWRO). Deze ambitieuze hervorming was erop gericht de procedures te vereenvoudigen en te stroomlijnen en de termijnen in te korten.

Bij die grootschalige hervorming is tijdens de raadpleging van de betrokken partijen, waaronder de gemeenten, gebleken dat de toepassing van dit wetboek, en dan vooral de termijnen voor het onderzoeken van de vergunningsaanvragen, tot structurele problemen leidden. Zo werden de onderzoekstermijnen herhaaldelijk overschreden en was er onvoldoende coördinatie tussen de verschillende openbare instanties voor territoriale ontwikkeling.

Een vereenvoudiging, harmonisering en coördinatie van het stedenbouwkundig beleid drongen zich op.

Brussel steunt voor zijn territoriale ontwikkelingsbeleid voortaan op drie afzonderlijke structuren met duidelijk omschreven en herkenbare opdrachten:

1) Het Brussels Planningsbureau, Perspective.brussels, treedt op als het reflectieorgaan van het Gewest. Deze instelling van openbaar nut van type A is ontstaan uit de samenvoeging van verschillende gewestelijke structuren (de DSP, het BISA, het ATO). Van alle instellingen die u in uw vraag opnoemt, is dit de enige ION.

2) De administratie, Urban.brussels, staat in voor het eigenlijke beheer van de stedenbouwkundige dossiers. Zij onderzoekt de aanvragen van stedenbouwkundige vergunningen en attesten en levert deze af. Tevens is zij bevoegd voor alles wat te maken heeft met stadsvernieuwing.

3) De Maatschappij voor Stedelijke Inrichting, de MSI (vroeger Maatschappij voor de Verwerving van Vastgoed), fungeert als de sterke arm van het Gewest en heeft als taak om de grote overheidsprojecten te coördineren.


Het oorspronkelijke plan was om Perspective.brussels en de MSI onder te brengen in één en hetzelfde gebouw.

Al van bij de oprichting van Perspective.brussels in 2015 was duidelijk dat het door de groeiende personeelsbehoeften van deze instelling niet mogelijk was om beide structuren samen te brengen in de beschikbare gebouwen.

Urban.brussels werd opgericht in juli 2017, net nadat de Regering beslist had om het Communicatiecentrum Noord (CCN) te verkopen, omdat het gebouw verouderd was en een renovatie enorm veel zou kosten. De verhuis van BSE, waartoe meteen beslist werd, vond dus plaats vóór die van de andere gewestelijke besturen die er gevestigd zijn en die gepland is voor eind 2020.

De bezettingskosten bedragen 1,263 miljoen € / jaar voor Perspective, 2,578 miljoen € / jaar voor Urban.brussels en 224,490 € / jaar voor de MSI.

Uiteraard bestaan er wisselwerkingen tussen de drie structuren.

Bij de herschikking van de overheidsinstellingen die bevoegd zijn voor territoriale ontwikkeling, wilde de Regering overigens zorgen voor een volwaardige coördinatie tussen de verschillende instanties. Zo bijvoorbeeld woont de directeur-generaal van Perspective.brussels of zijn vertegenwoordiger van rechtswege de vergaderingen van de raad van bestuur van de MSI bij. Daarenboven werd een gewestelijk comité voor territoriale ontwikkeling in het leven geroepen om adviezen uit te brengen over planningsprojecten die verband houden met mobiliteit, ruimtelijke ordening en territoriale ontwikkeling. De gewestelijke overheidsadministraties, -diensten en -instellingen die zich inlaten met planning en gegevensverzameling, werken daarbij nauw met elkaar samen.