Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de loonkloof bij het Brusselse overheidspersoneel

Indiener(s)
Luc Vancauwenberge
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 97)

 
Datum ontvangst: 21/01/2020 Datum publicatie: 06/02/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 06/02/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
24/01/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De loonkloof tussen mannen en vrouwen in België blijft een belangrijke bron van ongelijkheden waarvan vrouwen het slachtoffer zijn. In de overheidssector is die loonkloof duidelijker bij contractuele dan bij statutaire medewerkers. Dat vermeldt het instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen in zijn studie van 2017.
Om de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen in het Brussels Gewest te verminderen, is een nauwkeurige monitoring van de situatie van de loonkloof nodig.
Onze vragen zijn dus de volgende:
wat is de loonkloof tussen vrouwen en mannen op het vlak van
- gemiddelde bruto uurlonen voor alle statutaire medewerkers van de plaatselijke besturen?
- gemiddelde bruto uurlonen voor alle contractuele medewerkers van de plaatselijke besturen?
- gemiddelde bruto uurlonen voor alle statutaire ambtenaren van het Gewest?
- gemiddelde bruto uurlonen voor al het contractuele personeel van het Gewest?
- gemiddelde bruto jaarlonen voor alle statutaire medewerkers van de plaatselijke besturen?
- gemiddelde bruto jaarlonen voor alle contractuele medewerkers van de plaatselijke besturen?
- gemiddelde bruto jaarlonen voor alle statutaire ambtenaren van het Gewest?
- gemiddelde bruto jaarlonen voor al het contractuele personeel van het Gewest?
 
 
Antwoord    De reglementering inzake begrotingen en rekeningen van de plaatselijke besturen voorziet niet in een opsplitsing van de loonmassa op grond van het geslacht.

Inderdaad, het geslacht van de personeelsleden heeft geen invloed op de barema’s en dus ook niet op het bezoldigingsniveau van het personeel van de plaatselijke besturen. De barema’s zijn op hen allen op dezelfde manier van toepassing.

Deze barema’s zijn identiek voor contractuele en statutaire personeelsleden.

De loonkloof tussen mannen en vrouwen als dusdanig bestaat dus niet bij de plaatselijke besturen.

De vraag verschilt echter als men het heeft over de toegang tot de hogere graden van het plaatselijk openbaar ambt.

Focus nr 2 van Brussel Plaatselijke Besturen, beschikbaar op hun website, toont duidelijk aan dat er een gedegen pariteit bestaat voor de meeste functies en graden van het plaatselijk openbaar ambt en dat de enige significante kloof terug te vinden is in het laag aandeel vrouwen dat evolueert tot de hogere graden (A9, A1, A11).

Ik herhaal echter dat ook hier het geslacht van het personeelslid die de functie uitoefent niets verandert aan de bezoldiging.