Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de leegstand bij de OVM's

Indiener(s)
Pierre-Yves Lux
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 89)

 
Datum ontvangst: 31/01/2020 Datum publicatie: 03/03/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 03/03/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
04/02/2020 Ontvankelijk p.m.
03/03/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Vandaag weten we dat er een schrijnend tekort is aan sociale woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Bijna 46.000 gezinnen zouden op de wachtlijsten voor een sociale woning staan.

Uit de statistieken 2018 blijkt echter dat 9,31% van de sociale woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (3.684 wooneenheden) leegstaat. Deze statistieken leveren tevens interessante informatie op over de situatie van deze leegstaande woningen voor elk van de OVM’s ("in renovatie", "te renoveren"…). Niettemin verhullen deze statistieken wat er achter de cijfers schuilgaat (cf. http://www.slrb.brussels/nl/particulier/publicaties/statistieken-ovms-2018).

Daarom wens ik u enkele vragen te stellen om een duidelijker beeld te krijgen, met name om te zien wat de manoeuvreerruimte is om dat percentage terug te dringen.

Wat de leegstaande woningen betreft, blijkt dat het “statuut” voor 42,56% niet gespecificeerd is. Kunt u preciseren wat er achter het grote aantal leegstaande woningen schuilgaat? Is het mogelijk om toelichtingen te krijgen en in de toekomst een dergelijke vaagheid te voorkomen?

Wat betreft de leegstaande woningen "tussen huurperiodes in" (8,41%), kunt u meedelen hoeveel tijd gemiddeld verstrijkt voordat de sociale woningen bij de OVM’s opnieuw verhuurd worden, namelijk de duur van de periode tussen het vertrek van de vorige huurder en de intrede van de nieuwe huurder? Kunt u voorts enkele analyse-elementen verstrekken over de wederverhuring en de duur ervan? Wordt de woning daarbij helemaal niet opgefrist (schilderen of iets anders)? Of kunnen er kleine werken worden gepland voor de woningen van deze categorie?

Wat betreft de leegstaande woningen van de categorie "in renovatie", gaat het dan enkel om kleine opfrissingswerken? Kunt u tevens meedelen hoelang het gemiddeld duurt voordat de sociale woningen bij de OVM’s weer verhuurd worden, namelijk de tijd tussen het vertrek van de vorige huurder en de intrede van de nieuwe huurder? Kunt u voorts enkele analyse‑elementen over dit proces en de duur ervan verstrekken?

Wat betreft de leegstaande woningen van de categorie "te ontwikkelen project", kunt u enkele aanvullende details geven, met name over de tijd die verstrijkt tussen het ontruimen van de woning en vandaag?
 
 
Antwoord    De bijgaande tabel vermeldt de cijfers voor alle leegstaande woningen op 31 december 2019.
De gegevens staan in het blauw aangeduid. De gegevens in het grijs dateren van 31 december 2018.

In totaal bedraagt het voorlopig aantal leegstaande woningen 3.614 eenheden, waarvan er

- 861 gelden als huurleegstand, dwz. woningen die weldra nieuwe huurders krijgen of waarin kleinere werken worden uitgevoerd om ze op te frissen;

- 2.753 in renovatie zijn of opgenomen in de planning daartoe.

Voor 36 woningen kon de OVM geen reden vermelden voor de leegstand.


Voortaan dienen de OVM op maandelijkse basis een lijst door te sturen met hun leegstaande woningen.
Deze maatregel werd ingevoerd in januari 2020.


Deze is niet alleen bedoeld louter als maatregel voor de rapportering, maar moet het team van de BGHM ook in staat stellen de lijst met leegstaande woningen meer van nabij op te volgen en inzonderheid voor wat betreft de keuzes die worden gemaakt voor de te financieren renovatieprojecten en om de beheerders erop te wijzen als in bepaalde situaties de huurleegstand te lang aanhoudt.

Voor de leegstaande woningen “in herverhuur” berust de raming van 8,41% niet op de recentst beschikbare cijfers. Nu de cijfers van de OVM zijn geactualiseerd, kunnen we het percentage leegstaande woningen in herverhuur ramen op 11,6%.


Dit percentage blijft een schatting die nog kan wijzigen in functie van de laatste statistieken die nog moeten binnenlopen.
Van de 419 woningen geregistreerd als in herverhuur is voor 271 entiteiten de leegstandsduur meegedeeld. Op basis daarvan kan de duur van de leegstand tussen twee verhuurperiodes geraamd worden op 6 maanden.


Bij het analyseren van het herverhuurproces en de duur hiervan dient de rubriek van deze 419 woningen in de bijgaande tabel te worden gedefinieerd : als woningen die worden opgefrist om ze opnieuw in een goede verhuurstaat te brengen en die definitief zijn toegewezen of waarvan de herverhuur lopend is. Hierbij horen dus niet de woningen die aan een herinrichting worden onderworpen.

Voor de leegstaande woningen in de categorie van de op te frissen woningen gaat het effectief veeleer om de uitvoering van kleine werkjes. Deze categorie kan als volgt worden omschreven: woningen die, naargelang het geval, opgefrist moeten worden voordat de nieuwe huurders hun intrek nemen. Deze rubriek omvat ook de gevallen waarin de opfrissingswerken gelijklopen met de toewijzingsprocedure of de toekenning van de woning. »


Voor wat betreft de gemiddelde herverhuurtijd van sociale woningen bij de OVM blijkt uit de rapportering die de BGHM heeft ingesteld dat voor 196 van de 442 woningen die worden opgefrist de datum van de recentste bewoning en de voorziene herverhuurdatum vermeld werden. Op basis van die steekproef kan de duur van de leegstand tussen twee verhuurperiodes geraamd worden op 6 maanden.



Het opfrissen van de woningen voor ze opnieuw verhuurd worden, verschilt van de ene maatschappij tot de andere.


De kandidaat-gezinnen die bovenaan de toewijzingslijst komen te staan, wachten al jaren op een woning. En soms is ondertussen hun gezinstoestand veranderd.


Daarom gebeurt het regelmatig dat gezinnen die voor het eerst een woning toegewezen krijgen, vaststellen dat deze niet aan hun behoeften tegemoetkomt. Dan moet de woning aan een ander gezin toegekend worden, wat het hele proces vertraagt.

Wat de leegstaande woningen uit de categorie uit te werken of te ramen projecten betreft, blijken volgens een enquête bij de technische diensten van de OVM voor de meeste van deze woningen werken gepland.

Zo blijkt dat de rapportering van de OVM voor verbetering vatbaar is. De BGHM werkt hieraan. Er is een kwaliteitsstaat van de door de OVM doorgestuurde cijfers voorgelegd aan het Beperkt Overlegcomité van 20 februari 2020. Ook krijgen alle OVM in de maand maart een schrijven toegestuurd dat aangeeft welke elementen zij kunnen verbeteren in hun bestand. Bovendien moet voor deze woningen een uitvoerbaarheidsstudie worden uitgevoerd om ze in aanmerking te brengen voor de financiering van 50 miljoen euro van de omslag Renovatie Welzijn-Klimaat waartoe de Regering beslist heeft.