Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de samenwerking met Microsoft Innovation Centre en andere IT-opleidingscentra / het sectorakkoord ICT en hun inspanningen om vrouwen toe te leiden naar IT-beroepen.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 143)

 
Datum ontvangst: 26/02/2020 Datum publicatie: 04/06/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 06/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/02/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Midden februari werd er een kaderakkoord gesloten tussen de bevoegde ministers van de Brusselse regering en de Franse Gemeenschapscommissie (Cocof) met vertegenwoordigers van de sector van de Informatica en Communicatietechnologieën. Zo wordt dit het achtste kaderakkoord dat de Brusselse regering met specifieke economische sectoren afsluit.

Daarnaast ziet binnenkort een Opleidings- en Tewerkstellingspool (OTP), DigitalCity, het levenslicht. DigitalCity moet de verschillende publieke en private actoren coördineren en staat open voor alle doelgroepen: zowel werkzoekenden als werknemers of leerlingen.

Dergelijke kaderakkoorden hebben tot doel het overleg tussen de overheden, ondernemingen en werknemers van een bepaalde sector te organiseren en om oplossingen te vinden voor een betere opleiding van werknemers en meer tewerkstellingskansen creëren.

Deze regering benadrukt steeds de ICT-sector als een sleutelsector voor de toekomst van alle Brusselaars, hoewel dit in de beleidsdaden niet altijd even duidelijk is.

Het is duidelijk dat er veel (eerder informele) opleidingsinitiatieven in BHG het levenslicht zien: zo werd er enkele jaren geleden Molengeek opgericht, Girleek of ook B19 in Ukkel, maar ook Becode in het Centraal Station.

Daarnaast mogen we ook niet het privé-publiek initiatief dat het BHG al jaren geleden heeft opgericht met Microsoft, het Microsoft Innovation Centre (in de Leopoldswijk). Jaarlijks financiert het Gewest zo’n 250.000 euro dit initiatief. Hier is er een focus op Saas en cloudtechnologie. Hier vinden ook jaarlijks vele tientallen vormingen plaats.

Desondanks blijven ondanks de vele inspanningen van deze organisaties om vrouwen toe te leiden naar hun vormingen, deze groep ondervertegenwoordigd in deze opleidingen en a fortiori in deze sector en nog zeker vrouwen met een migratie-achtergrond. In Europa zijn slechts 29 op 1.000 afgestudeerde vrouwen houdster van een diploma in informatie-en communicatiewetenschappen tegenover 95 mannen en werken maar 4 vrouwen in deze sector.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Beschikt deze Regering (bijvoorbeeld bij hub.brussels) over een volledig overzicht van bestaande IT-opleidingen van deze organisaties? Kunt u mij dit overmaken? Indien er nog geen kadaster bestaat van alle dergelijke IT-opleidingen, hebt u opdracht gegeven aan uw administratie om er een op te maken?
- Hoeveel personen stellen deze centra reeds tewerk? Hoe zijn het aantal opleidingscentra (en de aantal tewerkgestelden) geëvolueerd sedert 2018? Hoe ondersteunt het Gewest deze centra? Kunt u aangeven welke opleidingscentra gewestelijke en welke geen gewestelijke (financiële of andere) ondersteuning krijgen? Kunnen zij nog steeds aanspraak maken op subsidies binnen het NextTech-plan ? Hoe zijn deze middelen verdeeld in 2019? En welk budget maakt u hiervoor vrij in 2020: wat zullen de belangrijkste voorwaarden zijn om aanspraak te kunnen maken? Werkt men hiervoor samen onder bepaalde bevoegdheden om meer fondsen vrij te maken, bijvoorbeeld in het kader van Go4Brussels? Kunt u dit verder toelichten?
- Kunt u een evaluatie geven van de samenwerking tussen het Gewest en MIC en de werking van het MIC? Hoeveel personen werden binnen deze organisatie ondersteund of gevormd? In de doelstellingen van de samenwerking tussen het Gewest staat ingeschreven dat het MIC gaat bijdragen tot het creëren van minstens vijftig arbeidsplaatsen en zestien stageplaatsen. Hoeveel plaatsen werden er effectief gecreëerd en hoeveel van deze arbeidsplaatsen gingen naar vrouwen?
- Hoeveel werkzoekenden? Of andere specifieke doelgroepen? Wat is het slaagpercentage en het vroegtijdig uitstroompercentage bij MIC? In hoeverre is dit gemiddeld vergelijkbaar bij andere centra, zo is bij Becode de uitval slechts 15%.
- Bevestigt u dat MIC ook in 2020 financiële ondersteuning zal krijgen? Wordt er een nieuwe partnerovereenkomst voorbereid of reeds afgerond: wat zijn hiervan de nieuwe aandachtspunten? In hoeverre wordt de aandacht voor een grotere toeleiding van vrouwen in de IT-sector een belangrijke opdracht? Wordt er aandacht geschonken aan AI in deze opleidingen?
- Hoeveel keer kwamen de leden van de raad van bestuur van MIC samen sedertdien? Wat waren hun agendapunten?
- Hoe zal er samengewerkt worden tussen MIC en DigitalCity? Wat wordt hun complementariteit en taakverdeling?
- Krijgt MIC een rol in de uitvoering van het kaderakkoord tussen het Gewest en de ICT-sector?
In hoeverre zullen andere centra een rol toebedeeld krijgen in DigitalCity?
- Zijn er middelen voorzien binnen het sectorakkoord om communicatiecampagnes te voeren? Zo ja, wanneer? Welke doelgroep? Welk budget?
- Kunt u tenslotte een evaluatie/resultaten geven van de werking van het Women in Tech cluster? Bevestigt u dat deze cluster zal verlengd worden ? Welke initiatieven staan er gepland voor 2020 van deze cluster?
 
 
Antwoord    Wat het opleidingsaanbod betreft, heeft Bruxelles Formation voor het jaar 2020 het gemeenschappelijk kader voor de programmatie van het aanbod van beroepsopleidingen in Brussel gepubliceerd. Dit omvat het opleidingsaanbod, inclusief de digitale opleidingen, beheerd door Bruxelles Formation (polen van Bruxelles Formation en zijn partners) aangevuld met het aanbod van KMO-opleidingen (SFPME / EFP) en dat van VDAB Brussel voor Nederlandstalige werkzoekenden. Deze publicatie wordt aangevuld met de dynamische tool Dorifor (www.dorifor.brussels).

De combinatie van de twee tools zorgt dus voor een volledig en geactualiseerd beeld van het opleidingsaanbod en het aanbod van validering van competenties dat beschikbaar is in Brussel.

Met 2.342 plaatsen en 730.512 opleidingsuren die in 2020 aangeboden worden aan werkzoekenden staat de digitale wereld van alle opleidingen die Bruxelles Formation en haar partners aanbieden op de eerste plaats in termen van aanbod van beroepsopleiding.

In 2018 volgden 1.593 werkzoekenden een opleiding aangeboden door Bruxelles Formation en haar partners op het vlak van IT, ICT en de digitale economie. In hetzelfde jaar hebben ook 334 werkzoekenden een stage of opleiding in dit domein gevolgd.

Wat betreft de ondersteuning en subsidiering ​​voor vrouwen die in dit domein een opleiding volgen, kent Bruxelles Formation sinds 2007 een subsidie ​​van 110.000 € toe aan de vzw Interface 3, erkende ISPI en centrum voor beroepsopleiding voor vrouwen dat werkzoekende vrouwen toegang biedt tot nieuwe informatietechnologieën door middel van gratis innovatieve opleidingen: systeembeheerder en webontwikkelaar voor in totaal ongeveer 3.000 uur opleiding.

Bruxelles Formation werkt ook samen met coderingsscholen zoals Molengeek, Becode en École 19. Deze scholen zijn zich ook zeer bewust van de diversiteit en ontwikkelen elk bewustmakingsacties om meer vrouwen aan te trekken voor hun opleidingen ontwikkelaar van mobiele applicaties en codering.

Naast het programmeringskader van Bruxelles Formation, beoogt maatregel 11 (getiteld “Globale visie op ICT-opleidingen") van het NextTech-plan een inventaris op te stellen van opleidingen die zowel door de privésector als door de publieke sector worden aangeboden. De ontwikkeling van dit platform en de verspreiding van informatie over opleidingen die in het Brussels Gewest worden aangeboden, vallen onder de verantwoordelijkheid van Evoliris, vandaag Digitalcity.

Aan het bestaande platform (dat binnenkort de nieuwe Digitalcity-website zal hosten) zal een applicatie worden toegevoegd die de ontwikkelingscapaciteit van de inventaris van deze opleidingen mogelijk maakt. Dankzij technologische oplossingen zullen extra informatiebronnen gemakkelijk kunnen worden toegevoegd.

De inventarisatie van het opleidingsaanbod van de overheidsdiensten en hun partners zal gebeuren via dynamische uitwisselingen met de databanken van Bruxelles Formation (Dorifor), de VDAB en andere ISPI’s. De inventaris van de privésector zal betrekking hebben op alle initiatieven van elke particuliere speler in de opleidingssector in Brussel en zal een aanvulling zijn op de informatie die via de openbare inventaris wordt verzameld.

Dit “kadaster” van opleidingen zal vervolgens openbaar worden gemaakt. Ten eerste zal het nuttig zijn voor de overheidsinstellingen, die de consistentie van het aanbod en de complementariteit ervan zullen kunnen waarborgen. Bovendien zullen mensen die zich willen inschrijven voor een ICT-opleiding beter geïnformeerd kunnen worden over de soorten opleidingen en hun kenmerken, evenals over de marktspelers in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De zichtbaarheid van de opleidingen zal hierdoor worden verbeterd en promotie zal worden vergemakkelijkt.

Het project werd tot dusver gecoördineerd door het ICT-beroepenreferentiecentrum Evoliris, dat sinds januari 2020 met zijn partners Bruxelles Formation, Actiris en VDAB, Digityalcity.brussels is geworden.

De samenwerking met het MIC en het BRC Evoliris is gebaseerd op een driejarige samenwerkingsovereenkomst. De meest recente werd op 25 april 2019 ondertekend door de stichtende leden van het MIC (hub.brussels, het CIBG, het beroepenreferentiecentrum Evoliris (nu Digitalcity) & Microsoft) en door het Gewest. Digitalcity.brussels (ex-Evoliris) blijft dus een ​​van de oprichters van het MIC.

De subsidie, gekoppeld aan partnerschapsovereenkomst van 25 april 2019, biedt financiële steun over 3 jaar, dus tot mei 2022.

De duur van het partnerschap is dan wel vastgesteld op 3 jaar (juni 2019-mei 2022), de evaluatie van activiteiten gebeurt op jaarbasis: het MIC moet jaarlijks een subsidieaanvraag indienen, inclusief haar actieplan en doelstellingen. Ze voegt ook haar jaarlijkse activiteitenverslag toe. Het vrijgeven van de laatste schijf van de subsidie ​​vindt alleen plaats na een vergadering van het begeleidingscomité waarin de subsidieovereenkomst voorziet.
Voor de periode juni 2016-mei 2019 zijn de resultaten als volgt met 411 georganiseerde sessies:

Doelstellingen

Totaal

(juni 2016 – mei 2019)

Doelstellingen over 3 jaar

(juni 2016 – mei 2019)

Begeleiding pre-start-ups en start-ups

185

120

Start-ups opgericht in het BHG

10

Opvolging verzekeren van het aantal opgerichte start-ups

Begeleiding groeiende ondernemingen

19

18 tot 24

Tewerkstellingssteun

167

150

Stage

48

35

Sensibiliseringsessies voor programmering

41

12

Technische sessies

49

30

UItgegeven vouchers

223

300



Tot slot kan worden vastgesteld dat voor de periode juni 2019 tot februari 2020, 540 deelnemers hebben deelgenomen aan sessies die door het MIC werden georganiseerd.
Vooraf moet worden opgemerkt dat de partnerschapsovereenkomst van 25 april 2019 bepaalt dat de kwantificering van de sleutelindicatoren in het actieplan zou worden vastgelegd om de jaarlijkse flexibiliteit van de voorgestelde acties en de flexibiliteit van de MIC-respons op gewestelijke prioriteiten mogelijk te maken.

Voor de periode juni 2019-mei 2020 zijn 15 stages gepland alsook ondersteuning voor het creëren van 38 banen.

In de periode juni 2016-mei 2019 zijn, zoals blijkt uit bovenstaande tabel, 167 banen gecreëerd en 48 stages voorzien.

Het aandeel van vrouwen, werkzoekenden of andere specifieke doelgroepen die in dienst werden genomen, is niet formeel gecontroleerd, maar op basis van de gegevens die voor creatie beschikbaar zijn, kan worden geschat dat het aandeel van vrouwen ongeveer 29% bedraagt.

Wat werkzoekenden betreft, werkt het MIC al jaren samen met Bruxelles Formation en Digitalcity.brussels, meer in het bijzonder met hun .NET-groepen en systeembeheerders voor de organisatie van aanvullende sessies voor de basisopleiding.

Ten slotte werkt het MIC, in het kader van het programma voor prototypering nauw samen met de Scholen voor sociale promotie. Voor de editie van 2019 waren 75% van alle stagiaires leerlingen uit scholen voor sociale promotie.

Het MIC biedt sessies aan die voor iedereen toegankelijk zijn en niet specifiek zijn ontworpen voor vrouwen. Het MIC werkt echter met name samen met Women in Tech, de Wowo Community, Women in AI en Interface 3, zodat vrouwen zich beter bewust zijn van het aanbod van het MIC en hier ook aan deelnemen.

Twee groepen dienen hier te worden onderscheiden:

- De noodzaak om het aantal vrouwelijke ontwikkelaars te verhogen;
- De noodzaak om het aantal vrouwen dat in de digitale sector werkt te verhogen. Met andere woorden: het begrijpen en gebruiken van digitale tools door vrouwen, evenals het begrijpen van de digitale sector.

Wat de eerste groep betreft, zijn de sessies die het MIC aanbiedt gericht op studenten en junior ontwikkelaars en niet op mensen zonder basiskennis.

De bevinding hier is niet nieuw: er zijn geen vrouwen. Van de 16 stagiaires voor de editie 2019 van het prototypeprogramma was er slechts één een vrouw.

Wat de tweede groep betreft, namelijk de noodzaak om vrouwen te hebben die actief zijn in de digitale sector, is het bewustmakingswerk dat moet plaatsvinden gericht op de transversaliteit van digitalisering. Meer vrouwen hebben die, zonder ontwikkelaars te zijn, begrijpen wat de digitale tools zijn, wat kunstmatige intelligentie en machine learning zijn en vooral kunnen definiëren wat de mogelijke toepassingen zijn. Zij zullen in staat zijn om vernieuwende projecten te kunnen definiëren met de ontwikkelaars.

Het MIC lanceerde dit jaar samen met de Students Entrepreneurs en de Digital Society van Solvay een opleiding van 3 workshops over kunstmatige intelligentie die van toepassing is op de Smart Cities. Verschillende studenten hebben deelgenomen aan dit succesvolle avontuur. De bedoeling is hier om aan de leerlingen, in welke sector ze ook zullen werken, duidelijk te maken dat kunstmatige intelligentie toepassing zal vinden.

In het kader van de nieuwe overeenkomst met het MIC, zijn de partijen overeengekomen dat de rol van het MIC Brussels in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rond de volgende pijlers draait:

a. Een geleider zijn om de coördinatie en de bijdrage voor nieuwe initiatieven over te dragen.
b. Een geleider zijn om transversale initiatieven te stimuleren en te coördineren, hoofdzakelijk voor de specialisatieonderwerpen die door de raad van bestuur zullen worden vastgelegd.
c. Een klankbord zijn voor aanvullende (en niet concurrerende) acties op bestaande initiatieven.

De partijen zijn overeengekomen dat de actie van het MIC uit twee luiken bestaat :

a. een meer algemeen luik, namelijk initiatieven die betrekking hebben op de IT-sector in het algemeen, dat vastgelegd zal worden in het jaarlijks actieplan
b. een gespecialiseerd luik, waarbij voor sommige initiatieven gefocust zal moeten worden op bepaalde sleutelonderwerpen. Deze onderwerpen, die de raad van bestuur al vastleggen zullen in dezelfde lijn moeten liggen als de gewestelijke prioriteiten (bijv. op dit ogenblik Gezondheid, Smart City).

De partijen zijn ook overeengekomen hoe belangrijk kunstmatige intelligentie en gegevens zijn voor de komende jaren. Dit belang wordt bevestigd door het NextTech-plan, de ambitienota Smart City en het Witboek van het CIBG.

Toegang, sensibilisering, opleiding en aanvaarding van deze technologieën door zoveel mogelijk mensen zal bijzondere aandacht krijgen in het actieplan dat door MIC Brussels zal worden opgesteld.

De nieuwe overeenkomst heeft deze punten geconsolideerd door te voorzien in onderstaande belangrijkste opdrachten van het MIC :

-
Opleiding; met Digitalcity.brussels sensibilisering, opleiding van studenten, werkzoekenden, werknemers, ontwikkelaars en mensen in omscholing ...
-
Digitalisering, namelijk het stimuleren en ondersteunen van de oprichting van ondernemingen en ondernemingen informeren over en opleiden in digitale technologie en anticiperen op technologische trends, meer in het bijzonder op het gebied van kunstmatige intelligentie en gegevensverwerking.
-
Innovatie, namelijk ondersteuning van innovatieve technologische projecten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de organisatie van "hands-on lab" en / of Hackathon-sessies.

De statuten bepalen dat het MIC minstens vier keer per jaar bijeenkomt.

Tussen 25 april 2019 en eind februari 2020 kwam de raad van bestuur vijf keer bijeen.
De agendapunten waren de volgende (niet-uitputtende lijst):

- Bevestiging van de afsluiting van de rekeningen op 13 februari met het oog op de goedkeuring van het verlengingsakkoord op 25 april door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, met het oog op de continuïteit van de activiteiten van de vereniging
- Goedkeuring van het activiteitenverslag van 4 juni 2019 over de periode juni 2018-mei 2019
- Nieuwe regering - verbinding MIC Brussel
- Nieuwe naam van MIC Brussels
- Procedure voor de benoeming van de nieuwe voorzitter
- Structuur van de rekeningen van het MIC en voorstellen
- Statuut sleutelindicatoren actieplan
- Verslag over de valorisatie van de bijdrage van Microsoft (art.7.2.6 van de partnerschapsovereenkomst)
- Benoeming van Arnaud Texier, eerste adviseur voor de algemene directie van hub.brussels in de hoedanigheid van lid van het Directiecomité
- Brainstormen over het actieplan 2020-2021
- …

Merk op dat een vertegenwoordiger van de minister bevoegd voor economie wordt uitgenodigd om de vergaderingen van de raad van bestuur bij te wonen als waarnemer zonder stemrecht. Hij heeft stemrecht tijdens de validatie van het actieplan. (artikel 23). Hetzelfde geldt voor het Directiecomité (Board). De vertegenwoordiger van het Gewest ontvangt overigens een kopie van de notulen van de RvB en van het directiecomité.