Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende een plan slechte weersomstandigheden in geval van sneeuw.

Indiener(s)
Françoise Schepmans
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 280)

 
Datum ontvangst: 02/03/2020 Datum publicatie: 19/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 13/05/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
09/03/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Het was wachten op sneeuw in december en zelfs januari, en uiteindelijk is de sneeuw eind februari 2020 gekomen!

Ijzel, stortbuien of sneeuw, die weersomstandigheden overvallen ons vaak. Drukker, trager verkeer dat voor sommigen tot files leidt en voor anderen tot verstoringen van het openbaar vervoer (afgeschafte lijnen).

De woordvoerster van de MIVB kondigde in de pers aan dat alle mogelijke voorzorgsmaatregelen waren genomen om verstoringen te voorkomen en dat afhankelijk van de sneeuwval moest worden beoordeeld of de bussen konden rijden. Sommige bussen zouden mogelijks niet rijden.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

- Welk beleid voert de MIVB in wanneer de weersvoorspellingen sneeuw aankondigen, al was het maar een centimeter?

- Bestaat er op het vlak van mobiliteit een plan voor slechte weersomstandigheden en zo ja, welk?

- Hebt u contact met de gemeenten om alle Brusselse wegen te behelzen?
 
 
Antwoord    Om ’s winters het hoofd te kunnen bieden aan specifieke gevaren op de wegen ten gevolge van de weersomstandigheden, houdt Brussel Mobiliteit het gewestelijke wegennet berijdbaar door jaarlijks een winterdienst te organiseren tussen de derde maandag van oktober en de derde maandag van april.

Gedurende deze periode volgt Brussel Mobiliteit de evolutie van de weersomstandigheden constant op en organiseert het bestuur een wachtdienst bestaande uit interne personeelsleden en externe dienstverleners, die bij winterweer op het terrein kunnen worden ingezet.

Wanneer de weeromstandigheden dit vereisen, worden er chemische strooimiddelen ingezet op het volledige gewestelijke wegennet. Dit komt neer op ongeveer 800 km wegen, rekening houdend met beide verkeersrichtingen en de verschillende rijstroken, inclusief de busstroken, de op- en afritten, enz. Er wordt ook gestrooid op wegen die breed genoeg zijn om een sneeuwruimer in te zetten, op fietspaden naast de weg en aan openbaarvervoerhaltes.

Aangezien het Gewest uitsluitend bevoegd is voor zijn wegen, geldt de organisatie van de winterdienst van Brussel Mobiliteit dan ook uitsluitend voor die wegen.

De MIVB beschikt over preventieve en curatieve plannen voor winterweer.

In de winter raadplegen de verschillende dispatchings van de MIVB (bus, tram en metro) de weersvoorspellingen van het Koninklijk Meteorologisch Instituut elke dag op een stipt uur, of zelfs meerdere keren per dag indien nodig. Ze communiceren dan naar de verschillende diensten die mogelijk gevolgen ondervinden wanneer de temperatuur onder 5°C daalt.

Afhankelijk van de voorspellingen worden graduele observatie- of preventiemaatregelen genomen. Die gaan van het objectiveren van de begaanbaarheid van de wegen ’s nachts tot het behouden van de spooruitrustingen in hun oorspronkelijke staat (wissels, trolleykabels). Omkaderingspersoneel staat in voor omleggingen, beperkingen of zelfs het schrappen van bepaalde lijnen/diensten in extreme gevallen.

Als de reguliere dienstverlening van de MIVB verhinderd wordt door weersomstandigheden, worden meerdere alternatieve routes voorzien of worden bepaalde bus- en tramlijnen lokaal beperkt. Zo probeert de MIVB de impact op de reizigers tot een minimum te herleiden en hen tegelijkertijd op een zo betrouwbaar mogelijke manier te informeren.

Ter herinnering: het strooien van zout op de wegen, eigen beddingen en aan de haltes is de verantwoordelijkheid van de gemeentes of het Gewest, afhankelijk of het gaat om gemeentelijke wegen of gewestwegen.

Samen met de maatregelen die door de MIVB worden genomen bestaat er een waarschuwingsprocedure of een informatieprocedure van de betrokken gemeentelijke (of gewestelijke) dienst om middelen te ontplooien die zo snel mogelijk het normale verkeer van de MIVB-voertuigen kunnen garanderen.

De strooidiensten van de MIVB worden gemobiliseerd en zijn beschikbaar wanneer er punctuele noden zijn voor het tramnet.

Als de storingen het lokale niveau overstijgen (gemeente of wijk), wordt een hoger winterplan afgekondigd waarbij een crisiscel geactiveerd wordt die beslissingen neemt over de uitbating van een beperkte bovengrondse dienstverlening, afhankelijk van de situatie.

De MIVB staat in contact met de gemeentelijke en gewestelijke overheden die verantwoordelijk zijn voor het strooien van zout op hun wegen.


Op gewestvlak:

In vergaderingen en via akkoorden met gewestelijke diensten worden elk jaar de noden van de MIVB in kaart gebracht. De reisweg van reguliere lijnen van de MIVB op gewestwegen, maar ook de MIVB-stelplaatsen worden geïntegreerd in de routes van de preventieve strooidiensten.

MOBIRIS (beheer van het verkeer in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) neemt de curatieve strooi-aanvragen op zich van de verschillende dispatchings van de MIVB (bus, tram, metro).



Op gemeenteniveau:

De MIVB sensibiliseert telkens in de herfst alle gemeenten (ook de gemeenten in de Brusselse rand waar MIVB-voertuigen rijden) over deze problematiek. Ze spreekt de gemeentes aan over hun verantwoordelijkheid om een begaanbare weg te hebben ook in winterse omstandigheden.


De dispatchings van de MIVB beschikken over een contactnummer van alle gemeenten, dat 24u/24 bereikbaar is in geval van nood.