Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende stages First.

Indiener(s)
Youssef Handichi
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 160)

 
Datum ontvangst: 11/03/2020 Datum publicatie: 07/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 06/05/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/03/2020 Ontvankelijk p.m.
06/05/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Actiris geeft bedrijven de kans om jonge werkzoekenden met lage kwalificaties aan te werven via een 3 of 6 maanden durende voltijdse stage via het "Stage First"-systeem. De door de werkgever betaalde vergoeding bedraagt 200 euro per maand. Naast deze 200 euro ontvangt de stagiair een vergoeding van 26,82 euro bruto per dag die door Actiris wordt gefinancierd. Hoewel deze stages bedoeld zijn om deze jongeren meer werkervaring te laten opdoen en dus een betere kans te geven om later (individueel) een baan te vinden, zijn er gevallen van misbruik gemeld, met name door de vakbonden. "Stagiairs" die worden verondersteld te worden opgeleid in een vakgebied (kantoorwerk, boekhouding, enz.) doen bijvoorbeeld uiteindelijk huishoudelijke taken waar het opleidingsaspect totaal afwezig is.

Mijn vragen zijn als volgt:

1) Hoeveel stageplaatsen zijn er al aangeboden? Graag een opsplitsing van deze cijfers naar contractduur (3 en 6 maanden), naar jaar (2018 en 2019), naar categorie van de onderneming (vereniging zonder winstoogmerk, openbare sector, privébedrijven, enz.), naar bedrijfssector (groothandel, enz.), naar grootte van de onderneming?

2) Wat is het bedrag dat in de Actiris-begroting aan de Stage First wordt besteed? In welke basisallocaties zijn deze middelen opgenomen?

3) Zijn er klachten geweest over misbruik? Zo ja, hoeveel en op welke gronden?

4) Wat doet het Gewest om op het terrein te controleren of er geen sprake is van misbruik? En om eventuele klachten te behandelen?

5) Hoeveel stagiairs zijn er aangeworven door het bedrijf waar ze stage hebben gelopen (uitgesplitst naar bedrijf, non-profit organisatie, publieke sector)? Wat is het percentage stagiairs dat een echte baan heeft gevonden?
 
 
Antwoord    Tabel 1 bevat het aantal First-stages dat werd uitgevoerd volgens de duur van de stage voor de jaren 2018 en 2019.

In totaal had, wat 2018 en 2019 betreft, 10% van de First-stages een maximumduur van één maand; 28% had een duur van meer dan een maand en maximaal drie maanden; 49% had een duur van meer dan drie maanden en maximaal zes maanden en 3% had een voorziene duur van meer dan zes maanden. Voor bijna 10% van de First-stages, die twee derde van de stages vertegenwoordigen die tussen september en december 2019 van start gingen, is de duur nog niet gekend, aangezien deze stages eind februari 2020 nog liepen.

Tabel 2 bevat de opdeling van de First-stages die uitgevoerd werden in 2018 en 2019 volgens het soort onderneming.

70% van de stages werd in 2018 en 2019 uitgevoerd in ondernemingen uit de privésector, hoofdzakelijk bij commerciële ondernemingen. Van de 30% stages in de publieke sector werd twee derde uitgevoerd in een gewestelijke administratie of bij de plaatselijke besturen.

Tabel 3 toont de opdeling tussen de First-stages die uitgevoerd werden in 2018 en 2019 volgens de activiteitensector van de onderneming.

Na de publieke administratie (26%) is de handel (en in het bijzonder de detailhandel) de activiteitensector die het meest gebruikmaakt van de First-stage (22%). Vervolgens komt de horeca (10%) op de derde plaats, gevolgd door de sector van de menselijke gezondheidszorg en de maatschappelijke dienstverlening (9%) en het onderwijs (6%).

Tabel 4 geeft de opdeling van de First-stages die uitgevoerd werden in 2018 en 2019 volgens de grootte van de onderneming in aantal loontrekkende werknemers.

We stellen vast dat de helft van de First-stages plaatsvond in kleine ondernemingen met minder dan 20 loontrekkende werknemers en dat 38% plaatsvond in grote ondernemingen met minstens 200 werknemers.

Het voorziene budget voor deze maatregel bedraagt:

- 3.690.000 euro in 2018,
- 3.050.000 euro in 2019,
- 3.926.000 euro in 2020 (initiële begroting).

Dit budget is opgenomen in de basisallocatie 16.004.15.04.41.40 (Werkingssubsidie aan Actiris in het kader van de Zesde Staatshervorming – Opdrachten) in de begroting van het Gewest.

Er werd geen enkele klacht ingediend in het kader van de First-stages.

De diensten van Actiris werden evenwel op de hoogte gebracht van disfuncties, zowel door de stagiairs als door de werkgevers.

Het betreft dan hoofdzakelijk het in herinnering brengen van de correcte stagevoorwaarden voor zowel de werkgever (begeleiding) als de stagiair(e) (stiptheid/ongerechtvaardigde afwezigheid, confrontatie met de realiteit van het beroepsleven). Actiris organiseert bemiddelingen om de continuïteit van de stages te verzekeren.

In het kader van de First-stages worden de jongeren telefonisch opgevolgd na twee weken en na 1,5 maand via een persoonlijk onderhoud. Als de jongeren een probleem ondervinden tijdens hun stage, kunnen ze dat aan Actiris melden (tijdens deze momenten of op ieder ander ogenblik) en Actiris biedt bemiddeling aan.

Deze bemiddeling kan worden uitgevoerd na een vraag van de stagiair en/of de werkgever.

Bij deze bemiddeling worden zowel de stagiairs als de werkgevers ontmoet om een oplossing te vinden voor situaties die problematisch kunnen zijn, teneinde de continuïteit van de stages mogelijk te maken en klachten te vermijden.

Na deze bemiddeling kunnen stages evenwel stopgezet worden en/of kunnen er acties tegen de werkgevers worden ondernomen (aanbevelingen, waarschuwingen, einde van de samenwerking).

Het spreekt voor zich dat, wanneer een werkgever de stagevoorwaarden niet naleeft en de stage in dit kader onderbroken diende te worden, de werkgever geen nieuwe stageplaatsen voor First-stages bij Actiris zal kunnen aanbieden.

Actiris berekent jaarlijks de uitstroompercentages naar werk en de positieve uitstroom voor diegenen die een First-stage hebben afgerond. Rekening houdend met de opvolgingsperiode (12 maanden na het einde van de stage) en de beschikbaarheid van de gegevens van de RSZ waarmee we deze percentages kunnen berekenen, zijn momenteel enkel de uitstroompercentages naar werk en de positieve uitstroom van jongeren die een stage hebben afgerond in 2017, beschikbaar (cohorte 2017, resultaten 2018).

De resultaten 2019, die betrekking hebben op de opvolging na 12 maanden van de cohorte van de uitstromers 2018, zullen vanaf eind juni 2020 beschikbaar zijn.

We tellen 1.086 jongeren die in 2017 een First-stage (of de vroegere inschakelingsstage in de onderneming) van minimaal één maand hebben afgerond. Van hen zijn 700 uit de werkloosheid kunnen treden voor een job van minstens één maand in de loop van de 12 maanden volgend op het einde van hun stage. Het uitstroompercentage naar werk van de cohorte 2017 van jongeren die deelgenomen hebben aan een First-stage (of de vroegere inschakelingsstage), bedraagt dus 64,5%.

Van deze 1.086 jongeren die in 2017 een First-stage hebben gedaan, zijn er 12 maanden na het einde van hun stage 579 aan het werk, ofwel 53,3%.

De activiteitensectoren die het meest aanwerven na de stages, komen overeen met de sectoren die het meest gebruikmaken van de maatregel, namelijk de plaatselijke besturen (17% van de aanwervingen van minstens 28 dagen), de gemeenschaps- en gewestelijke administraties (9%), de detailhandel (15%), de administratieve diensten (13%, waarvan de helft uitzendarbeid betreft), de gezondheidszorg en de maatschappelijke dienstverlening (8%), alsook de restauratie (7%).

Van de 700 aanwervingen met een minimumduur van één maand binnen de 12 maanden na het einde van de stage, tellen we er 275 (39%) in de ondernemingen die jongeren een First-stage lieten uitvoeren. Als bijlage vindt u de lijst met ondernemingen die jongeren aanwierven die in 2017 een First-stage hebben afgerond. Tabel 5 geeft een samenvatting van deze lijst volgens het soort onderneming.