Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de toegang tot de Brusselse woningmarkt voor personen die knelpuntberoepen uitoefenen.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 162)

 
Datum ontvangst: 11/03/2020 Datum publicatie: 24/04/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 24/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
25/03/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De woningmarkt in Brussel kampt al geruime tijd met verschillende vormen van spanningen. Niet alleen bestaat er een aanzienlijke wachtrij van maar liefst 43.000 Brusselse gezinnen voor sociale woningen, ook qua algemene gemiddelde kostprijs staat ons Gewest gekend als de duurste regio van het land.

Wat betreft de nood aan sociale huisvesting stelt de Brusselse Regering de volgende ambitie voor in het regeerakkoord:
“De Regering wil een noodplan voor het sociale huisvestingsbeleid ontwikkelen, met als doelstelling om 15.000 Brusselse gezinnen die wachten op een sociale woning een concrete oplossing te bieden. Om de gezinnen beter te kunnen begeleiden, zal het Gewest het gecentraliseerd administratief beheer van de inschrijvingen verder versterken.”

Naast deze specifieke passage krijgt huisvesting overigens in het algemeen de nodige aandacht toebedeeld in het regeerakkoord. Vandaar dat men ook de vraag zou kunnen stellen hoe deze verschillende vooropgestelde oplossingen op vlak van huisvesting verband houden met de arbeidsmarkt, traditioneel een ander Brussels domein waarin vaak enige spanningen bestaan. Meer specifiek de relatie tussen (sociale) huisvesting en personen die knelpuntberoepen uitoefenen, verdient daarbij de nodige aandacht.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Op welke manier kunnen de bouwprojecten van citydev.brussels, waarbij de gebouwen in kwestie bedoeld zijn voor de particuliere markt, prioritair worden toegewezen aan potentiële kopers die terwerkgesteld zijn in knelpuntberoepen? Hebt u hieromtrent reeds een juridische (haalbaarheids)studie laten uitvoeren? Zo ja, wat zijn hiervan de resultaten? Hebt u beslist om een dergelijk extra criterium toe te voegen aan de toewijzing?

- Hebt u zicht op het totale aantal personen die tewerkgesteld zijn in een knelpuntberoep die momenteel op de wachtlijst staan voor een citydev-woning? Zo ja, welk aandeel maken zij uit van het totale aantal wachtenden?

- Hebt u onderzocht via welke andere kanalen of manieren personen die knelpuntberoepen uitoefenen makkelijker toegang kunnen krijgen tot de Brusselse huisvestingsmarkt, bijvoorbeeld in het kader van het beleid van de BGHM?

- Idem voor de wachtlijsten voor de sociale woningen in BHG?

- Hoeveel personen met een knelpuntberoep hebben in 2018 en in 2019 een hypothecaire lening van het Woningfonds aangevraagd of beroep gedaan op een van de sociale kredietmaatschappijen? Hoe verhouden deze cijfers zich tegenover het totale aantal aanvragen?

- Op welke manier onderzoekt u de rol van het Woningfonds in deze problematiek te versterken? Hebt u opdracht gegeven aan het Woningfonds om sneller een lening toe te kennen aan personen die tewerkgesteld zijn in een knelpuntberoep?
 
 
Antwoord    De vragen met betrekking tot Citydev.brussels vallen onder de bevoegdheid van de heer Rudi Vervoort, Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Wat betreft de vragen met betrekking tot de BGHM, kan ik u zeggen dat er geen sociaal huisvestingsbeleid bestaat dat gericht is op knelpuntberoepen.

Het sociaal huisvestingsbeleid is gericht op specifieke categorieën van personen die voldoen aan de volgende toelatingsvoorwaarden:

· De eigendomsvoorwaarde; 
· De inkomensvoorwaarde; 
· De verblijfsvoorwaarde;
· Ontstentenis van geschil;
· Eén enkele inschrijving per gezinslid.

Het beroep vormt dus geen voorwaarde.

Wat de vragen met betrekking tot het Woningfonds betreft, houdt het Woningfonds geen cijfers bij op basis van het type beroep dat mensen uitoefenen, maar wel op basis van de socio-professionele categorie waartoe ze behoren.

Voorts discrimineert het Woningfonds niet tussen de kandidaat-leners op grond van het beroep dat ze uitoefenen.

De leningen van het Woningfonds kunnen worden verleend aan alle Brusselse gezinnen die aan de toelatingsvoorwaarden daarvoor voldoen.

Aanvragen worden goedgekeurd of geweigerd op basis van de analyse van de financiële haalbaarheid voor de gezinnen en op basis van het hypothecaire risico. Het toegekende krediet mag niet hoger zijn dan 120 % van de quotiteit.