Schriftelijke vraag betreffende het aandeel studentenkoten binnen het totaal aan Brusselse wooneenheden.
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 165)
Datum ontvangst: 01/04/2020 | Datum publicatie: 20/04/2020 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 19/20 | Datum antwoord: 20/04/2020 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
02/04/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Recent mocht ik Mevrouw de Staatssecretaris reeds ondervragen omtrent enkele aspecten van de studentenhuisvesting binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat in absolute aantallen toch als de grootste studentenstad van het land gezien mag worden. Via deze weg probeer ik dan ook een beter en completer beeld te schetsen van de omvang van de studentenhuisvesting binnen ons Gewest. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel: - Welk aandeel (zowel in absolute als in relatieve cijfers) van het totale aantal van Brusselse wooneenheden bestaat vandaag de dag uit studentenkoten (of in bredere zin andere voorzieningen voor studentenhuisvesting)? - Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers? Op welke manier verklaart u een mogelijke afname of toename aan studentenhuisvestingsfaciliteiten die hieruit kan blijken? - Op welke manier onderzoekt u of dit aandeel studentenkoten in een correcte verhouding staat tegenover het totale aantal van Brusselse wooneenheden? Welk beleid voert u hieromtrent om zo een evenwichtige balans te bekomen en/of behouden? |
Antwoord | Deze vragen vallen onder de bevoegdheid van de Minister-president, de heer Rudi Vervoort. |