Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de ondersteuning van Brusselse sportclubs tijdens de coronacrisis.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 104)

 
Datum ontvangst: 14/04/2020 Datum publicatie: 04/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 30/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
17/04/2020 Ontvankelijk p.m.
30/04/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    De sportwereld ligt zowel op nationaal als internationaal vlak nagenoeg volledig stil ten gevolge van het coronavirus. Voor vele sportclubs betekent dit echter ook een fikse streep door de rekening, gezien de inkomsten die zij zien wegvallen terwijl de vaste kosten wel gewoon blijven draaien.

Op professioneel vlak denken we dan maar bijvoorbeeld aan het wegvallen van wedstrijdinkomsten (ticketing, VIP-arrangementen, delen van de merchandising …) terwijl men wel nog steeds spelers en medewerkers dient te betalen, naast de diverse andere kosten (onderhoud van infrastructuur, aflossing van leningen …) dient te betalen. Onder meer bij voetbalclub RSC Anderlecht werd daaromtrent reeds beroep gedaan op de solidariteit van de spelers, die delen van hun loon en/of tekengeld lieten vallen.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Hebt u reeds zicht op de omvang van de geleden financiële schade? Welke gewestelijke instantie volgt deze evolutie op?

- Kan u bevestigen of het Brussels Hoofdstedelijk Gewest reeds heeft onderzocht of het ook in extra steun zal voorzien ten behoeve van de Brusselse sportclubs? Zo ja, om welke clubs en welke bedragen gaat dat dan concreet en hoe zal dit verdeeld worden over de sportclubs in kwestie?

- Welk tijdskader wordt er voorzien voor de invoering van deze steunmaatregelen? Welke maatstaven worden er gehanteerd bij de evaluatie? Welk budget wordt er voorzien om het verlies van de sportsector te compenseren?

- Hebt u hieromtrent reeds overleg gepleegd met de verschillende Brusselse sportclubs en hun vertegenwoordigers? Zo ja, kwam dit er dan op initiatief van het Gewest of van de sportclubs zelf? Kan u duiden met welke clubs er reeds gepraat werd en wat daarbij concreet besproken werd? Werden ook de verschillende Gemeenschappen hierbij betrokken en zo ja, op welke manier?

- Facultatieve subsidies voor evenementen, projecten of activiteiten die gepland waren tussen 1 maart en 30 april, blijven behouden. Zullen evenementen die in de loop van dit jaar plaatsvinden, ook op bepaalde uitzonderingsmaatregelen kunnen rekenen gezien de grote gevolgen van de coronacrisis?
 
 
Antwoord    1. Men mag niet vergeten dat sport in de betekenis van het voor de bevolking aanmoedigen, bevorderen, organiseren en begeleiden van sportieve lichamelijke activiteiten een bevoegdheid is van de Vlaamse en de Franse Gemeenschap.

Het komt bijgevolg aan de bevoegde sportadministraties toe informatie te verzamelen over de omvang van het geleden financiële verlies. Ter illustratie: de als bijlage toegevoegde voorlopige studies op basis van bevragingen bij clubs in heel België zijn beschikbaar bij Sport Vlaanderen en het `Agence Interfédérale du Sport Francophone´.


2. Door middel van een jaarlijkse projectoproep en in het kader van zijn imago en uitstraling kent het Brussels Hoofdstedelijk Gewest projectsubsidies toe aan verschillende actoren van de Brusselse sportwereld.

Krachtens deze bevoegdheid heeft de Regering maatregelen getroffen om het verenigingsleven en de sector van evenementen, toerisme, cultuur en sport in Brussel te ondersteunen:

- uitstel (uiterlijk in 2020) is toegelaten zonder aanpassing van het subsidiebesluit en zonder wijziging van het toegekende bedrag;
- de betaling van facturen komt niet in het gedrang voor reeds verrichte uitgaven noch voor uitgaven die niet konden worden stopgezet.


3. Deze maatregelen zijn budgetneutraal en zorgen geenszins voor de overschrijding van het huidige maximum dat geldt voor het begrotingsonderdeel betreffende dit programma.

De economische en begrotingssituatie was al niet makkelijk vóór de covid-19-crisis, maar we willen voor deze bevoegdheid dezelfde bedragen blijven uittrekken als vroeger.

Op 15 april hebben we voor het seizoen 2020-2021 de projectoproep `Een jong en levendig Gewest´ uitgeschreven. Hieruit blijkt duidelijk opnieuw de wil de sportwereld ook in het komende jaar te ondersteunen, en de oproep geeft zuurstof aan de Brusselse sportactoren.

Indien een sportclub of -vereniging ook als een onderneming kan worden beschouwd die getroffen werd door de noodmaatregelen die werden genomen om de verdere verspreiding van het covid-19-virus tegen te gaan, kan zij bovendien, voor zover de toekenningsvoorwaarden worden vervuld, bij Brussel Economie en Werkgelegenheid een aanvraag indienen voor de eenmalige vergoedingspremie, zoals elke andere economische actor.


4. Elke algemene communicatie voor de volledige Brusselse sportwereld is een zaak van de voormelde bevoegde instanties.

Net als voor de andere gesubsidieerde verenigingen in het kader van de bevoegdheid inzake de uitstraling en het imago van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ontvingen de subsidiebegunstigden met een project dat dreigt te lijden onder de geldende lockdown informatie over de mogelijke versoepelingsmaatregelen die de Regering zou invoeren. De projectdragers werden erin opgeroepen ons de mogelijke aanpassingen en gevolgen van de covid-19-crisis te melden. Op basis van deze inlichtingen zullen we kunnen nagaan of het uitstel of de schrapping van het project haalbaar is.

Los van de communicatie die eigen is aan de huidige situatie staan we ook in contact met tal van actoren van de Brusselse sportwereld, om ze te ondersteunen ter voorbereiding van het komende sportseizoen (referentiebrief ter verkrijging van de licentie, topevenementen boeken voor Paleis 12, enz.).


5. De wetgeving bepaalt dat de voormelde versoepelingen gelden voor zover het gesubsidieerde initiatief werd uitgesteld of afgelast wegens de afzonderingsmaatregelen in het kader van de strijd tegen de covid-19-pandemie. Het is de bedoeling waar mogelijk flexibel te zijn, zodat we kunnen bijsturen in het licht van de exit uit de lockdown, waarvan het tijdschema nog door de bevoegde overheid wordt bestudeerd.