Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het beheer van besmettelijk afval in verband met COVID-19 in de verzorgingscentra.

Indiener(s)
Alexia Bertrand
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 283)

 
Datum ontvangst: 18/04/2020 Datum publicatie: 16/06/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 09/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/04/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Als gevolg van de Covid-19-pandemie blijkt dat de hoeveelheid ziekenhuisafval met besmettingsgevaar zeer sterk is toegenomen.

Daarom zijn de circuits die dit afval moeten verwerken uiteraard de mensen die in hoge mate zijn blootgesteld aan het besmettingsrisico en die, wanneer die verwerking buiten de verzorgingscentra wordt uitgevoerd, de kans op verspreiding van het virus zouden vergroten.

Met het oog hierop zou ik u willen vragen informatie te verstrekken over de volgende zaken:

- Kunt u ons in de eerste plaats de geldende procedure voor de verwerking van besmet afval per verzorgingscentrum meedelen (waaronder RH’s, RVT’s en ziekenhuizen)?

- Vindt dit afvalbeheer plaats binnen of buiten de verzorgingscentra?

- Wat is de toekomst van dit afval? Wordt het getransporteerd en zo ja, onder welke omstandigheden, en wordt het daarna verbrand?

- Welke private of publieke operatoren zijn verantwoordelijk voor dit beheer van besmettelijk afval?

- Zijn de hoeveelheden afval groter dan de normale verwerkingscapaciteit? Zo ja, welke maatregelen werden getroffen om elke vertraging bij de verwerking van dit afval te voorkomen?

- Hebben de circuits die dit afval verwerken voldoende beschermingsmateriaal, vrachtwagens en personeel? Hoeveel zijn er in het Brussels Gewest en over welk materiaal beschikken ze?
 
 
Antwoord    1)
Elke instelling die gezondheidszorgafval produceert, is onderworpen aan het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 maart 1994 betreffende het beheer van afvalstoffen afkomstig van activiteiten in de gezondheidszorg. De zogenaamde ‘speciale’ afvalstoffen, waaronder onder meer infectieus afval, anatomisch, cytotoxisch en cytostatisch afval, en snijdende en prikkende voorwerpen, zijn onderworpen aan specifieke verpakkings- en vervoersvoorwaarden die in het besluit zijn vastgelegd. Deze afvalstoffen moeten vervolgens - volgens hetzelfde besluit - worden verwerkt door middel van verbranding.


2)
Het afvalbeheer begint bij de productie van het afval en eindigt met de verwijdering ervan. Een deel van het afvalbeheer vindt dus plaats binnen de zorginstellingen (via sortering en tijdelijke opslag), een ander deel van het afvalbeheer vindt plaats buiten de zorginstellingen (inzameling, transport, verwerking). Op 1 april 2020 is een omzendbrief gepubliceerd en op 20 mei 2020 heeft de regering een bijzonderemachtenbesluit aangenomen om alternatieve en aanvullende beheersmaatregelen voor coronavirusafval toe te staan, naar aanleiding van het tekort aan reglementaire verpakkingen. De omzendbrief en de maatregelen zijn gepubliceerd op de website van Leefmilieu Brussel (https://leefmilieu.brussels/themas/afval-grondstof/afvalbeheer/coronavirus-afvalbeheer).

Het bijzonderemachtenbesluit zal worden bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. De verwerking van speciaal afval gebeurt in verbrandingsinstallaties die over een vergunning voor dit soort afvalstoffen beschikken, hetzij in Wallonië (Ipalle), hetzij in Vlaanderen (Indaver).


3)
Het afval wordt getransporteerd van de plaats van productie (de zorginstelling) naar de verbrandingsovens. Niet-speciaal afval, d.w.z. afval dat geen besmettingsgevaar inhoudt, wordt naar verbrandingsinstallaties gestuurd die gemachtigd zijn om het te verwerken (bv. Brussel-Energie). Speciaal afval (waaronder afval met een besmettingsrisico) is onderworpen aan strenge transportregels (internationale regelgeving voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, bekend als ADR) en wordt vervolgens verbrand in de verbrandingsinstallaties die gemachtigd zijn om het te verwerken (Ipalle in Wallonië/Indaver in Vlaanderen).


4)
De inzameling van speciaal afval wordt uitgevoerd door inzamelaars (privé of publiek) die erkend zijn voor deze activiteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Een lijst van deze inzamelaars is beschikbaar op de website van Leefmilieu Brussel (https://app.bruxellesenvironnement.be/listes/?nr_list=CED0001). In deze lijst kunnen de betrokken inzamelaars worden geïdentificeerd aan de hand van de codes 18 01 01, 18 01 02 en 18 01 03, die overeenkomen met de Europese codes voor afvalstoffen die afkomstig zijn van de behandeling van ziekten bij de mens. In de praktijk wordt het overgrote deel van dit afval ingezameld door de volgende operatoren: Renewi, Suez, Vanheede, Indaver. De bovengenoemde verbrandingsinstallaties voeren de verwerking van dit afval uit.


5)
De hoeveelheid speciaal (risico-)afval is inderdaad toegenomen door de coronaviruscrisis. Zo ontvangt de verwerkingssite van Indaver bijvoorbeeld 65% meer speciaal afval dan normaal, wat heeft geleid tot een verzadiging van de verbrandingsoven. Om dit afval te blijven verwerken, wordt het tijdelijk opgeslagen op een tussenlocatie, in een magazijn waar de temperatuur onder de 15 °C wordt gehouden. De aanvoer van afval van deze tussenlocatie naar de verbrandingsoven kan dan voortgaan volgens het ‘first in/first out’-principe. Op deze manier blijft het afval regelmatig uit de zorginstellingen worden verwijderd. Onlangs was de verwerkingssite van Indaver niet meer verzadigd, waardoor de operator de op de tussenlocatie opgeslagen afvalstoffen intensief is kunnen beginnen te verwerken. De nieuwe afvalleveringen gebeuren opnieuw rechtstreeks op de verbrandingssite.

De verwerkingsinstallatie van de Waalse site IPALLE is aangepast om de laadcapaciteit van de oven te verhogen. Er is tot nu toe geen verzadiging vastgesteld.
 
Er is ook een tekort aan voorgeschreven verpakkingen. Om dit te verhelpen heeft het Gewest, na overleg met de verschillende betrokken partijen en de andere gewesten, uitzonderlijke maatregelen genomen om andere verpakkingen toe te laten, die echter dezelfde gezondheids- en milieuveiligheid garanderen als de gewoonlijk gebruikte verpakkingen. Deze maatregelen zijn gepubliceerd op de website van Leefmilieu Brussel (omzendbrief) en/of in het Belgisch Staatsblad (bijzonderemachtenbesluit). Op dit ogenblik zijn de voorgeschreven verpakkingen opnieuw beschikbaar.


6)
Meer dan 95% van het speciaal afval wordt ingezameld door vier erkende inzamelaars, namelijk Indaver, Renewi, SUEZ en Vanheede. Deze vier bedrijven verzamelen het speciaal afval in drie soorten verpakkingen:

1. UN-gekeurde vaten (voor het vervoer van gevaarlijke goederen volgens de ADR-verordening - overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg) voorzien van een speciaal deksel met een pakking en een klemsysteem dat ervoor zorgt dat het vat, eenmaal definitief gesloten, waterdicht is en niet meer kan worden geopend zonder het open te snijden.
2. Plastic zakken in kartonnen dozen, die ook UN-gekeurd zijn.
3. Plastic zakken in UN-gekeurde rolcontainers van 770 liter.

De operatoren zamelen deze gevaarlijke afvalstoffen in met behulp van bestelwagens met een aparte cabine of gesloten vrachtwagens die zijn uitgerust met een laadklep. Beide soorten voertuigen zijn voorzien van de door de ADR-verordening vereiste signalisatie en uitrusting. De chauffeurs hebben een opleiding voor ADR-vervoer gevolgd met een examen en een certificaat. Bovendien moeten zij om de vijf jaar opfrissingscursussen voor een totaal van 35 uur volgen.

De vier bovengenoemde inzamelaars beschikken over voldoende ADR-voertuigen en -chauffeurs.

De chauffeurs zijn uitgerust met de standaard beschermingsmiddelen voor het vervoer van gevaarlijke goederen. Ze hanteren het afval niet rechtstreeks, aangezien het wordt verpakt op de plaats waar het wordt geproduceerd (ziekenhuizen en andere zorginstellingen).

Dit speciaal afval en zijn verpakkingen worden op hoge temperatuur verbrand in speciaal daarvoor ontwikkelde installaties (Indaver/Ipalle).

De zakken met speciaal afval die in de containers van 770 l worden vervoerd, worden ook verbrand. De containers worden rechtstreeks in een aparte toevoersluis boven de oven gekiept. De containers worden vervolgens gewassen en gedesinfecteerd voordat ze teruggaan naar de inzamelaars, die ze opnieuw aan de producenten bezorgen.

Ondanks de sterke toename van het afval ingevolge de COVID-19-crisis, met name wat de volumes betreft (PBM's - persoonlijke beschermingsmiddelen), kon zowel de inzameling als de verwerking continu worden gegarandeerd.

De inzamelaars hebben ook al hun krachten gebundeld om de levering van lege containers aan de zorginstellingen te verzekeren. Ze houden een register van de beschikbare en bestelde verpakkingen bij, zodat ze nooit zonder vallen en ze helpen elkaar indien nodig. Gezien de langzame maar gestage daling van zowel het aantal ziekenhuisopnames als het aantal patiënten in de afdeling intensieve zorgen, kan worden gesteld dat de sector de continuïteit van de dienstverlening tijdens de piekperiode heeft verzekerd en dat de situatie ertoe neigt zich te stabiliseren.