Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende arbeidsovereenkomsten artikel 60 tijdens de lockdown.

Indiener(s)
Farida Tahar
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 247)

 
Datum ontvangst: 27/04/2020 Datum publicatie: 27/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 25/05/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/04/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De huidige gezondheidscrisis en de beperkende maatregelen tegen de pandemie hebben veel werkgevers ertoe gedwongen hun activiteiten te schorsen. Om de bedrijven en werknemers te ondersteunen, heeft de RVA de voorwaarden om over te stappen op tijdelijke werkloosheid aangepast en versoepeld. Vandaag zijn meer dan 1 miljoen Belgische werknemers in tijdelijke werkloosheid gesteld.

De beslissing om de voorwaarden inzake tijdelijke werkloosheid te versoepelen werd doortastend en snel genomen om te reageren op de economische en sociale noodsituatie. Voor een reeks atypische statuten of arbeidsovereenkomsten zijn er echter nog steeds enkele onduidelijkheden over de toepassing en gevolgen van die maatregel. Dat is onder meer het geval voor de “arbeidsovereenkomsten artikel 60”, die onder de verantwoordelijkheid van de OCMW’s vallen.

De FAQ (Frequently Asked Questions) die Actiris aan de Brusselse OCMW’s heeft gestuurd, verduidelijkt al een aantal belangrijke kwesties, maar er blijven nog enkele vragen over:

- In de FAQ worden de voorwaarden voor het behoud van de subsidie voor de inschakelingsbetrekking nader toegelicht. Indien het OCMW de arbeidsovereenkomst en de vergoeding behoudt en de werknemer aan de slag blijft (gebruikelijke taken, telewerk, opleiding op afstand of een andere betrekking bij het OCMW of een externe gebruiker), wordt de subsidie behouden. De subsidie wordt niet behouden in geval van overschakeling op tijdelijke werkloosheid (en wordt gedeeltelijk behouden in geval van gedeeltelijke tijdelijke werkloosheid). Wat moet men hier verstaan onder subsidie? Gaat het enkel om het leefloon dat de POD Maatschappelijke Integratie aan de OCMW's stort? Of gaat het ook om de financiële steun van Actiris aan het OCMW voor de uitvoering van de “arbeidsovereenkomsten artikel 60”?

- Nog steeds volgens de FAQ van Actiris is het behoud van de financiële bijdrage van de externe gebruikers (meestal tussen 850 en 1000 euro per maand) in geval van tijdelijke werkloosheid van de werknemers afhankelijk van de overeenkomsten tussen de gebruikers en de OCMW's. Als die bijdrage volgens de overeenkomst wordt behouden, is dat dan niet een potentiële bron van discriminatie tussen de werknemers artikel 60 en de andere werknemers van de gebruiker? Bestaat dan niet het risico dat er een zekere druk wordt uitgeoefend om de werknemers artikel 60 aan het werk te houden? Kan het Gewest geen manier vinden om ervoor te zorgen dat die bijdrage wordt kwijtgescholden ingeval de activiteit wordt stopgezet?

- Beschikt u over cijfers over het aantal werknemers artikel 60 die in tijdelijke werkloosheid zijn gesteld? Zo ja, kunt u ze dan meedelen?

- In geval van tijdelijke werkloosheid ontvangen de werknemers artikel 60 slechts 70% van hun loon. Aangezien die lonen al zeer laag zijn, kan het bedrag dat de werknemers die in tijdelijke werkloosheid zijn gesteld, ontvangen lager zijn dan het leefloon. Zou het Gewest, naar het voorbeeld van wat beslist is om de werknemers in de sector van de dienstencheques te steunen, geen financiële compensatie kunnen uitkeren om het loon van de werknemers artikel 60 op peil te houden?

Bepaald in artikel 18 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2019 betreffende de inschakelingsbetrekking zoals bedoeld in artikel 60, § 7, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
 
 
Antwoord    Wanneer de werknemer/werkneemster niet meer tewerkgesteld is in het kader van zijn/haar inschakelingsbetrekking omdat deze opgeschort is en hij/zij recht heeft op tijdelijke werkloosheid, is de subsidie die overeenstemt met de terugbetaling van het leefloon/equivalent leefloon niet verschuldigd.

Wat de premie van 350 euro betreft om “een deel van de kosten voor het centrum voor het administratieve en sociale beheer van de inschakelingsbetrekking” te dekken en voorzien in artikel 18 van het besluit van 23 mei 2019, moet gepreciseerd worden dat de subsidie aan de OCMW’s bepaald wordt door het jaarlijkse gemiddelde aantal betrekkingen artikel 60 per OCMW. Dit gegeven is afkomstig uit de gegevensstromen van de POD-MI betreffende de aanvragen tot terugbetaling die maandelijks ingediend worden door de Centra voor hun artikel 60-contracten voor het jaar N-1 (2019).

Deze administratieve stroom is gestandaardiseerd, beveiligd (GDPR) en afkomstig van een authentieke bron.

De opschorting van de inschakelingsbetrekking tijdens deze periode heeft dus geen gevolgen voor de betaling van de premie aan de OCMW’s in 2020, maar zou er evenwel wel kunnen hebben voor de berekening van de premie 2021.

Ik heb mijn akkoord gegeven, opdat de subsidies en de steun behouden zouden blijven, zelfs in geval van dienstvrijstelling van de werknemer tewerkgesteld via de inschakelingsbetrekking zoals bedoeld in artikel 60, §7.

Het besluit van 23 mei 2019 voorziet dat een externe gebruiker financieel bijdraagt aan de loonlast van de inschakelingsbetrekking (art. 8) met de mogelijkheid voor het OCMW om bepaalde gebruikers die expliciet genoemd worden in artikel 9, volledig of gedeeltelijk vrij te stellen.

Wanneer de externe gebruiker zijn activiteiten heeft stopgezet en zijn personeel in gedeeltelijke werkloosheid heeft gesteld, moeten het OCMW en de externe gebruiker de regels vaststellen met betrekking tot deze bijdrage tijdens de periode waarin de activiteiten worden stopgezet, en dat via een aanvulling van de overeenkomst die de partijen bindt.

De nieuwe modellen van overeenkomst voorzien met name dat
“elke wijziging van een van de voorwaarden van deze overeenkomst of de bijlagen ervan het voorwerp uitmaakt van een schriftelijke aanvulling van de overeenkomst, die door alle partijen wordt ondertekend en vooraf wordt goedgekeurd door het OCMW”.

Bovendien zal
“de partnerschapsovereenkomst opgezegd worden op initiatief van het OCMW, zonder dat er sprake kan zijn van een opzegperiode of schadevergoeding:

- wanneer de besluitvormingsorganen van het OCMW van mening zijn dat de in deze overeenkomst omschreven verbintenissen niet zijn nagekomen door de gebruiker;
- wanneer een wijziging van de wettelijke of financiële bepalingen de overeenkomst wezenlijk kan beïnvloeden;
- wanneer de gebruiker failliet wordt verklaard, of het voorwerp uitmaakt van een liquidatieprocedure of een andere soortgelijke procedure.”

Bijgevolg komt het het OCMW toe om een evaluatie uit te voeren en beslissingen te nemen die aangepast zijn aan de overeenkomsten dat het afsluit met de gebruikers/partners.

In dit stadium beschikken mijn diensten niet over cijfers met betrekking tot de tijdelijke werkloosheid.

Wanneer een persoon die in een inschakelingsbetrekking tewerkgesteld is, in tijdelijke werkloosheid wordt gesteld en zijn uitkering lager ligt dan het bedrag van het leefloon of het equivalent leefloon dat overeenstemt met hun categorie, moet het OCMW de sociale situatie van de persoon onderzoeken en, indien van toepassing, een toeslag op de sociale steun toekennen onder de vorm van een leefloon/equivalent leefloon, dat gerecupereerd kan worden bij de POD-MI.

Ik herinner u er echter aan dat wij ermee ingestemd hebben dat de subsidie behouden blijft, zelfs wanneer de werknemer tewerkgesteld in een inschakelingsbetrekking zoals bedoeld in artikel 60, §7 wordt vrijgesteld van dienst. Deze bepaling werd net verlengd tot en met 15 juni om de geleidelijke afbouw van de lockdown te begeleiden en de negatieve gevolgen ervan voor deze werknemers die vaak ver verwijderd van de arbeidsmarkt zijn, te beperken.