Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de omzetting van de ordonnantie omtrent digitale toegankelijkheid op gemeentelijk niveau.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 265)

 
Datum ontvangst: 22/04/2020 Datum publicatie: 22/06/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 22/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/05/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Enige tijd terug mocht ik u reeds ondervragen omtrent de digitale inclusie, en meer specifiek de stand van zaken betreffende de toepassing van de ordonnantie toegankelijkheid van 4 oktober 2018. Naar aanleiding van uw antwoorden stelde ik later ook een vraag aan Mevr. Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris bevoegd voor Gelijke Kansen.

Uit haar antwoord bleek echter dat er op gemeentelijk niveau nog heel wat werk is om websites en mobiele applicaties in regel te stellen met deze ordonnantie, hoewel de deadline daarvoor nadert (23/09/2020 voor websites, 26/06/2021 voor applicaties).

Ik citeer uit het antwoord van Mevr. Ben Hamou: “Betreffende het overzicht met de situatie voor alle gemeenten, is er geen enkele gemeente met een website die voldoet aan de digitale toegankelijkheidsnormen (WCAG 2.1 AA) en die de toegankelijkheidsverklaring verstrekt zoals bepaald in artikel 7 van de ordonnantie. Etterbeek verstrekt de verklaring maar voldoet aan de WCAC 1.0-norm en niet 2.1 AA. Zoals reeds vermeld, kregen enkel twee Brusselse gemeentebesturen het Anysurfer-label: de stad Brussel (WCAG 2.0 A) en Sint-Agatha-Berchem (WCAG 2.0 AA), maar dit label is minder veeleisend dan de richtlijn.”

Uit haar verdere antwoord blijkt eveneens dat equal.brussels hieromtrent meerdere opleidingen en coachingsessies organiseerde, maar dat enkele gemeenten hier niet present op tekenden. Ganshoren, Jette, Sint-Agatha-Berchem en Sint-Gillis stuurden hier immers geen enkele ambtenaar naartoe.

Voor de verdere opvolging hieromtrent werd in het antwoord naar u verwezen: “Met betrekking tot de aanduiding van een organisme voor de opvolging en de controle van de toegankelijkheid, lijkt de minister van Digitalisering ons de meest aangewezen persoon.”

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Op welke manier volgt u op of en hoe de Brusselse gemeenten zich in regel stellen met de ordonnantie omtrent digitale toegankelijkheid? Hoe monitort u hun voortuitgang hieromtrent? Welk structureel overleg bestaat er daaromtrent tussen uw administratie(s) en de betrokken gemeenten?

- Hebt u de vier gemeenten in kwestie aangesproken op hun afwezigheid tijdens de opleidings- en coachingsessies die plaatsvonden omtrent dit onderwerp? Zo ja, welke redenen haalden zij aan om hun afwezigheid te verantwoorden?

- Op welke manier zal u de gemeenten dwingen om zich tijdig in regel te stellen met deze ordonnantie? Welke maatregelen voorziet u in het geval zij niet willen meewerken of te veel vertraging zouden oplopen in deze kwestie?
 
 
Antwoord    Ik kan u meedelen dat noch het IT-departement van de GOB (Brussels ConnectIT), noch het CIBG betrokken zijn bij de uitvoering van de ordonnantie "digitale toegankelijkheid" in de gemeenten. Dit valt onder de bevoegdheid van de communicatiediensten van de gemeenten.

Aangezien mijn administraties deze opleidingen niet hebben georganiseerd of erbij betrokken zijn geweest, kunnen zij deze vragen niet beantwoorden. De vraag kan echter gesteld worden aan equal.brussels, die de sessies heeft georganiseerd.

Ik wijs u er ook op dat ik niet de bevoegdheid heb om de gemeenten ertoe te verplichten de ordonnantie “toegankelijkheid” ten uitvoer te leggen, noch maatregelen te nemen tegen de gemeenten die vertraging zouden oplopen of niet zouden willen samenwerken, aangezien deze materie buiten de reikwijdte van mijn gewestelijke toezichthoudende bevoegdheden over de plaatselijke besturen valt.