Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de geplande plaatsing van 300 elektrische laadpalen langs de Louizalaan en andere uitbreidingen van de laadinfrastructuur.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 304)

 
Datum ontvangst: 13/05/2020 Datum publicatie: 24/06/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 23/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
18/05/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Op donderdag 7 mei laatstleden maakte de Brusselse werkgeversorganisatie Beci bekend dat er tegen eind 2020 in totaal 300 nieuwe laadpalen voor elektrische wagens geïnstalleerd zullen worden langs de Louizalaan. Dat project, dat de naam ‘Electric Avenue’ meekreeg, won de juryprijs van de eerste editie van de ‘303030 City Climate Challenge’, dat door Beci werd georganiseerd met het oog op het terugdringen van de CO2-uitstoot in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De laadpalen worden geïnstalleerd op 300 private parkeerplaatsen en off-street. De palen komen er in de Louizalaan omdat het een gemengde buurt is op vlak van inwoners en bedrijven, met een hoge dichtheid en bereikbaarheid. Het potentieel voor gebruik is er dus groot: door bedrijven tijdens kantooruren en door bewoners de rest van de tijd. Het project zal worden uitgevoerd door BePark in samenwerking met Sibelga, Engie en Febiac.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- In welke mate hebben uw administraties reeds meegewerkt aan dit project en welke bijdragen zullen zij in de toekomst leveren? Kan u een meer specifieke timing geven wat betreft de plaatsing van deze laadpalen aan de Louizalaan en de verschillende fases waarin dit project zich zal ontplooien?

- Op welke manier zullen uw administraties ‘Electric Avenue’ verder opvolgen en evalueren? Welk structureel overleg organiseert u daaromtrent?

- Kan u bevestigen of er reeds andere (concrete) plannen op tafel liggen om de laadinfrastructuur uit te breiden op de grote Brusselse lanen of elders, al dan niet in samenwerking met andere privépartners? Zo ja, om welke projecten gaat het en welke timing en middelen worden daartoe voorzien?
 
 
Antwoord    1)

De vervoerssector is een belangrijke bron van luchtvervuiling in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en is verantwoordelijk voor het merendeel van de NOx-emissies, wat een groot gezondheidsprobleem vormt.

Naast de
modal shift is de motor shift (d.w.z. de verschuiving naar "zero emissie" voertuigen) een belangrijk middel om de luchtvervuiling in Brussel te verminderen. We werken in dat kader sinds enkele maanden aan een gewestelijke visie omtrent de ontwikkeling van een netwerk van laadpalen voor elektrische voertuigen in het BHG om zo de basis te leggen van een ambitieus beleid voor onze stad. Dit wordt binnenkort openbaar gemaakt.

Zoals u zich kunt voorstellen, zijn dergelijke particuliere initiatieven naast de belangrijke rol die de publieke sector speelt bij de planning van dit type wegennet, cruciaal voor de ontwikkeling van een netwerk van laadpalen in Brussel. Ik juich dit initiatief, dat op het juiste moment komt, dus toe, en dit om verschillende redenen.

Ten eerste, omdat het de elektrificatie van het wagenpark vergemakkelijkt, waardoor de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen en broeikasgassen wordt teruggedrongen. Ten tweede, omdat oplaadpunten buiten de openbare weg voorzien worden, waardoor de bezetting van de openbare ruimte door de privé-auto wordt beperkt en het dus mogelijk is om parkeerplaatsen te gebruiken voor andere doeleinden, zoals een voetgangers- en fietsinfrastructuur of een verblijfsfunctie, wat volledig in overeenstemming is met onze visie.

Om op uw vraag in te gaan, dit project wordt uitgevoerd door particuliere actoren. Leefmilieu Brussel heeft hier niet aan deelgenomen en ik kan u niet meer vertellen over de specifieke timing van dit initiatief.


2)

Aangezien Leefmilieu Brussel geen betrokken partij is, behoort het niet aan deze dienst toe om het initiatief op te volgen of te evalueren. Mijn kabinet en administratie hebben echter regelmatig contact met de meeste actoren die bij dit project betrokken zijn. Dit gebeurde onder meer via het uitgebreide overleg dat plaatsvond tijdens de uitwerking van de gewestelijke visie die in mijn vorig antwoord werd vermeld.

Aangezien we de belanghebbenden tijdens deze legislatuur nauw willen betrekken bij de ontwikkeling en implementatie van deze visie, mag u er zeker van zijn dat we tijdens toekomstige vergaderingen vaak de kans zullen hebben om deze (en vele andere) projecten te bespreken.

Naast de symbolische reikwijdte van dit initiatief, moeten we ook bekijken of dergelijke projecten elders in het Gewest kunnen overgenomen worden om de overgang naar "zero emissie” mobiliteit te vergemakkelijken.


3)

Zoals u weet, werd eind 2018 door de vorige minister van Mobiliteit een concessie verleend aan PitPoint voor de ontwikkeling van laadpalen op de openbare weg. Deze concessie wordt opgevolgd door Brussel Mobiliteit en voorziet in een basisnetwerk, dat momenteel wordt uitgerold, evenals de mogelijkheid voor burgers om de installatie van een laadpunt in de buurt van hun woning aan te vragen als ze geen privéparkeerplaats hebben. In het kader van onze algemene gewestelijke visie wordt ook nagedacht over de strategie na afloop van deze concessie. Wat de privé-initiatieven betreft, hebben we talrijke ontmoetingen gehad met verschillende Brusselse actoren (zoals Comeos, BECI, d'Ieteren, enz.) die weliswaar belangstelling hebben getoond voor elektrische mobiliteit maar nog nadenken over het soort projecten dat ze zouden kunnen ontwikkelen in het Brussels Gewest. We willen vanzelfsprekend via een gewestelijke visie een duidelijke koers uitstippelen waardoor veel van hun vragen zouden moeten beantwoord worden.