Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de basis waarop de toegankelijkheid tot de compensatiepremie voor Brusselse ondernemingen en zelfstandigen wordt bepaald.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 139)

 
Datum ontvangst: 15/05/2020 Datum publicatie: 17/07/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 16/07/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
05/06/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In de verschillende Gewesten van ons land zijn ook verschillende voorwaarden in voege wat betreft de toegankelijkheid tot de verschillende compensatiepremies waarop ondernemingen en zelfstandigen kunnen rekenen in het licht van de coronacrisis.

Zo wordt in Vlaanderen bijvoorbeeld voor de compensatiepremie van 3.000 euro gekeken naar de inkomsten van 2019, terwijl men in Brussel de concrete modaliteiten van de premie van 2.000 euro nog niet bekend maakte. Het aanvragen van deze premie, die naar schatting zo’n 50.000 Brusselse zelfstandigen en ondernemingen ten goede zou komen, is pas voor begin juni voorzien.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Kan u de exacte modaliteiten en toekenningsvoorwaarden van deze compensatiepremie reeds verder duiden? Welke NACE-sectoren zullen onder deze voorwaarden vallen?

- Kan u in het bijzonder duiden welk fiscaal jaar/welke fiscale jaren in rekening gebracht zullen worden bij het al dan niet toekennen van deze premie? Op basis van welke parameters werd deze beslissing genomen?

- Hebt u reeds overleg gehad met Vlaanderen om de modaliteiten zoveel mogelijk gelijk te laten lopen om geen verwarring te creëren onder de ondernemers?
 
 
Antwoord    Gelieve alle voorwaarden en modaliteiten voor de toekenning van de compensatiepremie van 2000 EUR te willen vinden in het Bijzondere machtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/030 betreffende de steun aan ondernemingen die een terugval van hun activiteit ondergaan als gevolg van de gezondheidscrisis COVID−19.

Wat de vaststelling van de criteria betreft, verwijs ik eveneens naar de verslagen van de zittingen van de commissies van 06 en 27 mei 2020 die specifiek waren gewijd aan de economische gevolgen van de crisis en de maatregelen die werden genomen om deze aan te pakken.