Schriftelijke vraag betreffende de werkgroep waterarmoede, samenstelling en stand van de werkzaamheden.
- Indiener(s)
- Françoise De Smedt
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 361)
| Datum ontvangst: 19/06/2020 | Datum publicatie: 11/08/2020 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 19/20 | Datum antwoord: 04/08/2020 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 22/06/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | In de commissie werd herhaaldelijk verwezen naar een werkgroep voor het bestrijden van waterarmoede te Brussel, de opvolger van een soortgelijke werkgroep tijdens de vorige zittingsperiode. De kwestie van de waterarmoede is inderdaad van fundamenteel belang voor de Brusselaars en naar wij hebben begrepen zal de uitkomst ervan niet alleen bepalend zijn voor een nieuw tariefstelsel voor water (met het hele debat over progressieve of lineaire tarifering), maar ook voor de invoering van een status van "beschermde klant", en dus voor de overheidsfinanciering die Vivaqua nodig heeft om dit tariefstelsel te kunnen toepassen. Graag een antwoord op volgende vragen: 1) Wat waren de resultaten van de werkgroep waterarmoede in de vorige zittingsperiode? Kan u ons de einddocumenten toesturen die door deze werkgroep werden opgesteld? 2) Wie vormt de huidige werkgroep voor waterarmoede? Welke instellingen vertegenwoordigen deze personen en wie heeft ze geselecteerd? 3) Hoe vaak komen deze mensen uit de werkgroepen bijeen? 4) Wat zijn de verschillende kwesties waar u aan werkt? 5) Hoe staat het met het denkwerk over een toekomstige tariefmethodologie? Gaat u in de richting van een lineair tarief voor iedereen? Zo ja, aan welke prijs per m³ water? Zou dit eveneens gelden voor de bedrijven? Wat zouden de criteria zijn voor toegang tot de status van "beschermde klant" en wat zouden hun rechten en plichten zijn? Welke financiering is het Gewest voornemens te geven aan Vivaqua in de komende jaren? |
| Antwoord | Er wordt verwezen naar het antwoord nr. 360 aan mevrouw De Bock. |