Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de voortschrijdende chalarose van de essen in het Zoniënwoud.

Indiener(s)
Ariane de Lobkowicz
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 362)

 
Datum ontvangst: 13/06/2020 Datum publicatie: 11/08/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 27/07/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
22/06/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Naar schatting maken beukenbomen ongeveer 65% uit van de bomen van het Gewestelijk Zoniënwoud, het beroemde kathedraalbeukenbos.

Wegens de opwarming van de aarde wordt echter aangenomen dat deze boom geen oplossing meer biedt voor de toekomst. Het is heel goed mogelijk dat deze aanplanting tegen 2100 geen zin meer heeft.

Uw diensten zijn zich terdege bewust van deze situatie en werken aan een betere diversiteit van het bos.

In deze context kan het aanplanten van essenbomen een interessante optie zijn om te overwegen.

Maar helaas dreigt ook de es, een loofboom die zeer aanwezig is in België, vandaag uit onze bossen te verdwijnen, ten prooi aan een ziekte die onlangs in Europa is opgedoken: chalarose. Deze ziekte, die haar oorsprong vindt in het Oosten, is te wijten aan een schimmel en gaat in Europa onverbiddelijk vooruit.

Chalarose is een ziekte die wordt veroorzaakt door een microscopische schimmel, Chalara fraxinea (aseksuele vorm) of Hymenoscyphus fraxineus (seksuele vorm). Deze zeer virulente schimmel komt via het blad en de kroon in de es. Chalarose treft zowel jonge als volwassen bomen.

Chalarose werd voor het eerst ontdekt in Polen in het begin van de jaren negentig. Daarna ging het naar het westen, en in 2010 bereikte het België. Vandaag de dag wordt een zeer groot deel van het Europese grondgebied getroffen.

Mijn vraag is dus hoe het staat met de aanplanting en het beheer van deze boom in het Zoniënwoud?

Hoeveel exemplaren staan er? Hoeveel zijn er getroffen door de ziekte? Worden deze onmiddellijk en systematisch omgehakt?

Zijn er aanplantingen van jonge essen? Wat is hun gezondheidstoestand?

Wordt onder deze omstandigheden deze soort opgegeven of wordt hij integendeel nog steeds gebruikt voor nieuwe aanplantingen?
 
 
Antwoord    Het Zoniënwoud telt enkele natuurlijke essenbestanden. Deze bestanden zijn van superieure kwaliteit en zijn aangeduid als zaadbestanden vanwege hun superieure fenotype. Ze zijn het resultaat van natuurlijke regeneratie. In het Zoniënwoud zijn er dus geen bestanden die aangeplant werden met zaailingen uit kwekerijen.

In het Zoniënwoud wordt de oppervlakte die de es inneemt, op enkele hectaren geschat. De soort is ook sporadisch aanwezig in de rest van het bos, voornamelijk gemengd met de eik.

De schimmel is in alle bestanden aanwezig, maar het aantal bomen dat door chalara fraxinea is aangetast, is niet geïnventariseerd.

Er zijn geen aanplantingen van essen in het Brusselse deel van het massief.

Deze soort wordt niet opgegeven. Leefmilieu Brussel bevordert de natuurlijke regeneratie van deze soort en komt niet tussenbeide voor bomen die door chalara fraxinea zijn aangetast, tenzij het exemplaar een probleem voor de veiligheid vertoont.