Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de invloed van de coronacrisis op het gebruik van het openbaar vervoer in Brussel

Indiener(s)
Ariane de Lobkowicz
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 489)

 
Datum ontvangst: 02/07/2020 Datum publicatie: 21/09/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 18/09/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/07/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    La Libre Belgique bericht dat het autogebruik nog nooit zo hoog was als na de Covid-19-periode. Dat blijkt uit de recentste barometer van Vias, het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid, dat de vervoersgewoonten van de Belgen heeft vergeleken met de periode vóór de lockdown. Volgens journalist Arnaud Farr tekent zich in het Brussels Gewest één duidelijke trend af: de Brusselaars hebben het openbaar vervoer massaal links laten liggen ten voordele van de auto en, in mindere mate, van de fiets en andere actieve vervoersmodi. 57% van de Belgen is bang om na de lockdown weer het openbaar vervoer te gebruiken.

Heeft de MIVB dezelfde vaststelling gedaan?

Op hoeveel raamt de MIVB de daling van het gebruik van het openbaar vervoer op het moment dat u deze schriftelijke vraag ontvangt?

Op hoeveel wordt de financiële impact daarvan op de MIVB geraamd?
 
 
Antwoord    Er waren twee vertekeningen in de door VIAS gepresenteerde cijfers. In de eerste plaats is het een situatie die sterk achterhaald is in de tijd. Dit onderzoek werd uitgevoerd in de week van 11 mei, de eerste week na de lockdown. Aan de andere kant trekt de studie conclusies voor Brussel op basis van een steekproef (170 personen) die veel te klein is om als nauwkeurige streekproef te dienen.

De MIVB baseert zich op haar eigen cijfers om de impact van de coronacrisis te evalueren op het gebruik van het openbaar vervoer (tram, bus en metro).Sinds het begin van de coronacrisis gebeurt een wekelijkse analyse. Die gebeurt op basis van een referentieniveau waarbij we de derde week van de maand februari als referentie nemen. Op basis van deze KPI kon de MIVB inderdaad een verminderd reizigersaantal op haar openbaar vervoer vaststellen in vergelijking met de periode vóór corona.

Deze situatie is te wijten aan meerdere factoren: aan de daling van de verplaatsingen in het algemeen (de quarantaine, de homeworking, de sluiting van scholen en hun gedeeltelijke heropening, aankopen online i.p.v. in winkels, minder uitgaan/activiteiten, enz.) maar ook door een verschuiving naar andere vervoerswijzen (in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hoofdzakelijk auto en fiets).

Uit een studie opgemaakt door Delloite in juli blijkt dat 43% van de Belgen van plan is om in de komende maanden minder gebruik te maken van het openbaar vervoer om het risico van verspreiding van Covid-19 te vermijden (op 3.000 ondervraagde personen, cijfers gepubliceerd op 16 juli, Deloitte Global). Het vertrouwenscijfer is hoger dan dat van Duitsland (46%) en zeer, zeer veel hoger dan dat van bijvoorbeeld Spanje (64%) of Italië (68%). Het Belgische vertrouwen is dan ook vrij goed in vergelijking met andere Europeanen. De MIVB kan hier trots op zijn.

Eind maart lag het aantal reizigers op 10 à 15%, terwijl eind juni/begin juli het aantal op +/- 50% van het gebruikelijke aantal reizigers lag (= referentieniveau februari), dat was het hoogste aantal sinds het begin van de coronacrisis. De weken van 06/07 en 13/07 was dat aantal terug gedaald tot 45%. De week van 20/07 lag het aantal reizigers in de week iets hoger dan 40% van het referentieniveau van voor de crisis. We moeten erop wijzen dat we sowieso in de twee zomermaanden een daling van 30% van het aantal reizigers optekenen ten opzichte van de rest van het jaar. In 2020 is het verschil tussen de vakantieperiode en de periode vóór de vakantie minder groot, het zal ongeveer 15 à 20% bedragen.
De MIVB volgt de reizigersaantallen nauwgezet op. Ze stelt eveneens vast, via het UITP, dat wereldwijd andere openbaarvervoersmaatschappijen hetzelfde fenomeen meemaken. Op internationale schaal bevindt de MIVB zich in de middenmoot en volgt ze gelijkaardige tendensen.
Het is duidelijk dat er een financiële impact zal zijn door de daling van de inkomsten en andere bijkomende kosten (schoonmaken, individuele beschermingsmiddelen,…) maar het is te vroeg om dit te kunnen becijferen. De MIVB moet dit op langere termijn bekijken, wat op dit moment niet mogelijk is want de MIVB weet ook niet hoelang deze crisis nog zal aanslepen. Om u een idee te geven van grootte van impact waarover we het hebben: we spreken over een inkomstenverlies van tientallen miljoenen euro’s per maand.