Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende doelgroepen van de sociale verhuurkantoren (SVK’s).

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 256)

 
Datum ontvangst: 06/07/2020 Datum publicatie: 19/10/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 23/09/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
25/08/2020 Ontvankelijk p.m.
23/09/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    In haar memorandum in het kader van de regionale verkiezingen van 26 mei 2019 stelt de Federatie van de Sociale Verhuurkantoren (FEDSVK) dat het wettelijk kader een incoherentie bevat in de omschrijving van de doelgroepen van de SVK’s. Artikel 2, § 2, van de Brusselse Huisvestingscode bepaalt dat de door de SVK’s te huur gestelde woningen dienen te worden beschouwd als bescheiden huurwoningen. Volgens de FEDSVK is dat 'onzin', in zoverre de opdracht van de SVK’s er in principe in bestaat woningen te verhuren aan gezinnen die voldoen aan de toelatingsvoorwaarden voor een sociale woning. De wetgeving voorziet weliswaar in een uitzondering op dat principe, in die zin dat een SVK tot een derde van zijn huurwoningen mag verhuren aan gezinnen met een bescheiden inkomen (een netto belastbaar inkomen tussen 100% en 150% van het maximum voor toelating tot de sociale huisvesting), maar het merendeel van de 23 Brusselse SVK’s zou volgens de FEDSVK zeer zelden gebruikmaken van die afwijking. Om het duidelijk te stellen zouden de SVK’s zich bij voorrang richten tot kwetsbare doelgroepen die vergelijkbaar zijn met die van de sociale huisvesting. Bijgevolg is de FEDSVK van oordeel dat artikel 2, § 2, van de Huisvestingscode zou moeten worden gewijzigd om de via de SVK’s verhuurde woningen in te delen in de categorie van de sociale huurwoningen en niet langer in de categorie van de bescheiden huurwoningen.

In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen:

Welk percentage van de SVK-huurders beschikt, volgens de laatste beschikbare statistieken, thans over een inkomen dat onder het maximum voor de sociale huisvesting ligt? Kunt u voor elk van de 23 Brusselse SVK’s ook meedelen welk aandeel van de huurders voldoet aan de toegangsvoorwaarden voor de sociale huisvesting en welk aandeel van de huurders over een inkomen beschikt dat het maximum voor toegang tot de sociale huisvesting (met maximum 50%) overschrijdt?

Welk percentage van de gezinnen die op de wachtlijsten van de SVK’s staan, beschikt volgens de gegevens waarover u beschikt, thans over een inkomen dat lager is dan het maximum voor toegang tot de sociale huisvesting? Kunt u tevens een tabel bezorgen met, voor elk van de 23 SVK’s, het aandeel kandidaat-huurders die voldoen aan de toegangsvoorwaarden voor de sociale huisvesting en het aandeel kandidaat-huurders wier het inkomen het maximum voor toegang tot de sociale huisvesting (met maximum 50%) overschrijdt?

Bent u het eens met de analyse van de FEDSVK dat de SVK-regeling niet langer hoeft te worden opgevat als een instrument voor een beleid inzake bescheiden woningen, maar wel als een instrument voor een beleid inzake sociale huisvesting? Zo ja, heeft de gewestregering een voorontwerp van ordonnantie tot wijziging van de Huisvestingscode uitgewerkt of werkt ze daar thans aan om de door de SVK’s te huur gestelde woningen in te delen in de categorie van de sociale huurwoningen?
 
 
Antwoord    Ik wil erop wijzen dat de momenteel beschikbare cijfers nog niet voor de hele sector geconsolideerd zijn, aangezien deze cijfers komen van 17 van de 23 erkende Sociale Verhuurkantoren (SVK’s) en de cijfers van de verschillende SVK’s niet 100% vergelijkbaar zijn.

Redelijkerwijze kan echter worden aangenomen dat de huurders van de SVK’s met een inkomen onder het toelatingsplafond voor een sociale woning gemiddeld 95% uitmaken, en dat dit percentage nog hoger ligt voor de kandidaat-huurders.

In bijlage vindt u een document met het percentage huurders en het percentage kandidaat-huurders van de Brusselse SVK's, die al dan niet in aanmerking komen voor een sociale woning.

Zoals blijkt uit deze data, zijn de SVK’s momenteel de facto reeds een instrument ten behoeve van een sociaal woonbeleid.

In 2021 zal een proces ter evaluatie en eventuele herziening van de diverse uitvoeringsbesluiten die betrekking hebben op de sociale verhuurkantoren worden opgestart. Indien uit deze oefening zou blijken de door FEDSVK voorgestelde wijziging van de Brusselse Huisvestingscode een concrete meerwaarde kan hebben voor de dagelijkse werking van de SVK’s, kan een aanpassing worden overwogen.