Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het Europees cyberbeveiligingscentrum.

Indiener(s)
Aurélie Czekalski
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 344)

 
Datum ontvangst: 14/09/2020 Datum publicatie: 29/10/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 22/10/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/09/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De Europese Commissie besliste twee jaar geleden tot de oprichting van een Europees cyberbeveiligingscentrum. Vanaf 2021 zou dit centrum moeten worden beheerd door nationale toezichtinstanties, met financiering uit Europese onderzoeksfondsen.

Maar volgens verschillende berichten in de media komt dit centrum niet in ons land. Toch bieden wij veel voordelen, zoals de nabijheid van de Europese instellingen, de synergie met de NAVO en de academische kennis van cybersecurity en cryptografie.

Ze wegen echter niet op tegen de nadelen. Die zijn voornamelijk te wijten aan de telecomnetwerken en in het bijzonder 5G. Maar ook aan de versnippering van de bevoegdheden en de vertraging die ons land heeft opgelopen bij de omzetting van de Europese wetgeving inzake cyberbeveiliging, wat ook een nadeel is, zodat het voor de nieuwe organisatie bijna onmogelijk is om naar ons land te komen.

De andere kandidaat-landen voor dit centrum zijn Luxemburg, Roemenië, Spanje en Ierland.

Graag een antwoord op volgende vragen:

- Wat is het standpunt van de regering ten aanzien van het herbergen van het Europees cyberbeveiligingscentrum?

- Hebben contacten over dit onderwerp plaatsgevonden tussen de Brusselse regering en de Europese Commissie?

- Wat zijn de voor- en nadelen van het herbergen van het Europees cyberbeveiligingscentrum?

- Hoe staat het met de omzetting van de Europese wetgeving inzake cyberbeveiliging?

o Waarom heeft die nog niet plaatsgevonden?
 
 
Antwoord    De Regering verleent haar volle steun en draagt bij aan de kandidatuur van België als gastland voor het toekomstig European Cybersecurity Industrial, Technology and Research Competence Centre. De belangstelling van de Belgische Staat als kandidaat-gastland voor deze nieuwe instelling werd officieel bekendgemaakt aan de Europese instellingen op 4 juni jongstleden. Ik verwijs hiervoor naar de toelichting die Minister Clerfayt ter zake verstrekte in antwoord op de schriftelijke vraag nr. 346 van uw collega, Mevrouw Van Achter.

Het Duitse Voorzitterschap van de Unie legde onlangs een nota voor die de selectieprocedure voor de hoofdzetel van het centrum uiteenzet. Hieruit blijkt dat de volledige kandidatuurdossiers uiterlijk tegen 30 oktober bij het Secretariaat-Generaal van de Raad moeten toekomen. Het Gewest werkt zo actief als mogelijk samen met de federale overheid bij de samenstelling van dit dossier, die al
meerdere maanden loopt onder coördinatie van de FOD Buitenlandse Zaken en reeds uitmondde in een eerste bid book in juli dit jaar.

Ik deel uw pessimisme niet over de kansen van Brussel om de zetel van het toekomstige centrum in de wacht te slepen. In tegendeel ik ben ervan overtuigd dat het Gewest over alle troeven beschikt om bij de top-kandidaturen te horen, ondanks het feit dat er veel dossier
s worden verwacht. Wij beschikken inderdaad over de nodige capaciteit en ervaring voor het onthaal van dit soort instellingen (ideale ligging met goede internationale verbindingen, performante netwerken en IT-hulpbronnen e.d.) maar ook van hun personeel (internationale scholen, kwalitatief hoogstaande gezondheidszorg en sociale zekerheid e.d.) en hun talrijke bezoekers. We moeten alleen hopen dat de voordelen van onze kandidatuur volstaan om de meerderheid van de stemmen van de 27 Lidstaten te verwerven die in de Raad van Europa zijn vertegenwoordigd, aangezien deze het laatste woord heeft.

De permanente vertegenwoordiging van België bij de EU, en daarmee ook onze Brusselse delegatie, volg dit dossier van zeer nabij op en staat in regelmatig contact met de diensten van de Commissie. Bovendien heeft de Regering zoals reeds vermeld in het antwoord op schriftelijke vraag nr. 346 in een schrijven van begin juni gericht aan de Voorzitster van de Europese Commissie en aan de bevoegde Commissaris dhr. Breton de verbintenissen van de Brusselse Regering ten gunste van deze kandidatuur bekrachtigd.

Het dossier biedt interessante mogelijkheden voor rechtstreekse tewerkstelling en verhoging van de expertisecapaciteit maar ook voor de uitbouw van een ecosysteem van ondernemingen in verband met cyberveiligheid in ons Gewest. Als gaststad voor deze nieuwe instelling zal er bovendien toe bijdragen dat het internationaal statuut van Brussel sterker wordt als Hoofdstad van de Europese Unie waar vandaag al 38 organisaties van de EU zijn gevestigd.

Vandaag wacht geen enkele Europese wetgeving inzake cyberveiligheid nog op omzetting in gewestelijke wetgeving. Als u verwijst naar de gemeenschappelijke toolbox van maatregelen die de Europese Commissie heeft goedgekeurd om de beveiligingsrisico's in verband met de uitrol van 5G te beperken, dan moet ik u meegeven dat de uitvoering hiervan een exclusieve bevoegdheid is van de federale overheid.