Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de straatmarkeringen zone 30

Indiener(s)
Els Rochette
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 546)

 
Datum ontvangst: 14/09/2020 Datum publicatie: 11/11/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 22/10/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/09/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De Stad Brussel heeft nieuwe markeringen op de weg aangebracht die de zone 30 moeten aanduiden op de grote assen binnen de Vijfhoek. Het gaat om een geel patroon dat op straat wordt gemarkeerd. Ook in Elsene wordt op verschillende plaatsen een zone 30 aangeduid op straat, in het wit. Op de Boondaalsesteenweg is er nog een andere markering met veel kleur te zien. Het is niet duidelijk wie die creatieve markering heeft aangebracht.

Vanaf 2021 moet er een veralgemeende zone 30 in werking treden in heel het Gewest. De 19 gemeenten mogen uitzonderingen aanvragen bij het Gewest, maar het is duidelijk: de invoering zone 30 komt eraan.

De manier om een chauffeur te signaleren dat hij zich in een zone 30 begeeft of bevindt, is geen detail. Voor one.brussels gebeurt dat best op een uniforme manier in het hele Gewest. De regels moeten meteen duidelijk zijn dankzij een verzorgd en helder leesbaar straatbeeld.

Het gaat niet alleen om bewustmaking. Uiteraard zullen er ook straten moeten worden aangepast/heringericht en is handhaving noodzakelijk.

Mijn vragen:

- Om de zone 30 in te voeren in 2021, zullen er verschillende maatregelen worden genomen. Maken straatmarkeringen daar deel van uit? Indien ja, werkt u aan een uniforme markering op het grondgebied van het Gewest? Het Gewest heeft bijvoorbeeld een PBM (Personen met Beperkte Mobiliteit)-vademecum met o.a. richtlijnen voor de aanleg van voetgangersoversteekplaatsen. Er is ook een fietsvademecum. Komen er ook richtlijnen voor straatmarkeringen ivm zone 30? Overlegt u hierover met de Brusselse gemeenten?

- Hoe monitort u de verschillende straatmarkeringen ivm zone 30 die de Brusselse gemeenten invoeren? Hoe stuurt u bij?
 
 
Antwoord    De herkenbaarheid van signalisatie en andere maatregelen over het hele Gewest is natuurlijk belangrijk. Om de inrichtingen te uniformiseren, heeft mijn administratie het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW) de opdracht gegeven een catalogus met aanbevelingen op te stellen voor inrichtingen die de snelheid van 30 km/u in het kader van de Stad 30 ondersteunen.

In het verleden werden door de verschillende beheerders bij de invoering van zones 30 maatregelen genomen die aanzienlijk kunnen variëren (van het louter plaatsen van verkeersborden tot het heraanleggen van de hele zone), met als gevolg een beperkte leesbaarheid en dus een kleinere impact. Het Gewest zal tal van aanbevelingen voor de “goede inrichting van de plaatsen” ter beschikking stellen van de beheerders in de vorm van technische fiches.

Deze aanbevelingen, van markeringen op chicanes tot vertragingsinrichtingen, enz., moeten snel kunnen worden ingevoerd, zonder ingrijpende investeringen en zonder dat er een stedenbouwkundige vergunning dient te worden aangevraagd.

Gemeenten zoals Elsene, Schaarbeek en Jette, die een zekere ervaring hebben met de invoering van zones 30, maken deel uit van het begeleidingscomité van de zones 30, waardoor concrete voorbeelden kunnen worden gegeven.

Gemeenten als Brussel Stad hebben inderdaad specifieke markeringen aangebracht om de toegang tot een bepaald zone (bvb. de Vijfhoek) te markeren. Deze markeringen worden getest en zullen door de gemeente worden geëvalueerd.

Het nut van markeringen als herinnering voor verstrooide bestuurders kan nodig blijken, of zelfs noodzakelijk zijn in bepaalde gevallen.

Vanuit dit standpunt is het duidelijk dat de uniformisering van de markeringen, die verstaanbaar moeten zijn en een duidelijke boodschap moeten meegeven, verkiesbaar is als men het verhoopte resultaat wil bereiken.

Daarentegen moet men te allen koste een moeilijker begrip van de markeringen en inrichtingen vermijden, en moet men bijzondere aandacht besteden aan voetgangers met visuele of cognitieve beperkingen voor wie het lezen van welbepaalde markeringen ingewikkelder zou kunnen worden.