Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het opzetten van een strategie ter bestrijding van racisme en discriminatie en de oprichting van een migratiemuseum.

Indiener(s)
Latifa Aït Baala
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 300)

 
Datum ontvangst: 06/07/2020 Datum publicatie: 24/11/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 09/11/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/09/2020 Ontvankelijk p.m.
09/11/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    In haar jaarverslag 2019 "werken aan een gelijkere samenleving voor iedereen" blikt Unia terug op de hoogtepunten van het jaar.

Het jaarlijkse aantal meldingen en dossiers dat Unia ontvangt, is de afgelopen jaren voortdurend gestegen. In 2019 is het aantal meldingen nogmaals toegenomen. Unia registreerde 8.478 meldingen van discriminatie, van haatberichten en -misdrijven, vergeleken met 7.489 in 2018. Dit betekent een stijging van 13,2%. In vijf jaar tijd is het aantal meldingen bijna verdubbeld.

Op basis van deze verslagen werden 2.343 nieuwe dossiers geopend, 6,9% meer dan in 2018. Het hoogste aantal gevallen op alle gebieden betrof de zogenaamde "raciale" criteria. Deze rapporten vertegenwoordigen maar liefst 35,9%, gevolgd door handicaps 23,2%, religieuze of filosofische overtuigingen 12,7% en de rijkdom 6,3%.

Deze trend lijkt zich in 2020 voort te zetten. De meer recente gebeurtenissen tonen aan hoe uiterst gevoelig kwesties in verband met racisme en discriminatie in ons land, maar ook in de rest van de wereld, liggen. De vreselijke omstandigheden van de dood van George Floyd in de Verenigde Staten, wiens beelden de wereld hebben geschokt, hebben woorden en daden losgemaakt. De wereld wordt geconfronteerd met een golf van burgerprotesten die de uitroeiing van racisme in al zijn vormen eisen. België en ons Brussels Hoofdstedelijk Gewest mogen niet achterblijven.

In de gewestelijke beleidsverklaring stelt de regering onder meer dat zij de strijd tegen discriminatie centraal stelt in een beleid van gelijke rechten dat elke Brusselaar de voorwaarden voor zijn of haar emancipatie veiligstelt. Het Gewest heeft echter geen concrete maatregelen genomen in de strijd tegen racisme en discriminatie.

De statistieken laten zien dat Unia steeds meer meldingen van discriminatie, haatberichten en ‑misdrijven registreert. Er is een stijging van 13,2% tussen 2018 en 2019. Daarom zouden we graag meer informatie over deze cijfers willen hebben:

- Hebt u meer precieze informatie over ons Gewest? Zo ja, wat is dan het exacte aantal meldingen voor dergelijke feiten in ons Gewest in 2018 en 2019?

- Volgens Unia werden 2.343 nieuwe zaken geopend, 6,9% meer dan in 2018. Hoeveel klachten werden er ingediend en hoeveel dossiers werden er in ons Gewest geopend als gevolg van discriminatie, haatberichten en -delicten? Welk gevolg werd daarnaast aan deze klachten/dossiers gegeven en welke maatregelen werden daarvoor genomen?

- Unia stelt dat het grootste aantal dossiers betrekking heeft op zogenaamde "raciale" criteria. Deze meldingen vertegenwoordigen maar liefst 35,9% in onze staat. Maar wat zijn de exacte cijfers voor ons Gewest? Heeft u de cijfers voor “rassendiscriminatie” naar geslacht? Wat zijn uw perspectieven om discriminatie op basis van de zogenaamde “raciale” criteria te bestrijden?

Tijdens de ministerraad van 25 juni 2020 heeft de Brusselse regering beslist om een strategie ter bestrijding van racisme op te zetten en een werkgroep op te richten die zich moet buigen over de dekolonisatie van de Brusselse openbare ruimte en de contouren moet schetsen van een gezamenlijk initiatief voor een migratiemuseum.

Graag een antwoord op volgende vragen:

- Kan u de inhoud van de besprekingen in detail uitleggen en duidelijk aangeven welke beslissingen ter zake werden genomen tijdens de Ministerraad van 25 juni?

- Kan u ons zeggen welke strategie u hanteert ter bestrijding van racisme? Kan u uw programma en uw aanpak duidelijk uitleggen? Bovendien, wanneer zal het worden uitgevoerd? En welke instanties worden daarvoor ingeschakeld?

- Beslist werd om een werkgroep op te richten die als belangrijkste taak zal hebben om de contouren van een gezamenlijk initiatief voor een migratiemuseum op te stellen. Hoe ziet deze werkgroep eruit en wat zijn de precieze taken? Kan u ons de exacte samenstelling van deze werkgroep geven? Hoever staat u met het proces? Is deze groep operationeel? Zo ja, hoe wordt haar werk dan concreet vormgegeven met de regering?

- Wat heeft u in het kader van het gezamenlijke initiatief van het Migratiemuseum al ondernomen? Hoever bent u precies? Wat is het voorziene budget voor de oprichting van dit museum? Welke operatoren zijn betrokken bij dit project? Wordt in de geplande structuur een ruimte voorzien voor het maatschappelijk middenveld? Zo ja, op welke manier?
 
 
Antwoord    Het rapport van Unia en de gevraagde verduidelijkingen over de Brusselse cijfers betreffende de meldingen van discriminatie, haatboodschappen en haatgedrag zijn als bijlage toegevoegd en zullen bij aanvang van de volgende commissie gelijke kansen in het Brussels Parlement, die zal plaatsvinden op 27 oktober om tien uur, worden voorgesteld.

Tijdens deze commissie zal Unia haar jaarrapport aan het Parlement voorstellen en de cijfers toelichten die in de bijlage meegedeeld zijn.

Wat betreft de maatregelen die de Regering neemt ter bestrijding van racisme en discriminatie:

Vanaf het begin van de legislatuur zijn er ontmoetingen georganiseerd met de verenigingswereld.

Ook de werkzaamheden voor het opstellen van het nieuwe racismebestrijdingsplan werden aangevat. De eerste fase is de evaluatie van het huidige plan. Deze evaluatie zal worden voorgesteld in het kader van de ‘Assises contre le racisme’ die het Brussels Parlement vanaf november 2020 zal organiseren. Het opstellen van een racismebestrijdingsplan is in dit tijdperk onontbeerlijk. In het kader van dit proces wordt overleg gepleegd met de institutionele, politieke en administratieve partners en met de partners uit het middenveld, om ervoor te zorgen dat de maatregelen in het plan rekening houden met de dringende behoeften op het terrein en met de realiteit in Brussel.

Er zal nauwlettend op worden toegezien dat elke groep die te lijden heeft onder racisme gehoord wordt en betrokken wordt bij het opstellen van het plan.

Het moet een grootschalig plan worden. Het zal van toepassing zijn van 2021 tot 2024 of zelfs uitgebreid worden zodat het gedurende de volledige legislatuur van toepassing is en dit om acties op middellange termijn te kunnen opzetten en de impact ervan te kunnen beoordelen.

Elke gewestelijke bevoegdheid kan te maken krijgen met discriminatie omwille van zogenaamde raciale criteria. Het zal dus een transversaal actieplan worden, met een waaier van acties die verband houden met alle gewestelijke bevoegdheden, waardoor het fenomeen op structurele wijze kan worden aangepakt.

Twintig jaar na de Wereldconferentie tegen racisme, die plaatsvond in Durban in 2001, staat België voorts ook op het punt een interfederaal actieplan tegen racisme aan te nemen en het Gewest neemt momenteel actief deel aan de besprekingen en de werkzaamheden van de Interministeriële conferentie tegen racisme, met daarin de deelgebieden en het federale niveau.

De gewestelijke en interfederale plannen mogen niet de enige instrumenten zijn die gebruikt worden om racisme en discriminatie op een effectieve manier te bestrijden. Gezien de omvang die het fenomeen momenteel aanneemt, worden er wel degelijk ook andere instrumenten ingezet. Een daarvan is het subsidiebeleid. De thematische projectoproepen die zich richten tot de verenigingssector. Dit zijn fundamentele instrumenten om projecten te ondersteunen die gevoerd worden door deskundigen en die tegemoetkomen aan de behoeften en de realiteit op het terrein.

Zo werd eind 2019 overigens een projectoproep uitgeschreven die specifiek gericht was op acties ter bestrijding van racisme in aanloop naar 21 maart 2020. In het kader daarvan werden 42 projecten ingediend door verenigingen, waarvan er 26 geselecteerd werden.

Projectoproepen zijn ook een fundamentele tool om continu in dialoog te blijven met de verenigingen die tegen racisme strijden en voor gelijke kansen ijveren in het Gewest.

Naast deze projectoproepen is ook de wetgeving een onontbeerlijke tool om racisme te bestrijden. Het Gewest spreekt al jaren over een kaderordonnantie inzake antidiscriminatie die de wetgeving van alle gewestelijke bevoegdheden zou moeten harmoniseren. U moet weten dat er in dit verband onlangs codificatiewerkzaamheden van start zijn gegaan.

In het verlengde van de versterking van de wetgeving moet er een groot aantal maatregelen worden genomen, namelijk:
- er moet meer worden ingezet op het melden van racisme/discriminatiegevallen;
- de drempel voor de toegang tot hulpverlenings- en politiediensten moet worden verlaag;
- de rapportering moet ook worden aangescherpt. Hiertoe werd in het bijzonder ook een ontmoeting met bepaalde leidinggevenden bij de politie georganiseerd. Deze laatsten zetten zich, in samenwerking met de verenigingssector, actief in om ervoor te zorgen dat er meer uitvoerig gerapporteerd wordt aan de politiediensten.

Uiteraard moet sanctionering voorafgegaan worden door preventie en sensibilisering. Daarom zal in 2021 een campagne tegen racisme gelanceerd worden. Deze campagne moet de Brusselaars informeren, sensibiliseren en oproepen om actief mee te werken aan de bestrijding van racisme en om de Brusselse etnisch-culturele diversiteit te valoriseren en te promoten door hen te vragen stereotypen te helpen doorbreken en zo discriminatie te voorkomen. In het kader van deze campagne zullen projectoproepen worden uitgeschreven om verenigingen die actief zijn in dit domein de kans te geven eraan mee te werken.

Wat het punt op de agenda van de ministerraad van 25 juni jongstleden betreft, kan ik u melden dat dit niet meer kon worden besproken.

De kwestie van de dekolonisatie van de openbare ruimte zal meer bepaald worden behandeld door een werkgroep opgericht door de staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed.

Het project ‘Migratiemuseum’ wordt momenteel besproken door de minister-president en experts uit de verenigings- en academische wereld.

Voor meer gedetailleerde informatie dient u met hen contact op te nemen.