Schriftelijke vraag betreffende de gronden in het Gewest die niet kunnen worden gebruikt als gevolg van vervuiling.
- Indiener(s)
- Geoffroy Coomans de Brachène
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 499)
| Datum ontvangst: 24/09/2020 | Datum publicatie: 16/12/2020 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 04/11/2020 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 01/10/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | De beschikbare gronden worden steeds schaarser in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en dit geldt vooral voor voormalige industrieterreinen die sterk vervuild zijn door activiteiten die in het verleden zijn uitgeoefend. Het Gewest is al tussengekomen door bepaalde kosten op zich te nemen, met name voor voormalige tankstations voor de distributie van aardolieproducten. Vandaag denkt men aan het terrein van Schaarbeek-Vorming, een belangrijke grondreserve die tot voor kort werd ingenomen door de spoorwegrails en het wagenpark van de NMBS. De vraag betreft het aantal terreinen of gebouwen dat saneringswerken rechtvaardigt om ze beschikbaar te stellen voor bedrijven of woningbouw. Men zou een onderscheid kunnen maken tussen: - nog vervuilde haventerreinen; - terreinen en gebouwen die deel uitmaken van het erfgoed van Citydev en die gesaneerd moeten worden; - nog niet gesaneerde voormalige uitbatingen voor de verdeling van brandstof; - andere terreinen waarvan is vastgesteld dat ze moeten worden gesaneerd. Zou het mogelijk zijn om mij de volgende informatie te verstrekken: 1. Beschikt het Gewest over een volledig overzicht van de vervuilde terreinen waarvoor elke bestemming voor activiteiten uitgesloten is? Zo ja, zou het mogelijk zijn om dit te verstrekken alsook de grootte van elk van die terreinen? 2. Is er een "saneringsbudget" op het niveau van het Gewest, de Haven en/of Citydev? 3. Is er een saneringsschema vastgesteld voor de komende jaren? 4. Is de site van Schaarbeek-Vorming onderhevig aan een sanering die door Infrabel moet worden uitgevoerd? |
| Antwoord | 1/ Noch Leefmilieu Brussel, noch de Haven van Brussel, noch Citydev zijn op de hoogte van verontreinigde terreinen in Brussel die niet kunnen worden toegewezen aan een activiteit. Wanneer een terrein gedurende een bepaalde periode niet kan worden gebruikt, is dat simpelweg omdat het in afwachting is van een vergunning, wordt bestudeerd of gesaneerd, of omdat de eigenaar niet geïnteresseerd is in de verkoop van het terrein. Bodemverontreiniging vormt op geen enkele wijze een belemmering voor de herbestemming van terreinen. Temeer daar sinds 2017, na de wijziging van de gewestelijke wetgeving betreffende verontreinigde bodems, de verplichtingen aanzienlijk werden versoepeld, de administratieve procedures sterk werden vereenvoudigd en de financiële steun werd verdrievoudigd. Sinds enkele jaren kan worden vastgesteld dat de bodemsanering systematisch wordt geïntegreerd in de projectplanning. Bijgevolg is er geen gewestelijk kadaster van verontreinigde terreinen die niet aan activiteiten kunnen worden toegewezen. 2/ Elke openbare operator heeft zijn eigen "saneringsbudget" en dit budget varieert van jaar tot jaar, afhankelijk van zijn eigen projecten. Dit is het geval voor de Haven van Brussel, Citydev, de BGHM, de MSI, enz. Leefmilieu Brussel voorziet elk jaar zelf een "saneringsbudget” voor haar inrichtingsprojecten van parken, speeltuinen, het blauwe netwerk, enz. Daarnaast heeft Leefmilieu Brussel ook een zogenaamd publiek behandelingsprogramma om de openbare operatoren van het Gewest te ondersteunen. Leefmilieu Brussel heeft aldus bodemonderzoeken uitgevoerd op de terreinen van de stations Brussel-West en Schaarbeek Vorming om de MSI en Citydev te helpen bij de onderhandelingen over de aankoop van deze terreinen met Infrabel. Het publiek behandelingsprogramma van Leefmilieu Brussel wordt momenteel door mijn kabinet geanalyseerd met het oog op de eventuele verduurzaming ervan en de toepassing ervan op andere terreinen die van strategisch belang zijn voor het Gewest. 3/ Openbare operatoren saneren hun terreinen volgens hun projectplanning. Zo heeft de Haven van Brussel haar concessieprojecten op het havendomein over meerdere jaren gepland in functie van de eisen van de klanten en de termijnen van de huidige concessies. De Haven bestudeert en behandelt, indien nodig, weesvervuilingen (d.w.z. vervuilingen waarvan de auteur niet bekend is) om de nieuwe concessiehouder een terrein ter beschikking te kunnen stellen dat voldoet aan de regelgeving. Hetzelfde geldt voor Citydev, die in het kader van haar vastgoedprojecten een sanering voorziet. De sanering maakt dus integraal deel uit van de geplande projecten. 4/ Infrabel heeft reeds studies uitgevoerd in het kader de toekomstige verkoop van het terrein. Zoals hierboven uitgelegd, heeft Leefmilieu Brussel diepgaandere bodemonderzoeken uitgevoerd om Citydev (toekomstige koper van het terrein) te helpen om de waarde van het terrein beter te kunnen schatten. De sanering van dit terrein zal afhangen van het project dat in de toekomst op het terrein zal worden uitgevoerd. Aangezien er op dit moment geen project bekend is, is het onmogelijk om de omvang van de op dit terrein uit te voeren sanering in te schatten. |