Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de cijfers voor 2019 voor het kappen en snoeien van bomen in het Brussels Gewest met het oog op een goede doorstroming van het openbaar vervoer.

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 589)

 
Datum ontvangst: 05/10/2020 Datum publicatie: 05/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 24/11/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
19/10/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Het Brussels Gewest moet bomen omhakken om een vlotte doorstroming van zijn openbaar vervoer veilig te stellen. In totaal werden daarvoor 421 bomen geveld tussen 2014 en 2018.

- Kan u ons meedelen hoeveel bomen in het Brussels Gewest werden gekapt om de trams te laten passeren of om te zorgen voor een vlottere doorstroming van het openbaar vervoer in 2019? Vindt u dit cijfer bemoedigend?

- Waar heeft die houtkap plaatsgevonden? Heeft u een overzicht?

- Welke maatregelen neemt u ter compensatie daarvan?

- Hoe bepaalt u of het nodig is een boom te kappen?
 
 
Antwoord    Er staan 32.000 bomen op de regionale wegen. Het kappen van bomen om specifiek het hoofd te bieden aan een betere doorstroming van het openbaar vervoer, is een zeer uitzonderlijke situatie.

In 2019 kreeg de MIVB een bouwvergunning voor de herinrichting van het kruispunt van de Jachtlaan en zijn omgeving (Pirmez-Jachtlaan). Aan de nieuwe haltezone werd een boom geveld. Op het einde van de werf, die nog lopende is, worden daar drie nieuwe bomen geplant.

In het kader van de herinrichting van het Marie-José-plein moest geen enkele boom worden gekapt, maar zijn er integendeel verschillende bomen en aanplantingen voorzien.


In het algemeen is het mogelijk om bomen die zijn verwijderd te herplanten door ze verder uit elkaar te planten.

Wanneer dit niet mogelijk is, is het altijd wenselijk om nieuwe bomen in de buurt te kunnen herplanten.

De MIVB voorziet bij het ontwerp van haar projecten meestal om het aantal bomen te verhogen ten opzichte van de bestaande situatie (zoals bijvoorbeeld in het geval van de herinrichting van de Waterleidingsstraat in Sint-Gillis, die momenteel bezig is).

Bovendien integreert de MIVB nu, in overeenstemming met het door de regering goedgekeurde Waterplan, in het ontwerp van haar werken voorzieningen die de infiltratie van regenwater en het vasthouden ervan zoveel mogelijk bevorderen. Dat gebeurt door het aantal aanplantingen te verhogen (zoals bijvoorbeeld in het project voor de heraanleg van de Wayezstraat of de Neerstallestraat.

In een aantal situaties bevinden zich echter vaak oude aanplantingen in de nabijheid van de tramsporen en lopen de wortels van deze bomen onder in de sporen. Het is dus mogelijk dat in de toekomst tramspoorvernieuwingen worden gebruikt om oude bomenrijen die te dicht bij de sporen liggen te vernieuwen, zodat bij toekomstige infrastructuurwerken geen wortelschade wordt aangericht.

Voordat zich dergelijke situaties voordoen, wordt alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat bij de gebruikte technieken de wortels zoveel mogelijk worden behouden. Hiervoor wordt momenteel een referentiedocument opgesteld tussen de MIVB en Brussel Mobiliteit.


In de praktijk houdt het noodzakelijk kappen van bomen voor het openbaar vervoer meestal verband met werkzaamheden om haltes toegankelijk te maken voor personen met een beperkte mobiliteit.

De problemen worden opgelost volgens de door de regering goedgekeurde methodologische nota "Bomen en haltes". Daarin worden de normen vastgesteld die moeten worden nageleefd om de veilige doorgang van personen met beperkte mobiliteit op de perrons en de te respecteren afstanden voor het planten van bomen te waarborgen.