Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de facilitator Duurzame Gebouwen van Leefmilieu Brussel

Indiener(s)
Aurélie Czekalski
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 521)

 
Datum ontvangst: 05/10/2020 Datum publicatie: 05/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 01/12/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
19/10/2020 Ontvankelijk p.m.
01/12/2020 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    De Facilitator Duurzame Gebouwen biedt hulp en begeleiding aan professionelen uit de bouwsector (bouwheer, ontwerper, beheerder, technisch verantwoordelijke, installateur of onderneming), mede-eigenaars (van meer dan 6 wooneenheden) en syndici van gebouwen en bestaat sinds 2005.

Met de Facilitator Duurzame Gebouwen krijgen zij gratis multidisciplinaire hulp van onafhankelijke deskundigen die hen in elke projectfase bijstaan op alle gebieden van duurzaam bouwen.

Staat u mij toe u de volgende vragen te stellen:

- Hoeveel verzoeken om hulp en begeleiding worden elk jaar aan de Facilitator Duurzame Gebouwen van Leefmilieu Brussel gericht?

o Neemt dat aantal toe of af?
o Wat zijn de redenen hiervoor?

- Welke mogelijkheden worden binnen de Brusselse regering onderzocht om deze dienst bekend te maken en de zichtbaarheid ervan te vergroten?

- Hoeveel personen werken er bij deze dienst?

o Wat is het statuut/de graad van de betrokken personen?
o Wat is de verhouding mannen-vrouwen?
o Wat is het percentage Nederlandstaligen en Franstaligen?
o Hoeveel personen met beperkte mobiliteit maken deel uit van deze dienst van de Facilitator Duurzame Gebouwen van Leefmilieu Brussel?
o Wat is het aandeel van statutaire en contractuele ambtenaren?
o Worden er ook uitzendkrachten aangeworven? Zo ja, hoeveel?
o Hoeveel aanwervingen zijn er gepland voor het einde van 2020?

- Welk percentage van professionelen uit de bouwsector, mede-eigenaars en syndici van gebouwen richt elk jaar een verzoek om hulp en begeleiding aan de Facilitator Duurzame Gebouwen van Leefmilieu Brussel?

o Hoe wordt dit verklaard?

- Welke communicatie vindt plaats over deze hulp- en begeleidingsdienst van de Facilitator Duurzame Gebouwen van Leefmilieu Brussel?
 
 
Antwoord    1/

Het aantal verzoeken om ondersteuning is sinds 2016 relatief stabiel. In 2010 ontving de Facilitator Duurzame Gebouwen (FDG) minder dan 1.000 aanvragen. Momenteel ontvangt de FDG gemiddeld 3.500 aanvragen per jaar.

Jaar

Aantal aanvragen

2016

3315

2017

3636

2018

3454

2019

3485

2020 (tot 1 oktober)

2325



Het jaar 2020 werd vanaf maart sterk beïnvloed door COVID-19. Veel professionele activiteiten zijn gereduceerd en daarmee ook het aantal aanvragen bij de FDG (-20%).

Los van de gezondheidscrisis in 2020 waren de jaren 2019, 2018, 2017 en 2016 echter relatief stabiel.


2/

De strategie om de milieu-impact van de bestaande gebouwen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2030-2050 te verminderen, wil de FDG in de komende jaren versterken en uitbouwen om een geïntegreerde faciliteringsdienst aan te bieden aan alle professionals en beheerders van gebouwen in hun proces van verbetering van de energie-efficiëntie en duurzame renovatie van hun patrimonium. Het is dus de bedoeling om de doelsectoren van de FDG actief te benaderen en de communicatie te verbeteren, met name via de partners van Leefmilieu Brussel (Brusselse overheden en federaties die de sector vertegenwoordigen), maar ook rechtstreeks de mede-eigenaars van gebouwen.

De FDG zal dus rechtstreeks worden betrokken bij de communicatie over de Reductiestrategie van het Gewest, wat de bekendheid ervan aanzienlijk zal vergroten.


3/

De FDG bestaat uit een overheidsopdracht die om de vier jaar wordt vernieuwd. De technische eisen die in het bestek gesteld worden, zijn immers gevarieerd en complex. Bovendien kan de administratie niet op dezelfde manier op de hoogte blijven van de technische en technologische vooruitgang als externe studiebureaus die dagelijks begeleiding bieden en advies verstrekken.

De administratie heeft daarom de strategische keuze gemaakt om voor dit soort opdrachten een beroep te doen op externe diensten. Toch is het nuttig eraan te herinneren dat dienstverleners die via overheidsopdrachten gekozen worden, verplicht zijn zich neutraal en onafhankelijk op te stellen ten opzichte van professionele aanvragers.

Deze overheidsopdracht is ook goedgekeurd door de regering in juni 2020.

Wat het personeel van de FDG betreft: dit bestaat voornamelijk uit ingenieurs en architecten. De verdeling tussen de geslachten is 45% vrouwen en 55% mannen. Vanwege de aard van de opdracht van de FDG (overheidsopdracht) wordt de dienstverleners gevraagd tweetalig te zijn om een correcte opvolging van de aanvragen te kunnen garanderen.

In de opdracht worden geen specifieke eisen gesteld betreffende het aandeel personen met beperkte mobiliteit.

De vragen met betrekking tot aanwervingen en het aantal ambtenaren zijn niet van toepassing op deze opdracht. Om de coördinatie van deze overheidsopdracht binnen de administratie te verzekeren, is echter 1 VTE vereist.


4/

De FDG richt zich tot professionelen uit de bouwsector (bouwheer, ontwerper, beheerder, technisch verantwoordelijke, installateur of onderneming), mede-eigenaars (van meer dan zes wooneenheden) en beheerders van gebouwen.

Architecten en studiebureaus nemen iets minder dan 50% van de aanvragen voor hun rekening. Op de tweede plaats komen de sector van de mede-eigendommen (13%) en de overheidsbesturen van het Gewest (zie bijlage voor een meer volledige weergave). De bovenstaande percentages zijn gebaseerd op een gemiddelde van de laatste jaren.

Dit overwicht van de studie- en architectenbureaus hangt vooral samen met de ambitie van het Gewest op het vlak van de energieprestaties van gebouwen. De wens van het Gewest om tot een performant gebouwenbestand te komen, zet de ‘klanten’ van deze bureaus ertoe aan om steeds hogere eisen te stellen aan de prestaties van hun gebouwen. Daarbij komen nog de milieubezorgdheden op het vlak van duurzaam bouwen en circulariteit, waarvoor ook professioneel advies nodig is.

Dezelfde verklaring kan worden gegeven voor de overheid. Daarnaast willen veel overheden ook een voorbeeld stellen op deze gebieden (energie, duurzaamheid, circulariteit).

De aanwezigheid van mede-eigendommen in deze top 3 kan worden verklaard door hun grote aantal in het Brussels Gewest, maar ook door de wens van Leefmilieu Brussel om de projectdragers (met name in deze sector) te helpen de obstakels te overwinnen die inherent zijn aan deze situatie en om actie te ondernemen op het vlak van de renovatie en de verbetering van hun vastgoedpatrimonium.


5/

Op dit moment wordt er indirect gecommuniceerd om de FDG te promoten. Leefmilieu Brussel heeft ervoor gekozen om rechtstreeks samen te werken met zijn externe partners om de diensten van de facilitator te promoten (WTCB, CBB-H, Ecobuild, HUB, URBAN, Citydev, de federaties van de verschillende sectoren (NEMS, UFS, ARIB, BIV, enz.). Dit maakt het mogelijk om de communicatie optimaal te richten op de professionele actoren, via hun eigen kanalen. Daarnaast zijn er natuurlijk de klassieke communicatiekanalen van Leefmilieu Brussel, zoals de website, de sociale media en diverse nieuwsbrieven.

Met de ontwikkeling van de strategie om de milieu-impact van de bestaande gebouwen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2030-2050 te verminderen, zal de communicatie moeten worden versterkt om de bekendheid van de FDG verder te verbeteren. Deze reflectie is momenteel aan de gang binnen Leefmilieu Brussel en zal in 2021 worden uitgevoerd.