Schriftelijke vraag betreffende het aantal woninginbraken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 400)
Datum ontvangst: 21/10/2020 | Datum publicatie: 15/12/2020 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 15/12/2020 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
04/11/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Op dinsdag 20 oktober laatstleden, tijdens de nationale week tegen woninginbraken, maakte verzekeraar AG Insurance bekend dat er in ons land tijdens de afgelopen lockdownperiode, van maart tot eind mei, nog half zoveel werd ingebroken als tijdens dezelfde periode vorig jaar. In maart en april ging het concreet om een daling van 53%. Volgens de verzekeraar is die drastische daling logisch, aangezien iedereen toen de facto moest thuisblijven. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel: - Hebt u zicht op het aantal woninginbraken die dit jaar tot dusver geregistreerd werden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (opgesplitst per gemeente)? Kan u deze cijfers vergelijken met dezelfde periode (en het totale aantal woninginbraken) van vorig jaar? Hoe evalueert u deze evolutie? - Kan u duiden of er ook in ons Gewest sprake is van een dergelijk ‘corona-effect’? Kan u dit nader toelichten? - Welk beleid voert u omtrent het terugdringen van het aantal woninginbraken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? In hoeverre wordt daaromtrent samengewerkt en structureel overlegd met Brussel Preventie en Veiligheid en de verschillende politiezones? - Welke concrete sensibiliserings- of veiligheidsacties hebt u reeds gevoerd omtrent deze problematiek sinds de start van de legislatuur? Kan u deze nader toelichten, alsook de middelen die hiervoor telkens voorzien werden? |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antwoord | Brussel Preventie en Veiligheid heeft geen rechtstreekse toegang tot de cijfers van de verschillende lokale politiediensten en de federale politie. Het is dus op basis van een rapport dat door de analysediensten van de federale politie van de Directeur-Coördinator van Brussel is opgesteld dat u elementen van antwoorden kunnen worden verstrekt. Door de cijfers van de eerste 6 maanden van 2019 te vergelijken met die van 2020, stellen de analysediensten van de federale politie van de Directeur-Coördinator van Brussel een gemiddelde daling van 37% vast voor het hele Gewest. Ze merken op dat deze daling uitgesprokener is voor appartementen (-43%) dan voor huizen (‑24%). De lockdown gedurende de periode van de Covid-19 heeft waarschijnlijk een impact over de daling van de feiten niet tegenwoordig over een grondig studie van deze vaststelling. Er bestaat een heel positieve evolutie: een gemiddelde daling van 37% voor het Gewest. Daling overal, in elke gemeente, van -7% (Schaarbeek) tot -68% (Sint-Joost-ten-Node). In die twee periodes vertegenwoordigen de pogingen 37% van het totaal (geen evolutie op het vlak van het aantal pogingen vergeleken met het aantal voltooide feiten). De daling (tussen de periodes januari-juni 2019 en januari-juni 2020) is globaal gezien (op het niveau van het Gewest) groter voor de appartementen (-43%) dan voor de huizen (-24%). Welk beleid voert u omtrent het terugdringen van het aantal woninginbraken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? In hoeverre wordt daaromtrent samengewerkt en structureel overlegd met Brussel Preventie en Veiligheid en de verschillende politiezones? Welke concrete sensibiliserings- of veiligheidsacties hebt u reeds gevoerd omtrent deze problematiek sinds de start van de legislatuur? Kan u deze nader toelichten, alsook de middelen die hiervoor telkens voorzien werden? Brussel Preventie en Veiligheid (BPV) ondersteunt de Brusselse gemeenten via het Brussels Preventie- en Buurtplan (2016-2020), een belangrijk onderdeel van het Globaal Veiligheids- en Preventieplan. In dit kader voeren verschillende gemeenten specifieke projecten of acties uit die gericht zijn op het voorkomen en bestrijden van woninginbraken. Om dit fenomeen in te dijken, gaat het onder meer om projecten voor een zichtbare aanwezigheid in de openbare ruimte; de verspreiding van informatie aan het doelpubliek, met name via preventie- en sensibiliseringscampagnes; steun voor de toekenning van premies om woningen veiliger te maken; of om projecten voor techno-preventie, met inbegrip van interventies en monitoring van dit fenomeen door de diefstalpreventieadviseurs van de gemeentelijke preventiediensten (DPA), enz. Naast het ontradende aspect van de zichtbare en geruststellende aanwezigheid in de openbare ruimte, die in alle Brusselse gemeenten veralgemeend wordt, gaat het dus met name om de volgende projecten:
Bovendien ondersteunt Brussel Preventie en Veiligheid (BPV) de Brusselse politiezones via een subsidie van 3 miljoen euro per jaar voor de uitvoering van specifieke maatregelen van het Globaal Veiligheids- en Preventieplan. Maatregel 5.1 beoogt in het bijzonder de ontwikkeling van een geïntegreerde aanpak van inbraken en maatregel 5.2 de ontwikkeling van een zichtbare en ontradende aanwezigheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit gebeurt met name door middel van zichtbare aanwezigheid, woningtoezicht, techno-preventie, voorlichting en bewustmaking, enz. Deze subsidie is gekoppeld aan een verplichting om aan BPV verslag uit te brengen over de uitgevoerde acties wat zich vertaalt in de volgende cijfers: (gegevens 2019 – deze gegevens verschillen naar gelang van de realiteit van elke zone).
|