Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het gebrek aan zichtbaarheid van de netwerken van De Lijn en TEC voor de Brusselaars.

Indiener(s)
Ingrid Parmentier
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 644)

 
Datum ontvangst: 12/11/2020 Datum publicatie: 18/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 05/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
18/11/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Ons Gewest heeft het geluk over een uitstekend openbaarvervoernetwerk te beschikken. De aanwezigheid van 4 verschillende maatschappijen maakt het gebruik ervan echter niet eenvoudiger, een probleem dat ons allen bekend is en dat men probeert te verhelpen door de tariefintegratie en met name de ontwikkeling van MAAS.

Ik vraag u hier naar één specifiek punt: het gebrek aan zichtbaarheid van de netwerken van De Lijn en TEC voor de Brusselaars.

Afgezien van de tariefbarrière, waardoor veel Brusselaars alleen de MIVB gebruiken, waarvoor ze al een abonnement of een ander vervoersbewijs hebben gekocht, is het niet eenvoudig om te weten waar de bussen van De Lijn en TEC langskomen.

Ik ben geen frequente gebruikster van deze lijnen, maar in mijn laatste pogingen heb ik het volgende vastgesteld:
- Bij de bushalte worden alleen de doorkomsttijden van de bus bij de betreffende halte en de eindbestemming aangegeven. Er is geen vermelding van de tussenstops of de afgelegde route.
- Als er een MIVB-bushokje aanwezig is en over een netwerkkaart beschikt, zijn de buslijnen en haltes van TEC en De Lijn daarin opgenomen, maar alleen op het grondgebied van ons Gewest. Eenmaal daarbuiten, is het onbekend terrein...
- De gebruiker met een smartphone kan de ontbrekende informatie waarschijnlijk wel vinden, maar niet iedereen heeft een smartphone en dit moedigt het gebruik van deze lijnen niet aan.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

- Is dit probleem van de zichtbaarheid van de netwerken van TEC en De Lijn voor de Brusselaars al aan bod gekomen?

- Zijn er maatregelen of denkwerk aan de gang om dit te verhelpen?
 
 
Antwoord    Aangezien de lijnen van De Lijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geconcentreerd zijn op een beperkt aantal hoofd-invalsassen, worden de meeste haltes, naast de frequente bediening door de MIVB, ook door meerdere lijnen van De Lijn bediend. Aangezien de ruimte aan de haltes beperkt is, zijn we meestal genoodzaakt te werken met doortochttabellen die inderdaad enkel de doortochttijd, lijnnummer en eindbestemming weergeven.

De specifieke haltes van De Lijn of TEC zijn gebaseerd op de normen die momenteel voor elke operator gelden.

De overzichtskaart van de netwerken geeft inderdaad het traject van de lijnen weer van de drie OV-operatoren binnen de MTB-zone. Ook hier speelt het aspect van de beperkte ruimte.

Binnen de GEN-structuur is er een GEN werkgroep plaats actief die werkt rond haltes en stationsomgevingen. Binnen deze GEN-werkgroep kan er mogelijks gewerkt worden door de vier OV- operatoren aan een verdere optimalisering in het kader van het bovenvermelde.

Los hiervan blijft uiteraard ook de digitalisering van de informatieverstrekking belangrijk en dit in toenemende mate.