Schriftelijke vraag betreffende de dringende steun aan huishoudhulpen die werken in het kader van het dienstenchequesysteem en die getroffen zijn door de tweede golf van het coronavirus.
- Indiener(s)
- Francis Dagrin
- aan
- Bernard Clerfayt, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 517)
Datum ontvangst: 13/11/2020 | Datum publicatie: 21/01/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 15/12/2020 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
27/11/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Vanaf het begin van de eerste golf van COVID hadden we gevraagd om de huishoudhulpen die met dienstencheques werken te helpen, die plotseling tijdelijk werkloos waren. Veel klanten/gebruikers hebben er immers voor gekozen om de hulp van hun huishoudhulp uit te stellen. Vandaag de dag geeft de sector een soortgelijke evolutie aan voor sommigen van hen. Wij hopen dat de Brusselse regering minstens dezelfde steun zal toekennen als tijdens de eerste golf, die 2,5 euro per werkloos uur bedroeg. Deze maatregel is essentieel in het geval van tijdelijke werkloosheid, aangezien zij slechts 70% van hun schamele loon ontvangen. Zijn er plannen om een aanvulling op de werkloosheidsuitkeringen voor huishoudhulpen toe te kennen? Met welke termijnen en welke procedures? |
Antwoord | Wat de dienstencheques betreft, laat de tweede COVID-19-golf zich vooral voelen in het Waalse Gewest, en in mindere mate in het Vlaamse Gewest. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hebben we sinds augustus meer dan 90% activiteit in vergelijking met dezelfde maand van het vorige jaar. Ondanks alles heb ik, om bij een sterke daling van de activiteiten snel te kunnen reageren, door de Regering het principe laten goedkeuren dat, wanneer de dienstencheque-activiteiten met minstens 30% verminderen, er opnieuw steun zou kunnen worden geboden aan zowel de huishoudhulpen als aan de dienstenchequebedrijven. |