Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het RPA Kazernes.

Indiener(s)
Petya Obolensky
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 451)

 
Datum ontvangst: 27/11/2020 Datum publicatie: 02/02/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 26/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/12/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De Brusselse regering heeft een eerste RPA aangenomen, het RPA Kazernes. In dit verband constateren wij enerzijds een gebrek aan controle op de procedures. Na de goedkeuring door de regering in tweede lezing heeft zelfs geen debat in het Parlement plaatsgevonden. Anderzijds kennen wij nog steeds niet het precieze aantal overheidswoningen, en meer bepaald sociale woningen.

Daarom heb ik de volgende vragen:

- Wat houdt dit project in detail in?

- Hoeveel woningen komen er? Hoe ziet de verdeling eruit (huur-, koopwoningen, sociale woningen, middelgrote woningen, studentenwoningen, enz.)? Wat is de totale kostprijs van de woningen? Wat zal de huurprijs zijn voor elke categorie woningen?

- Wat zijn de totale kosten van het project RPA Kazerne?

- Wanneer wordt dit RPA bekendgemaakt?
 
 
Antwoord    Voor de details van het RPA en het aantal voorziene woningen, verwijs ik u naar de heer Rudi Vervoort, minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.


Wat de verdeling van de woningen betreft:

Volgens bouwcapaciteitsstudies voor de woonzone die momenteel aan de gang zijn, deelt de BGHM mij mee dat het aantal gezinswoningen (BGHM en Citydev) dat gebouwd zal kunnen worden, zal schommelen tussen 127 en 157 wooneenheden. Momenteel is het voorkeursscenario het meest minimalistische op het gebied van aantal gezinswoningen, namelijk ongeveer 127 wooneenheden (ongeveer 84 sociale huurwoningen voor rekening van de BGHM en 43 koopwoningen voor middeninkomens voor rekening van Citydev).

Om zo spoedig mogelijk te kunnen starten met de bouw van een deel van de gezinswoningen, is al een eerste fase van het project van start gegaan via de publicatie van een aankondiging van opdracht. Het betreft de renovatie van 3 bestaande gebouwen, de zogenaamde Clos des Mariés. Deze operatie zou in totaal zorgen voor een eerste productie van gezinswoningen van zo’n 33 sociale woningen. Deze zullen als volgt verdeeld worden, ingevolge het verzoek van de toekomstige beheerder om een meerderheid van grote woningen (3 slaapkamers en meer) te creëren:
- 14 appartementen met 1 slaapkamer, waarvan 2 aangepast voor “PBM’s”;
- 4 appartementen met 2 slaapkamers;
- 5 appartementen met 3 slaapkamers;
- 5 appartementen met 4 slaapkamers;
- 3 appartementen met 5 slaapkamers;
- 1 appartement met 6 slaapkamers;
- 1 appartement met 7 slaapkamers.


Wat de rest van de operatie (nieuwe gebouwen) betreft, zijn op basis van het verwachte scenario ook ramingen gemaakt voor het toekomstige BGHM-gedeelte. Op het gebied van de programmering, zou de BGHM ook de ontwikkeling van ongeveer 65 sociale woningen kunnen voorzien. Deze woningen zouden als volgt kunnen worden opgesplitst:
- 5 studioappartementen;
- 19 appartementen met 1 slaapkamer, waarvan 2 aangepast voor “PBM’s”;
- 11 appartementen met 2 slaapkamers, waarvan 2 aangepast voor “PBM’s”; 
- 10 appartementen met 3 slaapkamers;
- 10 appartementen met 4 slaapkamers;
- 6 appartementen met 5 slaapkamers;
- 3 appartementen met 6 slaapkamers;
- 1 appartement met 7 slaapkamers.

De totale kostprijs van de operatie Clos des Mariés (33 woningen), inclusief de kosten van de grond, wordt geraamd op 9.221.950,64 euro. Op de geraamde kostprijs van de operatie wordt een subsidiepercentage van 50% toegepast in het kader van de Alliantie Wonen, ten gunste van de OVM BinHôme; het resterende bedrag wordt door de BGHM gefinancierd in de vorm van terugvorderbare voorschotten. De eenheidsprijs bedraagt 1368,5€/m² bovengrondse bruto-oppervlakte, inclusief omgeving, exclusief honoraria, exclusief nutsleidingen, exclusief diverse belastingen (BTW…) en met inbegrip van de ambities van het project, in het bijzonder op het vlak van circulaire economie en de verwachte lage milieu-impact.

De kostprijs van de rest van de operatie met betrekking tot sociale woningen is nog niet geraamd.


Wat de koopwoningen voor middeninkomens betreft, verwijs ik u naar de minister-president.

U weet ongetwijfeld dat de daadwerkelijk betaalde huurprijzen in de sociale huisvestingssector doorgaans worden begrensd in functie van het inkomen van de sociale huurder. Het is dus niet mogelijk u vandaag de reële huurprijzen mee te delen, aangezien wij de identiteit van de toekomstige huurders nog niet kennen.


Ook met betrekking tot de berekening van de basishuurprijs voor huisvesting, kunnen wij u vandaag evenmin het bedrag meedelen, en wel om twee redenen:
- De basishuurprijzen zullen hoofdzakelijk afhangen van de kostprijs van de woningen. Deze kostprijs kan nog veranderen in functie van onvoorziene omstandigheden tijdens het project;
- De OVM’s nemen het initiatief en stellen huurprijzen voor.

Het is vervolgens de rol van de BGHM om de door de OVM's voorgestelde huurprijzen goed te keuren.

Voor de sociale woningen, zal de BGHM moeten nagaan of de door de OVM voorgestelde basishuurprijzen in overeenstemming zijn met de regels (artikel 57§§3 en 5 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996).


Wat de kostprijs van het ontwerp van RPA kazernes betreft, verwijs ik u naar de minister-president.

Tot slot werd het Richtplan van aanleg (RPA) betreffende de voormalige kazernes van Elsene op 19 november 2020 definitief goedgekeurd door de Brusselse regering. Dit RPA is in werking getreden 15 dagen na bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad (op 28/12/2020).