Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende uitrol van slimme verkeerslichten in Brussel.

Indiener(s)
Marc Loewenstein
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 703)

 
Datum ontvangst: 18/12/2020 Datum publicatie: 26/02/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 19/02/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/01/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Eind 2016 heeft uw voorganger de uitrol aangekondigd van een verkeerslichtenplan om de 17 grote verkeersassen van het Gewest uit te rusten met slimme verkeerslichten.

De achterliggende doelstelling is de doorstroming van het autoverkeer en het openbaar vervoer te verbeteren, waardoor de reistijden wordt ingekort, de luchtkwaliteit en de verkeersveiligheid worden verbeterd, maar ook het voetgangers- en fietsersverkeer wordt gestimuleerd. Die verkeerslichten beschikken immers over artificiële intelligentie en kunnen rechtstreeks bewegingen detecteren en daar automatisch op reageren. Ze kunnen bijvoorbeeld langer groen blijven bij grote verkeersdrukte, het verkeer omleiden bij een ongeval of wegenwerken door andere wegmarkeringen te verlichten enz. Volgens Agoria, de federatie van de technologische industrie, zou het Gewest bovendien door al zijn kruispunten uit te rusten met slimme verkeerslichten, de verkeersopstoppingen met 30% kunnen verminderen en aldus voor een nog vlottere verkeersdoorstroming kunnen zorgen. Ten slotte moet de steeds toenemende ontwikkeling van artificiële intelligentie het mogelijk maken om in de toekomst steeds performantere slimme verkeerslichten uit te rollen.

In mei 2018 heeft uw voorganger Pascal Smet meegedeeld dat de uitrol van de slimme verkeerslichten halverwege was en dat de eerste resultaten op basis van de cijfers bemoedigend waren.

Gelet op de situatie, wens ik u de volgende vragen te stellen:

1. Is de uitrol van de slimme verkeerslichten op de 17 grootste verkeersassen van het Gewest nu voltooid? Zo niet, wat is de termijn voor de volledige uitrol?

2. Zijn tijdens uw regeerperiode nog andere wegen dan de 17 verkeersassen die tijdens de vorige zittingsperiode werden aangewezen, uitgerust met slimme verkeerslichten? Zo ja, welke?

3. Kunt u details verstrekken over het plan voor een grotere uitrol van de slimme verkeerslichten in de komende jaren? Welke wegen zullen ermee worden uitgerust? Is het de bedoeling om op termijn alle Brusselse kruispunten uit te rusten met slimme verkeerslichten?

4. Beschikt u over cijfers over de impact van de slimme verkeerslichten op de reistijden van de wagens, het openbaar vervoer en de fietsers sinds de uitrol ervan? Zo ja, welke?

5. Beschikt u over cijfers over de impact van de slimme verkeerslichten op de luchtkwaliteit in het Gewest sinds de uitrol ervan? Zo ja, welke?

6. Worden thans slimme verkeerslichten van de nieuwe technologie die een grotere impact hebben op de doorstroming van het verkeer en de luchtkwaliteit bestudeerd? Zo ja, wat kunt u daar meer over vertellen?

7. In de Deense stad Odense detecteren sensoren wanneer het regent en branden de lichten voor de fietsers 20 seconden langer om te voorkomen dat fietsers door het weer worden gestoord. Bent u voorstander van de invoering van dergelijke voorzieningen in Brussel?
 
 
Antwoord    1/

Het verkeer op deze 17 assen verloopt vlotter door de herprogrammering van de kruispunten (sommige assen waren al gecoördineerd, maar deze coördinaties zijn geoptimaliseerd), samen met de opname van deze assen in een centrale, waardoor aanpassingen van de werking op basis van macroscopische gegevens of volgens gedefinieerde strategieën mogelijk zijn.

De 17 geselecteerde assen waren
1) Kleine Ring: gedeeltelijk, met enkele zones die nog in aanbouw zijn of gepland zijn. De verkeerslichten worden in dit kader vernieuwd, met verbinding met een centrale en werkzaamheden aan de verschillende scenario's (bijvoorbeeld gesloten tunnels).
2) Sluiting Terkamerenbos: Terhulpensesteenweg tss Waterloo en Roosevelt, Roosevelt en Waterloosesteenweg
3) Van Praetbrug
4) Reyers uitrit E40 en Reyers/Diamant en Meiserplein
5) Keizer Karel
6) Stallestraat + Heldenplein buiten Heldensquare die nog niet gerenoveerd werd.
7) Werkhuizenkaai
8) Generaal Jacqueslaan: gedeeltelijk, de rest is gepland voor het eerste kwartaal 2021
9) Waterloosestwg tussen Churchill en grens
10) Koninklijke Parklaan
11) Bergensesteenweg Zuun-St Niklaas- Leemans
12) Triomflaan: gedeeltelijk, van Pont Fraiteur tot Delta
13) Leopold II-laan
14) De Troozbrugaan stadskant
15) Belliardstraat: gedeeltelijk, van de Kleine Ring tot de ingang van de tunnel
16) Wetstraat
17) Leuvensesteenweg Chomé-Ciceron uitgezonderd het kruispunt Cicero

De overgrote meerderheid van deze wegen is aangesloten op de centrale en is uitgerust met kruispuntbesturingen die het beheer en de bediening op afstand vanuit de centrale mogelijk maken (met bijvoorbeeld wijzigingen in de coördinatie of de voorrang die aan het openbaar vervoer wordt gegeven).

Sommige geplande kruispunten zijn echter nog niet aangepast, maar dit gebeurt in een poging om de middelen en het werk te optimaliseren, met coördinatie van de huidige of toekomstige projecten.


2/

Parallel aan deze geselecteerde assen zijn andere assen en knooppunten aangesloten op de centrale, waarbij deze knooppunten systematisch zijn geprogrammeerd, zodat zij vanuit de centrale kunnen worden bestuurd en beheerd. Het gaat onder meer om de Industrielaan, de Mettewielaan (gedeeltelijk), de Tentoonstellingslaan, de Woluwelaan (gedeeltelijk), de Oudergemlaan, de Orban-Madouxlanen, de Haachtsesteenweg (gedeeltelijk), de Leuvensesteenweg tussen het Sint-Jobplein en het Meiserplein, enz.


3/

De uitbreiding van de verbinding tot de centrale van de kruispunten met verkeerslichten is in uitvoering en is een doorlopend project, aangezien rekening moet worden gehouden met de evolutie van de strategieën voor mobiliteitsbeheer en de evolutie van de mobiliteit zelf (bv. Stad 30), heraanlegwerken (bv. fietspad), enz.

Op termijn is het de bedoeling alle gewestelijke kruispunten met verkeerslichten te verbinden met de verkeerslichtencentrale. De doelstelling zal in een gestaag tempo worden bereikt, waarbij gestreefd wordt naar een kwaliteitsvolle verbinding met de centrale, met een programmering die een efficiënt en wenselijk beheer van de aangesloten kruispunten mogelijk maakt.


4/

Tijdens de vorige legislatuur werden de verkeersvolumes en reistijden beoordeeld nadat de verkeerslichten op sommige assen waren aangepast. Hieronder volgt een samenvatting van de studie die werd uitgevoerd na de wijzigingen aan de Leopold II-/Keizer Karel-as:

A) Staduitwaarts:
Op het traject Leopold II-tunnel – KK-laan, afstand 5 km) (dus vanaf de ingang tunnel t.h.v. het Ijzerplein tot aan de Gentsesteenweg op de KK-laan): significante winst van de reistijd
- Reistijd in mei 2016 om 17.30 uur: 18 min. voor 5 km
- Reistijd in mei 2017 om 17.30 uur: 15 min. voor 5 km
- Dit is een winst van 3 min. of ruim 15%

B) Stadinwaarts:
Op de KK-laan (op het gedeelte tussen de Gentsesteenweg en de ingang van de tunnel): afstand 2 km
- Gemiddelde reistijd in mei 2016 in de ochtendspits: 7 min. voor 2 km
- Gemiddelde reistijd in mei 2017 in de ochtendspits: 5 min. voor 2 km
- Dit is een winst van 2 min. of bijna 30%

C) Leopold II-laan (traject tussen Simonisplein en de Ribeaucourtstraat)
Stadinwaarts in de ochtendspits: winst van 15 %
Staduitwaarts in de avondspits: winst van 40%


5/

Afgezien van de berekeningen die de studiebureaus hebben gemaakt in het kader van de evaluaties van de aanpassingen op sommige van de 17 assen, zijn er geen gegevens (bij BM) over het effect van de wijzigingen in de programmering op de luchtkwaliteit. Toch is het belangrijk op te merken dat de luchtkwaliteit niet met zekerheid kan worden gecorreleerd met het vlottere verkeer van de wagens, omdat deze betere doorstroming negatieve gevolgen kan hebben voor andere vervoerswijzen (langere wachttijden voor voetgangers, minder voorrang voor het openbaar vervoer, enz.) en gepaard kan gaan met een verhoging van het aantal wagens in het verkeer (vandaar het belang om een globaal beheer te hebben).


6/

Aangezien de verkeerslichten in Brussel momenteel worden aangesloten op de verkeerslichtencentrale, streven wij niet actief naar het installeren van verkeerslichten met nieuwe technologieën.

Wij volgen met aandacht de marktontwikkelingen en wat er in andere steden of gewesten wordt gedaan. De mobiliteitsmarkt is een markt die voortdurend verandert en er zijn veel ontwikkelingen op dit gebied die soms tijd vergen om te worden ingevoerd.

Niet alle technologieën kaderen noodzakelijkerwijs in het gewestelijke mobiliteitsplan Good Move. Een inrichting die de gemiddelde wachttijd voor een verkeerslicht tot een minimum beperkt, is niet noodzakelijk in overeenstemming met de nieuwe wegspecificaties of met het STOP-beginsel.


7/

Een dergelijke werking zou kunnen worden geïntegreerd in ons dynamisch beheer van verkeerslichten, maar dat is op dit moment niet het geval.

Wij hebben toegang tot de gegevens van het weerstation van Brussel Mobiliteit, die wij kunnen gebruiken om globaal verschillende scenario's in gang te zetten. Een meer plaatselijke werking zou een aanzienlijke inzet van sensoren in het hele Gewest vereisen. Dit soort werking moet uiteraard worden toegepast in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het gewestelijke mobiliteitsplan Good Move. Immers, als het groen voor een beweging met 20 sec. wordt verhoogd, moet het rood voor een andere conflicterende beweging verlengd worden. En als die 20 sec. gunstig zijn voor fietsers, waarom zouden we ze dan niet systematisch geven, of het nu goed of slecht weer is? Deze kwestie moet dus worden opgenomen in het algemene beheer van de mobiliteit.