Schriftelijke vraag betreffende de aanpassing van de stedenbouwkundige regels aan "tiny houses"
- Indiener(s)
- Ariane de Lobkowicz
- aan
- Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 322)
| Datum ontvangst: 02/12/2020 | Datum publicatie: 10/03/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 25/02/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 25/01/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | U hebt zeker al gehoord van "tiny houses". Dit concept van minihuisjes, meestal op wielen, maar niet altijd, kwam tot stand in de Verenigde Staten, waar het verscheen om gezinnen te herhuisvesten die waren getroffen door de orkaan Katrina, die het zuiden van het land verwoestte. In Wallonië denken steeds meer gezinnen eraan, als hoofdverblijfplaats of als tweede woning, zozeer zelfs dat onze collega's in het Waals Parlement sinds september 2019 voorzien hebben in een erkenning ervan als lichte woning in de Waals Wetboek van Duurzaam Wonen. Aangezien de vraag naar dergelijke woningen in Brussel nog niet zo groot is, is in de Brusselse wetgeving geen specifieke bepaling opgenomen Tot dit eventueel wel gebeurt, zou ik willen weten hoe uw administratie omgaat met eventuele aanvragen voor stedenbouwkundige vergunningen, of feitelijke situaties waarvoor geen aanvraag werd ingediend, voor dergelijke dossiers. De tiny houses, vooral die op wielen, kunnen uiteraard beschouwd worden als eenvoudige aanhangwagens waarvoor geen vergunning vereist is, maar ze kunnen ook worden beschouwd als - kleine - woningen waarvoor een vergunning in de juiste vorm vereist is. Welk antwoord geven uw diensten derhalve op dit alternatief? |
| Antwoord | Ik verwijs u door naar het verslag van de commissie Territoriale Ontwikkeling van oktober 2020 waar deze materie aan bod kwam. |