Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de overeenkomst tussen CityDev en de indieners van het Victor-project

Indiener(s)
Françoise De Smedt
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 494)

 
Datum ontvangst: 06/01/2021 Datum publicatie: 11/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 10/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
02/02/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    We zouden graag meer inzicht krijgen in de bestaande overeenkomst tussen de indieners van het Victor-project naast het zuidstation (BPI, Atenor) en de gewestelijke openbare projectontwikkelaar CityDev, die verantwoordelijk zal zijn voor de bouw van 134 wooneenheden (102 geconventioneerde en 32 woningen tegen "vrije prijs").
- Wat houdt de financiële overeenkomst precies in? Wie bestelt wat bij wie en voor welk bedrag?
- Welke stedenbouwkundige lasten zullen de indieners van het Victor-project moeten dragen?
- Waarom niet van de indieners van het Victor-project eisen dat zij deze woningen op eigen kosten bouwen?
- Waarom geeft CityDev opdracht tot woningen tegen "vrije" prijs? Wat zal het verschil zijn tussen deze woningen en de geconventioneerde woningen?
 
 
Antwoord    Na analyse van de offerte en op basis van zijn verslag heeft de raad van bestuur van citydev.brussels tijdens zijn vergadering van 21 februari 2020 besloten de opdracht te gunnen aan de onderneming IMMOANGE n.v.

Met de opdracht is een totaalbedrag van 40.926.162,91 euro excl. btw gemoeid, waarvan 30.869.460,20 euro excl. btw voor de geconventioneerde woningen.

Een gewestelijke subsidie van 11.390.242,48 euro dekt het deel van deze geconventioneerde woningen.

De geconventioneerde woningen vertegenwoordigen 102 eenheden voor een totale oppervlakte van +/- 15.000 m².

De projectontwikkelaar IMMOANGE n.v. zal de ontwikkeling financieren van de vrije woningen voor een bedrag van 10.056.702,72 euro excl. btw.

De vrije woningen vertegenwoordigen 32 eenheden voor een totale oppervlakte van +/- 2.200 m².

Algemeen is het Urban die het dossier in eerste instantie behandelt en instaat voor de berekening van de aard en het bedrag van de stedenbouwkundige lasten. Deze worden dus in eerste instantie en prioritair samen met de gemeente vastgesteld. In dit specifieke geval werd het dossier nog niet ingediend. Wat het bedrag van de lasten betreft, is het bijgevolg moeilijk om u hierop een antwoord te geven. Deze zullen afhangen van het programma en van de oppervlakten die gevraagd worden.

De vrije woningen vallen ten laste van de projectontwikkelaar, terwijl de geconventioneerde woningen voor 70% geprefinancierd worden door de ontwikkelaar en voor 30% door een gewestelijke subsidie in antwoord op het besluit van 26 september 2013.

citydev.brussels heeft geen vrije woningen gevraagd. Het gaat om iets wat in het kader van het programma van de opdracht aan de projectontwikkelaar opgelegd wordt.

Overeenkomstig artikel 2 van het regeringsbesluit van 26 september 2013, waarin bepaald wordt dat:

“Om de sociale gemengdheid of het financiële evenwicht van de operaties te garanderen, de projecten voor de productie van woningen die zijn vastgelegd in het meerjareninvesteringsplan ook het tot stand brengen van sociale woningen of eventueel vrije woningen kunnen omvatten. ”

De stadsvernieuwingsdiensten hebben in de gunningscriteria, met name bij het criterium “kwaliteit”, de doelstelling opgenomen om een sociale mix op te leggen voor de woningen en een verscheidenheid aan bestemmingen voor de andere functies.

Omwille van de categorie van de projectoproep, lijkt het van essentieel belang een project voor te stellen dat rijk is wat de bestemmingen en het programma betreft.

Deze woningen zullen voltooid en verkocht worden volgens de strategie van de projectontwikkelaar, maar gelet op de verkoopprijs vermeld in het financiële plan van de offerte zouden ze niet fundamenteel af moeten wijken van de geconventioneerde woningen.

Het is vooral het soort appartementen dat verandert. Het zal a priori inderdaad gaan om kleinere wooneenheden (1 en 2 slaapkamers).