Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de uitvoer van plaatselijke producten naar Centraal- en Oost-Azië

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 335)

 
Datum ontvangst: 11/01/2021 Datum publicatie: 11/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 25/02/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
02/02/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Zoals Hub.brussels vermeldt, vertegenwoordigt Centraal- en Oost-Azië, dat een immens samengesteld grondgebied bestrijkt, een groot potentieel voor onze Brusselse bedrijven. De Centraal-Aziatische regio, begrensd door Rusland, strekt zich uit van Kazachstan tot Tadzjikistan. Het nabijgelegen Oost-Azië strekt zich uit van China en Korea tot Japan. Dit zijn belangrijke exportbestemmingen in vele sectoren. (1)

Het economisch potentieel van de export ligt voor het grijpen en verdient verschillende maatregelen, maar zal worden bereikt door een efficiënt en meer gecentraliseerd beleid. Zelfstandigen en kmo's dragen in aanzienlijke mate bij tot de ontwikkeling van onze economie en onze groei.

Helaas heeft de (bijna) volledige stopzetting van de activiteiten van veel bedrijven tijdens de gezondheidscrisis geleid tot een sterke daling van de vraag in Brussel. De inperkingsmaatregelen die bij onze belangrijkste handelspartners zijn ingevoerd, hebben geleid tot een aanzienlijke vermindering van de orders voor goederen en diensten uit Brussel.

Daarom wens ik een antwoord op volgende vragen :

1. Hoe verloopt de follow-up door uw diensten? Is er samen met de FOD Economie een studie opgezet om de marktvraag in Centraal- en Oost-Azië te meten?
2. Welke steun krijgen uw diensten van de FOD Economie voor de prospectie van de Centraal- en Oost-Aziatische markten?
3. Zijn er over dit onderwerp contacten geweest met de verschillende overheidsniveaus (federaal niveau) en de tegenhangers (Vlaams en Waals Gewest)? Zo ja, kunt u een overzicht geven van deze bijeenkomsten?
4. Beschikt u over strategieën tussen uw diensten en de Algemene Delegatie Wallonië-Brussel om ter plaatse synergieën tot stand te brengen? Zo ja, heeft u aandacht besteed aan klimaat- en milieukwesties, maar ook aan gezondheidskwesties?
5. Heeft u strategieën - of op zijn minst constructieve contacten - met de exportdelegatie van Vlaanderen om ter plaatse synergieën te creëren? Zo ja, heeft u aandacht besteed aan klimaat- en milieukwesties, maar ook aan gezondheidskwesties?
6. Welke mechanismen zijn ingevoerd om onze lokale producten meer bekendheid te geven?
7. Hoeveel VTE's hebt u tot uw beschikking om nieuwe markten in Centraal- en Oost-Azië te verkennen?
8. Welke budgetten zijn specifiek beschikbaar om de Brusselse export naar Centraal- en Oost-Azië te bevorderen?
9. Elk jaar organiseert de HUB "contact days" voor bedrijven met de handelsattachés van elk land. Is dit ondanks de pandemie gebeurd? Werden ze geannuleerd, uitgesteld of gedigitaliseerd?
10. Wat heeft de crisis voor gevolgen gehad voor de economische en commerciële attachés in Azië?
https://hub.brussels/fr/international/asie-oceanie/asie-centrale-orientale/
 
 
Antwoord    De economische en handelsbureaus van het Brussels Gewest in het buitenland zijn ermee belast om de lokale vraag te meten en om die af te stemmen op het Brusselse producten- en dienstenaanbod. Dat geldt ook voor Centraal- en Oost-Azië. In het kader van het Monitorona, dat sinds het begin van de inperking op regelmatige basis wordt uitgegeven door hub.brussels, wordt de gezondheids- en economische situatie van elk land waar het Brussels Gewest aanwezig is regelmatig opgevolgd, met inbegrip van de Centraal- en Oost-Aziatische landen.

De handelsprospectie van de buitenlandse markten is een gewestelijke bevoegdheid. De FOD Economie speelt daarbij geen rol. In het kader van de samenwerkingsovereenkomst van 17/06/1994 tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de gewestelijke economische en handelsattachés en de modaliteiten op het vlak van de handelspromotie kunnen de gewestelijke economische en handelsattachés in het buitenland niettemin rekenen op de steun van de hoofden van federale diplomatieke posten, bijvoorbeeld voor het delen van contacten of de organisatie van evenementen.

De verschillende overheidsdiensten met een federale (FOD Buitenlandse Zaken, Agentschap voor Buitenlandse Handel) of gewestelijke (FIT, AWEX en hub.brussels) bevoegdheid in Azië hebben regelmatig contact met elkaar. De internationale actieplannen van de drie gewestelijke instellingen voor de bevordering van de export worden jaarlijks gecoördineerd in het kader van hun uitwerking en uitvoering. In 2020 waren er minder contacten omdat de COVID-19-pandemie het werk ter plaatse onmogelijk maakte.

De doelstellingen van de economische en handelsbureaus van de gewesten en die van de gemeenschapsdelegaties zoals Wallonië-Brussel verschillen van elkaar. Het gebeurt dat beide instellingen in het kader van officiële (prinselijke, ministeriële of diplomatieke) missies samenwerken, maar er is geen gezamenlijke strategie of structureel partnerschap. De rol van hub.brussels beperkt zich tot de economische ontwikkeling. In het kader van het Brusselse beleid inzake economische transitie wordt wel aandacht besteed aan klimaat- en milieukwesties. Die kwesties worden tijdens de economische missies ook naar voren geschoven. De gezondheidssituatie wordt ook opgevolgd om de veiligheid van de vertegenwoordigers van het Brussels Gewest, hub.brussels en de bedrijven te waarborgen.

Sinds maart 2020 werd het door de COVID-19-crisis moeilijker en zelfs onmogelijk om te reizen. Daarom heeft hub.brussels tal van virtuele initiatieven gelanceerd.

Zo organiseerde ze een dertigtal webinars om de Brusselse ondernemingen in te lichten over de handelsopportuniteiten per land of geografisch gebied, evenals coachings opdat de exportbedrijven zich kunnen aanpassen in tijden van crisis en nadien weer kunnen opveren.

Voorts werden er virtuele economische missies georganiseerd voor de bedrijven.

Hub.Brussels heeft bijvoorbeeld een missie in de agrovoedingssector georganiseerd, gericht op de Aziatische markt. De media hebben daarover bericht: https://bx1.be/news/gastronomie-des-tables-de-degustation-virtuelles-pour-soutenir-les-professionnels-de-lagroalimentaire/

hub.brussels beschikt over 15 VTE (EHA + assistenten) voor de prospectie van Centraal- en Oost-Aziatische markten.

Bovenop de HR- en werkingskosten van de bureaus in het buitenland voorziet het internationale actieplan van hub.brussels een budget van € 166.000 om acties op de Centraal- en Oost-Aziatische markt te organiseren.

In juni 2020 heeft hub.brussels een groot virtueel evenement van drie dagen georganiseerd. Daarbij hoorden ontmoetingen tussen de Brusselse bedrijven en alle Brusselse economische en handelsattachés.

In het eerste semester van 2021 organiseert het agentschap op 18 en 19 mei twee virtuele “bedrijvendagen” in plaats van het collectieve seminarie in Brussel van de EHA, dat naar oktober 2021 wordt verplaatst.

Tijdens de crisis hebben de economische en handelsattachés hun acties moeten reorganiseren om de Brusselse bedrijven op hun respectieve markt(en) te kunnen blijven begeleiden. Zo is het netwerk de Brusselse bedrijven virtueel in contact blijven brengen met de plaatselijke klanten en/of partners en is het hen blijven helpen om hun betrekkingen met die contacten te onderhouden.

Die begeleiding vanop afstand is des te belangrijker omdat de ondernemers niet ter plaatse konden gaan om er zelf hun prospectie uit te voeren.

Er werden ook veel virtuele internationale evenementen georganiseerd, waaronder ook virtuele economische missies.

De attachés hebben hun inspanningen om buitenlandse investeerders aan te trekken, moeten verdubbelen. In de context van de huidige onzekerheid is voor de aantrekking van potentiële buitenlandse investeerders meer individuele begeleiding nodig in een context van versterkte internationale concurrentie.

Tot slot monitoren de attachés voortdurend de gezondheids- en economische situatie in hun markt(en) en lichten ze de exportbedrijven daarover in. Er moet worden opgemerkt dat zich nieuwe economische kansen aanbieden in Azië en andere wereldregio’s, met name in de voedings-, gezondheids- en digitale sector. Vergeleken met 2019 is de Brusselse export naar bepaalde markten, zoals China, in 2020 overigens toegenomen.