Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het ontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de taalkaders van het personeel van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel, de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit, Brussel Stedenbouw en Erfgoed en Brussel Openbaar Ambt.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 273)

 
Datum ontvangst: 08/01/2021 Datum publicatie: 09/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 08/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
05/02/2021 Ontvankelijk p.m.
08/03/2021 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    In de samenvatting van de Brusselse Ministerraad van donderdag 3 december laatstleden valt onder punt 86 te lezen dat u er de taalkaders van het personeel van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel, de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit, Brussel Stedenbouw en Erfgoed en Brussel Openbaar Ambt aan de Brusselse Hoofdstedelijke Regering hebt voorgesteld.

Verder werd daarbij ook het volgende vastgelegd: ‘De Brusselse Hoofdstedelijke Regering (…) Zal ervoor zorgen dat, hoewel de VCT de specifieke methodologie heeft gevalideerd die gebruikt is voor de ontwikkeling van de taalkaders van 2013, hergebruikt voor het voorliggend ontwerp, met betrekking tot de methodologie die gebruikt zal worden voor de volgende taalkaders van de GOB’s, over zes jaar, het ontwikkeld wordt naar analogie met die van andere instellingen in het Gewest om een maximale coherente aanpak te garanderen, met de methodologie van de VCT als uitgangspunt.’

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Kan u het taalkader meegeven voor deze organisaties, zowel absoluut als relatief? In hoeverre verschilt dit van de vorige taalkaders?

- Heeft de Regering deze taalkaders voorgelegd aan VCT? Zo ja, heeft de VCT de verschillende kaders goedgekeurd?

- In hoeverre is er een akkoord hieromtrent met de sociale partners?

- Kan u nader toelichten wat er bedoeld wordt met deze ‘verder te nemen stappen’ en met dit sibillijns regeringsbesluit? In hoeverre wordt de betrokken wetgeving hiermee nageleefd?

- Welke initiatieven neemt u om de wetgeving hieromtrent te respecteren?

- Welke maatregelen onderneemt u in het kader van uw bevoegdheden om het GOB de taalkaders te laten respecteren?

- In welke mate zullen het gebruikte model en de methodologie gebruikt worden voor de andere instellingen en het GOB?

- Welke knelpunten zijn er vastgesteld bij de methodologie? Welke instellingen voldoen hier niet aan? Wat is de plan van aanpak om de taalkaders te respecteren?

- Op welke manier wordt de evaluatie van de tweetalige dienstverlening (en de vastgestelde problemen daaromtrent) mee in rekening genomen bij de huidige methodologie en de mogelijke aanpassingen daaromtrent?

- Kan u duiden hoe het vandaag gesteld is met de overeenstemming tussen de bestaande taalkaders en de effectieve invulling daarvan?

- Welk tijdspad is er voorzien voor de bepaling van de volgende taalkaders (graag per instelling)? Op welke manier zal die beoogde maximale coherente aanpak concreet georganiseerd worden?

- Hoe zal de VCT bij bovenstaande elementen betrokken worden?
 
 
Antwoord    Kan u het taalkader meegeven voor deze organisaties, zowel absoluut als relatief? In hoeverre verschilt dit van de vorige taalkaders?

Voor alle regeringsdiensten samen bedraagt de verhouding van de betrekkingen voor de functies D1 tot A2 die toe te wijzen zijn aan het Franse en het Nederlandse kader, respectievelijk 71,71% en 28,29%. In 2013 was dat respectievelijk 72,49% en 27,51%.

Voor de rang A3 en hoger wordt op alle trappen van de hiërarchie geopteerd voor een strikt paritaire verdeling overeenkomstig de bepalingen van artikel 43 § 3 van de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken (SWT).

De bijgevoegde tabel geeft een absolute en relatieve vergelijking van de gegevens weer.
Heeft de Regering deze taalkaders voorgelegd aan VCT? Zo ja, heeft de VCT de verschillende kaders goedgekeurd?

De Regering heeft deze nieuwe taalkaders wel degelijk aan de VCT voorgelegd. Die heeft op 27 november 2020 een positief advies uitgebracht over de nieuwe taalkaders van de diensten van de Regering.

In hoeverre is er een akkoord hieromtrent met de sociale partners?

De vakbondsorganisaties werden geraadpleegd conform artikel 54, tweede lid SWT.
Welke initiatieven neemt u om de wetgeving hieromtrent te respecteren?

De GOB monitort de bezetting van de taalkaders.

Bovendien voert de VCT ieder jaar een controle uit op de Nederlandstalige en Franstalige personeelsbestanden met betrekking tot de verhoudingen van de taalkaders.
Welke maatregelen onderneemt u in het kader van uw bevoegdheden om het GOB de taalkaders te laten respecteren?

De directieraad van de GOB keurt tweemaal per jaar een wervingsplan goed, dat rekening houdt met alle in te vullen betrekkingen en de taalrollen waarin de betrekkingen opengesteld moeten worden. Er wordt een stand van zaken betreffende de bezetting van de taalkaders meegedeeld om de naleving van het taalkundige evenwicht te garanderen.

Kan u nader toelichten wat er bedoeld wordt met deze ‘verder te nemen stappen’ en met dit sibillijns regeringsbesluit? In hoeverre wordt de betrokken wetgeving hiermee nageleefd?
In welke mate zullen het gebruikte model en de methodologie gebruikt worden voor de andere instellingen en het GOB? Welke knelpunten zijn er vastgesteld bij de methodologie? Welke instellingen voldoen hier niet aan? Wat is de plan van aanpak om de taalkaders te respecteren? Op welke manier wordt de evaluatie van de tweetalige dienstverlening (en de vastgestelde problemen daaromtrent) mee in rekening genomen bij de huidige methodologie en de mogelijke aanpassingen
daaromtrent?

In het voorstel wordt een andere methodologie gehanteerd dan deze van de VCT. Deze methodologie komt overeen met de methodologie gehanteerd in 2013 waarover de VCT een gunstig advies heeft verleend.

Het gaat om een uitgewerkt dossier. De arbeidstijd voor ieder soort taak werd geraamd. Het beslissende criterium was de raming van het werkvolume (in uren) voor de uitvoeringsdossiers “waarvan de taal bij wet is opgelegd”, terminologie voorgeschreven door de Raad van State.

Binnen iedere administratie werden de taken onderverdeeld volgens de verdeelsleutel die al dan niet bij wet is opgelegd en er werden cijfergegevens verstrekt. Er werd steeds bepaald op welke taken het gemiddelde van het bestuur of het gemiddelde van de overheidsdienst of een gelijke verdeling werd toegepast.

De referentieperiode was één jaar, met name 2018.


De gebruikelijke methodologie van de VCT werd niet gehanteerd, maar de gebruikte methode beantwoordt aan de criteria met betrekking tot de raming van het werkvolume zoals vereist door de SWT en de rechtspraak van de Raad van State.
Kan u duiden hoe het vandaag gesteld is met de overeenstemming tussen de bestaande taalkaders en de effectieve invulling daarvan?

Cfr. Tabel in de bijlage

Welk tijdspad is er voorzien voor de bepaling van de volgende taalkaders (graag per instelling)? Op welke manier zal die beoogde maximale coherente aanpak concreet georganiseerd worden?
Hoe zal de VCT bij bovenstaande elementen betrokken worden?

De taalkaders van de regeringsdiensten zijn geldig tot 14 december 2026. In 2024 moet de opstelling van de nieuwe taalkaders worden opgestart. Daarbij zal de methodologie worden gevolgd die beschreven is in het vademecum van de VCT, en er zal vooraf een werkvergadering georganiseerd worden met de VCT om hieromtrent duidelijkheid te scheppen. De GOB zal zorgen voor de coördinatie tussen de verschillende regeringsdiensten, zoals dat ook het geval was bij de opstelling van de meest recente taalkaders.