Schriftelijke vraag betreffende de zichtbaarheid van de voertuigen van de Brusselse politie- en hulpdiensten.
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 511)
| Datum ontvangst: 04/02/2021 | Datum publicatie: 26/03/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 25/03/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 22/02/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Op woensdag 27 januari laatstleden maakte de Antwerpse lokale politie bekend dat ze veertig nieuwe voertuigen had aangekocht die uitgerust zullen worden met opvallende, sterk reflecterende vlakken (het zogeheten Battenburgpatroon). De Antwerpse lokale politie wordt zo het eerste korps in ons land dat die nieuwe uitrusting gebruikt, nieuwe ziekenwagens in ons land worden wel al met dit patroon uitgerust. Volgens de Antwerpse politie zorgt het patroon zowel overdag als ’s nachts voor een betere zichtbaarheid, waardoor de voertuigen in kwestie ook beter te onderscheiden zijn van andere voertuigen. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel: - Kan u duiden hoeveel ziekenwagens in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest inmiddels reeds uitgerust werden met het Battenburgpatroon? Welk aandeel vertegenwoordigt dit op het totale aantal ziekenwagens? Welk tijdspad wordt er voorzien om alle ziekenwagens van dit patroon te kunnen voorzien? Welke kost is hieraan verbonden? - Op welke manier onderzoekt u of ook voertuigen van de politie- en brandweerdiensten met dit patroon uitgerust kunnen worden? Welke vaststellingen of conclusies zijn hieruit reeds voortgekomen? - Op welke manier onderzoekt u hoe de voertuigen van hulp- en politiediensten een betere zichtbaarheid kunnen genieten in het verkeer in het Brussels Gewest? Werden hieromtrent reeds afspraken gemaakt met de hulpdiensten en/of de politiezones? Welke aanbevelingen werden hieromtrent opgesteld? Bestudeert de Regering de mogelijkheden om hiertoe geld vrij te maken voor de brandweerdiensten en politiezones? |
| Antwoord | Een federaal kader bepaalt zowel voor de brandweer- en de medische hulpverleningsdiensten (ziekenwagens) als de politiediensten de bepalingen in verband met de toepassings- en gebruiksnormen met betrekking tot de visuele identiteit. Voor wat betreft de voertuigen die ingezet worden in de dringende geneeskundige hulpverlening, bestaat er een koninklijk besluit van 12 november 2017 houdende vaststelling van de uiterlijke kenmerken van de voertuigen die ingezet worden in de dringende geneeskundige hulpverlening. Bij die 50 voertuigen die als ziekenwagen fungeren, worden al blokken in contrasterende kleur aangebracht. Oudere voertuigen ingezet als reserve en op weg om afgedankt te worden vallen niet daaronder. Voor de brandweerdiensten gelden de regels omvat in de ministeriële omzendbrief van 25 februari 2015 betreffende de veiligheids- en identificatiemarkering. Daar is het niet het geval. Het is een andere markering die van toepassing is. Voor de politiediensten geldt een omzendbrief GPI 13 dd. 16 januari 2002 die betrekking heeft op de markering van de voertuigen van de geïntegreerde politie. Die kondigt aan dat een handleiding zou verschijnen met de eerste normen. Omzendbrief GPI 18 dd. 29 maart 2002 bepaalt het in voege treden en het toepassingsgebied van de normering van de uitrusting toepasbaar op de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus. De politiediensten beschikken dus ook over verschillende boeken in de vorm van een "normenboek" uit 2003. Daarin worden de bepalingen van de toepassings- en gebruiksnormen met betrekking tot de visuele identiteit bepaald. Het handboek specifieert o.a. de exacte technische specificaties met de beschrijving van de markering van de voertuigen van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus. Het gaat zowel over vierdeurwagens, motoren als boten of helikopters. In het algemeen gaat het dus om een norm die valt onder de bevoegdheden van onder andere de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken. Voor de nieuwe voertuigen van het type ziekenwagen werden de kosten gedekt door de DBDMH. Voor wat betreft de politievoertuigen, meestal worden deze voertuigen aangekocht via de aankoopcentrale op federaal niveau of via openbare aanbestedingen op federaal of op lokaal vlak. In die context is het heel moeilijk om een juist beeld te krijgen van de kosten van zo’n patroon en het aanbrengen ervan. Volgens de Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (DBDMH) zijn ambulances met de Battenburgmarkering zichtbaarder en kunnen zij beter worden onderscheiden van privéambulances. In het Brusselse bekijkt bijvoorbeeld dit jaar nog een van de ondervraagde politiezones in het kader van de vernieuwing van haar wagenpark met elektrische voertuigen of de veiligheid, zichtbaarheid en herkenbaarheid van hun nieuwe voertuigen verhoogd kan worden door het aanbrengen van een Battenburgpatroon naast de politiestripping die voorzien is door de federale norm. Aangezien de Brusselse regering (zie supra) in deze materie niet bevoegd is, heeft zij daarin geen initiatief of standpunt (in)genomen. Voor het overige, of voor bijkomende informatie over de stand van zaken of evolutie van de stripping en het Battenburgpatroon, nodig ik u uit om contact op te nemen met de bevoegde federale Ministers. |