Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de verbetering van de transparantie en het toezicht op het overheidsbeleid

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 614)

 
Datum ontvangst: 22/02/2021 Datum publicatie: 23/04/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 23/04/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
01/03/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De Algemene Beleidsverklaring 2019-2024 benadrukt het volgende : “De Regering zal tevens de mogelijkheid onderzoeken om de opdrachten van het Rekenhof uit te breiden tot de gemeenten, OCMW’s en intercommunales.

De afgelopen jaren zijn grote hervormingen doorgevoerd om het overheidsbeheer transparanter te maken en beter te controleren. Zo werden de bezoldigingen van de Brusselse openbare mandatarissen verlaagd en geplafonneerd, werden hun bezoldigingen en voordelen transparanter gemaakt en werd de controle daarop versterkt, werd een strenge toezichtsregeling op bepaalde instellingen, zoals de gemeentelijke vzw’s, ingevoerd en werden de regels in verband met de openbaarheid van bestuursdocumenten gewijzigd.
De Regering zal de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat deze complexe wetgevingen goed begrepen en nauwgezet toegepast worden door diegenen voor wie zij bestemd zijn.”(1)

Graag een antwoord op volgende vragen:

1. Hoe staat het met de uitbreiding van de opdrachten van het Rekenhof naar de gemeenten, de OCMW's en de intercommunales?
2. Werd er een raming gemaakt van de kosten die hiermee gemoeid zijn?
3. Heeft u een agenda van de volgende stappen voor de uitvoering van deze studie?
4. Welke maatregelen hebt u genomen om ervoor te zorgen dat de nieuwe wetgeving inzake transparantie en controle van het overheidsbeheer die de afgelopen jaren is aangenomen, door al degenen tot wie zij is gericht, wordt beheerst en nauwgezet wordt toegepast?
5. Welke mechanismen hebt u ingevoerd om gemeentelijke vzw's beter te controleren en mogelijk misbruik te voorkomen? Als dit het geval is, hoeveel mensen zijn dan met deze taak belast?
6. Heeft u al plannen voor de volgende stappen om beter toezicht te houden op de gemeentelijke vzw's?

http://www.parlement.brussels/de-algemene-beleidsverklaring-van-de-brusselse-regering/?lang=nl
 
 
Antwoord    Uw drie eerste vragen hebben betrekking op de eventuele uitbreiding van de controlemissies van het Rekenhof tot de gemeenten. De uitoefening van de controle is momenteel toevertrouwd aan de diensten van het gewestelijk toezicht. Een evaluatie van de efficiëntie van deze controle lijkt me onontbeerlijk vooraleer de missie van het Rekenhof uit te breiden. De door de administratie opgestelde rapporten lijken pertinent en exhaustief en maken het voorwerp uit van een aandachtige opvolging.

Hieronder vindt u antwoorden op de vragen met betrekking tot de maatregelen om ervoor te zorgen dat de nieuwe wetgeving die de afgelopen jaren is aangenomen op het gebied van transparantie en controle van het openbaar bestuur wordt beheerst en toegepast door de plaatselijke besturen.

De gezamenlijke ordonnantie van 14 december 2017 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en
de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen is op 1 december 2018 in werking getreden. Er werden twee instanties gecreëerd die belast zijn met de naleving van deze gezamenlijke ordonnantie, namelijk het controleorgaan (de cel Transparantie van de bezoldigingen) en het sanctieorgaan (de Brusselse Commissie voor de Deontologie).

De cel Transparantie heeft een vademecum ter beschikking gesteld van de betrokken personen.
Het bevat, naast een beschrijving van de wettelijke bepalingen, een reeks praktische aanbevelingen die bedoeld zijn om de nakoming van de verplichtingen van de gezamenlijke ordonnantie te vergemakkelijken.

Het bevat een algemeen overzicht van de drie verschillende administratieve procedures inzake
transparantie. De meeste documenten (in het bijzonder alle modellen van formulieren) worden in verschillende formaten online geplaatst, waardoor ze gemakkelijker te gebruiken zijn door de gebruiker.

Voor zover deze twee instanties permanente organen zijn die vallen onder de bevoegdheid van het Parlement op grond van artikel 3 van de bovengenoemde ordonnantie, verwijzen wij u graag naar het Parlement voor verdere informatie over dit onderwerp.

Meer in het algemeen is de Commissie voor Toegang tot Bestuursdocumenten, wat betreft transparantie en openbaarheid van bestuursdocumenten, bevoegd om uitspraak te doen in elk beroep dat wordt ingesteld door een natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie de toegang tot een bestuursdocumenten wordt geweigerd. Verschillende initiatieven worden momenteel door ons kabinet genomen op dit vlak. Deze initiatieven staan ​​opgesomd in het verslag van het Parlement dat is opgesteld ter gelegenheid van het verslag 2019 van de CTB dat op 2 maart 2021 aan het Parlement werd voorgesteld.

De toezichthoudende overheid is hoofdzakelijk belast met het controleren van de wettelijkheid en de naleving van het algemeen belang in de beslissingen genomen door de plaatselijke besturen.

In de genoemde materie grijpt de toezichthoudende overheid enkel in op basis van
een klacht en ingeval de klacht gegrond is, en is het een kwestie van het betrokken plaatselijk bestuur te herinneren aan haar wettelijke verplichting.

Wat de inhoud betreft, werd een register van de gemeentelijke vzw's opgesteld. Dit bevat op heden 131 vzw’s die werden geïdentificeerd op het grondgebied van het Gewest.

In overeenstemming met de huidige wetgeving moet de grote meerderheid van de gemeentelijke vzw’s alleen maar de lijsten met beslissingen van hun beheersorganen aan de toezichthoudende overheid bezorgen. Brussel Plaatselijke Besturen voert de controle uit op de
toegezonden beslissingen, naast de toezichthoudende controle op de andere plaatselijke besturen, zonder bijkomend personeel.

Naast deze maatregelen hebben de regels met betrekking tot de oprichting en controle van gemeentelijke vzw’s, zoals u waarschijnlijk wel weet, een ingrijpende hervorming ondergaan in het kader van de wijziging van de ordonnantie betreffende de specifieke gemeentelijke bestuursvormen en de samenwerking tussen gemeenten, goedgekeurd op 22 oktober 2020.

Om gemeentelijke vzw's zo goed mogelijk te begeleiden, hebben we op 28 september 2020 een eerste omzendbrief opgesteld en naar de burgemeesters van de verschillende gemeenten gestuurd om hen op de hoogte te stellen van deze goedkeuring en de termijnen waarmee rekening moet worden gehouden. In aanvulling op deze eerste omzendbrief blijkt dat sommige bepalingen van de nieuwe ordonnantie in de praktijk moeten worden verduidelijkt voor gemeentelijke vzw's, om een ​​nauwgezette toepasbaarheid van deze wetgeving mogelijk te maken. Ons bestuur Brussel Plaatselijke Besturen heeft aldus een tweede omzendbrief opgesteld om een ​​aantal bepalingen te verduidelijken. Deze tweede omzendbrief werd in maart 2021 gepubliceerd en verzonden.

Voor het overige, en gezien het recente karakter van deze hervorming, zullen we aandacht hebben voor de feedback van de sector om te beoordelen of het wenselijk is om op dit vlak nieuwe maatregelen te nemen.